Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

Return of evil

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1Return of evil Empty Return of evil do 4 okt - 22:03

Panarea

Panarea


Return of evil


Zwarte wolken gleden door een donkere hemel heen. Zwarte schaduwen overheersten het landschap. De meeste dieren liepen niet meer rond. Ze vreesden de nacht en hun heersers. Ze gingen schuilen zodra het donker werd en kwamen pas terug buiten als de zon weer scheen. Kale takken waren als klauwen die je zouden grijpen als je te dicht zou komen. Ze bewogen dreigend heen en weer. Ze klauwden naar de wind. Hun scherpe nagels probeerden slachtoffers vast te krijgen. De maan verlichte de wereld zachtjes zodat men de zwarte griezels beter zou zien. De wind gierde alsof een demon hun in bezit had. Bomen buigden onder de kracht van de helse wind. Donderslagen weerklonken. Regen kletterde neer. Dunne bomen kraakten, verloren de strijd. En iemand keerde terug naar haar thuis. 5 jaar geleden was een Demon gestorven in DH. 5 jaar lang had Dh kunnen feesten. Maar niemand wist van haar duivels gebroed. Een merrie zo slecht en verrot dat je beter bij haar uit de buurt bleef. Ogen zo zwart als de nacht waar je beter niet naar keek. Gidzwarte manen en staart. En een vacht zo bruin als hazelnoten. Slank gebouwd maar een kracht niet te onderschatten. Groot of klein was ze niet. Haar prachtige hoofdje was verminkt door een litteken. Een afrekening met het verleden van haar moeder. Ze was verdoemd om door het leven te gaan zoals haar moeder. Verminkt tot de dood. Ze was afgestraft door een fout van Kharrea. Haar zicht was minder aan haar rechterkant. Allemaal door een fatale klep tegen haar hoofd. Een litteken zo groot dat het bijna haar hele hoofd innam. Een lijn dat leek op een bliksemschicht. Het was iets wat haar kenmerkte. Iets waar ze mee door het leven ging.

Haar lichaam was doorweekt, uitgemergeld. Maar ze stond er. Trots zoals altijd met haar oren tegen haar schedel aan gedrukt. Bliksemschichten verlichtte om de zoveel tijd haar verminkte lichaam. Haar donkere ogen stonden op onweer. De bliksem weerkaatste erin. Haar arabische neusgaten stonden wijd open. Haar mond vertrokken van de woede, tanden licht zichtbaar. Ze haalde haar oren omhoog en draaide ze fel naar achteren. Haar volle straat droeg ze trots in de hoogte. Ze was terug gekeerd. Na 3 jaar lang rond te zwerven had ze afgerekend met velen uit haar moeders geschiedenis maar nog steeds had ze hem niet gevonden. Ooit zou ze zijn nek doorboren en zou hij haar smeken er een einde aan te maken. Ze zou hem martelen. Ooit vond ze Satan wel. Haar eigen vader? Daar zou ze waarschijnlijk ook nog iets mee afhandelen. Hij had een belofte gebroken. Hij was er nooit voor haar geweest. Geeneens een waardige vader geweest. Ze snoof eens luid. Donder weerklonk. Het deed pijn aan haar oren. Uit haar rechteroor was een stuk weg. Toch charmeerde het haar. Alsof ze al haar hele leven zo rond wandelde.

Haar zwarte benen waren besmeurd met modder. Door de storm zakte ze verder en verder weg. Het moeras werd niet voor niets het moeras genoemd. Maar Panarea zou niet een van de zwakkelingen zijn die om zou komen in het moeras tijdens een storm. Door haar moeder werd het ook wel eens het moeras der zielen genoemd had iemand haar ooit verteld. Vele paarden waren hier hun leven al verloren tijdens een storm. Het leek alsof het moeras dan tot leven kwam. Het je opslokte en mee zoog naar zijn diepste bronnen. Panarea was er zeker van dat haar moeder gelijk had. Ookal had ze haar nooit gekend. Zij was diegene die haar vermoord had. Die haar botten had gebroken. Ze was de moordenaar van een van de bekendste merries van haar tijd. Iedereen kende haar wel, al had ze nooit een leiderspositie gehad. Panarea genoot nu van die titel. Mensen aanzagen haar op het eerste gebied als Kharrea. Het jaagde hen de stuipen op het lijf want iedereen wist dat ze dood was. Maar als je dan plots een identieke kopie voor je neus ziet staan ga je toch wel even twijfelen of ze wel echt dood was. Panarea wist niet hoe het nu zou zijn. De meeste paarden van haar generatie waren verdwenen uit DH of al lang dood. Nieuwe mormels probeerden het gebied over te nemen. Een van de redenen waarom ze was teruggekeerd. Maar eerst zou ze terug moeten aan komen. Haar laatste wraakactie had teveel krachten gekost. Ze was uitgemergeld, zag er vreselijk uit. Maar ze zouden haar vrezen. Ze was niet voor niets de dochter van Kharrea.

