Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

 » Z U I D E N » De Prairie » Lost

Lost

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1Lost Empty Lost zo 4 sep - 7:49

Calypso

Calypso

De zon was na die lange dag bezig met ondergaan. Schaduwen rekten zich steeds meer uit en kleuren werden minder levendig. Bovendien werd het al behoorlijk koud.

Niet dat de rennende pony dat de laatste uren opgemerkt had. Als een paard op hol slaat vergeet het alles om zich heen en weet hij alleen nog maar dat hij moet rennen, rennen, en nog eens rennen. Vogels vlogen verschrikt op en klein wild zoals vossen verstopten zich terwijl een vierhonderd kilo zwaar dier voorbij kwam. Langzaam was de mist in zijn hoofd opgeklaard en begon hij weer helder te denken. Snuivend stond hij stil en met grote, verschrikte ogen keek hij om zich heen.

Dit was geen vertrouwde omgeving, hier was hij nog nooit geweest. Hij was dwars door een reusachtig korenveld gerend. Ondanks de adrenaline die door zijn hele lijf raasde werd hij kalmer door het uitzicht. Het koren wiegde vredig heen en weer.

De pony heette Calypso. Hij was lichtgeel en had witte, sluike manen. Op dit moment was zijn vacht helemaal bezweet. Hoewel het een hengst was had hij een lief en geduldig karakter. Maakte liever ruzies goed dan dat hij ze maakte en probeerde vriendelijk tegen iedereen te zijn.

De reden voor zijn paniek waren gemene, woeste honden geweest, die hij en Zwart die middag waren tegengekomen.

Zwart was één van de vele zoons van de boer. Calypso had hem Zwart genoemd en mocht de jongen graag. Hij kwam ’s avonds altijd een appel brengen en tijdens een vrije dag trokken ze er altijd op uit. Ze zorgden ervoor dat ze dicht bij de verlaten boerderij bleven. Gingen ze verder, konden ze nog weleens verdwalen. Het kolossale werkpaard had tijdens de saaie nachten op stal gezegd dat je jarenlang kon rondzwerven zonder beschaving tegen te komen.

Alles was goed gegaan tot die honden ineens opdoken. In Calypso’s beleving waren het monsterlijke wolven uit de onderwereld geweest. Ze maakten veel lawaai en hapten naar zijn benen. De arme pony steigerde, bokte, en sloeg toen angstig op hol.

En nu kwam hij ook nog eens tot de ontdekking dat Zwart niet meer op zijn rug zat. Die moest eraf gevallen zijn. Hij zat ook niet stevig, zo zonder zadel. Het hoofdstel (niet meer dan een paar stukken leder aan elkaar geknoopt) zat nog wel op zijn plaats. De teugels bungelden zielig aan één kant. Hij kon door op de teugels te staan het ding makkelijk van zijn hoofd af trekken. Somber keek hij om zich heen en begon terug te slenteren. Hij hoopte maar dat hij daar vandaan was gekomen, zeker was hij er niet van. Een eenzame hinnik galmde over de vlakte, afkomstig van Calypso. Hij kreeg in de gaten dat hij zijn warme stal kwijt was geraakt, misschien wel voor de rest van zijn leven. Om nog maar te zwijgen over z'n trouwe tweevoeter.

In de verte zag hij een vaag figuur. Hij hoopte op een soortgenoot.

2Lost Empty Re: Lost di 6 sep - 18:33

Don Diëgo

Don Diëgo
Prince Charming

Don Diëgo stond tussen de lange, gele korenstengels. Hij hield zijn hoofd hangen en zijn ogen waren dicht, hoewel hij ze telkens eventjes half opende. De witte staart - waar nu wat korenhalmen in verstrengeld zaten - sloeg zo nu en dan loom tegen zijn lichaam om de kleine mugjes te verjagen die hem stoorden in zijn dutje. Het was een vrij warme avond voor deze tijd van het jaar, dus genoot hij ervan. Al zijn spieren in zijn lijf waren volkomen ontspannen. Hij leek de plek goed te kennen, want hij durfde het aan om alleen te rusten zonder heel alert te zijn. Hij vertrouwde het en voelde zich er op zijn gemak. Toch bewogen onopvallend zijn kleine oortjes, die elk geluid in de nabije omgeving opnamen. Misschien was het geen bewuste actie, maar automatisme. De hengst vertrouwde op zijn sterke zintuigen en wist dat hij attent kon zijn als hij ook maar iets hoorde wat gevaar kon betekenen.

Een kleine mus dat verstopt had gezeten tussen de koren, vloog onverwacht op. Dat was precies zo een geluid waar Diëgo onbewust op lette. Een ander dier dat ergens van schrok en vluchtte. Zijn hoofd schoot omhoog, de manen danste wild en sierden zijn stevige hals. Zijn oren waren naar voren gerichte en hij luisterde aandachtig. Hij hoorde wat en zijn vermoedens werden bevestigd. Er naderde iets. Of iemand. Gevaar, of zomaar een onschuldige voorbijganger? De houding van de kleine pony veranderde, zijn spieren spanden zich aan en hij zou klaar zijn voor een eventuele aanval of vluchtreactie. Sommige paarden zouden bij voorbaat vluchten, hij niet. Don Diëgo was dan wel een vrolijke en zeer vriendelijke pony, hij was zeker niet bang. Dapper, cordaat en zeer nieuwsgierig. Dat waren de voornaamste eigenschappen van de witte hengst. Merries hadden zijn uiterlijk ook wel eens aangeprezen, iets wat hem zeer goed deed en hij was dus ook erg zelfverzekerd. Hij krulde zijn hals op een sierlijke wijze en brieste luid.

Zijn neusvleugels trilden toen hij eens diep insnoof. Een hengst. Er kwam een hengst aan. Hij wist dat hij nu op zijn hoede moest zijn en zich moest concentreren. Maar toen hij het silhouet van de indringer zag, merkte hij op dat het dier er niet uitzag alsof hij gevaarlijk was. Hij was eerder eenzaam. Er weerklonk een zwakke hinnik over het veld. Diëgo ontspande en bracht zijn benen in beweging. Langzaam stapte hij het dier tegemoet, maar probeerde te laten merken dat hij geen gevaar vormde. Hij wilde het dier niet afschrikken. Toen hij dichterbij was kon hij hem wat beter bekijken. Het bleek ook een pony te zijn, misschien iets groter of kleiner, dat kon hij niet precies zeggen. De vacht van de hengst paste wel goed bij de omgeving, hij leek erin op te gaan. Maar er was ook iets aan de gele pony dat Diëgo minder beval. Hij leek eenzaam, maar zijn vacht was nat van het zweet en dat leek meer op paniek. Hij voelde een gevoel omkomen dat leek op medelijden en hij hoopte dat hij de bezoeker kon helpen. Dus hield hij halt en hinnikte zachtjes en geruststellend; zodat hij wist dat Don Diëgo geen kwaad in de zin had.

3Lost Empty Re: Lost wo 7 sep - 7:54

Calypso

Calypso


Het vage figuur was zo te zien en te ruiken inderdaad een pony of een paard, een hengst nog wel. Zijn witte kleur stak fel af tegen de rood wordende lucht. Calypso liet onopgemerkt een beetje lucht uit zijn mondhoek ontsnappen. Dit betekende niet dat hij de enige was in deze uitgestrekte wereld. Het werkpaard had gezegd dat je een jaar niemand kon tegenkomen. Niet dat hij dat bij het horen klakkeloos geloofde, maar stiekem voelde hij zich iets beter.

Met een scheef oog bleef hij de pony in de gaten houden. Hoewel hij overkwam als iemand die het goed bedoelde, betekende dat niet dat hij vervolgens niet meer op hoefde te letten. Zoals hoe hij daar stond en uit zijn ogen keek straalde hij veel zelfvertrouwen uit. Had Calypso daar maar op dit moment een beetje van.

Hij merkte dat de pony hem in de gaten had. Even daarvoor had hijzelf nog gehinnikt. Terwijl hij langzaam dichterbij kwam, bleef Calypso stil staan en wachtte af. Hij probeerde rustig te blijven, en diep adem te halen door zijn neusgaten. Gelukkig ging zijn hart niet meer zo tekeer. De pony stopte en hinnikte geruststellend. Calypso voelde zich door zijn trieste bui heen iets vrolijker worden. Hij maakte een vriendelijk geluid terug. Hij had het bovendien veel slechter kunnen treffen.

Moedig zette hij een paar passen dichterbij en keek de pony vragend aan. ‘Waar ben ik?’ vroeg hij sip en onzeker. Hij besefte dat hij klonk als een jong en onwetend veulentje. Niet dat hij daar de afgelopen tijd één van had gezien, overigens. Wel genoeg kalveren, maar die waren over het algemeen gewoonweg dom. Alsof hij een lastige vlieg probeerde te verjagen schudde hij even met zijn hoofd en probeerde iets van waardigheid terug te winnen. Zijn witte voorpluk zat zo in ieder geval niet meer in de weg. ‘Mijn naam is Calypso, en wie ben jij?’ voegde hij er snel achteraan. In zijn achterhoofd hoopte hij maar dat de pony wist waar de boerderij was, maar ja, hij bevond zich ergens zo ver van huis... Er ging een rilling door hem heen. De lucht werd steeds kouder en dat hij zweette kwam niet bepaald goed uit.

4Lost Empty Re: Lost wo 7 sep - 9:14

Don Diëgo

Don Diëgo
Prince Charming

Hij gooide zijn hoofd even agressief de lucht in, om de maantop voor zijn ogen vandaan te halen. Nu de dikke pluk manen zijn zicht niet meer blokkeerde kon hij de uitdrukking en houding van de onbekende pony tegenover hem goed in zich opnemen. Het was niet moeilijk om te ontdekken dat deze vrij nerveus was. De reden waardoor, daar kon Diëgo alleen maar naar gissen. Maar misschien zou hij erachter komen.

Het dier hield voor hem halt en maakte een vriendelijk geluidje. Don Diëgo boog zijn hals even naar de grond, wat een begroetend gebaar moest voorstellen. Zijn blik was kalm en zeker, hij hoopte dat de hengst tegenover hem dat over zijn nemen. De kleine pony kon er niet tegen als hij nerveuze paarden zag, dus probeerde hij ze altijd op hun gemak te stellen. Zo was hij. De pony zette nog een paar weifelende stappen in zijn richting. Diëgo reageerde daar niet op, hij wist dat hij deze pony kon vertrouwen en hem in zijn buurt kon laten. Hij was blij dat hij paarden meestal vrij goed kon inschatten.

"Waar ben ik?" vroeg de palomino. Er lag een verdrietige ondertoon in deze paar woorden. Don Diëgo maakte een zielig geluidje en hield zijn fijne hoofdje eventjes schuin. Maar toen gooide de ander zijn kop in de lucht en zijn volgende woorden klonken iets zekerder. "Mijn naam is Calypso, en wie ben jij?" Diëgo maakte een goedkeurend geluid. "Ik ben Don Diëgo. Aangenaam Calypso." Hij schudde zijn kop. "En de plaats waar je je bevind, Dream Horses is de naam van het gebied." Diëgo briesde en sloeg met zijn voorbeen. "Ben je ergens voor op de vlucht? Je hebt een aardige inspanning geleverd zo te zien..." Zijn blik richtte zich op de doorweekte lichaam van Calypso. De donkerbruine ogen van Diëgo lieten nieuwsgierigheid zien. Hij was geïnteresseerd geraakt in deze hengst dus wachtte hij vol geduld op het antwoord.

5Lost Empty Re: Lost do 8 sep - 4:38

Calypso

Calypso


Calypso was nu achter een paar dingen gekomen. De witte hengst die tegenover hem stond droeg de naam Don Diëgo. Zijn taalgebruik was netjes en hij gedroeg zich beleefd. Het gebied heette Dream Horses. Een gebied dat naar paarden vernoemd was – droompaarden – moest wel iets goeds zijn, concludeerde Calypso. Hij nam even de tijd om zijn omgeving op te nemen.

Hij zag de ogen van Di
ëgo naar zijn bezwete vacht kijken. Zijn nieuwsgierigheid ontging Calypso niet. Ach, waarom zou hij ook niet vertellen waar hij vandaan kwam? Hij was heus wel te vertrouwen. ‘Eerst vluchtte ik, nu niet meer,’ zei hij. En dat was waar. De kust leek veilig. Het enige dier in de buurt was een kleine muis die voor zijn hoeven weg schoot. Hij voelde zich steeds kalmer worden. De spieren in zijn lichaam ontspanden zich.

‘Er sprongen honden om me heen.’ Hij probeerde te praten als een wat ouder paard. Dat ging hem niet makkelijk af, tenslotte was hij nog geen drie jaar oud. ‘Honden, je weet wel. Vier poten, een staart, en een bek met tanden. Ze hapten naar mijn benen.’ Onwillekeurig dacht hij eraan dat Diëgo misschien wel wolven gewend was, die natuurlijk gevaarlijker waren dan honden. Wolven! Af en toe had hij ze horen huilen terwijl hij veilig in stal stond, kijkend naar de donkere bergtoppen.

‘Zwart – eh, sorry – ’ Hij struikelde even over zijn woorden. ‘Mijn tweevoeter – nee, wacht – ’ Wist Diëgo eigenlijk wel wat een mens was? Waarschijnlijk niet. Calypso wist wel dat hij en het werkpaard niet de enige paarden waren in dienst van mensen, een paar keer per jaar kwamen er weleens paarden langs. En een verhalen dat die hadden! Toch betwijfelde Calypso of er ooit weleens een mens zo diep als hij de wildernis was ingedrongen. Dream Horses, corrigeerde hij zich snel. ‘Nou ja, daarom ben ik zo hard hier naartoe gerend.’ Hij probeerde in te schatten hoe Diëgo op zijn verhaal reageerde. In tegenstelling tot Diëgo lukte hem het niet heel goed. ‘Volgens mij heb ik de honden afgeschud. Gelukkig.’

6Lost Empty Re: Lost do 8 sep - 8:10

Don Diëgo

Don Diëgo
Prince Charming

Zijn ogen die de kleur en glans hadden als prachtige lichtbruine topazen keken op het jonge dier neer, terwijl die de omgeving in zich opnam. Diëgo wierp ook een blik op het uitgestrekte veld. Het was een van zijn favoriete plekken om te zijn. De zachte kleur van de koren straalde een gevoel van warmte uit. De zon was bijna tot onder de horizon gezakt en het zou dus niet lang meer duren tot de gitzwarte nacht zou vallen. Maar de maan zou het werk dan overnemen en dat deed die met zijn eigen charmes. Het licht van de maan zorgde er namelijk voor dat er een magische bundel wit licht over het veld gleed. De krekels speelden dan hun avondmelodie en dat alles zorgde dan voor een sprookjesachtig tafereel. Diëgo was hier in de avond dan ook vaak te vinden, hij kon dan - genietend van de rust en de pracht van het moment - heerlijk rusten. Terwijl de witte hengst dat allemaal zat te bedenken, was Calypso ondertussen klaarblijkelijk in conflict met zichzelf gegaan. Hij twijfelde waarschijnlijk over het feit of hij het verhaal aan een onbekende kwijt kon. Don Diëgo had een ijzersterk geduld, dus keek hij hem kalm aan. De koele blik in zijn ogen rustte op het lichaam van het paard. Hij zag dat hij zich zo langzamerhand begon te ontspannen, tot zijn tevredenheid. Een vlieg kwam luid zoemend aanvliegen en ging op de zijkant van zijn buik zitten. Woest hapte hij naar het dier om het te verjagen.

Het geduld werd beloond, want Calypso begon aarzelend te spreken. "Eerst vluchtte ik, nu niet meer," Diëgo blies zijn adem door zijn neus uit waardoor zijn spierwitte voorpluk, die als een vederlichte deken over zijn voorhoofd gedrapeerd lag en zijn kleine oortjes sierden, eventjes sierlijk opsteeg. De hengst hield daar altijd van, het kwam stoer over. Hij gebruikte het vaak om indruk te maken op merries en hoewel hij nu niet te maken had met een dame, deed hij het toch. Indruk maken kon altijd, bij elk dier, vond hij. Don Diëgo bleef toch altijd een tikje arrogant en hij hield ervan om zijn acties wat te overdrijven zodat hij opviel. Het zachte geluid van de pony drong weer door tot zijn fijn gevormde oortjes. "Er sprongen honden om me heen. Honden, je weet wel. Vier poten, een staart, en een bek met tanden. Ze hapten naar mijn benen." Hij kende ze. Het was het slag dier dat je zo nu en dan zag in DH, als je op minder prettige delen van het uitgebreide gebied kwam. Ze leken erg op wolven, maar hij vond wilde honden minder prettig. Honden waren vaak agressief en handelden impulsief. Ze waren moeilijk in te schatten, terwijl het bij wolven niet het geval was. Die reageerde traag en waren super voorspelbaar, ze hadden altijd dezelfde aanvalstechnieken. Calypso ging weer verder. "Zwart – eh, sorry –. Mijn tweevoeter – nee, wacht –." Hoewel hij al wat tot bedaren was gekomen, kwam hij moeilijk uit zijn woorden. Diëgo kon het wel begrijpen, het was voor hem de eerste tijd ook moeilijk geweest in DH. Alleen kon hij onder elke omstandigheid wel uit zijn woorden komen, maar uitte dat zich meer in zijn kop. Geestelijk had hij het zwaar te verduren gehad in de donkere nachten en was het gemis van zijn lieve familie groot. Blijkbaar twijfelde Calypso eraan of Don Diëgo de tweevoeters wel kende, wat ook niet zo gek was. "Ik ken de tweevoeters," gromde hij. De gedachte aan de wezens was niet prettig. "En ik haat ze... Ze hebben mijn familie gevangen, waardoor ik die nooit meer heb gezien. Ik ben de enige van mijn toenmalige kudde die heeft kunnen ontsnappen..." De gedachte aan dit deed hem trillen, van de woede en het intense verdriet. Even vocht Diëgo met zijn emoties, maar kon zichzelf al vrij snel tot bedaren brengen. Het was bij deze soortgenoot niet erg om zijn emoties te tonen, maar bij vijandige paarden kwam dat soms niet goed te pas. Dus leerde hij ze in te houden zolang hij er niet naar gevraagd werd. Hij kwam daarom soms wat kil over, maar hij was een echte vrolijke pony die altijd in was voor een spel. De gele hengst ging verder met zijn verhaal. "Nou ja, daarom ben ik zo hard hier naartoe gerend." Het was de slotzin en Diëgo antwoordde. "En nu ben je een soort van, verdwaald?" Zijn stem had een warme klank. "Dat is minder, vriend... Maar ik denk niet dat ik je kan helpen. Ik leef in DH en het is moeilijk om eruit te komen... Ik wil je natuurlijk niet ontmoedigen. Je lijkt me een," Don zocht even naar de juiste woorden. "Je lijkt me er eentje met pit, en dat mag ik wel." Vriendelijk brieste hij hem toen. "En je kan op me rekenen, ik sta bij je in het krijt." Hij spande zijn spieren en steigerde, om zijn woorden kracht bij te zetten.

- Als je het irritant vind dat ik zoveel beschrijf moet je het zeggen hoor, dan probeer ik wat te minderen haha! -

7Lost Empty Re: Lost vr 9 sep - 10:32

Calypso

Calypso

‘Ik ken de tweevoeters. En ik haat ze... Ze hebben mijn familie gevangen, waardoor ik die nooit meer heb gezien. Ik ben de enige van mijn toenmalige kudde die heeft kunnen ontsnappen...’

De verbitterde, heftige woorden en de haat die daarachter verschool deed Calypso verschrikt opkijken. Het was al een verrassing op zich dat de hengst tweevoeters kende. Blijkbaar had hij er hele andere, slechte ervaringen mee. Op zijn beurt vroeg Calypso zich af wat er achter Diëgo school. Er was vast nog veel meer gebeurd, meer dan wat er verteld kon worden in het tiental woorden. Wat een nachtmerrie, om je hele familie tevergeefs te zien wegrennen. En dat jij moest vluchten om iedereen achter te laten, zodat jij niet hetzelfde lot onderging... En om daarna modderziel alleen te zijn... Terwijl Diëgo kort rilde en eruitzag alsof hij even geplaagd werd door herinneringen, schoot er ook door Calypso een steek van afschuw en vooral medelijden. Hij wist wel dat woorden geen verschil maakten, dus liet hij dat maar achterwege. Bovendien wist hij niets goeds te verzinnen om te troosten, of zoiets. Niet dat Diëgo eruitzag alsof hij medelijden nodig had. Hij kwam nog steeds heel trots over. Calypso bleef heel geïnteresseerd luisteren. Diëgo’s woorden maakten hem vrolijk, en de vriendelijke houding deed hem goed. Toen hij zei dat Dream Horses heel groot was en dat de uitweg wel zo’n beetje onvindbaar was, maakte hem niet pessimistisch. Tot nu toe was het niet eens zo’n vreselijke plaats, al werd het donker.

En toen Diëgo steigerde, maakte Calypso ook in een impuls ook een gekke sprong. Het komt vast wel goed met Zwart, bedacht hij. ‘Hé man,’ zei hij. ‘Vreselijk wat er met je kudde gebeurd is.’ Hij sloeg een serieuze toon aan. ‘Ik vermoed dat tweevoeters eigenlijk best op paarden lijken.’ Snel maar zorgvuldig lettend op wat hij zei ging hij verder, beter dat hij niet meer struikelde over zijn woorden. ‘Net zoals bij paarden zijn er goede tweevoeters en tweevoeters die niet helemaal goed zijn, gewoon normaal. En dan zijn er in- en inslechte, verdorven tweevoeters.’ Met opgeheven hoofd keek hij Diëgo aan. Iets luchtiger vervolgde hij: ‘Waarom sta ik bij je in het krijt?’ Voor zover hij wist was hij niet echt iets verschuldigd. Evengoed was Calypso blij dat hij zoiets als een kameraad had. Toen schoot hem opeens iets te binnen. ‘Hoe moet ik je eigenlijk noemen? Don? Diëgo?’ Opgewekt schudde hij zijn manen. Het viel hem op dat hoe meer de avond begon in te vallen, hoe feller de witte vacht van Diëgo zich af begon te steken tegen de donkere lucht.

(nee, niet korter. ’t is een goede uitdaging om ook zulke goede posts te schrijven en ik moet dat nog leren ^^)

8Lost Empty Re: Lost za 10 sep - 8:56

Don Diëgo

Don Diëgo
Prince Charming

De maan was aan de hemel verschenen en de nacht nam de macht over het korenveld. De nachtelijke bries was koud en de haren van Don Diëgo gingen uit een reflex overeind staan. Een kleine mus trippelde voor de voeten van de hengst langs met een takje in zijn bek. Diëgo brieste. De vogel vloog verschrikt weg. Met een ondeugende blik in zijn oogjes trok hij zijn mondhoek op. Hoewel hij niet van pesten en plagen hield, kon hij dit wel als een lolletje zien. De pony strekte zijn hals en pakte met zijn fluweelzachte lippen en korenhalm tussen zijn geelkleurige tanden. Hij trok de halm uit de grond en tilde zijn hoofd weer op. Afwachtend keek hij naar Calypso. Verveeld kauwde hij op de stengel, het knarste tussen zijn tanden.

"Hé man," zei hij. "Vreselijk wat er met je kudde gebeurd is." Zijn gezelschap leek het te menen en oprecht met hem mee te leven. Don sloot voor een moment zijn ogen, kneep ze even strak dicht en openende ze weer. Paarden konden niet huilen, maar als hij het kon, dan was hij nu gebroken. De vertrouwde twinkeling in zijn ogen volgde echter alweer snel. Don Diëgo was geen binnenvetter en hij was zeker niet snel ongelukkig. Hij probeerde in het heden te leven, niet in het geleefde verleden en de onbekende toekomst. Hij probeerde elke minuut die was verstreken snel achter zich te laten, ook al was dat in sommige gevallen erg lastig. Maar hij zag de toekomst dan vrolijk tegemoet, in afwachting van de avonturen en goede tijden die vast en zeker ook weer zouden volgen. Zijn instelling was dat als je altijd maar bij de gebeurtenissen in het verleden zou blijven hangen, je diep ongelukkig werd. En het leven was al zo kort. Daarom moet je genieten van ieder moment ervan. Van de vrijheid, de ongedwongenheid en van het plezier... Zoveel paarden hadden niet wat hij had. Calypso leek daar een voorbeeld van zijn te geweest. Hij was door een mens in een box gehouden en de vrijheid van hem was zo onverwacht gekomen, dat het hij het onzeker tegemoet ging. Dat was niet gek, het onbekende was altijd spannend. Maar Don wist zeker dat hij het wel zou redden en hij het vrij snel zou aanbidden, het leven hier was goed. "Ik vermoed dat tweevoeters eigenlijk best op paarden lijken. Net zoals bij paarden zijn er goede tweevoeters en tweevoeters die niet helemaal goed zijn, gewoon normaal. En dan zijn er in- en inslechte, verdorven tweevoeters." Sprak Calypso. Hij keek Diëgo trots in de ogen aan, die op zijn beurt nadacht over deze visie. Hij wist niet veel van de tweevoeters, en Calypso wel. Blijkbaar had hij het er goed gehad en hij hoopte dat dat ook het geval was met zijn familie. Dat ze gewoon een goed leven hadden. Hij probeerde die gedachte in zijn hoofd in te prenten. Het was een fijn beeld. "Dankje, je hebt me er zojuist een andere kijk op gegeven.. Hopelijk is mijn familie bij zo'n type als.... Zwart terechtgekomen. Dat zou ik fijn vinden." Briesde hij. Vrolijk keek hij de palomino aan, die vervolgde: "Waarom sta ik bij je in het krijt?"
"Nouja, je bent me niks verschuldigd. Ik kan het beter anders verwoorden, je hebt mijn respect. En als je dat hebt heb ik veel voor je over. Ik mag jou wel, dus als je hulp nodig hebt kan je op me rekenen." Eerbiedig boog hij zijn sierlijke hoofd. "Hoe moet ik je eigenlijk noemen? Don? Diëgo?" Calypso was al veranderd in de verstreken tijd, hij was zekerder over zichzelf en zijn woorden. "Wat jij wilt, ik luister naar allebei. En de vele andere versies die erop gebaseerd kunnen zijn."

[Okay, mooizo! Ik ben namelijk ook steeds meer aan het proberen lange posts te maken. En ik vind je schrijfstijl echt heel fijn, zeker voor als je het nog niet lang doet. :) ]

9Lost Empty Re: Lost ma 12 sep - 0:19

Calypso

Calypso

‘Oké, Diego,’ zei Calypso. Hij dacht na over Diëgo’s woorden, wat hij over Zwart gezegd had. Hopelijk was zijn tweevoeter niets overkomen met die honden op de grond, alhoewel... Calypso twijfelde kort. Zo’n jongen kon niet alleen overleven, daar had hij zijn vader of moeder voor nodig, het was nog jong. Niet iets waar jij je over ongerust hoeft te maken, fluisterden zijn gedachten. ‘Nou, ik denk dat ik een schuilplaats ga zoeken,’ zei hij serieus. ‘Aangezien het donker en koud word... Dank je. Ik denk dat ik je wel kan vinden, mocht ik ooit nog eens in nood zitten.’ Hij steigerde niet hoog, zijn voorbenen kwamen alleen een beetje van de grond vandaan. Met een scheve paardenglimlach zei hij: ‘Thuis steigerde ik nooit. Zwart behandelde ik voorzichtig, in het tuig moest ik werken, in de stal was geen ruimte, en het werkpaard houd niet van gek doen.’ Voor de lol probeerde hij een beetje hoger te steigeren. ‘Tot ziens, Diëgo.’ Het duurde nog lang voor de duisternis hem oploste, want de gele vacht kon je niet makkelijk over het hoofd zien.

(ik wist niet zoveel te verzinnen sorry xd)

10Lost Empty Re: Lost ma 12 sep - 1:27

Don Diëgo

Don Diëgo
Prince Charming

De oren van Don Diëgo bewogen ontspannen al kanten uit. De witte vacht van het dier viel erg op, nu de nacht was gevallen. Hij stak fel en zilver af tegen de zwarte hemel. Magisch. Het stemgeluid van Calypso brak door de stilte van de nacht heen, terwijl hij de woorden voorzichtig uitsprak. "Nou, ik denk dat ik een schuilplaats ga zoeken. Aangezien het donker en koud word... Dank je. Ik denk dat ik je wel kan vinden, mocht ik ooit nog eens in nood zitten." Hij steigerde erbij. Don Diëgo brieste zachtjes en vriendelijk. "Oke, het wat leuk dat ik je heb mogen ontmoeten." Hij gooide zijn kop een paar keer enthousiast in de lucht. "Thuis steigerde ik nooit. Zwart behandelde ik voorzichtig, in het tuig moest ik werken, in de stal was geen ruimte, en het werkpaard houd niet van gek doen." vertelde Calypso nog, voordat hij de definitieve afscheidsgroet gaf. "Tot ziens, Diëgo." Don maakte een zacht geluidje, om op een formele, maar toch warme manier afscheid te nemen. Zijn donkere ogen, die glinsterden in het zuivere maanlicht, volgden zijn nieuwe kennis. De gele hengst bewoog soepel door de koren. Don Diëgo zuchtte waarna de stilte de omgeving overmeesterde. Hij was weer alleen... De welsh zou het nooit laten merken dat hij zich vaak eenzaam voelde, maar het stak hem altijd. Zijn blik gleed nog een keer naar de horizon, waar Calypso was verdwenen. Langzaam draaide hij zich om en liep rustig de andere richting uit. Nog een laatste keer keek hij om. Hij hinnikte schel en schoot er in een keiharde galop vandaar. Zijn eeuwige zoektocht naar zijn verloren liefde herpakkend...

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

 » Z U I D E N » De Prairie » Lost

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum