Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

We Could Play Hide-And-Seek

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1We Could Play Hide-And-Seek  Empty We Could Play Hide-And-Seek za 16 maa - 10:06

Yia

Yia

Haar passen waren kort, snel en iet wat gehaast. Haar ogen, met een donker groene gloed, staarde strak voor zich uit. Haar korte staart zwiepte doelloos wat heen en weer. Het zand onder haar hoeven stoof op achter haar. De merrie was jong, klein, misschien iet wat onbezorgd. Maar ze was sluw, slim en listig. Ze wist waar ze het voor deed en ze was zeker geen opgever. Een kleine glimlach stond rond haar mond, niet de standaard glimlach die je bij een klein veulen zou verwachten. Haar glimlach was eerder onheilspellend en slechts een mondhoek was opgekruld, wat het onheilspellende effect alleen maar stimuleerde. De gigantische vulkaan die voor haar opdoemde fascineerde noch interesseerde haar. Ze had met haar hoofd elders, met haar hoofd bij de gebeurtenissen die komen zouden vandaag. Ze zou naar een kudde hinniken, naar een merrie, enkel een paar jaar ouder dan zijzelf. Ze zou haar trots voor deze ene keer opzij zetten, zonder deze kudde was er geen kans dat ze zou overleven, dat ze uit zou groeien tot een sterk en duivels paard. Geen enkele kans, niet eens de kleinste, hoe trots en zelfzuchtig ze ook was, ze wist het, ze wist dat ze in deze kudde moest. Ze stak haar kleine neusje in de lucht en snoof de koude lucht op, de mengeling van verschillende geuren maakte haar gefrustreerd. Ze was niet gewend om zoveel dingen tegelijk te ruiken, leven in Dream Horses ging haar misschien nog zwaarder vallen dan ze in eerste instantie had gedacht. Ze was gewend om maar enkele geuren te ruiken om zich daarop te kunnen focussen, ze was al niet echt een superieure –zeker niet- ruiker, maar ze werd er gek van als ze met haar zwakke reukzintuigen ook nog eens duizenden geuren door elkaar rook. Waren er dan echt zoveel paarden in Dream Horses? Ze stopte nijdig met lopen, er waren er maar twee die er nu echt toe deden: Aaliyah en Yia, Yia deed er altijd toe. Aaliyah enkel omdat ze toevallig de kudde leidde waar Yia in wou, zelfs als ene Henk de kudde zou leiden zou ze er nog in gaan. Als de persoon in kwestie maar niet jonger was dan haar. Een zelfspottend grinnikje kneep tussen lippen en neus door, dat was niet bijzonder lastig. Ze was te laat, veels te laat, geboren, ze was pas vier maanden. Waar haar ouders waren? Juist ja, die hadden haar hier achtergelaten in dit niemandsland, met de boodschap dat ze ‘niet veilig voor haar waren’ en ‘dat ze haar pijn zouden doen.’ Ze brieste verontwaardigd, voor haar had het hetzelfde geklonken als `we hoeven je niet, doei, zoek het maar uit’ en meer van dat soort geouwehoer. Dus ergens was het hun fout dat zij nou haar hoofd in haar nek gooide en een jonge, schelle hinnik over het veld liet donderen. Joehoe leidertje, komen en opschieten.




OOC:
Aaliyah!

Aaliyah

Aaliyah
Moderator

Boos. Ze was boos. Nee. Boos was niet het goede woord. Boos was absoluut zacht uitgedrukt, het puntje van de ijsberg. Nee, je vergeleek een olifant met een mier. Razend. Woedend. Krankzinnig. Absoluut.
Het arrogante beest van een Panarea had haar durven uitdagen. Haar Horcrux proberen te pakken, alles in het roet te gooien. Nu had ze eindelijk een goed iets, Kay had zijn plan uitgelegd, zij was helemaal enthousiast over zijn plan. En toen boem. Een stomp in haar gezicht. Een plas ijskoud water in haar gezicht gooiend tijdens het slapen.
Nee, ze had er geen worden voor.
Uitzinnig van razernij stampte ze door de Ash valley. Een straffe tegenwind sneed in haar ogen, klapte tegen haar lange oren aan, duwde tegen haar borst aan, uit alle macht smekend om niet verder te lopen.
Ze negeerde het. Ze negeerde het gevoel om instinctief met haar kont tegen de wind in te staan, voor één keertje deed ze iets wat ze niet hoorde te doen. Misschien niet helemaal niet horend, maar ze was boos, en niets deed haar ertoe.
Ze was absoluut niet gecharmeerd van de bruine arabier. Het raspaardje. Trippelpaardje. Kermispaardje.
Echter was ze ook blij. Niet zomaar blij. Nee, ze kon wel glimlachen, als ze maar niet zo boos was geweest. De reden van haar blijheid? Het kermispaardje had niet kunnen winnen. Het veel oudere paard, met beter ras, betere stamboom, had Aaliyah niet kunnen stoppen; heeft de Horcrux niet kunnen bemachtigen. Iets wat haar ego ontzettend opkrikte. Het streek als de fikse wind over haar ego, net zoals het deed over haar vacht.
Terwijl ze haar voet met een stamp neerzette om te benadrukken hoe uitermate boos ze was, schoot een warme pijnscheut vanonder haar lichaam naar haar alles. Haar lijf stond voor een fractie van een seconden in vuur en vlam, voordat het doofde en enkel naglooide in haar kootholte. Vloekend. Vloekend op de moeras en alles wat heilig was gooide ze haar hoofd in de lucht.
Vandaag was haar dag niet. Dat kon iedereen zien. Haar neusgaten waren nijdig opgekruld, haar staart zwaaide waarschuwend rond, en ook haar oren waren al vanaf gisteren niet meer gespot. Wellicht waren ze al voor vermist opgegeven.
Snuivend vervolgde ze haar weg, gooide haar gewicht in de wind, wanhopig proberend om het niets te bereiken. Want waarom was ze eigenlijk hier? Een onbenullige hinnik. Waarvoor ze half Ash valley onderreisde, in dit hondeweer.
Nog net kon ze zich ervan weerhouden te grommen. Te grommen als een wilde prairiehond.
Áls dit beest was wat ze dacht, dan had ze dus voor niets lopen ploeteren. Een veulen was niet helpzaam, en Aaliyah wist nu al dat dit verloren tijd was. Waarom nu nog niet omkeren? Simpel: Het plan. Dat waren de twee woorden waarmee Kay haar had overtuigd dat het een meesterwerk was. En dit bakkebeest met de veel te kleine hersens, die kon mooi opgeleid worden, kon alle shit opruimen. Enkel niet dit beest. Dit beest zou pure teleurstelling proeven, de bitterzoute smaak op de tong voelen, de schelle, hoge tonen waarvan je oren gingen bloeden in de oren voelen, de zweep op de huid voelen.
Nee, ze had vandaag even geen zin in geflauwekul. Daarvoor had een zeker persoon haar teveel boos gemaakt.
Punt.
Een stipje aan de horizon, dat was het. Niet meer dan een stip. Met haar ogen knipperend keek ze of het geen schoonheidsvlek was op haar netvlies. Nee. Het was het niet.
Lag het aan haar, of was het ver weg of was het paard dichtbij en gewoon super klein, in wich case nog een veulen? Ah nee!
Vloekend – ook door de mok boven haar hoeven – beende ze verder, op weg naar de kleine opdonder. Fjordenveulen.
Bitsend gaf ze het dreumes bijna geen aandacht terwijl ze voor haar stopte. ‘Je moet het een beetje reëel bekijken. Denk je dat een veulen kan vechten voor z’n kudde. Vechten voor z’n leidster, en ook vechten voor zichzelf?’ begon ze, iets langzamer en voorzichtiger dan ze verwacht had, maar toch in een rap tempo, alsof ze haast had. ‘Want het maakt me niet uit of je een veulen bent. Als veulen in een kudde. Pardon: Mijn kudde, moet je niet alleen voor mij, jezelf en medesoortgenoten vechten, maar ook voor iedereen die boven je staat. Onbelangrijkere leden gaan eerst, belangrijkste leden gaan laatst.’
Ze was niet geïnteresseerd in een naam, allerminst naar een verleden of motief. Ze was hier om het gesprek al gelijk te beëindigen. Dingen eindigen die nog niet waren gestart. Voor dood achterlaten hoewel het nog springlevend was. Misschien wilde ze meer zeggen, duidelijk maken dat veulens allerminst welkom waren, maar dat deed ze niet. Ze deed het niet.
Met een kleine sadistische grijns keek ze naar beneden, wetend dat haar woorden half besprenkeld waren met waarheid, halfvol besprenkeld met leugens. Alsnog bleef ze boos, boos op madame. Boos op iedereen om Aaliyah heen. Blij om alles wat binnen in haar zat. Trots op haarzelf voor het beschermen van haar kudde.

