Midflower stapte met stevige passen door de dikke sneeuw. Met dikke druppels viel de regen onder aan het dal naar beneden. Midflower stopte en keek naar de drakenberg. Geen enkel levend wezen zou daar echt wonen. Niemand kon daar wonen en overleven. Je wordt er als het ware opgeslokt door de dikke donkere mist, die geen een straaltje zon doorlaten. Midflower zuchtte. Als je daar zou wonen dan zou je lichaam naar de hemel reizen. Nooit meer terug komen, verdriet en pijnen achterlatend maar ook vreugde. Voor altijd verloren Midflower schrok op uit haar gedachte's ze zou er niet aan moeten denken. Het sneeuwde. Dikke grijze mist lieten geen een enkel straaltje zon door. Het was donker. Zou dit dan het laatste zijn dat Midflower zou zien nee dat kon niet dat mocht niet! Langzaam slenterde Midflower door en dacht diep na. Wat deed ze hier? Was ze hier om haar hoofd even leeg te werken? Langzaam slenterde ze de berg op, wat moeilijker ging dan gedacht, de hele tijd gleed ze weer weg door de los zittende steentjes, toen ze eindelijk op een plat stuk kwam liet ze het daar maar even bij. Midflower begon met haar hoef te schrapen over de grond, om de steentjes weg te rollen. Toen ze eindelijk weg waren en ze ging liggen kwam ze tot de vreselijke conclusie dat het niet lekker lag! Al die moeite voor niks. Maar toch rustte Midflower even uit. Uiteindelijk begon het echt vervelend te worden en stond ze op. Midflower strompelde weer verder nu naar beneden. Rustig ging ze aan de voet van de berg staan en zag iemand aan komen. Wie zou het zijn? Blijkbaar had diegene Midflower ook al gezien.
De titel is aardig vaag.
De titel is aardig vaag.