Hoefsporen waren te vinden in de zachte bodem van het meander. Haar hoeven tikten af en toe zacht op een iets hardere bodem. Ze draaide haar ene oor opzij en de andere naar achteren. Luisterend naar de verschillende geluiden om haar heen. De zon maakte haar redelijk slecht gezind. Ze had liever slecht weer, maar het was nu lente. Je kon het goede weer helemaal niet tegenhouden. Ze snoof kort en schudde met haar hoofd. De zon scheen op haar lijf en verwarmde haar, alsof het zomer was. Toch was het helemaal geen zomer, nog niet. Ze was vandaag ook in een rustige bui door het warme weer. Ze had gewoon nergens nog zin in. De trainingen waren even voorbij en nu kon ze weer gaan dwalen in dit gebied. Haar geur was vol met bloed, hengsten en de dood. Geen Horcrux geur tot nu toe in haar vacht. Ze zou nog wel eens door het kuddegebied gaan om haar geur ermee te vermengen, maar nu nog niet. Ze moest misschien nog terug keren naar de Blood Horses en altijd tegen hengsten en bloed aanwrijven was niet even fijn. Anaïs draaide haar ene oor kort naar voren toen ze opnieuw wat hoorde. Ze snoof kort en hoorde het water. Ze liep stevig door en liet haar afdalen naar het meander. De stroming was niet zo sterk als bij de rivier. Ze liet haar hals zakken en nam een aantal slokken van het water. Haar donkere ogen op haar spiegelbeeld gericht. Haar manen waren nog gegroeid en haar voorlok lag nog steeds over het hart heen. Haar dikke staart sloeg heen en weer. Ze zette een paar stappen achteruit en schudde haar vacht uit. De wintervacht was helemaal verdwenen en een mooie kleur was te vinden bij de merrie. Donker, maar bruin. Ze liet haar donkere ogen over de omgeving heenglijden terwijl ze diep nadacht. Buiten haar trainingen en missies moest ze nog steeds verder gaan met haar plan. Ze zou bijna drie jaar oud worden en dan was het tijd voor de dood van de witte merrie. Ze zou de kudde overnemen en heersen. Ze grijnsde breed bij die gedachte. Ze zou misschien veel meer paarden aantrekken omdat ze slimmer en machtiger dan haar moeder was. Natuurlijk veel mooier en jong. Ze schudde de gedachte alweer weg. Het was nog geen tijd om haar plan verder te zetten. Ze moest nog een paar paarden toevoegen aan de groep. Alleen kon ze het gebied niet betreden om de merrie te doden. Kuddeleden zouden haar beschermen. Anaïs schudde de gedachte weg en richtte haar weer op de tijd van nu. Een onbekende geur van een hengst drong al snel haar neus binnen. Ze draaide haar om en zag verderop een hengst lopen. Hij toonde de slechtheid al snel. Ze negeerde het en nam daarna nog een paar slokken van het frisse water.
Sens #
Sens #