Ravenzwarte hoeven kletterden neer tegen de harde ondergrond. Kleine kiezelsteentjes vlogen langs haar hoeven omhoog. Een gure wind waaide in haar gezicht. Ze had haar slanke oren tegen haar schedel aan gedrukt. Haar iets of wat arabisce hoofd had ze trots in de hoogte gehezen. Het hoofd dat qua bouw zoveel op die van haar moeder leek. Panarea leek in veel opzichten op haar moeder. Een grotere, perfectere kopie van haar moeder. Kharrea had geweten waar ze mee bezig was geweest. De verhalen van haar vader speelden zo voor haar ogen af. Ze kon het zo voor haar ogen zien en wist bijna hoehaar moeder dacht. Ze leken zo vaak 1 te zijn.
De wind speelde door haar lange zwarte manen. Haar bruine vacht was getekend door de littekens. Haar gespierde lichaam werd verlicht door de maan. Het was een warme zomernacht. Kharrea keek samen met Conan over een gebied. Beide paarden stonden roerloos langs elkaar. Kharrea's gidzwarte ogen keken naar een gebied in de verte. Ze had haar staart trots in de hoogte gehezen. Morgen zou de dag aanbreken. Ze zouden oorlog voeren. Voor dat de zon opwas zouden haar beste paarden op het slagveld staan en zouden ze strijden voor de kudde. Kharrea was een genadeloze leidster. Ze had vaker paarden uit haar kudde gegooid en zou dat doen bij elk waardeloos schepsel. De kudde moest geen honderden paarden bevatten. Al waren er maar een 20 tal paarden in haar kudde, ze wist dat die beesten iets waard waren. Die bewezen zich keer op keer. Oude paarden liet ze ook achter, die waren toch niets meer waart. Maar een enkele hield ze om de jongeren te trainen, daarna zouden ze zelf wel ten prooi vallen. Haar hoofd wende zich richting Conan. 'Mama I'm in love with an criminal' vloog er door haar hoofd heen. Een vals grijnsje krulde rond haar lippen heen.
Panarea was zo in gedachten verzonken geweest dat ze niet meerwist waar ze was. Ze wist wel dat ze op de drakenberg was maar waar precies wist ze niet. Ach, who cares? Een dikke pak mist was rond haar heen. Ze zag amper een meter voor haar. Ze lette daarom ook goed op waar ze liep. Ze rook andere paarden. Een valse grijns sierde haar lippen. Panarea was nog niet zo getekend als haar moeder. Ze had amper of geen littekens op haar vacht. Kharrea was gekend geweest voor het immense litteken op haar voorhoofd. Zou ze net zo getekend worden als haar moeder en vader? Beiden waren verminkt door hun verleden. Vele paarden hadden schrik voor haar ouders. Haar zagen ze nu als een jong dier dat amper iets kon. Ze onderschatte haar altijd. Panarea was een uitstekende vechter en had genoeg trainingen achter de rug. Toch wou ze haar technieken nog verbeteren. Ze zou een duistere heerseres worden. Ze had genoeg plannen om dat waar te maken en ze wist dat ze haar doel zou bereiken. Ze was nog koppiger als haar moeder en duivelser als de duivel zelf. Ze zouden beven als ze haar zouden zien. Ze zouden haar naam uitspreken vanaf het moment dat ze hun laatste adem uitbliezen. Ze zouden haar voor eeuwig herinneren. Een kraai krijste boven haar hoofd. Panarea keek omhoog en een grommend geluid kwam uit haar keel. Veel praten deed ze niet. Ze was geen praatjes maker. Ze voerde veel liever de daden uit. Niemand zou haar naam weten tot het moment ze zouden sterven.
De wind speelde door haar lange zwarte manen. Haar bruine vacht was getekend door de littekens. Haar gespierde lichaam werd verlicht door de maan. Het was een warme zomernacht. Kharrea keek samen met Conan over een gebied. Beide paarden stonden roerloos langs elkaar. Kharrea's gidzwarte ogen keken naar een gebied in de verte. Ze had haar staart trots in de hoogte gehezen. Morgen zou de dag aanbreken. Ze zouden oorlog voeren. Voor dat de zon opwas zouden haar beste paarden op het slagveld staan en zouden ze strijden voor de kudde. Kharrea was een genadeloze leidster. Ze had vaker paarden uit haar kudde gegooid en zou dat doen bij elk waardeloos schepsel. De kudde moest geen honderden paarden bevatten. Al waren er maar een 20 tal paarden in haar kudde, ze wist dat die beesten iets waard waren. Die bewezen zich keer op keer. Oude paarden liet ze ook achter, die waren toch niets meer waart. Maar een enkele hield ze om de jongeren te trainen, daarna zouden ze zelf wel ten prooi vallen. Haar hoofd wende zich richting Conan. 'Mama I'm in love with an criminal' vloog er door haar hoofd heen. Een vals grijnsje krulde rond haar lippen heen.
Panarea was zo in gedachten verzonken geweest dat ze niet meerwist waar ze was. Ze wist wel dat ze op de drakenberg was maar waar precies wist ze niet. Ach, who cares? Een dikke pak mist was rond haar heen. Ze zag amper een meter voor haar. Ze lette daarom ook goed op waar ze liep. Ze rook andere paarden. Een valse grijns sierde haar lippen. Panarea was nog niet zo getekend als haar moeder. Ze had amper of geen littekens op haar vacht. Kharrea was gekend geweest voor het immense litteken op haar voorhoofd. Zou ze net zo getekend worden als haar moeder en vader? Beiden waren verminkt door hun verleden. Vele paarden hadden schrik voor haar ouders. Haar zagen ze nu als een jong dier dat amper iets kon. Ze onderschatte haar altijd. Panarea was een uitstekende vechter en had genoeg trainingen achter de rug. Toch wou ze haar technieken nog verbeteren. Ze zou een duistere heerseres worden. Ze had genoeg plannen om dat waar te maken en ze wist dat ze haar doel zou bereiken. Ze was nog koppiger als haar moeder en duivelser als de duivel zelf. Ze zouden beven als ze haar zouden zien. Ze zouden haar naam uitspreken vanaf het moment dat ze hun laatste adem uitbliezen. Ze zouden haar voor eeuwig herinneren. Een kraai krijste boven haar hoofd. Panarea keek omhoog en een grommend geluid kwam uit haar keel. Veel praten deed ze niet. Ze was geen praatjes maker. Ze voerde veel liever de daden uit. Niemand zou haar naam weten tot het moment ze zouden sterven.