Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

A small little horsee here (aa') || Danaë

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

Fakir

avatar

Fakir

De kleine ,jonge, bruine hengst keek met zijn blauwe oogjes het gebied rond. Zijn manen en staart wapperde in de wind. De hengst was klein, niet groter dan 1.11 m. hij liep met snelle ,kleine pasjes door het zilverkleurige water. Zijn lange blonde manen maakte kleine golfjes op de bewegingen van Fakir. Fakir was klein, maar onderschat hem niet. Hij is slim, snel, behendig en bovenal enorm eigenwijs. Hij is negen van de tien keer hyper en houd van gestoorde humor.

Fakir stapte rustig door het water. Het water spatte lichtjes op tegen zijn benen. Fakir stond tot aan zijn buik in het water. Oké hij was klein, en dus kwam het water bij een groot volwassen paard waarschijnlijk tot de helft van zijn bovenbeen. Fakir brieste tegen het water en boog zijn hoofd, hij, begon gulzig te drinken. De hengst schudde zijn manen los, hij gooide zijn hoofd omhoog. Plots begon hij te draven. Met een grote vaart sprintte hij door het koele water. Hij maakte alles om hem heem zeiknat, waaronder zijn eekhoorn-vriendje, die net nog rustig op zijn rug zat. Het lag nu ongeveer aan de kant. Boos sprong de eekhoorn op en liep het water uit. Hij begon wat op een nootje te kauwen.

Fakir was ondertussen gestoord aan het bokken in het water. Zijn blauwe oogjes twinkeleden van plezier. Hij hinnikte zachtjes. Toen zijn gestoordheid-aanval over was draafde hij terug naar de eekhoorn.
,,Sorry dude.. Ik had mijn dagelijkse aanval.” hij grijnsde terwijl hij zit zei. De eekhoorn knikte en schudde toen licht gefrustreerd zijn kop, hoe hield hij het uit bij die shetlander? Fakir schudde zich uit, waardoor het water weer over de eekhoorn heen viel. Fakir lachte en boot zijn excuses weer aan, lachend. De eekhoorn nam zijn excuses wel aan. De eekhoorn heet trouwens Blue. Fakir zette het weer op een lopen en zette een galop in. Hij galoppeerde door het zilveren water en het water spatte met grote golven op. Fakir kneep zijn ogen tot pretoogjes en galoppeerde als een gestoorde door het water. Hij was natuurlijk ook niet echt normaal en de term ‘gestoord’ en ‘hyper’ pasten hem goed.

Fakir was aardig tot rust gekomen en drentelde nu terug naar Blue. Waar hij met tegenzin naast ging liggen. Zijn vacht was doorweekt. Op een bepaald ogenblik zag de hengst de vormen van een paard. Hij zag hoe het dichterbij kwam en hij hief zijn hoofd op. Hij brieste en sloeg wat met zijn staart naar een irritante vlieg. Hij stond niet zo soepel op en wachtte tot het paard zou arriveren.

