Magnifico had haar hoofd geheven en stapte voorzichtig tussen de bloemen door, ze vond het maar zonde om deze te vertrappen. Ze liet haar neus tussen de bloemen zakken en ze kroonbladeren van de bloemen streelde haar neus met de geuren die ze afgaven. Ze haalde haar hoofd weer omhoog en spitste haar oren en bekeek het bloemenveld, het was prachtig, zo prachtig. Ze hing hier wel vaker rond, alleen om te genieten en naar het prachtige landschap te kijken en in de verte de heuvels van de vallei te bekijken. Magnifico brieste zacht en ze zorgde dat ze de bijen en hommels vermeed, deze insecten had ze een hekel aan, met hun angels en gestreepte lichaam. Vliegende insecten waren zo ie zo al niet een vriend van haar. Haar hoeven raakten steeds zacht de grond, ze liep soepel tussen de bloemen door. Intussen dacht ze na over haar zus, ze zou het waarschijnlijk ook prachtig gevonden hebben, misschien kwam ze hier zelfs wel eens, als ze hier was, maar dat wist ze niet, het gebied van Dream Horses was zo groot, dat de kans dat ze elkaar tegen kwamen klein was. Maar er was een kans dat ze er was. Ze zag haar zus nog voor haar voordat ze vertrok. De palomino kleurige merrie, met een dunne bles die haar gezicht sierde, elegant als altijd met haar zuivere stem. Ze miste haar vreselijk, maar Magnifico heeft er mee leren leven. Een zachte hinnik verliet toen haar keel, af en toe zag ze wel een paard staan, die net als haar van het uitzicht genoten. Toen hoorde ze hoef stappen zachter dichterbij komen en draaide haar oren naar het geluid.
[ & Hopeful]
[ & Hopeful]