2Return of evil Empty Re: Return of evil wo 10 okt - 6:58

Kay

Kay

Heftige donderslagen weergalmden door de donkergrijze lucht heen. Flitsen in een zo extreem wit licht, dat als je even knipperde, het je ontgaan was. De lichtflitsen kriskrasten door de donkere lucht, waarbij de maan amper tussen de wolken vandaan kon komen om haar licht te laten branden in de duisternis. De sterren, de vuurvliegjes van het heelal, waren in geen velden of wegen te bekennen. Grote, ijskoude regendruppels vielen neer, en het hield maar niet op. Zeeën van water vielen de lucht uit. En een ijzige wind sneed als vlijmscherpe messen dwars door zijn zomervacht heen.
Zijn hoeven zakten diep weg in de moerasgrond, die door de krachtige zomerstorm nog instabieler en blubberiger was. Hij zakte steeds bijna tot zijn knieën weg in de vreselijke troep, zijn benen, buik en flanken zaten onder de natte blubberspetters, wat van zijn buik af sijpelde of opdroogde tot harde klodders zand. Waarom was hij hier? Hij hield van gevaar. Hij hield van de kik als je vast kwam te zitten, en op het nippertje ontsnapte aan de dood. Hij hield van de rottende stank van lijken. En ook al was het waanzin om in het holst van de nacht door het pikzwarte moeras te wandelen: Hij wilde de adrenaline door zijn lijf voelen stromen. Hij hield van de angst en verderf die dit donkere, slechte gebied van zich af liet stralen. Dit gebied was gemaakt voor de slechten, voor de bedorven zielen en de creaties van de onderwereld. De creaties van hel.
Hij snoof de geur op. Een walgelijke geur die diep tot binnen zich in drong. Hij schudde zijn hoofd, hij draaide zijn oortjes naar achteren en een grijns ontstond op zijn gezicht. Met zijn relatief kleine, zware en gespierde lichaam maakte hij zich voort door het inktzwarte moeras. De regen viel neer op zijn rug. Zijn manen plakten hardnekkig aan zijn brede hals vacht. Hij lichtte een beetje op in de duisternis met zijn witte, licht afstotende vacht. Een deel van hem nam de duisternis op met volle teugen, een deel van hem kaatste het af. Dat maakte hem in balans. Precies goed. Perfect. Iemand die niet schommelde op het randje van het kwade. Hij kon in perfect evenwicht zich over de dunne balk voortbewegen.
Opeens, na een oorverdovend kabaal van nog een lichtflits, was even in het felle licht een postuur te zien die tussen de kleine, zwakke boompjes voortbewoog. Even draaiden zijn oren naar voren, waarna ze meteen diep in zijn nek verdwenen. Hij maakte van zijn ogen twee spleetjes en tuurde in de duisternis. Hij stond stil, hield zijn adem in. Hij hoorde het geluid van het sompige voortbewegen van hoeven door de bagger: er was iemand.
Zijn mondhoeken krulden omhoog naar een geamuseerde grijns. Een late-midnight snack stond op het menu. Zijn passen versnelden. Zijn ogen op de donkere schim gericht. Ze zag dat het paard dun was. Vreselijk dun. Maar dat maakte niet dat het minder fun was. Hij draafde aan, en zo geruisloos als hij kon - zover dat mogelijk was met zijn lijf - maakte hij een weg naar het paard. Als een roofdier dat zijn prooi besloop. Waarschijnlijk was hij al lang en breed opgemerkt, maar dat deerde hem niet. Een skelet kon hij gemakkelijk aan.
Net toen hij wilde toehappen, zijn prooi wilde bespringen, zag hij het verminkte gezicht van de merrie. Hij stond stil. Hij was vlakbij. Hij stond bijna recht voor de merrie, duidelijk in het zicht. Zijn mondhoeken krulden opnieuw ophoog. Zijn ijsblauwe ogen staart het gezicht aan. ‘Wel wel..’ Hij bestudeerde het gezicht alsof het het meest fascinerende was dat hij in zijn hele leven had gezien. ‘Wat voor hoogstwaarschijnlijk fascinerend leven heb jij op je geweten?’ vroeg hij zeer geïnteresseerd. Hoe had je in hemelsnaam zo'n verminkt lichaam kunnen krijgen?

