Langzaam slofte ze voort opzoek naar een open plek hier ergens in het bos, een plek waar ze een hinnik kon weergeven, een hinnik kon prijsvragen, een hinnik aan de leider van Utopia. Ze was ontzettend eenzaam na de dood van Amenia en had wel eens behoefte aan iets, aan een soort van gezelschap, het maakte niet uit hoe. Het liefste aan een dier of iets die ze kon vergelijken met Amenia, een vrolijk dier, enthousiast en altijd opgewekt. In spring in het veld zullen we maar zeggen, want dat was een beetje wat Amenia was. Ze had niet vaak gezelschap en ze wist dat ze met een vooral eenzaam leven zou moeten handelen maar af en toe wat gezelschap was natuurlijk altijd fijn. Gezelschap om je verhalen mee te delen, gezelschap dat naar je luisterde.
,,Moeder. ’’
Hoorde ze achter zich, ze stond stokstijf stil, luisterde nog eens naar de woorden die de hengst herhaalde.
,,Moeder ben jij dat?’’
Dit keer waren de woorden harder uitgesproken. Ravena draaide zich langzaam en behoed om, de gestalte die voor haar stond brak haar hart nog meer, hij had haar opgezocht…
,,Waarom. Waarom zoek je me op na datgene wat je me aangedaan hebt. Waarom vraag ik je.’’
Zei ze bars tegen hem. De hengst, drager van de naam Raskal leek te schrikken van haar norsheid en haar botte woorden, hij was het niet van haar gewend. Maar het was zijn eigen fout geweest. Hij had haar pijn gedaan, hij had haar gevoeligste plek weten op te noemen, enkel om eer, om een hogere rang in de grote kudde. En dat had hij voor elkaar hij was nu een van de vier béta’s in de grote kudde van ongeveer tachtig paarden. Ravena haar blik viel op de reusachtige condor naast de hengst, hij was qua breedte groter dan zijn metgezel die Condor. Het was de grootste der roofvogels.
,,Ik zie dat je vriend nog steeds leeft.’’
Zei ze licht minachtend, een toon waarvan ze direct spijt had. Dat dier kon er ook niets aan doen dat hij zo’n walgelijk iemand als metgezel had gekozen, hij wist het waarschijnlijk niet eens. Maar dat veranderde de zaken niet, nee, dat gaf ze zelfs amper een wending. Het ging nu eventjes tussen Raskal en Ravena. Die Condor had er dus helemaal niks mee te maken. En hij zou er waarschijnlijk ook nooit iets mee te maken krijgen. Aangezien Ravena niet van plan was hem te vermoorden, hij had haar niks misdaan en als hij Raskal zou beschermen. Wat hij ongetwijfeld zou doen dan was hem dat niet kwalijk te nemen, dan was het juist goed van hem dat hij dat deed. Ook al zat hij Ravena dan misschien in de weg. Het was zijn plicht als maat om voor zijn maat op te komen.
,,Ravena.’’
Sprak Raskal plots streng, Ravena keek licht verbaasd op maar dat vaagde bijna direct weer weg. Ze was het niet gewend dat haar eigen pleegzoon haar bij haar eigen naam noemde, zeker niet.
,,Ik heb er spijt van alsjeblieft vergeef het me.’’
Klonken zijn smekende woorden. Ravena snoof eventjes verontwaardigd. Wat dacht hij wel niet? Dat ze het nu zo eventjes meteen goed konden maken? Mooi niet dus.
,,Luister Raskal, als ik jou was dan zou ik hem nu heel erg snel peren, want zo makkelijk vergeef ik je dit niet, ik zal het je nooit vergeven. Je kan het net zo goed op mijn kont branden ik zal het je gewoon simpel weg niet vergeven. Je hebt me teleur gesteld, en je deed dit enkel voor jezelf. Ik hoef je niet meer te zien, ik hoef niks meer van je te horen, ik wou dat ik je had laten rotten daar aan de kant van het pad in plaats van je mee naar huis te nemen.’’
Sloot ze haar woorden bot af, de hengst was hiervan duidelijk geschrokken want hij rende meteen weg. Nors schudde ze zich uit en vaagde hiermee haar norsheid weg. Dus half boos half Ravena kalm en zelfverzekerd liet ze een hinnik horen eenmaal in de middag aangekomen bij de open plek in het grote bos.
{{Nanami~}}
,,Moeder. ’’
Hoorde ze achter zich, ze stond stokstijf stil, luisterde nog eens naar de woorden die de hengst herhaalde.
,,Moeder ben jij dat?’’
Dit keer waren de woorden harder uitgesproken. Ravena draaide zich langzaam en behoed om, de gestalte die voor haar stond brak haar hart nog meer, hij had haar opgezocht…
,,Waarom. Waarom zoek je me op na datgene wat je me aangedaan hebt. Waarom vraag ik je.’’
Zei ze bars tegen hem. De hengst, drager van de naam Raskal leek te schrikken van haar norsheid en haar botte woorden, hij was het niet van haar gewend. Maar het was zijn eigen fout geweest. Hij had haar pijn gedaan, hij had haar gevoeligste plek weten op te noemen, enkel om eer, om een hogere rang in de grote kudde. En dat had hij voor elkaar hij was nu een van de vier béta’s in de grote kudde van ongeveer tachtig paarden. Ravena haar blik viel op de reusachtige condor naast de hengst, hij was qua breedte groter dan zijn metgezel die Condor. Het was de grootste der roofvogels.
,,Ik zie dat je vriend nog steeds leeft.’’
Zei ze licht minachtend, een toon waarvan ze direct spijt had. Dat dier kon er ook niets aan doen dat hij zo’n walgelijk iemand als metgezel had gekozen, hij wist het waarschijnlijk niet eens. Maar dat veranderde de zaken niet, nee, dat gaf ze zelfs amper een wending. Het ging nu eventjes tussen Raskal en Ravena. Die Condor had er dus helemaal niks mee te maken. En hij zou er waarschijnlijk ook nooit iets mee te maken krijgen. Aangezien Ravena niet van plan was hem te vermoorden, hij had haar niks misdaan en als hij Raskal zou beschermen. Wat hij ongetwijfeld zou doen dan was hem dat niet kwalijk te nemen, dan was het juist goed van hem dat hij dat deed. Ook al zat hij Ravena dan misschien in de weg. Het was zijn plicht als maat om voor zijn maat op te komen.
,,Ravena.’’
Sprak Raskal plots streng, Ravena keek licht verbaasd op maar dat vaagde bijna direct weer weg. Ze was het niet gewend dat haar eigen pleegzoon haar bij haar eigen naam noemde, zeker niet.
,,Ik heb er spijt van alsjeblieft vergeef het me.’’
Klonken zijn smekende woorden. Ravena snoof eventjes verontwaardigd. Wat dacht hij wel niet? Dat ze het nu zo eventjes meteen goed konden maken? Mooi niet dus.
,,Luister Raskal, als ik jou was dan zou ik hem nu heel erg snel peren, want zo makkelijk vergeef ik je dit niet, ik zal het je nooit vergeven. Je kan het net zo goed op mijn kont branden ik zal het je gewoon simpel weg niet vergeven. Je hebt me teleur gesteld, en je deed dit enkel voor jezelf. Ik hoef je niet meer te zien, ik hoef niks meer van je te horen, ik wou dat ik je had laten rotten daar aan de kant van het pad in plaats van je mee naar huis te nemen.’’
Sloot ze haar woorden bot af, de hengst was hiervan duidelijk geschrokken want hij rende meteen weg. Nors schudde ze zich uit en vaagde hiermee haar norsheid weg. Dus half boos half Ravena kalm en zelfverzekerd liet ze een hinnik horen eenmaal in de middag aangekomen bij de open plek in het grote bos.
{{Nanami~}}