Rúst. Eindelijk rust. De merrie zuchtte, vol verlangen keek ze naar een enorme appel. De rode vrucht stak parmantig omhoog in de boom. Hoe ging ze daar bij komen? Het was niet dat ze hem wilde hebben. Neen, ze móést hem hebben. Strategisch liep ze om de boom heen. Het was te hoog voor haar als ze alleen haar nek uit stak. Zou ze springen? Neen, dan zou zij hard falen als ze tegen de boom aan zou knallen. * Fufu * . Kort grinnikte de merrie. Ze keek toen nog eens naar de glinsterende appel. Druppels, van de regen van enkele uren geleden, lagen nog op de appel en twinkelden in de nu felle zon. Ah! Ze móést en zou hem hebben. Chagrijnig stampte ze met haar hoef op de grond. Stomme ap.. Plof Klonk er zacht achter haar. Vliegensvlug draaide de merrie zich op haar hakken om. Ah! De appel was gevallen door dat ze hard op de grond stampte. 'Hell yeah!' riep ze enthousiast. Ze boog haar hals en raapte de appel met haar tanden van de grond. Hap. Slik. Weg was de appel. Het sap van de appel gemengd met wat speeksel droop over de witte lippen en kin van de merrie. “Namnamnam, kreunde ze met haar ogen gesloten. Nog nagenietend van de overheerlijke appel was ze alweer op zoek naar een ander. Neen Grace. Klonk een irritante stem in haar hoofd. Zo worden wij dik. Buh, die rot stem, iedere keer als Grace iets leuks deed, of wilde gaan doen, weer hield die haar er van. Gracefull bromde wat on hoorbaars en stapte toen verder. Haar hoofd hing laag bij de grond zodat ze steeds gras mee kon plukken. Verschillende sprieten hingen uit haar mondhoeken. Mondhoeken. Een vervelende plek van je mond. Al je eten bleef er in hangen, plus je kon er niet bij als dat gebeurde. Gracefull bromde nogmaals. Doordat de warmte steeds erger werd, werd haar humeur steeds erger. Iedere dag dat de hitte erger werd, werd zij chagrijniger. Grace zocht dan ook steeds de rust op, zo weinig mogelijk zon en een overdosis aan eten en schaduw. Oh ja en drinken. Drinken! Ze gooide haar hoofd de lucht in. Waar was dat ene poeltje ook alweer? Ze had laatst een kleine poel gevonden, met water. Volgens haar richtingsgevoel was ze vlakbrij. Maar de ingebouwde radar in haar hoofd liet haar wel wat vaker dan eens in de steek. Ze hield haar hoofd weer bij de grond. Ze rook als het ware of ze die ene plek nog kon vinden. Niet dat het ook maar iets zou helpen. Toch bleef ze lopen. Het was te warm om te gaan draven, of zelfs maar aan galopperen te denken! De merrie snoof minachtend. Sure, ze ging met deze hitte galopperen. Yeah right. Dat zou ook al not done zijn. De merrie grijnsde. Ze was minder chagrijnig dan de voorgaande dagen. Ze had zelfs naar een vlinder gebeten! Spijtig keek ze omhoog. Ze had een vlinder vermoord. Ze was een vlinder- seriemoordenaar! Foei! Ja! Gracefull zag het poeltje! Uhu, zo slecht was haar ingebouwde radar dus ook weer niet. De merrie gooide haar hoofd enkele malen de lucht in. Op naar het poeltje! Het was maar een kleine poel en eigenlijk niets meer dan een uit de kluiten gewassen plas, maar er zat drinkbaar water in. Bij de poel aangekomen duwde de merrie direct haar neus het water in. Gulzig dronk het dier een paar slokken. Doordat ze haar neus in het water geduwd had, had ze een klein vogeltje weggejaagd. Who cares? Zij in ieder geval niet. In ieder geval, niet op dit moment. De merrie dronk nog wat slokken, heerlijk. Ze gooide haar hoofd de lucht weer in en keek eens om zich heen. Ze was ergens. Haha. Natuurlijk ben je 'ergens', klonk de stem weer in haar hoofd. Het had de stem van een man. Het was een hele zware stem, maar op sommige momenten klonk het net als haar vader vroeger geklonken had. Ze draaide haar hoofd wat naar achteren. Ze keek om zich heen. Waar was ze? Grace had geen enkel idee. Ergens midden in het bos en ergens op de achtergrond kon ze de watervallen horen ruizen. Ze keek om zich heen. Boom. Boom. Boom. Boom. Steen. Boom. Gras. Conclusie; ze was in het bos. Oh ,ze vergat het poeltje. Na ach, niet van belang. Grace haalde eens diep adem, gooide haar neus even kort tegen haar borst en draafde aan. Haar voeten bleven laag bij de grond en haar hals was gebogen. De spieren in haar lichaam waren op het moment heel goed te zien. Niet dat ze nu een enorme spierbundel was, maar spieren ontbraken niet. Ze waren er niet in overvloed, maar ze waren er wel. Iedere keer als haar hoeven de grond raakte voelde ze de aarde licht trillen. De struikjes waar ze langs draafde ritselde door de lucht verplaatsing, óf een konijn of eekhoorntje dat zich daar verstopte. Nog eens gooide de merrie haar hoofd krachtig de lucht en galoppeerde aan. Met krachtige passen galoppeerde ze verder. Haar voeten bleven nog altijd laag bij de grond. Toch, bezaten haar passen kracht. Grace schudde nog eens met haar hoofd op hetzelfde ogenblik als dat ze hem hief. De takken boven en rondom haar maakte lange schaduwen over de witte merrie. De donkere lokken van de merrie wapperden in de wind. Iedere keer als ze weer aan het einde van een galop sprong kwam vielen de lokken zachtjes terug op haar hals. Oké, die galop deed haar best goed. De merrie was echter snel bezweet en het zorgde ervoor dat ze weer stapte. Ze wilde immers niet dat iemand haar zo zag; Bezweet, haar manen in de klit en door de war en bovenal dik. Ja, ze was aardig wat aangekomen. Al het eten hier in Dream Horses.. Er was een overvloed aan! Vreselijk vond ze het. Het was een buffet van verleiding. Als je eenmaal aan iets begon – neem nou bijvoorbeeld appels –, dan kon je simpel weg niet stoppen met eten! Een vreselijke eigenschap, die ze erg graag af zou willen leren. Dat enorm veel eten zal wel komen door de verveling die bij rust komt kijken. Rust had ze dan ook wel gevonden. Maar ze verveelde zich enorm. Als je rust had, dan was je alleen. Zucht. Gracefull keek eens om zich heen. De merrie snoof licht geïrriteerd. Als ze nou eens wist wáár ze was? Ghehe. Ze was best een zeikerd. Maar ja, ze zou best wel GPS willen hebben.
De merrie gooide haar lichte hoofd de lucht in. Wat was dat? Ze hoorde takjes kraken, de grond kreunen samen met de geur van een paard. Gezelschap. Leuk! Ze grijnsde. Ze stopte, draaide zich om op haar hakken en keek nieuwsgierig naar de plek waar de geur vandaan zou moeten komen. Nieuwsgierigheid was te zien in haar twinkelende ogen. De donkere schaduwen zorgde ervoor dat ze moeite moest doen om ook maar iets te kunnen zien. Toch was ze nieuwsgierig. Wie was dit paard? Zou ze hem/haar al kennen? Was die goed, slecht of neutraal? Hoe zou die er uit zien? Grace, kappen.. Klonk de vervelende stem weer. Grace zuchtte. Houd je mond. Snauwde de merrie, in gedachte. Hoe durf je dat tegen mij te zeggen? Je weet niet tegen wie je het hebt! . Werd er in haar gedachte gesnauwd. Niet zeuren. Gewoon op rotten. . kaatste de merrie ook weer terug. Neen, ze was nog niet gek. Ze kon de stem nog vertellen wat te doen en ze wist dat het niet echt was. Maar ze kon niet zeggen of dat zo zou blijven. Ergens in haar onder bewustzijn was ze bang dat de stem meester van haar zou maken. Natuurlijk, hoopte ze dat dit niet zou gebeuren en zou ze vechten tot het uiterste. Maar de toekomst voor spellen was niet één van haar beste competenties. Al met al, was haar hoofd één completen warboel. Ze had geen idee waarom ze ergens was, wat er zou gaan gebeuren, sterker nog; Ze had geen idee wie zij zelf meer was..
Lol. . Open voor wie wilt .
De merrie gooide haar lichte hoofd de lucht in. Wat was dat? Ze hoorde takjes kraken, de grond kreunen samen met de geur van een paard. Gezelschap. Leuk! Ze grijnsde. Ze stopte, draaide zich om op haar hakken en keek nieuwsgierig naar de plek waar de geur vandaan zou moeten komen. Nieuwsgierigheid was te zien in haar twinkelende ogen. De donkere schaduwen zorgde ervoor dat ze moeite moest doen om ook maar iets te kunnen zien. Toch was ze nieuwsgierig. Wie was dit paard? Zou ze hem/haar al kennen? Was die goed, slecht of neutraal? Hoe zou die er uit zien? Grace, kappen.. Klonk de vervelende stem weer. Grace zuchtte. Houd je mond. Snauwde de merrie, in gedachte. Hoe durf je dat tegen mij te zeggen? Je weet niet tegen wie je het hebt! . Werd er in haar gedachte gesnauwd. Niet zeuren. Gewoon op rotten. . kaatste de merrie ook weer terug. Neen, ze was nog niet gek. Ze kon de stem nog vertellen wat te doen en ze wist dat het niet echt was. Maar ze kon niet zeggen of dat zo zou blijven. Ergens in haar onder bewustzijn was ze bang dat de stem meester van haar zou maken. Natuurlijk, hoopte ze dat dit niet zou gebeuren en zou ze vechten tot het uiterste. Maar de toekomst voor spellen was niet één van haar beste competenties. Al met al, was haar hoofd één completen warboel. Ze had geen idee waarom ze ergens was, wat er zou gaan gebeuren, sterker nog; Ze had geen idee wie zij zelf meer was..
Lol. . Open voor wie wilt .