3Return of evil Empty Re: Return of evil zo 14 okt - 0:34

Panarea

Panarea

Haar dunne lichaam was zwaar beschadigd. De glans was van haar vacht zat onder het vuil. Haar lange zwarte manen hingen in klitten langs haar slanke hals. Haar eens zo zijdeachtige staart leek wel van stro te zijn. De glans was eruit. Toch droeg ze hem trots de hoogte in. Haar ogen weerspiegelden haar trots. Ze blonken in het donker. Lichtte op bij de felle bliksemschichten. Haar Donkere oren gingen heen en weer om geluiden op te vangen. Haar roetzwarte neusgaten stonden wijd open. Ze snoof luid toen een geur haar neus binnen drong. Ze versprong in de richting van de geur. Een ponyachtig beest kwam in haar gezichtsveld. Ze snoof eens minachtend richting het beest. Het was niet omdat ze half uitgemergeld was dat ze zich niet kon verdedigen. Ze spaarde zo veel mogelijk krachten. En nu ze terug was in DH kon ze dat nog beter doen. Paarden bleven uit haar buurt omdat ze haar kenden. Ze wisten dat ze zwaar uit de hoek zou kunnen komen. Voor diegenen die haar niet zouden kennen zouden dat nog wel ondervinden.

De hengst trok zijn mond open. Panarea keek hem spottend aan. Wat voor leven zij op haar geweten had? Ze kreeg een vals lachje op haar gezicht. Ze trok haar hoeven uit de modder en verzette ze. Ze bekeek het dier eens grondig. Haar gidzwarte ogen priemden op het bonte paardje. Veel indruk maakte het dier niet. In de laatste maanden had ze wel moeilijkere tegenstanders gehad. Al hadden sommigen soms bijna haar leven gekost. Zo ook hadden ze haar zware verwondingen toegebracht en littekens cadeau gedaan. Het grootste litteken was dan ook een zware afrekening geweest. Een van de zwaarste. Een niet te onderschatten verrader die haar moeder het liefst eigenhandig had vermoord. Een hengst die het niet kon verkroppen dat hij was vernederd door haar moeder. Hij had haar 'bestraft' om door het leven te gaan als haar moeder. 'The mare with the scare' werd ze ook wel eens genoemd. Het litteken op haar voorhoofd deed haar nog meer op haar moeder lijken. Panarea had het sindsdien erg zwaar gehad. Oude vijanden van haar moeder die duels met haar aan gingen omdat ze dachten dat ze haar moeder was. Maar Panarea was er sterker door geworden. Veel sterker. Misschien nu niet meer fysiek maar tactisch en mentaal was ze er enorm op vooruit gegaan.

Een valse lach kwam over haar lippen heen. Haar tanden kwamen onder haar zwarte lippen vandaan. Haar zwarte ogen keken recht in die van de hengst. Haar mond ging open, vormde woorden. Ze kwamen als ijskoude messen op je af. Maar haar prachtige stem liet haar intonatie iets of wat afzwakken. Een nadeel die ze van haar moeder had geërfd. Haar stem was zelfs nog prachtiger als die van Kharrea.
"Nog nooit gehoord van afrekenen met anderen?" Ze zag de interesse in zijn gezicht. Was ze zo fascinerend? Ach, wat boeide het haar. Ze had haar hele leven gevochten voor te overleven, af te rekenen met het verleden van haar moeder. Ze was beter als haar moeder, ze was een moordmachine. Een gebroed gemaakt om te moorden. Zoiets hield je niet meer tegen als het begon met vechten. Ze vocht tot de dood.

4Return of evil Empty Re: Return of evil zo 14 okt - 2:40

Kay

Kay

Zijn ijsblauwe ogen lichtten op in de duisternis. Misschien was die oplichting nog angstaanjagender geweest als zijn hele lichaam donkerbruin was geweest, dat in het donker alleen twee heldere ogen naar je staarden. Maar hij was al snel te zien - zeker in de duisternis - door zijn smetteloze, witte vlekken die zijn aanwezigheid al snel verraadden.
Ondanks alles was hij meer dan trots op zijn uiterlijk. Zijn dikke, lange manen vielen over zijn half, waardoor vaak het grote litteken op zijn brede, gespierde hals niet zichtbaar was. Hij straalde kracht uit, zijn spieren die onder zijn vacht rolden toonden dat aan. Al had hij misschien op sommige plekjes een beetje teveel vet op zijn botten: Hij was sterker dan ooit tevoren. Het enige wat hem nog altijd sterk irriteerde was zijn schrikbarende lage stokmaat, wat eigenlijk niet in het plaatje thuishoorde. Het stak als een doorn in het oog.
Hij voelde zich thuis in de duisternis. Hij hield ervan om in de schaduwen op te gaan, en eruit te springen als hij een prooi het meest vreselijke moment in zijn leven te geven: de dood. Hij hield van de roestige smaak van bloed aan zijn lippen. De smaak van overwinning. Al waren al zijn laatste tegenstanders alles behalve uitdaging geweest. Nooit had hij ooit écht een uitdaging gekregen in zijn leven. Zelf zijn litteken was geen uitdaging geweest. Enkel een stom geval van een hopeloze misstap. Hij schaamde zich ervoor, maar niemand wist gelukkig het verhaal erachter. Hij moest maar de geïnteresseerde een duister verhaal vertellen van wraak - wist hij veel - om het duidelijk te maken dat het een soort trofee was. (Wat het absoluut niet was)

Het merrietje leek zeker van haar zaak te zijn. Ook al wist hij dat hij haar gemakkelijk aan kon, en zij dacht dat ze hem aankon. Enkel en alleen omdat hij een beetje kleiner was dan menig paard. Haar blik vatte hij op als een uitdaging, maar hij hield zich wijs in. Hij wilde antwoord, hij wilde weten wat de merrie was. De merrie keek vals, alsof ze de wereld aankon met haar praatjes. Met haar ervaringen. Hij voelde zich bekeken toen de merrie met haar inktzwarte ogen aankeek. Hij rolde zijn ogen duidelijk toen ze hem aankeek. Hij maakte duidelijk dat haar blikken hem niets deden. Een beetje boos kijken maakte hem niet bang.
Zijn ogen vielen dit maal weer naar het gebrekkige gezicht van de merrie. Haar gezicht was verpest door wat dan ook tegen haar schedel aan had lopen rammen. Hij nam aan dat het een paard was geweest. Een krachtig paard wel te verstaan, want zo'n exemplaar liet je niet zomaar achter op een paard z'n kop. En dan nog beseffen dat de knol ook daarna nog vrolijk doorhuppelde. Ironisch. Dan ben je zuur als het paard het ook nog overleeft.
Als een heks giechelde het merrietje. Hij was al eerder op de conclusie gekomen dat het een slecht merrietje was. En waarschijnlijk liet ze niet zomaar iets over haan heenlopen - aan haar uiterlijk af te lezen. Ze had behoorlijk wat klappen gekregen, wat hij zag als een zwakte. En die zwakte zou hij van kunnen profiteren. Maar gut, hij wachtte af. Al had hij wel een beetje behoefte om weer eens te knokken. Maar hij was niet zo zielig om met een graatmager merrietje te gaan vechten. Pfft, dat was gewoon vechten tegen een veulen die pasgeboren was. Stelen van een blinde. Zo sneu was hij niet.
"Nog nooit gehoord van afrekenen met anderen?" Een gebiologeerde grijns ontstond op zijn gezicht. Zijn ijsblauwe ogen staarden haar strak aan. ‘Natuurlijk madammeke. Ik weet er álles van af,’ zij hij met lichte spot in zijn stem. Zijn ogen rolden nogmaals door haar kassen. Hij verplaatste even al zijn hoeven, aangezien die behoorlijk ver in de vreselijk geurende drab waren gezakt. En sompig geluid was daarbij hoorbaar. Verder was het daarna weer doodstil, op het ademhalen en bonzen van de harten van de twee paarden na.
‘Maar vertel merrie, aangezien je een redelijk verminkt geval bent, ben ik wel degelijk een beetje in jouw doodsheid geïnteresseerd...’ Zijn stem was zwaar, en de klank benadrukte wat hij zojuist had gezegd. Geïnteresseerd. Zijn oren draaiden iets naar achter en opzij. Echter werden kleine pretlichtjes in zijn ogen zichtbaar. ‘... je naam?’
Ongeduldig wachtte hij op antwoord, waarvan hij wist dat hij die zou krijgen. Waarschijnlijk zou de loeder vreselijk trots zijn op haar o zo bijzondere naam. ‘Kay,’ klonk zijn stem toen, voordat de donkere merrie ook maar kon antwoorden. Waarschijnlijk gaf dat ook nog een zetje in de rug van de merrie om haar naam te noemen. Al kwam de merrie onbekend voor, misschien was haar naam herkenbaar van enkele verhalen, sprookjes. Maar hij betwijfelde dat.

5Return of evil Empty Re: Return of evil za 10 nov - 10:33

Panarea

Panarea

Haar zwarte neusgaten nog steeds wijd open. Haar gitzwarte ogen starend in de verte. Ze had geluk gehad. Heel veel geluk. Het was al een wonder dat ze het eerste jaar van haar leven had overleeft. Zonder moeder was dit bijzonder zwaar. Maar ze had op de steun van haar broer kunnen rekenen. Eentje die ze dan ook altijd zou beschermen moest hij het nodig hebben. Hij was haar halfbroer. Maar ze zag hem als een volledige broer. Hun vader had nooit naar hen om gekeken. En toch... Hij leek eerder de zoon van haar moeder dan van haar vader. Panarea kon dat nog steeds niet vatten. Hij was opgevoed door een vreemde merrie en toch... Hij leek zoveel op haar. Niet alleen qua karakter maar ook qua uiterlijk. Misschien wel verre familie. Panarea vermoedde zoiets maar ze had het nooit kunnen bewijzen. Nog steeds niet overigens. Ooit zou ze er nog wel achter komen. Of misschien was het wel een leugen geweest van der moeder. Gewoon om hem nog harder te maken. Argh nee dat zal wel niet. Zelfs zij zou het hart van haar veulen niet kunnen breken. Ze was dan wel door en door slecht geweest dat zelfs de duivel haar aanbidde maar het hart van haar zoon breken kon ze niet. Daar was Pan zeker van. Zelfs zij zou dat kunnen. En ze was nog hartelozer als haar moeder. Ze was een heks als het er op aan kwam.

Ze hoorde zijn antwoord. Ze knikte even goedkeurend. Panarea had met het verleden afgerekend. Niet haar verleden maar dat van haar moeder. Ze had het hard te verduren gekregen maar ze had wel een enorme eer hersteld.
'Dan ken je mijn levensverhaal.' Antwoorde ze kortaf. De hengst moest niet weten dat het ging om het verleden dat al lang "gestreden" was. Nee, het verleden leefde nog. Verder in haar. Als ze dachten dat ze met de dood van Kharrea, 5 jaar geleden, er goed vanaf waren gekomen kenden ze haar dochter nog niet. Een merrie van makkelijk een meter 67 met een arabische uitstraling. Zelfs als ze op perfect gewicht was, was ze slank. De hengst bleef vragen stellen. Panarea's gedachten werden bevestigd. Het dier was geïnteresseerd.
'Als een veulen geboren wordt krijgt het een naam. Later een reputatie. Bij mij was de reputatie er al voor ik geboren was. Met de dood van mijn moeder dachten velen er makkelijk vanaf te komen. Maar ik ben gecreëerd om te moorden. Ik heb afgerekend met een verleden. Maar een bastaard kon ontkomen. Hij had gewonnen. Mijn enige nederlaag.' Ze spuugde haast over haar eigen woorden. Je kon de haat jegens die onbekende hengst voelen. Niemand wist wie dit dier was. Panarea maar al te goed. Ze kende hem veel te goed. hij had haar verraden. Haar moeder ook. Maar ze kreeg hem niet dood. Hij was te sterk, te groot. En Condor zou ze niet mee in het zadel krijgen. Haar naam? Was hij nu werkelijk zo cliché? Nuja, hij gaf het sein. Hij stelde zich voor. Ze zweeg even. Nam de naam in haar op. Niet moeilijk om te onthouden.
"Panarea, dochter van Kharrea." Het was al een gewoonte van haar dat ze door ging als dochter van. Dan wisten de meeste paarden meteen waar ze aan waren. Jep. Ze was de dochter van de merrie die ooit nog als spion voor Cobrazarao had gewerkt, niemand wist van haar rang. Maar toen Cobra was vertrokken en syth drachtig had achter gelaten had Kha de kudde een tijd geleid. Ooit de meest machtige kudde in DH. De black rose. Panarea's droom was om die kudde te laten herreizen. Hun macht terug te laten keren. Het zou Dh goed doen om terug het evenbeeld van Cobra in Dh te voelen. Je zag de paarden nog steeds rillen als ze zijn naam hoorden. Hij was een heerser. Net als Amiya aan de goede kant. Maar stilaan leken ze meer en meer een legende te worden dan echte levende paarden. Net zoals de verrader Charming en al die andere paarden die bekend waren. Ze waren allemaal... Verdwenen...

6Return of evil Empty Re: Return of evil zo 11 nov - 1:22

Kay

Kay

Afreken, ja Kay kende het. Hij had het genoeg zelf zo'n klusje geklaard. En hij rekende vooral af met knollen die dachten dat hij zwak was, aangezien zijn schofthoogte. Hij had het enorm gehaat, en hij haatte het nog altijd. Maar pestkoppen kregen hem niet meer klein, nee, hij had ze klein gekregen. Zijn mondhoeken krulden een beetje op, zijn ogen schitterden vuur.
De merrie knikte. Goedkeurend? Hij kantelde zijn kop een beetje schuin. Oké, als zij haar veulens later dat graag wilde leren, oké, wat zij wilde. Afrekenen moest je eigenlijk alleen doen met de paarden die iets tegen je hadden gedaan, iets wat compleet niet hoorde. Maar sommige paarden vermoorden elk random paard dat op hun pad kwam. Ja joh, dáár kreeg je een goede naam van. Hij zocht naar uitdagingen, plezier. En die had hij een hele tijd niet meer gevonden. Alleen verduveld veel irritatie en woede. Niet de amuse waar hij naar verlangde.
'Dan ken je mijn levensverhaal.' Hij floot tussen zijn gele tanden. Nou, wat had dit merrietje een leuk leven gehad. Afrekenen met alles en iedereen. Maar waarom? Waarom deed ze dat? Had ze zo veel vijanden, zo veel haat? Had ze het wel voor zichzelf gedaan? Als ze het voor een ander had gedaan dan had ze een behoorlijk sneu leven gehad, de hele tijd knollen voor iemand afrekenen waar je zelf niet iets mee had te maken. Nou joehoe, wat een prettig leven. Offer je lichaam maar op. Deze arabier had vroeger misschien bloedmooi kunnen zijn.
‘Leuk leven,’ antwoordde hij sarcastisch op haar ‘‘levensverhaal’’. Hij schudde lachend zijn hoofd. Arme meid.
Opeens begon de merrie haar levensverhaal verder te vertellen. Hij luisterde geïnteresseerd naar haar woorden. Ze had reputatie. Hij kon het niet laten om binnensmonds te grinniken. Was ze een prinses of zoiets? Ondanks dat het belachelijk klonk, luisterde hij naar haar woorden. Het was wel waar, reputatie moest je voor vechten. Enkel een paar luie knollen hadden al die trots. Maar degene die ervoor vochten, had hij veel meer respect voor. De vechters, de doorzetters die streefden naar roem. Dié paarden hadden lef.
Ze zij dat haar moeder dood was, dat ze er gemakkelijk vanaf kwamen. Hij begreep het niet, toch bleef hij geïnteresseerd luisteren.
Ze was gecreëerd om te moorden. Weer grinnikte hij spottend binnensmonds. Dat iemand dat over zichzelf vertelde. Sommige werden er bang van, anderen keken het paard lachend aan. Hij hoorde bij de tweede groep. Toen vertelde ze dat ze een verleden had afgerekend. Zijn vermoedens werden bevestigd. Ze was een marionet, iemand die braaf andermans verleden ging afrekenen. Man, beesten moesten door krijgen dat ze het verleden achter zich moesten laten, gaan richten op het komende. Dat vergaten een heleboel knollen om hem heen.
Eén paard had van haar gewonnen: de bastaard. Hij kantelde haar hoofd. Ze had een nederlaag gehad, en ze was er redelijk overstuur van. Zijn mondhoeken krulden geamuseerd omhoog. Leedvermaak, dat was een mooi vermaak. Hij kon haar woede in haar ogen lezen. Leedvermaak, dat was het mooiste vermaak. Hij had zijn amuse gevonden.
‘Poor you,’ zei hij terwijl hij hardop grinnikte. Sommige paarden waren ook sneu. Zij viel onder die klasse. Eerst afrekenen met een verleden van iemand anders, en dan vet boos zijn omdat ze een nederlaag had geleden. Hij lachte naar die beesten.
"Panarea, dochter van Kharrea." Hij nam de namen in zich op. Ze stelde zich zelfs voor als "dochter van". Dat was dus haar leven, leven als dochter van iemand, zelf geen bepaalde waarde hebben. Haar moeder was zeker wel zo'n vechter geweest die de roem had gevonden, zij was een lappenpop die achter die roem aan zat. Hij schudde afkeurend zijn hoofd.
‘Dus Panarea, dochter van Kharrea. Ik heb werkelijk nog nóóit van één van die namen gehoord.’ Hij keek de merrie in haar ogen aan. Toen gaapte hij luidruchtig.
‘Maar uhm, prettig kennis te maken met je. Maar aangezien je een marionet bent, ben ik niet langer geïnteresseerd.’ Hij loog. Hij was wel degelijk geïnteresseerd. Maar hij daagde de merrie alleen maar uit om hem duidelijk te maken waarom zij geen pop was die bungelde aan touwtjes die een ander in handen had. Zelfs als diegene in de hel zat.


7Return of evil Empty Re: Return of evil zo 11 nov - 1:50

Panarea

Panarea

Panarea luisterde naar de woorden van de hengst. Het sarcasme droop van zijn stem af. Panarea's gezicht verrade niets. Ijskoude blik, strakke mondhoeken. Ze zwiepte met haar roetzwarte staart. Argh, ze moest dringend bijkomen. Ze moest weer aan de slag. Aan haar eigen toekomst gaan werken. Het bloed verder zetten. Ze moest sterker worden. Zelf bekend worden, haar moeder voorbij streven. Niet dat dat zo moeilijk ging zijn door haar korte leven hier in DH maar toch. Panarea had nog zo'n 10 jaar voor haar om te verwezenlijken wat haar moeder had gedaan. 10 jaar om haar te overtreffen. En nog eens een paar jaar meer om te bewijzen dat haar bloed niet gedoemd was om jong te sterven. Haar moeder had een groot risico genomen om voor zo'n grote hengst te kiezen. Ze had haar eigen dood gepland met haar te krijgen. Maar wat als dat mislukt was? Wat dan? Dan was er geen paard meer geweest met haar bloed. Dan was al die pijn voor niets geweest. Het enige wat Panarea zich nog herinnerde van haar was het grote litteken op haar hoofd. Haar zachte neus, de stem die haar naam toefluisterde. Een stem zo prachtig als het gezang van engelen. Maar een woede zo groot als dat van Satan himself. Voor de rest was Condor er altijd voor haar geweest. Maar nu leek hij verdwenen te zijn. Nergens vond ze hem nog. Haar laatste hoop was hier geweest maar zelf hier was hij niet te vinden. Ze was enkel dit mormel tegen gekomen. Een kleine hengst maar ze onderschatte hem niet. Ze had geleerd uit de lessen. Je mocht je niet baseren op grote of spieren. Een minder sterk paard kon van je winnen door zijn hersenen te gebruiken. Een klein paard door zijn wendbaarheid. Panarea was er honderd percent zeker van dat het mormel voor haar zich beter kon draaien als zij.

Ze snoof. Waar had dat dier de eerste drie jaar van zijn leven uitgehangen? Zeker niet in DH. Dat was duidelijk. Waarschijnlijk kende hij Cobrazarao en Sythka niet eens. Zo leek het toch. Maar waarom zoveel energie verspillen in iets? Panarea kon haar krachten beter sparen. Maar ze kon het ook zo niet laten dat hij haar een marionet noemde. Dat was ze vast en zeker niet.
"Dan heb je vast ook nooit gehoord van de black rose. Cobrazarao of Sythka." Antwoorde ze kortaf. Haar stem weergalmde even door de stilte. Hij was zacht van oorsprong maar ze gevormd dat het messteken leken. Panarea verstopte haar oorsprong van klanken. Ze was geen lief schatje. Neen, helemaal niet. Haar gelige tanden werden voor een moment zichtbaar. Haar ogen vernauwden zich een beetje. Ze was helemaal geen marionet. Ze had er zelf voor gekozen om het een en ander op een rijtje te zetten. Ze was zelf DH uit getrokken om meer over Kharrea te weten te komen. Alleen had ze daar een aantal dieren tegen gekomen die maar al te graag haar lieten boeten voor het bloed dat door haar aderen stroomde. Maar ze had de steun gekregen. De steun van haar moeders oude kudde buiten DH. Aquila was klein geworden maar de sterksten hadden het overleefd. Ze hadden haar opgenomen en samen met haar een pack gevormd. Samen met de nieuwe leider van de kudde hadden ze een groot deel van het gebied terug gewonnen wat ooit van hen was. Ze was veel over haar moeder te weten gekomen. Ze had ook te horen gekregen hoe sommige paarden nu over haar praatte dus had ze besloten om te bewijzen dat haar moeder niet had gefaald.
"Alles, alles wat ik in dit leven heb gedaan heb ik zelf besloten." Snauwde ze. Haar gitzwarte ogen gericht op het bonte beest voor haar.

8Return of evil Empty Re: Return of evil zo 11 nov - 9:10

Kay

Kay

Het beest staarde haar aan. Zijn tong gleed even uit zijn bek om zijn lippen af te likken. Wat dacht ze, dat ze bang zou worden van haar blik? Waarom was het niveau zo erg gedaald bij iedereen! Van oh kijk mij kil kijken, oh kijk mij, nu ben ik sleeheeecht. En je mag mijn naam niet weten, want daar ben ik oohh zo veel te goed voor jou. Als je naam niet werd uitgesproken, dan zou niemand je kennen, niemand zou van je roem weten. Of was het "die mysterieuze enge gedaante" die ze wilde zijn. De Mask van DreamHorses. Hij kon er hardop om lachen, stomme paarden.
Hij streefde ook naar die roem. Bijna ieder paard streefde erna. En streefde je niet naar wat bekendheid, dan was je maar dat onbekende random paard dat niemand kende. Iedereen kende uiteindelijk Fawn, leidster van de meest gevreesde kudde van heel DreamHorses. Zoiets als dat wilde hij ook bereiken. Er waren vast meer beroemde paarden in DreamHorses geweest, die hij misschien niet kende. Hij was vaak in DreamHorses geweest, en er toen weer uit. Hij had niet veel meegemaakt hier binnen. Maar als je bekendheid zocht, dan moest je hier beginnen. Er waren hier zoveel paarden.
"Dan heb je vast ook nooit gehoord van de black rose. Cobrazarao of Sythka." Hij keek de merrie aan. Hij deed alsof hij héél hard nadacht. Hij grijnsde en draaide met zijn ogen.
‘Moppie, ik ben geen geschiedenis expert. Nee, ik ken ze niet. Nee, ik ben niet lang in DreamHorses.’ Hij keek weg van de merrie. Hier wilde hij het niet langer over hebben. Dat hij haar oh zo beroemde moedertje niet kende maakte hem ook niet uit. Haar blijkbaar wel. Maar wat boeide het. Niemand vertelde verhalen over de beroemde Kharrea, dus zó beroemd zou ze nou ook wel niet zijn geweest.
Bij zijn volgende opmerking waren haar tanden zichtbaar. Bam, daar had ze haar te pakken. Zijn ogen vlogen op de gele tanden van de merrie, toen naar haar donkere ogen. Hij had hem wel degelijk geraakt. En zij dacht waarschijnlijk van niet, maar als ze had afgerend met vijanden van iemand anders. Tsja, dan zag hij haar als een lappenpopje.
"Alles, alles wat ik in dit leven heb gedaan heb ik zelf besloten." Hij rolde met zijn ogen. Wat zij wilde. Hij schudde zijn hoofd toen eens lachend. Ze moest eens wat zelfkennis leren. Ze had het gedaan, dat had ze zelf besloten. Maar toch met enige verplichting om af te rekenen voor mama.
Hij haalde zijn voorbenen uit de modder. ‘Wat jij wilt..’ antwoordde hij loom. Hij keerde zich op zijn achterhand om. Zijn ogen flitsten kort naar achteren wat de merrie achter hem zou doen. ‘Tóch wordt je geleid door andermans daden. Het zal je je hele leven achterna zitten. Het verleden van een ander afgerekend. Pfft, wat jíj met je leven wil doen.’ Hij stapte al verder van haar weg, niet meer naar achteren kijken.
‘Ik zou het anders hebben gedaan,’ wierp hij er nog achteraan.
Hij was benieuwd wat de merrie zou doen. Hem achternagaan, of daar achterblijven. Waarschijnlijk was de merrie haar trots te hoog, en zou ze hem hooghartig ongelijk proberen te bewijzen. Merries waren ook zo dom.

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum