{{ I know, vreemde titel XD }}
"Alsjeblieft." smeekte Itzala, terwijl ze twee stappen naar achteren zette. Het bonte paard(Gewoon een random paardjuh) op zijn beurt kwam echter dichterbij. "Je had nooit hierheen moeten komen." Weerklonk er uit de richting van de bonte hengst, terwijl hij een paar fikse klappen uitdeelde met zijn machtige hoeven. Itzala kon ze voelen, en het maakte haar hoofd aan het tollen. Ze knipperde met haar ogen, maar haar zicht verminderde dramatisch. Ik..wil niet vechten... dacht ze, terwijl de pijn steeds verder zich verspreidde over haar lichaam. Ze zou sterven als ze niet zou vechten, dat was zeker. Waarom? Tien minuten geleden, toen ze nog vrolijk bij het Meander aan het ronddraven was, had ze nooit die bonte tegen het lijf aan moeten lopen. Al meteen was hij geïrriteerd, en dat was voor hem alle reden haar aan te vallen. Hij was meteen begonnen met aanvallen, en Itzala was niet meer op haar hoede geweest om de aanvallen te blokkeren, ze was uit balans geraakt, en was toen weer opgestaan, en toen hem gesmeekt, tot het punt waar ze nu waren. Dat dat allemaal in tien minuten kon gebeuren was haar ook opgevallen, maar ze wist dat er natuurlijk wat meerdere klappen aan te pas waren gekomen om haar neer te halen. Ze keek recht in de ogen van de bonte hengst, hopend op genade, maar er was geen genade in zijn ogen, alleen haat. Ze kende die ogen, die ogen van haat. Iedereen in een gevecht met haar had die wel. Haat van jaloezie, haat van wraak, verschillende haatgevoelens had ze gelezen in zo'n paar paardenogen. En deze was niet veel anders dan die ze gewend was. Ze probeerde weer controle te krijgen op haar evenwicht, en het lukte, maar de bonte hengst had een hap lucht genomen om haar weer verrot te meppen. Ze kneep haar ogen dicht, nee, dit wilde ze niet. Ze maakte haar hoofd leeg, probeerde zich te bevrijden van alle emoties die met pijn te maken hadden, en wilde alleen maar dat het snel voorbij was. Ze had toch niet verdiend het hier in Dreamhorses te zijn, te mogen leven hier. Vroeg of laat zou iemand haar toch wel vermoord hebben, omdat ze niet wilde vechten. Niet omdat ze goed was, maar omdat ze vond dat ze genoeg paarden pijn had gedaan, had zien sterven omdat zij dat had veroorzaakt. Het zou alleen maar goed zijn als ze zou sterven, het zou een hoop paarden tot rust brengen. Ze voelde haar lange manen tegen haar hoofd aan waaien, de wind stond in een tegenovergestelde richting. Zou ze sterven als ze zich overgaf? Ze ontspande haar spieren, maar door de beweging schoten verschillende pijnscheuten uit alle richtingen naar overal waar ze kon voelen. Ze kon... Nee, ze kon niet! << Plotseling deed ze haar blauwe ogen wijdopen, draaide zich om naar de bonte hengst, en grijnsde kwaadaardig. De bonte hengst schrok zich te pletter en deinsde achteruit. "Niemand zal mij pijn doen." zei Itzala met een duidelijke wraakzuchtige stem, zonder enige twijfels of angst. Ze spande haar spieren aan, en galoppeerde op de bonte hengst af. Mocht die hengst een dood paard willen hebben, kon hij er een krijgen, maar zij was het niet. Het was te laat te ontsnappen. Ze sperde haar mond open, en trapte met haar hoeven tegen de hengst aan. De hengst begon schelle hinniken uit te slaan, woest en verward tegelijk. Hij begon te schudden met zijn hoofd. Ah, bang om in zijn nek geraakt te worden? Ze beet in zijn nek, en hield zichzelf op twee benen, totdat ze merkte dat de hengst in begon te zakken en ze niet meer kon steunen op de hengst. Ze keek naar de hengst, die na wat afschuwelijk klinkende kreun-geluiden niets meer zei en zijn uiteindelijke rustplaats had gevonden. "Zelfs hel verdient jou niet." Ze keek afkeurend naar de dode hengst, maar besteedde er verder geen aandacht aan. Ze snoof, en stapte verder. >>
