Het was een koude ochtend. De zon stak net zijn felle kop boven de heuvels uit, waardoor het hele landschap en alles wat erin zat een oranje tint kreeg. Het had al een paar dagen niet meer gesneeuwd, maar door de temperaturen die steeds onder de nul waren duurde het minstens een week voordat de sneeuw wat begon af te nemen. Het witte goedje kwam tot aan haar knieën. Mopperend ploegde ze door de poedersneeuw, op zoek naar lekker gras. Ze liet haar hals zakken, waardoor haar klitterige manen naar beneden vielen. zuchtend stak ze haar neus in de sneeuw, en wist een polletje gras te pakken. De sneeuw op haar neus was ijskoud. Geprikkeld sloeg ze haar klitterige staart tegen haar kont aan. Kauwend op het polletje gras sjokte ze wat verder. Een geur vermengde zich met vele anderen in haar neus. Ze haalde haar hoofd omhoog, kneep haar smaragdgroene kijkers samen en tuurde in de verte, vanwaar de geur vandaan kwam. Gebonk bereikte haar fijne oorschelpen, die daardoor alle kanten opdraaiden. Een Andalusische merrie was aan het galloperen. Haar kin op haar borst. Ze zuchtte. De paarden waren zo typisch de laatse tijd, geen greintje origineelheid hadden ze meer. Zeker eentje die niet goed genoeg was volgens Deina. Een paar weken geleden bereikte de hinnik van de witte merrie plotseling haar oren. Al geruime tijd werd er rondgefluisterd dat er een oorlog op komst was. Neev was benieuwd wat Fawn wilde; of meedoen of afzijdig houden. Of misschien wat anders, ze wist het nooit met de zwarte merrie. Ze zette een haast verveeld drafje in en stopte uiteindelijk voor de donkergekleurde merrie. "Aha. Nooit gedacht dat ik nóg een leegbrein in dit godsverlaten landschap aan zou treffen" Ze snoof. Haar normale stem viel niet op. Ze haatte donkere, duistere, mierzoete, speciale stemmen. "Zeg mop, moet jij niet meedoen met de oorlog die in de Ash Valley aan de gang is?" Bij haar woorden kropen haar wenkbrauwen lichtjes omhoog.
Héhé, die is af :3 Sorry voor m'n late antwoord :c