In een beheerst drafje kwam de witte merrie aandraven. Ze was in gedachten verzonken en lette daarom niet bepaald op haar omgeving. Haar benen maakten lange passen over de laag sneeuw die het gras eronder verborg. Af en toe ging ze onbewust iets zachter lopen, totdat ze het merkte en haar tempo weer versnelde. Eigenlijk had ze niet echt een doel. Maar ze moest aan haar conditie werken, en dat betekende lange afstanden lopen.
Plotseling viel haar oog op een rivier. Met een schok hield ze stil. Haar ogen werden groter. Wat wás dit voor.. ding? Het leek op een rivier, maar eentje die vele bochten maakte. Ze had het nog nooit eerder gezien. Op haar hoede kwam ze dichterbij, haar oren geconcentreerd naar achteren gedraaid. Er waren hier weinig bomen en dus eigenlijk geen beschutting. Toch viel haar witte vacht nauwelijks op met de rest van het gebied. Dat was in ieder geval één voordeel. Fronsend bekeek ze de rivier. Sinds wanneer was dit er? Een blik achterom vertelde de witte merrie dat ze nog steeds in DH was. Vreemd.
Plotseling viel haar oog op een rivier. Met een schok hield ze stil. Haar ogen werden groter. Wat wás dit voor.. ding? Het leek op een rivier, maar eentje die vele bochten maakte. Ze had het nog nooit eerder gezien. Op haar hoede kwam ze dichterbij, haar oren geconcentreerd naar achteren gedraaid. Er waren hier weinig bomen en dus eigenlijk geen beschutting. Toch viel haar witte vacht nauwelijks op met de rest van het gebied. Dat was in ieder geval één voordeel. Fronsend bekeek ze de rivier. Sinds wanneer was dit er? Een blik achterom vertelde de witte merrie dat ze nog steeds in DH was. Vreemd.