Itzala ontsnapte weer uit haar afwezige gedachten, en keek om zich heen. Wacht, was ze drie seconden geleden niet aangevallen door een hengst? Was het allemaal een droom? Nee, het kon niet, ze voelde de wonden nog steeds prikken. Had iemand haar gered, terwijl ze bewustzijn verloor? Ze kon niets meer herinneren van wat er was gebeurd, en waar ze eigenlijk heen aan het lopen was. Ze draaide zich half om, en keek achter zich. Niks te zien. Behalve het bloedspoor dat steeds minder en minder werd dat haar achtervolgde, het zou vast zo wel stoppen met bloeden, als ze zou genezen. Ze proefde iets in haar mond. Bloed? Was ze geraakt in haar mond? Ze liep naar het water toe, en merkte dat haar hele mond onder zat. Meteen hield ze haar snuit in het water, en spoelde haar mond om. Dat is vreemd, met zoveel bloed was het normaal dat er dan een wond zat. Wat was er gebeurd? Ze hief haar hoofd op, en zag de rest van de stroom van het meander. Het was zo normaal, zo rustgevend. Er zou niets gebeurd moeten zijn. Er zat niets anders op dan verder te gaan met het leven, en om door te gaan met haar normale alledaagse leventje. Ze spitste haar oren, en draaide zich nieuwsgierig om, van het water af. Waren er meerdere wezens hier? Meestal was dat wel het geval wanneer ze geluiden hoorde. Getik, geruis, ze wist niet precies wat het was. Misschien was het haar verbeelding maar, er gebeurde met haar wel vaker vreemde dingen. Ze moest in ieder geval iets doen aan haar wonden, om het bloed te stoppen, en ze draaide zich weer om, en stapte met haar benen in het meander, en voelde de pijn langzaam uit haar benen ontsnappen. Ze ging wat dieper het meander in, en ze stond nu zo dat de helft van haar romp nog boven water was, en bleef nog even staan. Toen ze weer uit het meander waadde, was ze er zeker van dat er een tweede paard was. En in de buurt.
{{Open voor iedereen, komt allen Btw, voor de vaagheid tussen de >> en << : Itzala lijdt vanaf dit topic aan DIS, oftewel: Ze krijgt 1 of meerdere persoonlijkheden die haar gedrag overnemen en kan zich daarna niet meer herinneren wat die andere persoonlijkheden hebben gedaan =3 Vandaar die pijltjuhs en de niet donkerblauwe maar blauwe tekst Yay voor creativiteit }}
"Alsjeblieft." smeekte Itzala, terwijl ze twee stappen naar achteren zette. Het bonte paard(Gewoon een random paardjuh) op zijn beurt kwam echter dichterbij. "Je had nooit hierheen moeten komen." Weerklonk er uit de richting van de bonte hengst, terwijl hij een paar fikse klappen uitdeelde met zijn machtige hoeven. Itzala kon ze voelen, en het maakte haar hoofd aan het tollen. Ze knipperde met haar ogen, maar haar zicht verminderde dramatisch. Ik..wil niet vechten... dacht ze, terwijl de pijn steeds verder zich verspreidde over haar lichaam. Ze zou sterven als ze niet zou vechten, dat was zeker. Waarom? Tien minuten geleden, toen ze nog vrolijk bij het Meander aan het ronddraven was, had ze nooit die bonte tegen het lijf aan moeten lopen. Al meteen was hij geïrriteerd, en dat was voor hem alle reden haar aan te vallen. Hij was meteen begonnen met aanvallen, en Itzala was niet meer op haar hoede geweest om de aanvallen te blokkeren, ze was uit balans geraakt, en was toen weer opgestaan, en toen hem gesmeekt, tot het punt waar ze nu waren. Dat dat allemaal in tien minuten kon gebeuren was haar ook opgevallen, maar ze wist dat er natuurlijk wat meerdere klappen aan te pas waren gekomen om haar neer te halen. Ze keek recht in de ogen van de bonte hengst, hopend op genade, maar er was geen genade in zijn ogen, alleen haat. Ze kende die ogen, die ogen van haat. Iedereen in een gevecht met haar had die wel. Haat van jaloezie, haat van wraak, verschillende haatgevoelens had ze gelezen in zo'n paar paardenogen. En deze was niet veel anders dan die ze gewend was. Ze probeerde weer controle te krijgen op haar evenwicht, en het lukte, maar de bonte hengst had een hap lucht genomen om haar weer verrot te meppen. Ze kneep haar ogen dicht, nee, dit wilde ze niet. Ze maakte haar hoofd leeg, probeerde zich te bevrijden van alle emoties die met pijn te maken hadden, en wilde alleen maar dat het snel voorbij was. Ze had toch niet verdiend het hier in Dreamhorses