Are you, are you coming to the tree?
Where they strung up a man they say murdered three.
Strange things did happen here, no stranger would it be.
If we met up at midnight in the hanging tree.
Where they strung up a man they say murdered three.
Strange things did happen here, no stranger would it be.
If we met up at midnight in the hanging tree.
De woorden bleven zich door het paardenhoofd weergalmen. Het deed haar denken aan Ziva: haar iets jongere zus. Waarom eigenlijk? Het stond niet eens met haar verbonden en het had helemaal niet met de situatie te maken waar ze samen in hadden gezeten. Plotseling herinnerde ze zich het feit. Het was het liedje die haar vader haar op de leeftijd van een half jaar geleerd had. Ziva was net geboren en waarom precies wist Pearl niet, maar haar vader had het simpele, treurige liedje altijd voor hen gezongen. Vroeger had ze geen benul van de inhoud van het lied en ze had er sinds een jaar of vijf niet eens meer over nagedacht. Het compleet vergeten. Tot nu, nu ze het liedje uit het niets in haar hoofd had. De melodie was rustig en de stem waarmee haar vader het altijd zong was op een haast fluisterende manier gezongen. Prachtig, vond ze het. Na al die jaren wist ik de betekenis er een beetje uit te ontdekken. Er zat een soort structuur - een verhaal in het simpele liedje. Toch raakte het haar, ook al was er niet veel bijzonders aan. Vast omdat haar vader het altijd gezongen had.
Are you, are you coming to the tree?
Where the dead man called out for his love to flee.
Strange things did happen here, no stranger would it be.
If we met up at midnight in the hanging tree.
Where the dead man called out for his love to flee.
Strange things did happen here, no stranger would it be.
If we met up at midnight in the hanging tree.
De zee zag er zoals altijd nog onaangeroerd uit. De golven krulden over elkaar heen in het zeegroene water, de lucht was helderblauw en in het lichtgekleurde zand waren om de enkele millimeters voetsporen te vinden. Prachtig als altijd. Vredig als altijd. Ook de afdrukken van haar hoeven stempelden zich in het zand. Toen ze eens diep insnoof voelde ze de zoute zeelucht in haar neus prikken. Stevig stapte Pearl door, eigenlijk geen flauw benul hebbend waarom ze hier was. Dat had ze wel vaker; ze liep vaak ergens rond zonder een bepaalde reden. Altijd leken de bezoekers plotseling te komen, want ook dit keer had ze geen geuren of geluiden opgemerkt. Pas toen de wind haar kant op waaide merkte ze de geur op van een bekende. Ze draaide haar hoofd om - haar manen waaiden in woeste banen om haar slanke nek. "Painted? Painted Black?"
En Painted Black