I don´t need you
I don´t need friendship
And I don´t need
flowers in the spring
And I don´t need you
And you surely don´t need me
I don´t need love and affection
And I don´t need peace and harmony
And I don´t need you
And you surely don´t need me
Het lied ging door haar hoofd heen. Ze waren in haar gedachten verschenen. Het gebeurde te snel voor woorden. Het perfecte lied voor de jonge merrie. Het waren ongeveer drie maanden later en haar kooi was stuk. Het voelde alsof ze een kooi in haar hart had. Niet dat ze een hart had. Ze had de slechtheid erin verborgen en nu had ze de sleutel gevonden van het slot. Alles in haar was helemaal veranderd en haar hart was nu zoals een zwart gat. Niemand kon het dichten. De jonge merrie snoof luid en sloeg met haar zwarte staart heen en weer. Haar bouw was sterker en ze had nu veel meer spieren dan vroeger. Ze trainde elke dag op plekken zoals nu. Nu liep ze naar de gletsjer. Ze had gehoord hoe gevaarlijk en moeilijk deze plek was, zeker met de sneeuw en het gladde ijs. Haar moeder had grote wonden eraan overgehouden, maar wat kon haar die witte merrie schelen. Zij was sterker. Ze had de perfecte bloedlijnen in haar lijf. Oscuro, haar vader, kende ze niet goed, maar hij had haar moeder op de knieën gekregen. Hij had het gevecht gewonnen en was sterk, dat had ze in haar lijf. Ook had ze delen van Azacar en Death geërfd. Een paar procent van haar moeder, wat ze dan ook niet erg vond. Ze grijnsde even toen ze aan de witte merrie dacht. "I don't need you bitch.." De woorden kwamen eruit alsof ze woedend was, maar da viel wel mee. Kwaad was ze er niet echt op. Ze wilde gewoon niet veel luisteren. Ze zou alleen optrekken en trainen. Ze had nu geleerd om over ijs en sneeuw te lopen. Ze had het dan ook heel goed gedaan. Vond zijzelf. De ouderen waren iets beter, maar zij had nog maar net goed leren lopen op dat moment. Rustig liep de jonge merrie naar de gletsjer toe. Ze begon te klimmen op de berg waar een enorme ijsvlakte op lag. Meteen begon ze weer naar beneden te glijden, maar ze zette door en sprong naar voren. Ze nam een groot tempo aan en sprong rennend naar boven. Ze struikelde over een steen en kwam terecht op de berg. Anaïs schudde haar vacht uit en keek naar het uitzicht. Het was midden in de nacht en de volle maan stond hoog aan de hemel. Geen wolk was te zien en ook geen enkele ster. Dit was haar nacht.
Zephyr
I don´t need friendship
And I don´t need
flowers in the spring
And I don´t need you
And you surely don´t need me
I don´t need love and affection
And I don´t need peace and harmony
And I don´t need you
And you surely don´t need me
Het lied ging door haar hoofd heen. Ze waren in haar gedachten verschenen. Het gebeurde te snel voor woorden. Het perfecte lied voor de jonge merrie. Het waren ongeveer drie maanden later en haar kooi was stuk. Het voelde alsof ze een kooi in haar hart had. Niet dat ze een hart had. Ze had de slechtheid erin verborgen en nu had ze de sleutel gevonden van het slot. Alles in haar was helemaal veranderd en haar hart was nu zoals een zwart gat. Niemand kon het dichten. De jonge merrie snoof luid en sloeg met haar zwarte staart heen en weer. Haar bouw was sterker en ze had nu veel meer spieren dan vroeger. Ze trainde elke dag op plekken zoals nu. Nu liep ze naar de gletsjer. Ze had gehoord hoe gevaarlijk en moeilijk deze plek was, zeker met de sneeuw en het gladde ijs. Haar moeder had grote wonden eraan overgehouden, maar wat kon haar die witte merrie schelen. Zij was sterker. Ze had de perfecte bloedlijnen in haar lijf. Oscuro, haar vader, kende ze niet goed, maar hij had haar moeder op de knieën gekregen. Hij had het gevecht gewonnen en was sterk, dat had ze in haar lijf. Ook had ze delen van Azacar en Death geërfd. Een paar procent van haar moeder, wat ze dan ook niet erg vond. Ze grijnsde even toen ze aan de witte merrie dacht. "I don't need you bitch.." De woorden kwamen eruit alsof ze woedend was, maar da viel wel mee. Kwaad was ze er niet echt op. Ze wilde gewoon niet veel luisteren. Ze zou alleen optrekken en trainen. Ze had nu geleerd om over ijs en sneeuw te lopen. Ze had het dan ook heel goed gedaan. Vond zijzelf. De ouderen waren iets beter, maar zij had nog maar net goed leren lopen op dat moment. Rustig liep de jonge merrie naar de gletsjer toe. Ze begon te klimmen op de berg waar een enorme ijsvlakte op lag. Meteen begon ze weer naar beneden te glijden, maar ze zette door en sprong naar voren. Ze nam een groot tempo aan en sprong rennend naar boven. Ze struikelde over een steen en kwam terecht op de berg. Anaïs schudde haar vacht uit en keek naar het uitzicht. Het was midden in de nacht en de volle maan stond hoog aan de hemel. Geen wolk was te zien en ook geen enkele ster. Dit was haar nacht.
Zephyr