"You'll come back
When they call you
No need to say good bye"
When they call you
No need to say good bye"
Ventus stond op vanonder een grote dikke boom. Hij twijfelde of hij een kudde zou in gaan. Ooit was hij zo slecht geweest en nu. Nu was hij niet goed maar ook niet slecht. Als zijn vader hem zo zag… Hij zou kwaad geweest zijn. Maar hij was oud, hij zal vast wel dood zijn of zoiets. Hij zuchtte, het kon hem niet meer schelen. Hij was de laatste tijd zo afwezig geweest. Zo zwak. Zo lui. Er was iets met hem gebeurd. Iets had hem veranderd. De zon scheen fel op hem wat hem precies actiever maakte. Hij was ziek geweest door de kou maar het was ondertussen lente geworden dus hij voelde zich een stuk beter. Als hij nu gewoon op nieuw begon? Als, als een.. neutraal paard. Het was vreemd voor hem, die gedachten. Maar toch slecht was hij niet meer. Als hij nu hinnikte was het officieel en kon hij niet meer terugkeren. Hij nam een hapje gras. Het deed hem goed dus na even wat te grazen draafde hij een stuk verder. En toen schoot hij in galop. Even liet hij zich helemaal gaan tussen de bomen. Tot hij op een open veld kwam. Recht in het midden stopte hij. Dit was een goede blek om te hinniken. Maar toch liet hij zich door zijn benen zakken en ging op zijn zijvlak liggen. Een kreun verliet zijn mond. Hij ging meer recht liggen. Hij was nog steeds niet 100% beter maar eerst kon hij amper opstaan dus het was verbeterd. Toen hij weer kreunend opstond en naar de zon keek verliet een hinnik zijn mond. Tot zijn verbazing klonk hij niet schor maar krachtig. Dat deed hem goed. Hij klonk dan niet als een seut als de leider van Utopia kwam. Hij zag misschien wel een beetje uit als een seut.. hij schudde zichzelf eens goed. Zijn manen lagen beter en de strootjes waren uit zijn haren, dat was al goed. Maar zijn ogen glinsterde niet meer zoals vroeger. En daar kon hij niks aan doen. Hij liet zijn hoofd zachtjes zakken. Misschien moest hij de blik van de leider ontwijken? Dat zal vast niet lukken.. Hij zuchtte en keek naar het noorden. Zijn blik dwaalde af naar het hoge gras dat tot zijn knieën kwam. Hij hief een hoef op en zette hem weer neer. Dan deed hij het zelfde bij de andere. Goed, ze deden geen pijn. Voorzichtig ging zijn mond naar het gras en nam wat te eten. Lekker.
Op dat moment hoorde hij iets. Zijn oren schoten naar voor en zijn hoofd omhoog. Er naderde een paard, dat was niet moeilijk om te ruiken en horen. Zou het de leider zijn?
Hij deed een pas naar achter en zuchtte. Nu of nooit. Voorzichtig zette hij zich steviger op zijn benen. En keek strak voor zich uit. Hopelijk zag de leider niet dat hij veel had geleden de laatste tijd. En dat hij een doffe blik in zijn ogen had. Maar daar kon hij niks aan doen. Het eerste had hij al goed verborgen maar de blik kon hij niet verbergen. Hij slikte even en zag toen een schim tussen de bomen opdoemen. Hij was er.
~ &Juno // Mijn liefste gekke Sophie <3