Figaro draafde richting de zee. Toen hij er met zijn hoeven in kwam en iets verder, voelde hij dat het lekker fris was. Er ging een frisse rilling. Hij draafde verder in het water. Hij Shudde met zijn manen rond. Hij hinekte hard. Hij dacht ineens Ik ben best eenzaam. Hij keek rond, geen paard. Hij zuchte. Hij keek in het water. Figaro zag zijn eigen in het water, alee een klein stukje. Het water bewegde te veel. Hij galopeerde terug richting het strand zelf. Hij kwam om het zand, en hij rolde meteen. Hij ging terug gewoon ligen. Hij keek richting de duinen. Figaro zag daar iets bewegen. Waarschijnlijk gewoon een poes dacht hij.Hij keek terug richting het water. Figaro zuchte hij had het gevoel dat er iemand naar hem keek. Hij ging rechtstaan en draaide zich om. Om te kijken over er niet iemand Achter hem stond. Maar nee er stond niemand. Hij keek weer naar de duinen, daar zag hij een schim. Hij hinekte. Hij hoopte dat de schim naar hem toe kwam. Hij wachte.
[Onlyy Sherlock ]
[Onlyy Sherlock ]