En jahoor, dat was weer eens de reden om niet voor te oordelen. Dat was nou zo'n vervelende gewoonte, en ze wist zeker dat meer paarden er last van hadden. De hengst bleek een vriendelijke hengst te zijn en niet een zogenaamd darkness ding. Ze zette snel een glimlachje op zodat hij hopelijk niet door had dat ze dacht dat hij een badass was. Maar ze wist wel waarom ze dat dacht. Hij was blind. Aan haar ervaringen met andere paarden en aangezien ze zolang met paarden had geleefd kon ze dit meteen zien. Dáárom had het er van de verte zo anders uitgezien. Ach, wat erg.. Een klein gevoel van schaamte dwarrelde op, dat ze überhaupt gedacht had dat hij zo'n slecht paard was door zijn ogen. Gelukkig kon ze dit schaamtegevoel snel laten zakken omdat hij het toch niet door kon hebben gehad dat zij dit had gedacht. Hij kon moeilijk gedachtenlezen ofzo, nogal onmogelijk voor een doodnormaal paard. "Hallo Diablo, aangenaam. Mijn naam is Pearl." zei ze met een vriendelijke blik in haar ogen en knikte even. Hij vroeg haar of 'het' een vriend van haar was, en ze wist meteen dat ze de vogel bedoelde die boven haar hoofd rondzulde -nog steeds-. "Blijkbaar wel, hij kan geen afstand meer van me doen, hij volgt me de hele tijd al!" zei ze en grinnikte even. Best wel raar, maar toch leuk dat een vogel je zo kon volgen. Ze besloot niks te zeggen van zijn blindheid, omdat ze zeker wist dat het moeilijk en zeker irritant was er over te praten. Ze liet het maar zo, het enige wat ze doen was dat ze kon zeggen van: "Je bent blind hè?" Maar dat sloeg nergens op, ze wist het, dus ze bereikte er niks bij. Én ze wist zeker dat iedereen er wel een opmerking over maakte en dat maakte het vast fijn als er een keer iemand niet over begon. "Kom je hier vaker? Je bent voor mij dan onbekend maar ik weet dat het een nutteloze vraag is, je draagt de geur van een kudde mee. Klopt dat?" "Je hebt inderdaad gelijk! Ik ben de leidster van de goede kudde, de Quiet Sparkle. Ken je die?" vroeg ze met een grijns op haar toet. Hij kon de grijns dan niet zien, maar toch wist ze zeker dat een paard die niks kon zien kon horen aan de manier hoe je praatte dat je wel vrolijk was en een glimlach op je gezicht moest hebben. Het was lekker weer, en ze was blij dat ze gezelschap had van dit paard en niet van een badass, die ze steeds vaker tegen kwam.