Courage galoppeerde door de hoge korenhalmen. Ze voelde hoe kleine takjes en stukjes koren in haar vacht bleven haken, maar ze besteedde er geen aandacht aan. In volle galop rende ze door het korenveld. Ze rende zo hard, omdat ze gewoon even wat energie kwijt wou, en ze dit de beste manier vond, aangezien zo toch alleen was. Voor haar vloog een vlinder, en Courage hield even halt om er naar te kijken. Toen het kleine schepsel te hoog was gevlogen om nog zichtbaar te zijn, galoppeerde ze verder. Ze ging harder en harder, tot ze opeens een onbekende deur rook. Ze snoof diep, maar ze herkende de geur nog steeds niet. ze draaide zich om, en zag een ander paard staan. Courage had wel behoefte aan een beetje geselschap, en liep langzaam naar het andere paard toe.
[madness]
[madness]