Danaë

Danaë

Verlekkerd keek de merrie omhoog. Aan de tak hing een wel heel perfecte appel te pronken. De zon scheen op de schil, waardoor hij perfect leek te glimmen en het in haar ogen prikte. ‘Hmm~’ De twijfels in haar groeiden. Dat ding zág er lekker uit, dat moest ze toegeven. Ze draaide haar achterhand, waardoor ze het ding uit en andere hoek bekeek. Opnieuw klonken geluiden uit haar waar uit bleek dat ze als een gek aan het dubben was. Wel. Niet. Wel. Niet. Het was zonde om zo'n pixelperfect dingetje van zijn tak te plukken. Maar hij zag er zo damn lekker uit. Wie was zij om de natuur te verpesten?
De beslissing was genomen. Haar ogen kregen een stoute glinstering. Oeeh, wat was ze nu brutaal. Ze strekte haar hals nu nog meer omhoog. Haar lippen kwamen van elkaar af. Haar tong had het ding bijna aangeraakt. Opeens wendde ze haar hoofd af.
Wácht! Misschien was het mooie uiterlijk slechts een vermomming, een valstrik, een truc. Net zoals haar uiterlijk één grote gimmick was. Don't trust appearance..
Kijk, het ding kon bijvoorbeeld van binnen een grote schimmelzooi zijn. Een nep ding. Deze appel, hoe kon zoiets zo perfect zijn. Was het nep?
Djeez~ wat was ze spiritueel bezig. ‘Eet de fucking appel,’ snauwde ze naar zichzelf. Opnieuw strekte ze haar hals naar de lekkernij. Haar tanden grepen de vrucht. Met een soepele bravoure trok ze de appel van de tak. Haar tanden sneden door de schil. Een euforie van smaak ging door haar heem.
‘Hmm, njwam,’ prevelde ze door haar smakken heen. Het schuim van het sap kwam tussen haar lippen vandaan toen ze het vruchtvlees opat. Ze strekte haar hals helemaal lang naar voren. Kleine druppels schuim sijpelden van haar kin af. Haar roze tong vloog alle kanten op om het spul binnen te houden.
Na enkele minuten verrukt op de vrucht te hebben gekauwd en tot de conclusie was gekomen dat het perfecte plaatje helemaal niet nep was, ging ze weer verder.
Vrolijk neuriënd op haar melodietje wandelde ze in een lichte, elegante tred weer verder langs de oever, tussen de zilveren bomen door. Soms kon een klein lekkernijtje je humeur oppeppen. Lekker voedsel maakte iedereen blij. Com'n, voedsel is iedereens vriend.
Haar hoofd schoot de andere kant op toen ze een wezentje door het water heen zag scheuren. Een frons werd zichtbaar op haar gezicht. Dat ieniemienie diertje dacht ook serieus dat hij wat voorstelde. Haar mondhoeken kwamen omhoog. Gegrinnik kwam uit haar keel. Dude, wat had die gozer. Ze schudde lachend haar hoofd. Oké, die gozer was de weg kwijt en had een lesje zelfkennis nodig. Ten tweede moest hij de etiquette maar eens door lezen. Djeez, dat er zulke wezens gewoon serieus op aarde rondwandelden. Ze zouden niet worden toegestaan in hel noch hemel. Zij zouden eeuwig bij de Styx rond blijven dwalen omdat het weer eens een arme ziel was die weer eens niet de moeite had gedaan een muntje onder zijn tong te leggen.
Het beest wierp zich weer op de kant, waar deze neer plofte. Het teken om haar in beweging te brengen naar het ietsiepietsiepaardje. Het vosje, dat enorm klein was en er enorm fragiel uit zag, had haar ook al opgemerkt. Haar tred was nog even elegant als altijd. Het beestje hief zijn koppie en kwam houterig overeind. Haar mondhoeken stonden poeslief omhoog en geloof het of niet, haar oren ook. Om een hopeloze ziel iets aan te leren moest je sympathiek zijn. Nou nee, ze moest die hopeloze ziel laten voorbereiden op iets wat hij niet aan zou zien komen. Waarom stak ze überhaupt moeite in dit beest. Ach, druiloren hoorde niet op de wereld thuis, die moesten zich zo snel mogelijk in hun graf verstoppen. Helaas was deze niet vrijwillig blijven liggen om de dood in worden geholpen.
‘Eay ukkiepukkie, waar heb jíj last van? begon ze maar mee om het gesprek te beginnen. ‘Denk je serieus dat het goed is waar je mee bezig bent, druiloortje, zoek een júíst leven. Met je gedrag bereik je niet veel op aarde mukkiesnukkie,’ haar stem was poeslief, een grote grijns stond op haar gezicht.
Opeens viel het kleine eekhoorn beest achter hem op. ‘Aah~’ een geïnteresseerde blik viel op het beest. ‘Leef je met hem, normaal zijn dat enorm schuwe beestjes.’
Ze liep om de shet heen alsof hij niet meer bestond en keek de eekhoorn aan. ‘Aaww, koetsjiekoetsjie eekhoorntje.’ Ze strekte haar neus naar het diertje uit. Opeens draaide ze haar oren naar achter, plat in haar nek. Ze ontblootte haar tanden. ‘BOE!!’
Grinnikend hief ze haar hoofd weer. Een paar pasje op de plaats van plezier. Haar kop naar achteren werpend krijste ze het uit. ‘Ghehe~’ de tranen biggelden bijna op haar wangen van het lachen.
‘Nou drolliemollie, genoeg gelachen,’ grinnikte ze nog na. Juist, eekhoorntjes waren grappig om te pesten. Haar oren hield ze naar achteren en ze wierp haar blik weer naar het onderkruipsel.
‘Dús ukkiepukkie, wat is je naam?’ vroeg ze toen weer poeslief, terwijl ze haar hoofd liet zakken en naar het ukje liet zakken en met haar honinggekleurde ogen in de zijne keek, een scheve grijns op haar gezicht afgetekend.

Fakir

avatar


De kleine hengst keek de merrie vertwijfeld aan. Even direct daarna zette hij zijn eigenwijste gezicht op. Hij keek de merrie bijna boos aan. Hij stond bijna neus aan neus. Als een woeste waterval kwamen de woorden uit zijn mond:
,,Ik ben gewoon een beetje druk ja, problemen mee? Ik heb een juist leven, bij jouw ga ik daar daarentegen aan twijfelen. Ja ik leef met hem…” hij keek haar wantrouwend aan en wachtte op wat ze ging doen.
De eekhoorn schrok zich de ti- ta- tering en sprong drie-en- een- halve- meter de lucht in. Vervolgens schoot hij naar achter de bosjes in. De hengst keek de merrie nu met bijna vuur in zijn ogen aan. Hij schudde zijn hoofd en bedacht dat dit zonde van zijn tijd was. Hij schudde zijn manen snel los en drentelde wat heen en weer. Zijn boze bui was net zo snel weggegaan als dat het kwam opborrelen en maakte plaats voor zijn eeuwige vrolijkheid.
Fakir keek van de merrie naar de nu terug-sluipende- eekhoorn. Het ging boven op de hengst zijn rug zitten en keek vanaf daar toe.
Jemig flutterdeflutflut




[FLUT sawry.. Inkomen i gues]

Danaë

Danaë

Verwachtingsvol keek de merrie het druiloortje aan. Een beetje schuim van het sap van de appel hing nog aan haar kin. Djeez, dat was écht een jummienimmie appeltje.
Het beest trok een kop met de arrogantie van hier tot Tokyo. Waar had dit beest last van? ,,Ik ben gewoon een beetje druk ja, problemen mee? Ik heb een juist leven, bij jouw ga ik daar daarentegen aan twijfelen. Ja ik leef met hem…” Ze knipperde een paar keer verward met haar ogen.
‘Een beetje druk zeg je? Volgens mij zit er ergens in die hersenpan van jou iets helemaal fout knulletje,’ zei ze met enkele minachting. Ze zuchtte en keek toen naar de eekhoorn. ‘Pa-leease, waar wíl je dat?’ Ze keek van de shetlandpony naar de eekhoorn. Waar waren eekhoorns eigenlijk nuttig voor? Ze begroeven eikels onder de grond, vraten die later weer op. Serieus, ze snapte die notenkoppen van ze niet. Ze raakten meestal ook de plek kwijt waar ze hun voedsel hadden opgeruimd. Kijk, dát is pas dom!
Het beest schrok zich de pleuris, en dat alleen maakte haar nog harden krijsen van het lachen. Haar hoofd hoog in de lucht, haar lippen fladerden als gekken heen en weer terwijl ze op de plek stond te dansen. Ze kon het niet laten dat tranen haar ooghoeken ontgleden. Poeh hee, wat 'n lol. Wat een dikke lol, djeez. Lang geleden dat ze zo lang had gelachen. Poeh. Godjemikkie toch.
Ze had het hele onderdeurtjes niet gezien tot ze klaar was, maar die stond vrolijk naar haar te grijnzen. ‘Wat? Niet boos dat ik je vriendje heb gepest? Jammer, ik had nog wel een ukje aan mijn collectie willen toevoegen. Maar helaas..’ Met een pruillipje keek ze de uk aan.
‘Maar nu even se-ri-eus, waar heb jíj last van?’ zei ze toen poeslief tegen het diertje. Het had vast een afwijking aan z'n benen ofzo, of een autistische afwijking, of allebei. Dramatisch dat hij alleen zei dat hij een beetje druk was. Hij ontkende iets, dat was serieus.
Het eekhoorn beest zat weer op zijn rug. Waarom zat ie daar? Ze had zin om dat beest van z'n rug te plukken, een paar keer mee rond te zwieren als een dolle hond en 'm daarna in het water te gooien en te laten zinken als een baksteen. Door zijn duizeligheid zou hij dan niet meer kunnen zien wat op of onder was en dan zou die hopeloos verdrinken, maar ze hield zich in. Ze mishandelde geen zielige bosbewoners die uit zichzelf wel dood gingen van de honger.

[47. 'Serieus, waar heb jij last van?'] Sorry voor het flutje D:

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum