Ritmisch zwaaide een palomino hoofd heen en weer. Neuriede iets, soms brabbelde ze wat onverstaanbare woorden om daarna weer in heldere taal te praten. Nu ze een melodie in haar hoofd had en de tekst wat kende was het in haar hoofd blijven zitten. Nou daar kan je mee zitten of je maakt er profijt van en zong hyperactief mee met het melodietje. In haar geval, de tweede. Haar manen klapperden op haar hals en dan in de lucht en dan weer op haar hals. Met haar smalle hoofd maar lange hoofd maakte ze rare bewegingen. Haar bruin / zwarte ogen flitsten over de ruggen van de bomen. Sommige bomen overleefden deze winter niet en waren dood en koud. Andere bomen zouden het overleven, ze stonden nog fier overeind, takken omhoog. Nog heel even en alles zou in bloei staan, nadat het had gedooid. Modder zou er komen, je zou wegzakken, uitglijden en glibberen. Nog even en het nieuwe leven kwam eraan. Kleine vogeltjes, eekhoorntjes, poema’s, bergleeuwen en die zooi. Wolven zouden nesten vol pups krijgen. Zwanen met die grijze grote kinderen. Gezellig. Met een lage hinnik schoten twee voorhoeven omhoog, zo’n kleine dertig centimeter. Na een tijdje gelopen te hebben kwam er een grot in gezichtsveld. Ze kon daar best even naar toe gaan, misschien was daar nog wat mos. Al was het moeilijk te eten met het overactieve beest naast zich. Dat zwaaide met zijn grote gewei heen en weer. De ene iets langer dan de andere, er was wat afgebroken. Tot grote teleurstelling van Eyes. Aaliyah betrad de grot en probeerde naar mos te zoeken. Eyes werd wat rustiger. Een gemene ondeugende grijns betrad haar gezicht. ’White lips, pale face. Breathing in snowflakes. Burnt lungs, sour taste. Light’s gone, day’s end. Struggling to pay rent. Long nights, strange men.’ Begon ze plagerig te zingen, onder luid protest van Eyes. Haar houding was rustig en ze stond wat van Eyes afgekeerd. Ze kon hem in haar ooghoeken in de gaten houden. Plagerig opende ze weer haar mond. ’And they say, she’s in the Class A Team. Stuck in her daydream, been this way since eighteen. But lately her face seems, slowly sinking, wasting. Crumbling like pastries.’ Ze zong zuiver, met die plagerige aanblik op haar gezicht. Ze voelde de boze beet in haar kont van Eyes. Ze zwiepte pestend met haar staart zodat Eyes hem vol in zijn gezicht kreeg. ’It’s too cold outside.’ Pestte ze hem. Eyes wierp zich omhoog en liet zijn voorhoeven op haar achterhand knallen. Ze liet haar eigen achterbenen hetzelfde doen. Ze raakte zijn schouder. Aaliyah hoefde haar niet in te houden met vechten, Eyes had meer spieren dan zij en kon alles hebben. Zoniet dan moest ze eraan geloven. Hij had niets voor niets een gewei. Ze draaide zich om. ’Een ander liedje misschien?’ Stelde ze voor met een gezicht van . Plots hoorde ze geritsel in de verte. Ze liep rustig de grot uit met een grote pluk mos tussen haar tanden. Ze bleef lopen tot ze op minder dan één meter voor het paard stond. Haar ogen waren strak in die van de ander terwijl ze luidruchtig het mos opat. Ze slikte het daarna door, smakte met haar lippen en kantelde haar hoofd ietsjes. ’Hallo daar.’ Zei ze met een scheve grijns.
RAAF.
RAAF.