Herfst, de wereld veranderde. Tot nu toe had ze deze veranderingen alleen kunnen aanschouwen vanuit een warme box maar dit was de eerste keer dat ze het kon meemaken als een vrij paard. Een ruwe wind trok aan haar manen en woei als een gek langs haar zijdezachte vacht. Hier op het strand stond een veel hardere wind dan waar dan ook in dh en dan nog eens te bedenken dat haar vacht niet gewend aan deze tempraturen. Hiervoor had ze altijd in een box gestaan met een deken op zodat haar vacht dun zou blijven, de mensen vonden dat nou eenmaal mooi. Maar hier leek het normaal rond deze tijden een tot een bolletje wol omgetoverd te worden. Haar vacht was haast nog even dun als bij de mensen, maar ze was er zeker van dat wanneer de winter aan zou breken deze nog wel dikker zou worden. Dat hoopte ze tenminste want met de koele noordenwind die hier aanwoei had ze het eigenlijk al koud. Maar de winter was gelukkig nog steeds onderweg.
Gedesoriënteerd bekeek de honinggele merrie de zee. De wind trok de golven mee naar het strand waar ze uiteindelijk over het groffe zand vielen en uiteen klapte. De gene die het strand het meest genaderd waren hadden witte schuimkoppen. Tussen het witte schuim dat deels op het strand bleef liggen kon je allemaal gekleurde schelpjes zien liggen en Sheridan was ervan overtuigd dat dat niet het enige zou zijn dat het onheilspellende water met zich meegetrokken had. Haar dahliagele ogen trokken door naar de dansende golven die een stuk verder van haar weg waren. Enkel de golven waren daar te zien en daarboven hing een donkere hemel bedekt met een wolkendeken. Op het strand was het mistig omdat de wolken door het slechte weer zo laag waren komen te hangen. Sheridan zag de golven meekolken door de luchtstroom. De laagst hangende wolken waren lichtgrijs, maar hier en daar kon je er een laag doorheen zien, met een grauwe , paarse kleur. Enkele wolken schoven opzij waardoor een gat ontstond in de wolkendeken. Een randje van de zon was te zien en het wierp haar goudgele stralen op het strand. Een mysterieus effect gaf het het geheel nu de stralen door de laaghangende mistbank schenen. De schoonheid werkte hypnotiserend, onmogelijk was het er je ogen vanaf te houden, vooral als deze pracht door de ogen van een ontwetende werden bekeken. Zij die nog nooit het strand in deze staat had gezien. Een witte deken viel over haar zuiver oranje lichaam en Sheridan snoof de zilte geuren gretig op. Een bijtende wind sloeg tegen haar lichaam en ze verstijfde haar spieren even door de onverwachte klap van de koelte die als een mes door haar lichaam sloeg. Sheridan bedacht zich dat ze het eigenlijk steenkoud had en dat ze maar beter weg kon gaan van hier. Maar iets, iets heel diep van binnen hield haar tegen hield haar er vanaf weg te gaan van deze prachtige plaats.
[& Het liefste iemand die zoiezo wel een post van deze lengte kan terug posten]
Gedesoriënteerd bekeek de honinggele merrie de zee. De wind trok de golven mee naar het strand waar ze uiteindelijk over het groffe zand vielen en uiteen klapte. De gene die het strand het meest genaderd waren hadden witte schuimkoppen. Tussen het witte schuim dat deels op het strand bleef liggen kon je allemaal gekleurde schelpjes zien liggen en Sheridan was ervan overtuigd dat dat niet het enige zou zijn dat het onheilspellende water met zich meegetrokken had. Haar dahliagele ogen trokken door naar de dansende golven die een stuk verder van haar weg waren. Enkel de golven waren daar te zien en daarboven hing een donkere hemel bedekt met een wolkendeken. Op het strand was het mistig omdat de wolken door het slechte weer zo laag waren komen te hangen. Sheridan zag de golven meekolken door de luchtstroom. De laagst hangende wolken waren lichtgrijs, maar hier en daar kon je er een laag doorheen zien, met een grauwe , paarse kleur. Enkele wolken schoven opzij waardoor een gat ontstond in de wolkendeken. Een randje van de zon was te zien en het wierp haar goudgele stralen op het strand. Een mysterieus effect gaf het het geheel nu de stralen door de laaghangende mistbank schenen. De schoonheid werkte hypnotiserend, onmogelijk was het er je ogen vanaf te houden, vooral als deze pracht door de ogen van een ontwetende werden bekeken. Zij die nog nooit het strand in deze staat had gezien. Een witte deken viel over haar zuiver oranje lichaam en Sheridan snoof de zilte geuren gretig op. Een bijtende wind sloeg tegen haar lichaam en ze verstijfde haar spieren even door de onverwachte klap van de koelte die als een mes door haar lichaam sloeg. Sheridan bedacht zich dat ze het eigenlijk steenkoud had en dat ze maar beter weg kon gaan van hier. Maar iets, iets heel diep van binnen hield haar tegen hield haar er vanaf weg te gaan van deze prachtige plaats.
[& Het liefste iemand die zoiezo wel een post van deze lengte kan terug posten]