te zijn, te mogen leven hier. Vroeg of laat zou iemand haar toch wel vermoord hebben, omdat ze niet wilde vechten. Niet omdat ze goed was, maar omdat ze vond dat ze genoeg paarden pijn had gedaan, had zien sterven omdat zij dat had veroorzaakt. Het zou alleen maar goed zijn als ze zou sterven, het zou een hoop paarden tot rust brengen. Ze voelde haar lange manen tegen haar hoofd aan waaien, de wind stond in een tegenovergestelde richting. Zou ze sterven als ze zich overgaf? Ze ontspande haar spieren, maar door de beweging schoten verschillende pijnscheuten uit alle richtingen naar overal waar ze kon voelen. Ze kon... Nee, ze kon niet! << Plotseling deed ze haar blauwe ogen wijdopen, draaide zich om naar de bonte hengst, en grijnsde kwaadaardig. De bonte hengst schrok zich te pletter en deinsde achteruit. "Niemand zal mij pijn doen." zei Itzala met een duidelijke wraakzuchtige stem, zonder enige twijfels of angst. Ze spande haar spieren aan, en galoppeerde op de bonte hengst af. Mocht die hengst een dood paard willen hebben, kon hij er een krijgen, maar zij was het niet. Het was te laat te ontsnappen. Ze sperde haar mond open, en trapte met haar hoeven tegen de hengst aan. De hengst begon schelle hinniken uit te slaan, woest en verward tegelijk. Hij begon te schudden met zijn hoofd. Ah, bang om in zijn nek geraakt te worden? Ze beet in zijn nek, en hield zichzelf op twee benen, totdat ze merkte dat de hengst in begon te zakken en ze niet meer kon steunen op de hengst. Ze keek naar de hengst, die na wat afschuwelijk klinkende kreun-geluiden niets meer zei en zijn uiteindelijke rustplaats had gevonden. "Zelfs hel verdient jou niet." Ze keek afkeurend naar de dode hengst, maar besteedde er verder geen aandacht aan. Ze snoof, en stapte verder. >>
Itzala ontsnapte weer uit haar afwezige gedachten, en keek om zich heen. Wacht, was ze drie seconden geleden niet aangevallen door een hengst? Was het allemaal een droom? Nee, het kon niet, ze voelde de wonden nog steeds prikken. Had iemand haar gered, terwijl ze bewustzijn verloor? Ze kon niets meer herinneren van wat er was gebeurd, en waar ze eigenlijk heen aan het lopen was. Ze draaide zich half om, en keek achter zich. Niks te zien. Behalve het bloedspoor dat steeds minder en minder werd dat haar achtervolgde, het zou vast zo wel stoppen met bloeden, als ze zou genezen. Ze proefde iets in haar mond. Bloed? Was ze geraakt in haar mond? Ze liep naar het water toe, en merkte dat haar hele mond onder zat. Meteen hield ze haar snuit in het water, en spoelde haar mond om. Dat is vreemd, met zoveel bloed was het normaal dat er dan een wond zat. Wat was er gebeurd? Ze hief haar hoofd op, en zag de rest van de stroom van het meander. Het was zo normaal, zo rustgevend. Er zou niets gebeurd moeten zijn. Er zat niets anders op dan verder te gaan met het leven, en om door te gaan met haar normale alledaagse leventje. Ze spitste haar oren, en draaide zich nieuwsgierig om, van het water af. Waren er meerdere wezens hier? Meestal was dat wel het geval wanneer ze geluiden hoorde. Getik, geruis, ze wist niet precies wat het was. Misschien was het haar verbeelding maar, er gebeurde met haar wel vaker vreemde dingen. Ze moest in ieder geval iets doen aan haar wonden, om het bloed te stoppen, en ze draaide zich weer om, en stapte met haar benen in het meander, en voelde de pijn langzaam uit haar benen ontsnappen. Ze ging wat dieper het meander in, en ze stond nu zo dat de helft van haar romp nog boven water was, en bleef nog even staan. Toen ze weer uit het meander waadde, was ze er zeker van dat er een tweede paard was. En in de buurt.
{{Open voor iedereen, komt allen Btw, voor de vaagheid tussen de >> en << : Itzala lijdt vanaf dit topic aan DIS, oftewel: Ze krijgt 1 of meerdere persoonlijkheden die haar gedrag overnemen en kan zich daarna niet meer herinneren wat die andere persoonlijkheden hebben gedaan =3 Vandaar die pijltjuhs en de niet donkerblauwe maar blauwe tekst Yay voor creativiteit }}