:: OOC ::
Af

Yia

Yia


YIA ~ 4 months ~ Mare ~ Single ~ Arrogant ~ Selfish ~ Brutal


Haar ogen gleden bespeurend over het gebied, op zoek naar een beweging, de kleinste goud kleurige vlek, of bruin kleurige vlek, wou ze vinden om daar de leider van de Horcrux uit te halen. Goud kleurig, of bruin kleurig, het maakte niet zo heel vee verschil qua kleur, het waren geen tegenpolen, maar qua paard maakte het wel uit. Die twee achterlijke kleuren zouden bepalen of ze de Horcrux in kwam of niet, het was alsof ze ging grabbelen en ze mocht kiezen tussen twee dozen, ze kon alleen maar hopen dat ze de doos met de koekjes zou kiezen. Het duurde een tijdje voordat -een goudkleurige vlek- zich op haar zicht printte. Dus dit was wat haar te wachten stond: Een jonge, chagrijnige trien die ab-so-luut niet van veulens hield. Alsof de tut zelf geen veulen was geweest.
Het verbaasde Yia gewoon dat de merrie überhaupt de moeite deed om langs te komen bij een veulen, een fjorden veulen, een vier maanden oude fjorden veulen, een klein scharminkel om het kort samen te vatten. Iets hoe Yia zichzelf nooit zou zien. Hoewel Yia misschien iets te veel ego had, misschien, had zelfs zij niet verwacht dat de merrie in dit hondenweer bij een veulen op bezoek zou gaan. Maar paarden konden je verrassen, misschien had de merrie wel een hele goede reden, misschien had ze wel veulens nodig omdat een of ander geweldig lid van haar een of ander idee van een of andere oorlog had, dat kon maar zo bij een slechte kudde.
Met een sadistische glimlach zag ze maar half hoe de merrie naderde, met haar gedachten bij waarom de merrie chagrijnig was. Een: Ze werd geroepen, door een veulen nota bene. Twee: Ze was uitgedaagd, ook al had ze gewonnen. In het tweede geval kon ze er wat mee, in het eerste geval had ze er helemaal niets aan. Wat ze ermee kon in het tweede geval? Een paar beledigende opmerkingen voor deze Panarea konden vast geen kwaad bij haar nieuwe ‘aartsvijand.’ Waarschijnlijk was de merrie ook behoorlijk trost op zichzelf voor het behouden van haar zooitje ongeregeld, het kwam erop neer dat dit mission impossible ging worden.
De merrie kwam direct ter zake, begon eigenlijk al direct met praten toen ze voor haar stopte. Ze was duidelijk niet in voor koetjes en kalfjes praat, daar had Yia geen problemen mee, koetjes en kalfjes gepraat zou haar kans alleen maar afzwakken, ze moest direct ter zake komen. `Je moet het een beetje reëel bekijken. Denk je dat een veulen kan vechten voor z’n kudde. Vechten voor z’n leidster, en ook vechten voor zichzelf?’ Yia schudde haast onzichtbaar haar hoofd, nee natuurlijk niet, maar dat maakte veulens niet minder nuttig. ‘Want het maakt me niet uit of je een veulen bent. Als veulen in een kudde. Pardon: Mijn kudde, moet je niet alleen voor mij, jezelf en medesoortgenoten vechten, maar ook voor iedereen die boven je staat. Onbelangrijkere leden gaan eerst, belangrijkste leden gaan laatst.’ Een glimlach kwam rond Yia’s mond te staan – de sadistische glimlach was al verdwenen toen de merrie op tien meter afstand van haar kwam – `Nu moet jij het eventjes reëel bekijken,’ imiteerde ze de merries woorden, stomme opmerking.
Dat was in ieder geval al minpunt nummer een, hoeveel pluspunten zouden er komen? Te weinig om haar stomme minpunten weg te vagen? Of juist meer dan genoeg. `Luister, jij hebt hersenen, anders had je de kudde nooit zo lang kunnen leiden of kunnen winnen of kunnen behouden van de onnozele uitdager, dus jij hebt ook de hersenen die je nodig hebt om te weten dat veulens hartstikke handig zijn. We zijn de toekomst, je kan ons buigen zoals je wilt, maken zoals je wilt, bij brengen wat je wilt’ Yia tuitte haar lippen eventjes, dit was niet de perfecte manier om haar gedachtes en motieven te verwoorden. Ze zocht naar woorden, vond sommige maar net niet genoeg. Hoe moest ze beginnen? Moest ze beginnen met een paar beledigingen, dat zou het wel doen. `Ik moet eerlijk toegeven, dat als Panarea de kudde had gewonnen ik niet gehinnikt had, ik wil, hoe raar het ook klinkt, de fijne kneepjes van de slechte kant bijgebracht krijgen door iemand uit jóuw kudde, ik wil jóuw manier van ‘slecht’ zijn bij krijgen, niet die van een of andere huppeltrut,’ zei ze direct en zonder omwegen, zonder aarzelingen. Haar woorden waren niet helemaal waar, ja, ze wou Aaliyah haar manier van ‘slecht’ zijn leren, maar als Panarea de kudde had gewonnen dan had ze genoegen met de Arabier genomen, maar haar woorden klonken overtuigend en zonder enkele leugens, Aaliyah hoefde niet te weten wat waar was en wat niet en ergens waren haar woorden waar, ze kreeg liever de fijne kneepjes geleerd van Aaliyah.



Aaliyah

Aaliyah
Moderator

Haar aandacht was al verzwakt. Haar gevoelens verraadde haar. Vertelden Aaliyah dat het mormel dat zowat in haar kootholte paste schattig was. Schattig en naïef. Leek wel een beetje op haar. Maar het verschil tussen het veulen en zijzelf was dat Aaliyah een kudde runde. Of nouja, misschien was het veulen ook wel schattig omdat haar grote droom in duigen zou vallen. Ze zag de teleurstelling nu al op het donzige snoetje. Het oh zo zachte donzen snoetje, met de heldere ogen, onschuldig maar toch met ernst. Aaliyah was niet zeker of de wup al verzekerd was met duidelijkheden, plannen en vooral of het bezig was met de toekomst. Wat wilde het worden? Wat wilde het doen? Misschien was het indeed handig om zo’n ukkepuk als reserve te houden. Stel er zou één of andere hungergames uitbreken, had de Horcrux tenminste nog een paar reserve organen en voedsel.
De brutale toon van de hoge stem rukte haar uit haar liefdadige bui en liet haar met een ruk naar het veulen kijken. ‘Nu moet jij het eventjes reëel bekijken,’ imiteerde het kind haar. Met een sprong maakte Aaliyah de afstand tussen haar en het veulen kleiner, haar tanden slechts één centimeter het kleine schattige snoetje missend. Haar uithaal was perfect geweest, had het kleine koppie in een ogenblik van de romp kunnen trekken. Maar ze was van het dreigen. Het wormpje kon altijd nog dood. ‘Lijkt de dood jou reëel?’ siste ze haar het fjordje. Mini-fjordje.
Het beest ging door, constateerde dat ze hersenen had. Jaja, Aaliyah wist dat nog niet. En omdat ze het al wist was het nauwelijks een strijk over haar al te grote ego. Haar harde blik rustte op de ogen van het dier. Nee, de kansen waren behoorlijk klein.
Tegen de tijd dat ze ontdekte dat het paard nog niet klaar was met praten, was Aaliyah al omgedraaid en klaar voor vertrek. ‘Het spijt me kleintje, misschien als je groter bent.’ sprak ze achteloos. ‘Ik ben gevleid dat je mijn manier van slecht zijn wil leren, maar het lijkt mij niet dat je gehoorzaam naar me luistert, je mond houdend op de momenten dat dat moet. Het spijt me, je eerste indruk was niet geslaagd. Try again an other time. Perhaps.’
Heupzwiegend zette ze de eerste stappen weg van het paard.



Flutje ;D
(Enneh, ze mag nog proberen te smeken ofzo x'D )

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum