Eclips kwam eindelijk bij de rivier aan. De mooie vertrouwde rivier. Ze begon te drinken. Wat lekker...Mmmmmmmmmhh is normaal lekker water. ze hief haar hoofd op. Want ze hoorde iets. Pfff het was waarschijnlijk omdat ze zo moe was. Toen ze rond keek zag ze een dikke boom.Daarging ze naartoe, en ging even liggen. En viel meteen in slaap.
Een 'dik kwartier later
Eclips deed haar oogjes open. Toen ze zag dat ze nog bij de rivier was, grijnsde ze. Wat een mooie plek om wakkker te worden. Ze glimlachte blij. Ze stond op. Deze plek was bijzonder voor haar. Deze plek haalde een hele grote herinnering omhoog.hier was ze iemand voor haar hele leven kwijt geraakt, diegene die ouder was, die famillie was, die bijzonder was.Diegene waar ze van hiel, diegene was Heidi. Haar liefe zus. Ze hield vn haa, maar was haar haar hele leven kwijt. Vooraltijd. Er rolde een traan over haar wang Maar ze snapte het niet. Ze snapte niet waarom ze nog huilde. Want ze had haar gisteren in de vallei terug gevonden. Toen kreeg ze weer een blij gevoel. wat een gevoelens. Ze stond op, en keek wat rond. Toe kreeg ze weer dorst dus ging ze drinken. Maar toen ze een stapje zette, hoorde ze knars. Ze keek naar haar hoeven. Dus die tijd dat ze aan het slapen was, en aan het dagdromen heeft het een beetje gesneeuwd. En het sneeuwde nu ook al. Dus stapte ze verer, krars hoorde ze. Best een leuk geleud. Ze had echt zin om in het rond te trappelen, voor het geluid. dus deed ze dat ook. knars, knars, knars.
Ze glimlachte. Gheghe grappig. Maar toen ging ze drinken. Van al dat tippelen krijg je dorst. Slok slok. Aaah wat lekker. Ze lachte hardop. omg wat is daar grappig aan? ze was eng bezig vond ze zelf. Toen keek ze achterom. Er zat een paard naar haar te kijken. Ze schaamde zich vreselijk..
-Liefst een goed paardje, maar ook maar één paardje, als je er bij wilt vraag dan even toestemming-
Een 'dik kwartier later
Eclips deed haar oogjes open. Toen ze zag dat ze nog bij de rivier was, grijnsde ze. Wat een mooie plek om wakkker te worden. Ze glimlachte blij. Ze stond op. Deze plek was bijzonder voor haar. Deze plek haalde een hele grote herinnering omhoog.hier was ze iemand voor haar hele leven kwijt geraakt, diegene die ouder was, die famillie was, die bijzonder was.Diegene waar ze van hiel, diegene was Heidi. Haar liefe zus. Ze hield vn haa, maar was haar haar hele leven kwijt. Vooraltijd. Er rolde een traan over haar wang Maar ze snapte het niet. Ze snapte niet waarom ze nog huilde. Want ze had haar gisteren in de vallei terug gevonden. Toen kreeg ze weer een blij gevoel. wat een gevoelens. Ze stond op, en keek wat rond. Toe kreeg ze weer dorst dus ging ze drinken. Maar toen ze een stapje zette, hoorde ze knars. Ze keek naar haar hoeven. Dus die tijd dat ze aan het slapen was, en aan het dagdromen heeft het een beetje gesneeuwd. En het sneeuwde nu ook al. Dus stapte ze verer, krars hoorde ze. Best een leuk geleud. Ze had echt zin om in het rond te trappelen, voor het geluid. dus deed ze dat ook. knars, knars, knars.
Ze glimlachte. Gheghe grappig. Maar toen ging ze drinken. Van al dat tippelen krijg je dorst. Slok slok. Aaah wat lekker. Ze lachte hardop. omg wat is daar grappig aan? ze was eng bezig vond ze zelf. Toen keek ze achterom. Er zat een paard naar haar te kijken. Ze schaamde zich vreselijk..
-Liefst een goed paardje, maar ook maar één paardje, als je er bij wilt vraag dan even toestemming-