Een kale vlakte spreidde zich voor haar uit, de sneeuw was verdwenen. Een bijna zwoele wind waaide over de vlakte. Het was nog geen lente, maar het einde van de winter naderde langzaam. Merle staarde voor haar uit, haar oren draaiden nieuwsgierig alle kanten op. Ze was hier nou alweer een tijd, de tijd leek aan haar voorbij te glijden zoals het altijd deed. Het voelde wel een keer goed om ergens wat langer te blijven. Al wist ze nog steeds niet zeker of ze wel echt zou blijven. Ze zou het vanzelf wel merken als ze ergens niet meer kon blijven, dan zou ze rusteloos worden. Dan zou haar lichaam haar wel vertellen dat ze weer vooruit moest. Dat was nog niet het geval, ze vermaakte zich hier wel. Ze genoot van de verschillende landschappen hier. Ze genoot van de wind die haar bleef roepen, tenminste zo zag Merle het. Het was rustiger in haar hoofd geworden sinds ze hier was, de wind leek minder in haar oren te gillen. Het was hier rustig, kalm. Zo voelde het voor haar, al was ze hier al genoeg verschillende soorten paarden tegengekomen, de natuur leek hier kalm. Daar genoot ze van, dat was altijd waarvoor ze dacht dat ze geboren was. Ze sloot haar bruine ogen en tilde haar hoofd op. Ze spitste haar oren en snoof de lauwe lucht in. De wind fluisterde zacht in haar oren. “Luister naar me, luister goed. Zo weet je altijd wat je doen moet,” fluisterde ze zacht. “Kijken is een leugen, een leugen die je hersens aantast. Luister goed, heel goed, dan bezorgd je dat veel minder last,” er ontstond een klein glimlachje om haar lippen. Langzaam deed ze haar ogen weer open. Ze keek naar de grijze lucht, licht grijs, wat er op wees dat er geen regen zou vallen. Ze kon het ook niet ruiken, het zou zeker nog wel een paar uur droog blijven. Het was vroeg in de ochtend, de vogels begonnen net te ontwaken. Waardoor er een koor aan gezang opsteeg. Ze genoot er van, zolang geluiden niet te hard werden. Daar kon ze niet tegen, ze was heel gevoelig voor geluid. Ze aanvaarde het dat de wind soms moest razen, maar wezens moesten niet opeens rare geluiden gaan maken. Ze liet haar hoofd weer iets zakken en liet haar blik over de asvlakte glijden. In haar hoofd speelde het verhaal over een paard die een vulkaanuitbarsting had meegemaakt, van een verre afstand. Alleen toen nog had hij alles mee kunnen maken. Hij had haar verteld hoe lava het land verwoeste, als een woeste hitte. Alleen hoe het daarna ook de vruchtbaarheid bracht. Het was bijzonder, heel bijzonder hoe de natuur zichzelf altijd weer leek te herstellen. Ze hoopte dat dat haar altijd zou blijven lukken, dat er niet te veel van verwoest werd.
Ze begon zachtjes voor haar uit te neuriën terwijl ze de vlakte op begon te lopen. Haar stem mengde zich met het zachte geruis van de wind. Er lag een vrolijke blik in haar bruine ogen. Ze had zin in de dag die komen ging. Ze stopte met lopen toen er een klein plantje aan haar hoeven verscheen. Ze liet haar hoofd zakken en at het plantje op. Nieuw leven, die andere voedde. Het was schitterend hoe die cyclus ontstond. Ze liep verder totdat ze voor een dode vulkaan stil stond. Ze keek omhoog volgde de ribbels die de lava gevormd hadden. Ze draaide een oor naar achter toen ze iets hoorde. Er kwam iemand aan, ze keek niet om. Ze zou straks wel zien wie het was. Ze bleef de dode vulkaan bewonderen, terwijl de wind zachtjes in haar oor floot.
[Aaliyah]
Ze begon zachtjes voor haar uit te neuriën terwijl ze de vlakte op begon te lopen. Haar stem mengde zich met het zachte geruis van de wind. Er lag een vrolijke blik in haar bruine ogen. Ze had zin in de dag die komen ging. Ze stopte met lopen toen er een klein plantje aan haar hoeven verscheen. Ze liet haar hoofd zakken en at het plantje op. Nieuw leven, die andere voedde. Het was schitterend hoe die cyclus ontstond. Ze liep verder totdat ze voor een dode vulkaan stil stond. Ze keek omhoog volgde de ribbels die de lava gevormd hadden. Ze draaide een oor naar achter toen ze iets hoorde. Er kwam iemand aan, ze keek niet om. Ze zou straks wel zien wie het was. Ze bleef de dode vulkaan bewonderen, terwijl de wind zachtjes in haar oor floot.
[Aaliyah]