Haar passen waren kort, snel en iet wat gehaast. Haar ogen, met een donker groene gloed, staarde strak voor zich uit. Haar korte staart zwiepte doelloos wat heen en weer. Het zand onder haar hoeven stoof op achter haar. De merrie was jong, klein, misschien iet wat onbezorgd. Maar ze was sluw, slim en listig. Ze wist waar ze het voor deed en ze was zeker geen opgever. Een kleine glimlach stond rond haar mond, niet de standaard glimlach die je bij een klein veulen zou verwachten. Haar glimlach was eerder onheilspellend en slechts een mondhoek was opgekruld, wat het onheilspellende effect alleen maar stimuleerde. De gigantische vulkaan die voor haar opdoemde fascineerde noch interesseerde haar. Ze had met haar hoofd elders, met haar hoofd bij de gebeurtenissen die komen zouden vandaag. Ze zou naar een kudde hinniken, naar een merrie, enkel een paar jaar ouder dan zijzelf. Ze zou haar trots voor deze ene keer opzij zetten, zonder deze kudde was er geen kans dat ze zou overleven, dat ze uit zou groeien tot een sterk en duivels paard. Geen enkele kans, niet eens de kleinste, hoe trots en zelfzuchtig ze ook was, ze wist het, ze wist dat ze in deze kudde moest. Ze stak haar kleine neusje in de lucht en snoof de koude lucht op, de mengeling van verschillende geuren maakte haar gefrustreerd. Ze was niet gewend om zoveel dingen tegelijk te ruiken, leven in Dream Horses ging haar misschien nog zwaarder vallen dan ze in eerste instantie had gedacht. Ze was gewend om maar enkele geuren te ruiken om zich daarop te kunnen focussen, ze was al niet echt een superieure –zeker niet- ruiker, maar ze werd er gek van als ze met haar zwakke reukzintuigen ook nog eens duizenden geuren door elkaar rook. Waren er dan echt zoveel paarden in Dream Horses? Ze stopte nijdig met lopen, er waren er maar twee die er nu echt toe deden: Aaliyah en Yia, Yia deed er altijd toe. Aaliyah enkel omdat ze toevallig de kudde leidde waar Yia in wou, zelfs als ene Henk de kudde zou leiden zou ze er nog in gaan. Als de persoon in kwestie maar niet jonger was dan haar. Een zelfspottend grinnikje kneep tussen lippen en neus door, dat was niet bijzonder lastig. Ze was te laat, veels te laat, geboren, ze was pas vier maanden. Waar haar ouders waren? Juist ja, die hadden haar hier achtergelaten in dit niemandsland, met de boodschap dat ze ‘niet veilig voor haar waren’ en ‘dat ze haar pijn zouden doen.’ Ze brieste verontwaardigd, voor haar had het hetzelfde geklonken als `we hoeven je niet, doei, zoek het maar uit’ en meer van dat soort geouwehoer. Dus ergens was het hun fout dat zij nou haar hoofd in haar nek gooide en een jonge, schelle hinnik over het veld liet donderen. Joehoe leidertje, komen en opschieten.
OOC:
Aaliyah!
OOC:
Aaliyah!