Lopen. Lopen. Lopen. Een algemene rol in het leven. Hadden ze geen leukere naam kunnen verzinnen dan ‘lopen’? Lopen was .. Het klonk negatief, niet waar? Lopen. Lopen. Lopen. . Een van die dingen die je gewoon móét doen. Net als eten, drinken, slapen, ademen, allemaal van die dingen waar je niks aan kan veranderen. Noefke zette weer een stap en met een gebaar dat zei dat je uit haar buurt moest blijven mompelde ze weer het woord lopen.
Lopen. Lopen. Lopen. .
Altijd maar dat lopen, klonk het in haar hoofd. Een zucht verliet haar neus gaten en een irriterende vlieg nam er plaats. Het beest zoemde irritant heen en weer. Ze brieste zodat het beest weg zou vliegen. Het werkte voor een korte seconde, weer een zucht die de stilte doorbrak. Noefke had er schoon genoeg van en met een fikse sprong galoppeerde ze weg. De vlieg was er hoogstwaarschijnlijk vandoor gegaan ,maar de gedachte van Noefke richtte zich nu op hele andere dingen. Wind, het ene been voor het andere zetten en de blauwe lucht die voorbij raasde. Het kleurenpalet van de duizenden bloemen om haar heen zorgde voor een lichte duizeligheid maar die verdween direct toen ze de wind onder haar manen voelde en een warme bries door haar staart en vacht. Ze genoot ervan. De wind floot tussen de bloemenkoppen door en maakte een prachtig samengestelde melodie. Het getrappel van haar hoeven op de grond was het enige geluid dat de stilte doorbrak op deze prachtige dag. Eerder vandaag had ze met een donkere hengst gesproken. Ze kende hem verder nog niet zo goed. Maar met de gedachte aan het andere paard werd ze er gelijk op attent van gemaakt dat er hier best ook een ander paard rond zou kunnen zwerven. Door die gedacht nam er een glimlach plaats op het eerst zeer geconcentreerde gezicht van de donker zwarte merrie. Ze snoof de geur van de bloemen op ,het rook heerlijk. De geurige rozen en madeliefjes, tulpen en klaprozen, viooltjes en vlinder struiken. Het was een prachtig palet van alle kleuren. Het was rust gevend maar toch kon het je ook de energie geven om door te gaan, en niet te stoppen op de momenten dat het te zwaar werd. Het kon ook niet té zwaar worden, dan mocht het niet eindigen. Zo zat de wereld nou eenmaal niet in elkaar. De wereld was ook weer niet zo oneerlijk. Tuurlijk, je had goede en minder goede tijden, -maar zoals we hebben geleerd- na regen komt zonneschijn! Tuurlijk liet de zon wel eens op zich wachten, maar dan was het geen rede om bij de pak en neer te gaan zitten! Nee, zeker niet. Dan had je juist een goede rede om door te gaan en te laten zien aan de rest wat je waard was en dat je zelfs in slechte tijden met een lach rond kon lopen. Om maar te zwijgen over het feit hóe sterk je dan wel niet was! Fysiek en mentaal.
Doordat Noefke zo in haar gedachten op ging had ze niet gemerkt dat ze dwars door een rozenstruik heen ging. Ze schrok toen één van de dorens door haar vacht scheurde. Een klein streepje bloed verspreide zich door de wond. Een vloek scheurde door de ruimte, ze kwam tot stilstand en keek naar de zijkant van haar buik waar nu een rode streep duidelijk zichtbaar was. Er vloog weer een korte vloek door de ruimte en een vleugje paniek was te zien in haar ogen. Die ebde echter al snel weg toen het stopte met bloeden en ze zich verder geen druk meer maakte. Zo zie je maar weer, door gaan -ook al gaat het niet lekker- was een zeer goed middel. Tevreden over zichzelf liep ze dor naar een plekje met wat minder bloemen. Een bijna kale plek, met vooral limoengroen gras. Ze boog haar hals en nam een paar happen gras, sprieten staken nog uit haar mond. Door dat haar vacht zo donker was kon je de sprieten zeer goed zien. Ze had dit zelf verder niet door en liet zich toen zacht in het gras zakken. Nog steeds zelfvoldaan keek ze naar het gras om zich heen . ze liet haar hoofd op het groene bed zakken en liet haar blauwe ogen door het gebied gaan. Een korte seconde vielen haar ogen dicht. Ze was een beetje moe ,maar ze liet ze weer open vliegen. Ze zou niet aan haar vermoeidheid toe gaan geven.
Ze schrok wakker van hoeven die op de grond sloegen en direct kwam ze tot de conclusie dat ze toch in slaap gevallen was. Ze keek om zich heen en zag een paard naderen. Ze vroeg zich af wie het was. Of het goed, slecht of whatever was. Een hengst of een merrie? Zou ze hem of haar al kennen? Hoe oud zij het zijn? Zou hij/zij aardig zijn? Ze wilde graag antwoorden op haar vragen dus stond ze vrolijk op en met een vriendelijke glimlach op haar gezicht wachtte ze op het komende paard.
KAY
Niet bepaald lang of de beste post ooit maar okee xd.
Lopen. Lopen. Lopen. .
Altijd maar dat lopen, klonk het in haar hoofd. Een zucht verliet haar neus gaten en een irriterende vlieg nam er plaats. Het beest zoemde irritant heen en weer. Ze brieste zodat het beest weg zou vliegen. Het werkte voor een korte seconde, weer een zucht die de stilte doorbrak. Noefke had er schoon genoeg van en met een fikse sprong galoppeerde ze weg. De vlieg was er hoogstwaarschijnlijk vandoor gegaan ,maar de gedachte van Noefke richtte zich nu op hele andere dingen. Wind, het ene been voor het andere zetten en de blauwe lucht die voorbij raasde. Het kleurenpalet van de duizenden bloemen om haar heen zorgde voor een lichte duizeligheid maar die verdween direct toen ze de wind onder haar manen voelde en een warme bries door haar staart en vacht. Ze genoot ervan. De wind floot tussen de bloemenkoppen door en maakte een prachtig samengestelde melodie. Het getrappel van haar hoeven op de grond was het enige geluid dat de stilte doorbrak op deze prachtige dag. Eerder vandaag had ze met een donkere hengst gesproken. Ze kende hem verder nog niet zo goed. Maar met de gedachte aan het andere paard werd ze er gelijk op attent van gemaakt dat er hier best ook een ander paard rond zou kunnen zwerven. Door die gedacht nam er een glimlach plaats op het eerst zeer geconcentreerde gezicht van de donker zwarte merrie. Ze snoof de geur van de bloemen op ,het rook heerlijk. De geurige rozen en madeliefjes, tulpen en klaprozen, viooltjes en vlinder struiken. Het was een prachtig palet van alle kleuren. Het was rust gevend maar toch kon het je ook de energie geven om door te gaan, en niet te stoppen op de momenten dat het te zwaar werd. Het kon ook niet té zwaar worden, dan mocht het niet eindigen. Zo zat de wereld nou eenmaal niet in elkaar. De wereld was ook weer niet zo oneerlijk. Tuurlijk, je had goede en minder goede tijden, -maar zoals we hebben geleerd- na regen komt zonneschijn! Tuurlijk liet de zon wel eens op zich wachten, maar dan was het geen rede om bij de pak en neer te gaan zitten! Nee, zeker niet. Dan had je juist een goede rede om door te gaan en te laten zien aan de rest wat je waard was en dat je zelfs in slechte tijden met een lach rond kon lopen. Om maar te zwijgen over het feit hóe sterk je dan wel niet was! Fysiek en mentaal.
Doordat Noefke zo in haar gedachten op ging had ze niet gemerkt dat ze dwars door een rozenstruik heen ging. Ze schrok toen één van de dorens door haar vacht scheurde. Een klein streepje bloed verspreide zich door de wond. Een vloek scheurde door de ruimte, ze kwam tot stilstand en keek naar de zijkant van haar buik waar nu een rode streep duidelijk zichtbaar was. Er vloog weer een korte vloek door de ruimte en een vleugje paniek was te zien in haar ogen. Die ebde echter al snel weg toen het stopte met bloeden en ze zich verder geen druk meer maakte. Zo zie je maar weer, door gaan -ook al gaat het niet lekker- was een zeer goed middel. Tevreden over zichzelf liep ze dor naar een plekje met wat minder bloemen. Een bijna kale plek, met vooral limoengroen gras. Ze boog haar hals en nam een paar happen gras, sprieten staken nog uit haar mond. Door dat haar vacht zo donker was kon je de sprieten zeer goed zien. Ze had dit zelf verder niet door en liet zich toen zacht in het gras zakken. Nog steeds zelfvoldaan keek ze naar het gras om zich heen . ze liet haar hoofd op het groene bed zakken en liet haar blauwe ogen door het gebied gaan. Een korte seconde vielen haar ogen dicht. Ze was een beetje moe ,maar ze liet ze weer open vliegen. Ze zou niet aan haar vermoeidheid toe gaan geven.
Ze schrok wakker van hoeven die op de grond sloegen en direct kwam ze tot de conclusie dat ze toch in slaap gevallen was. Ze keek om zich heen en zag een paard naderen. Ze vroeg zich af wie het was. Of het goed, slecht of whatever was. Een hengst of een merrie? Zou ze hem of haar al kennen? Hoe oud zij het zijn? Zou hij/zij aardig zijn? Ze wilde graag antwoorden op haar vragen dus stond ze vrolijk op en met een vriendelijke glimlach op haar gezicht wachtte ze op het komende paard.
KAY
Niet bepaald lang of de beste post ooit maar okee xd.