'Tsh' de zwarte hengst was terug, zonder ook maar enig idee over de reden daarvoor. Agh, die kleine onnodige details konden hem geen barst schelen. Eén ding wist hij zeker; zijn leven was saai. Oérsaai. Ohja, hij had vele waardige tegenstanders de mond gesnoerd en ze vervolgens van het leven berooft. Maar nergens was iemand waardig genoeg om naast zijn zijde te staan, liefde, daar dacht je vast aan nu. Maar nee, dát nooit meer. Een geïriteerde grom verliet zijn mond, Pain en Nanami waren genoeg. Meerdere nakomelingen zag hij niet zitten, bovendien was Nanami een té goed paard geworden. Ze was een gefaald veulen, desondanks dat was hij een bondgenoot van haar kudde geworden. Maar ja, wat moest hij anders doen? Zijn leven bestond enkel uit saaie dingen en hij zou graag, maar al té graag meevechten in een oorlog. Tegen goedzakken of de slechterikken, het kan hem niéts schelen. Zolang hij maar een middel tegen zijn verveling had, de smaak van bloed deed hem bijna walgen tegenwoordig. Het smaakte allemaal hetzelfde, bitter. Hij had geen paard gezien die trots gestorven was, met een lach of een grijns. Nee, ze vergingen allemaal van de pijn, ze schreeuwden en hoopten op medeleven. Al die nutteloze gevoelens, ze stierven niet eens met een klein sprankje trots. Hun nakomelingen zouden niet trots over hun ouders kunnen vertellen, ze zouden die verhalen in een kist smijten, diep verborgen in hun hart. Wat zijn nakomelingen betreft, hij wist in geen godsnaam waar Pain uithing en Nanami was gewoon een grote fout. Vroeger was hij nog trots op haar geweest, maar dat was alweer vijf lange jaren geleden. Toch leek ze op hem, haar houding en sóms haar manier van praten, wie weet zou iemand het opgevallen zijn. Hij dacht er maar niet aan, ze zou toch nooit meer zo worden. Ze mocht haar eigen gang gaan hier, ze mocht het allemaal zelf uitzoeken en ze mocht alleen sterven zonder ook maar een sprankje medelijden van hem. Het was zonde dat ze zo geworden was, ze had een goed slecht paard kunnen worden. Een zucht verliet zijn mond.
De hengst keek uit over een deel van Dream Horses, het gebied waar hij zo ongeveer de eerste vijf jaar van zijn leven had geleefd. De wind deed zijn manen meewaaien op de wind, zijn zwarte hoofd was trots en hoog in de lucht geheven. De hengst draaide zich om en begon te stappen, in Dream Horses had hij meer waardige tegenstanders gezien dan in vele andere gebieden. Wie weet hoeveel er nog van over zijn, waarschijnlijk waren ze allemaal dood of vertrokken. Eén ding wist hij zeker, álles is veranderdt en hij zou waarschijnlijk geen oude bekende meer zien. O nee, dat kon hem ook geen reet schelen, hij was dan ook niet hier gekomen om hun op te zoeken. Misschien was hij zelfs blij dat ze er niet meer waren, hij had geen rivalen hier. Azacar, Unreal, Cobrazarao. Hij vroeg zich af wat van hen geworden was, het had niets met hem te maken. Helemaal niets en die paarden konden hem ook helemaal niets schelen, Zephyr was de zoon van Cobra, als hij het goed onthouden had. Voorderest kende hij geen nakomelingen van die drie. Er was iemand dichtbij, de geur waaide mee op de wind. Ongeïnteresseerd stapte hij verder, het zou vast niets speciaals zijn.
[ Fether ]
De hengst keek uit over een deel van Dream Horses, het gebied waar hij zo ongeveer de eerste vijf jaar van zijn leven had geleefd. De wind deed zijn manen meewaaien op de wind, zijn zwarte hoofd was trots en hoog in de lucht geheven. De hengst draaide zich om en begon te stappen, in Dream Horses had hij meer waardige tegenstanders gezien dan in vele andere gebieden. Wie weet hoeveel er nog van over zijn, waarschijnlijk waren ze allemaal dood of vertrokken. Eén ding wist hij zeker, álles is veranderdt en hij zou waarschijnlijk geen oude bekende meer zien. O nee, dat kon hem ook geen reet schelen, hij was dan ook niet hier gekomen om hun op te zoeken. Misschien was hij zelfs blij dat ze er niet meer waren, hij had geen rivalen hier. Azacar, Unreal, Cobrazarao. Hij vroeg zich af wat van hen geworden was, het had niets met hem te maken. Helemaal niets en die paarden konden hem ook helemaal niets schelen, Zephyr was de zoon van Cobra, als hij het goed onthouden had. Voorderest kende hij geen nakomelingen van die drie. Er was iemand dichtbij, de geur waaide mee op de wind. Ongeïnteresseerd stapte hij verder, het zou vast niets speciaals zijn.
[ Fether ]