Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

A soul that is lost, nothing is worth ...

3 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

Chipsy

Chipsy

Een luide bries weerklonk over de grote omgeving. Tranen vulden de ogen van de witte merrie. De plaats waar haar leven omzeild was, en waar ze haar ziel verloor. Hier was de plaats waar haar moeder haar alleen liet, zonder emotie, gewoon alleen. Nog steeds begreep de witte merrie het niet. Als veulen, in de koud, zonder iets of wat. Onbegrijpbaar voor de merrie, dat was duidelijk te zien aan het gedrag dat ze vertoonde. Wat zou Chipsy in haar leven nog kunnen bereiken als ze zelf haar moeder niet meer had. Eigenlijk wist ze niets af van haar vader, maar dat liet haar koud. Haar moeder, dat was belangrijk! Het maanlicht zorgde voor een schittering net als diamanten op het meer. De vele struiken en bomen die er naast stonden zorgden ervoor dat het meer goed in zicht was en op sommige plekken wat schaduw was. Even liet Chipsy een glimlach zien. Maar die verdween algauw toen ze daar plots een dood karkas naast het meer zag liggen. Ze ging dichterbij en viel plots flauw achterover. Haar hoofd raakte de grond en zorgde ervoor dat ze bijna geen adem kreeg. "M-mama!!!" Kon ze alleen nog maar uitbrengen. Haar moeder lag dood, dood aan de kant van het water. Hoe kon dit, wat is er gebeurt?! De merrie kon op dit moment niets doen, haar ziel was weg, weg van de wereld. Was haar leven eigenlijk nog wat waard. Het was bijna nuteloos. 'A soul that is lost, nothing is worth ...' Herhaalde Chipsy zonder besef telkens en telkens opnieuw in haar hoofd. Hierbij hoopte ze dat ze zou sterven, weg van die erge wereld, weg van alles...

{Ze is niet dood, Lange post zijn verreist!}

Amiya

Amiya
Administrator

[bedoel je haar moeder of jijzelf?]

In het duister van de schaduw doemde plotseling een gedaante op. Het maanlicht scheen fel, waardoor de schaduwen extra donker leken, net als het paard dat haar identiteit er onbewust in verloor. Amiya liep stapvoets onder laaghangende takken van de zilverwitte bomen door, terwijl bij elke boom haar blik kort bleef hangen. Altijd wanneer ze hier was voelde het alsof ze in een ongetiteld verhaal gesprongen was. Alsof heel je fantasie erin woonde, maar niet te zien was. Haar honingkleurige manen hingen als sliertjes langs haar nek ligt doorweekt door de waterdamp die er hing. Maar ze merkte het niet, of beter gezegd; ze schonk er geen aandacht aan. Onbewust ontspande ze langzamerhand, weg van alle ondragelijke stres een of ander slechte soortgenoot tegen te komen die haar met alle plezier haar leven weg zou nemen, zonder ook maar een greintje spijt. Ondertussen kwam ze aan de rand van een meer. Er groeide meteen naast de oever bomen, zelfs een aantal die tot hun wortel toe in het water ondergedompeld waren. Het minuscule kiezelstrandje waar ze voorzichtig haar stappen op vervolgde, liep geleidelijk aan naar beneden, naar het midden van het meer. Na twee klein gemeten paardenlengtes waren de kiezelsteentjes op de bodem al niet meer te zien. Ze boog haar karamelkleurige hals naar het water en leste haar dorst met regelmatige slokken. Nu ze er echt op lette, voelde ze het koude water door haar slokdarm heen stromen. Het voelde verfrissend aan op de matig droge keel die ze eerder die dag had. Plots drong een amper verstaanbaar gemurmel haar oren binnen. Haar blik wende ze af van het water waarna ze deze richtte naar het geluid. In het lichte mist wat er hing kon ze gemakkelijk het witte paardje ontdekken, niet ver van haar vandaan. Nieuwsgierig dat ze was begon ze dichterbij te lopen, waardoor het geluid steeds beter hoorbaar was. Ze ontving een aantal woorden als; 'Mama,' en daarna gevolgd door een intens zacht gemompel. Er was iets gebeurd, iets akeligs. Begripvol legde ze haar oren wat naar achter, niet de moeite nemend vrolijk te doen, wetend dat dit zeker niet op prijs gesteld zou worden. Stil, en bijna onhoorbaar liet ze haar ogen hangen op de gedaante die daar als versteend lag, en daarna de andere, die nog steeds stilletjes woorden murmelde die ze niet kon verstaan. Op niet meer dan drie geschatte meters bleef ze staan. 'Hé,' haar vreemd zachte kalme stem galmde over het meer. Al was het eigelijk slechts sussend gefluister. 'Ze is weg, laat het verder maar.' Ze stond achter de witte merrie, waardoor het kon zijn dat ze haar nog niet opgemerkt had.

Chipsy

Chipsy

{Chipsy's moeder is dood, maar Chipsy zelf niet A soul that is lost, nothing is worth ... Icon_wink}

'Hé,' Klonk er vaag in haar oren. De witte merrie kwam langzaam weer tot bewustzijn en zag een vage schim achter haar staan. Geschrokken deinsde ze achteruit en voelde een paar waterdruppels over haar vacht spetten. Haar gezicht zat helemaal onder de tranen, dat kon je natuurlijk zeer goed zien. Haar manen waren druipnat door in het water te liggen en haar ogen waren dof waar er geen enkele sprankel hoop in te zien was. "M-moeder....D-dood.." Sprak ze na een ijselijke stilte en kon het zich nog steeds niet voorstellen. Blijkbaar was haar eigen moeder, Silvana, op haar op zoek geweest. Misschien al een hele tijd! Bang en onzeker schudde ze met haar hoofd, dit kan niet! "Nee!" Gilde ze en keek achter zich naar het dode en vochtige lichaam van haar moeder waar er vliegen na een lange tijd op kwamen gaan zitten. "Ga weg!" Schreeuwde ze naar de vliegen en stoomde naar hen toe. 'Nee, dit kan gewoon niet, mam, sta op!" Gilde ze weer verdrietig en streek met haar neus door haar zachte neus die bewegingloos op de grond lag. De tranen leken geen eindpunt te hebben en bleven maar doorstromen. Als bij de grond genageld keek ze om, naar de karamel kleurige merrie. "D-dit kan niet..." Fluisterde ze bang en verdrietig tegelijk. Wat moest ze doen? Het was haar schuld, zij zelf had tijdens de lawine bij haar moeten gebleven. Bij haar! Boos trapte ze met haar hoeven tegen een steen. Daarnba volgde er een hoge steiger waarna ze een bok langs achteren gaf. Het grote razernij vloog door haart hoofd, ze werd bijna gek! Hoofdschuddend bleef ze staan, zonder enige beweging te maken. "Nee.." Fluisterde ze weer en brieste naar het dode lichaam op de oever dat door de stroming meegetrokken werd. "Mama..." Zei ze weer op die fluisterende toon en zag dat het lichaam na een tijde uit het zicht verdwenen was. Wat voor leven had ze nu nog? Het was haar moeder, ze kon geen afscheid nemen, nee! Haar aandacht gleed even naar de merrie. Haar mond zat net aan elkaar geplakt zodat ze er geen woord uitkreeg. Ze snapte het niet...Waar zou haar moeder terecht komen? Nog steeds bang bleef ze staan. Ze voelde een frisse wind door haar manen gaan en besefte plots dat ze haar moeder nooit meer zal zien en voelen, nooit meer...

Amiya

Amiya
Administrator

Haar ogen stonden meelevend, toen ze een stap dichter bij de merrie zette. Ze mompelde van alles, keek haar aan en weer terug, er was kortom geen knoop meer aan vast de binden. Toch, door alle emotie, snapte ze de rode draad in het verhaal al veel te goed. Haar blik was meelevend, triest en bezorgd. Vooral om de merrie, die hier op een trieste manier afscheid nam van een dierbare. Toch was dit geen wrede manier om te overlijden. Naast een prachtig meer waar nietsvermoedende vuurvliegjes vrolijk op danste. Het was een mooi gezicht met alle zilverwitte bomen als achtergrond. Haar gedachten reisde af naar twee jaar geleden, toen alles voor haar ogen misging, waar zijzelf de schuld van was geweest. Ze had het haarzelf nooit kunnen vergeven... Ze kneep haar ogen dicht om de tranen tegen te houden. Het lukte aardig, al leek er nu een wat glazige gloed te overheersen. Het was moeilijk voor te stellen hoe ze eerst was, hoeveel ze veranderd was in de afgelopen twee eenzame jaren. Ze duwde de gedachten eraan van zich af en herstelde zich door zich weer te focussen op de droevige merrie, die nu in de herhaling viel. Ze deed nu nog enkele stappen naar Chipsy toe, zodat ze nu vlak bij haar stond, en duidelijk de geur van het lijk rook. Tragisch vond ze, maar deze merrie moest nu óók doorbijten, net als zij die jaren terug, en gewoon verder gaan met haar leven wat nog voor haar lag. Al wist ze dat er een onopvulbaar gat overbleef... 'Ze is weg,' Haar pure stem sprak rustig. 'Je kunt niets meer voor haar doen.' Haar stem brak in het midden van de zin, de toestand van vroeger speelde als een film door haar hoofd, maar het lukte haar om deze weer van zich af te zetten.

Chipsy

Chipsy

Chipsy keek op naar de merrie die er rustig bij bleef. Al zag ze een kleine traan in de merrie haar ogen. Het leek of de merrie haar gevoel kende, alsof ze in in haar eigen lichaam gekropen was. "Ik begrijp het niet..." Zei ze weer met haar niet-begrijpende stem. Waarom moest het zo met haar aflopen? Haar moeder verdiende dit niet? Hoe komt het dat ze aan haar einde is gekomen? Chipsy snoof bang in de lucht en rook de aanwezigheid van haar moeder in het grote gebied. Na een tijd liet de wind de vage geur van haar moeder verdwijnen. Ze wilde die vertrouwelijke geur terug! Die zachte neus, die zachte vacht, waar ze zacht in kon dommelen. Wegdromend in die gedachte had ze de laatste woorden van de merrie gehoord. "Hoe kan dat toch? Waar gaat Silvana naar toe? Waar gaat m'n moeder naar toe? Ik ben alleen, zonder ziel..." Zei ze zacht en voelde haar hart in haar keel kloppen. Het was te snel voor haar geweest, te snel? Ze had geen afscheid kunnen nemen! Boos schudde ze haar manen uit en keek de merrie bedroefd aan. "Chipsy, wie mag jij wezen?" Vroeg ze met een lichte fonkeling in haar ogen. Chipsy wist niet hoe ze het verdriet ooit zou verwerken, het bleef haar moeder. Een diepe zucht verliet haar mond, het leven was harder dan ze had gehoopt. "Heb jij dit ook meegemaakt?" Vroeg ze al fluisterend. Ze was nogal bang om het zo uit te drukken. Haar stem trilde en haar lichaam beefde alsof er een aardbeving bezig was. Wachtend op enige reactie snikte ze een traantje weg die van haar wang sijpelde en een baan maakte in de stroming van het hemelse water van het zilveren meer. Ergens was Chipsy blij, dat haar moeder in dit prachtige meer gestorven gestorven was. Het bleef hard, maar Chipsy xwas ervan overtuigd dat ze het goed had. Daar boven, waar niemaznd ooit is uit teruggekeerd...

Amiya

Amiya
Administrator

Ze toverde een vage glimlach tevoorschijn terwijl ze zich dwong een antwoord uit haar mond te stampen. 'Ergens waar ze rust vind..' Ze stopte even en hief haar karamelkleurige hoofd hoger in de lucht, haar blik veranderde van richting en bleef rusten op het meer, wat er prachtig uitzag in het felle maanlicht. 'Denk er niet teveel aan.' Begon ze een heel andere zin zonder de moeite te nemen de vorige te eindigen. 'Laat het..' De zachte, bijna fluisterende woorden vloeiden zo makkelijk uit haar mond. Bijna té gemakkelijk, alsof ze zei wat ze zelf destijds beter had kunnen doen. Zíj had het óók gewoon moeten laten.. niets meer aan veranderen, gewoon aannemen dat het gebeurd was en niet in staat was de tijd terug te draaien, al had ze nu graag gewild dat ze dat kon. Hoe kon ze ook zó stom geweest zijn. Amiya hoorde enkele treurige woorden uit de mond van Chipsy komen, die direct daarna naar haar naam vroeg. 'Kom,' zei ze bijna gebiedend, maar toch op een fluisterende toon. 'Je moet hier weg.' Haar smaragdgroene ogen wende zich weer tot de witte merrie. In haar blik was een vleugje dwang af te lezen. 'Niets ergers dan blijven hangen bij een dode. Vroeg of laat komen ze jou ook halen.' Zo sloot ze haar zin af en wende de merrie haar achterkant toe en liep in de tegenovergestelde richting. Diep van binnen hoopte ze dat de merrie de twee onbeantwoorde vragen niet had opgemerkt. Zwijgend zonder om te kijken, liep ze naar waar de zilverkleurende bomen zich weer begonnen te vermeerderden.

Chipsy

Chipsy

Chipsy hoorde de woorden van de karamel kleurige merrie. De smaragd ogen van de merrie trokken vooral de aandacht van Chipsy. De merrie had gelijk, ze moest het verleden achter zich laten en zich openen voor het leven dat nog ging gebeuren. Zonder erbij stil te staan volgde ze de merrie met nog ene laatste blik op het zilveren meer dat ngo meer straalde door de volle maan die erop scheen. Het was super mooi dat je je jezelf bijna moest dwingen ergens anders naar te kijken. Toen Chipsy weer voor zich kijken sloot ze enkele momenten haar ogen. Het gedicht, dat haar moeder haar altijd zei, als ze verdriet had. De woorden... Het leek als de dag van gisteren dat ze het gedicht hoorde, het klonk nog steeds vaag in haar oren: "Dream with me a lifetime of love and happiness Dream with me as free as
a butterfly dream with me a life full of opportunities Dream with me of
a life with me."
Sprak ze al fluisterend achter de merrie waar ze nog steeds de naam niet van wist. het gedicht bleef maar in haar hoofd spoken, net een nachtmerrie/ Toch was er een kleine glimlach op de snoet van Chipsy te zien. Doordat ze het gedicht opzegde dacht ze weer aan de goeie momenten die ze met haar moeder had doorgemaakt. Alles was zo perfect gegaan, tot nu. De blije houding vervaagde en de triestige kwam terug. Zuchtend bleef ze de merrie volgen en hoopte een betere plaats te vinden, zonder ehct aan haar moeder te moeten denken...

Amiya

Amiya
Administrator

Ze hield voor een moment halt zodat Chipsy dichterbij kon komen, en zette toen haar passen weer in. Het bleef stil, zover dat kon door de bekende bosgeluiden, die ook hier, in het bijzijn van al deze zilverwitte bomen toch hun allerdaagse dingen deden. Tot ze plots achter haar de witte merrie een gedicht hoorde opzegen. Het was zacht, maar toch kon ze enkele woorden verstaan. Ze keek even om en zag het treurige gezicht van de merrie voor zich toen ze haar blik weer op het zelfbedachte pad voor haar richtte. Achter haar hoorde ze de merrie nog eens zuchten, en legde als teken van begrip haar oren wat meer in haar richting. Ze stopte nogmaals zodat Chipsy naast haar kon gaan lopen. De stilte die er hing was gedeeltelijk ondraaglijk, maar had tegelijkertijd ook zijn goede kanten. Amiya kon er eens goed over nadenken wat ze kon zeggen om de merrie te sussen. 'Dat was je moeder, toch?' Ze hield haar blik strak voor zich uit, bang dat Chipsy heel haar verleden erin kon ontcijferen. 'Ik ben Amiya,' besloot ze bij nader inzien toch te zeggen.

Chipsy

Chipsy

'Dat was je moeder, toch?' Hoorde Chipsy haar zeggen. Haar stem klonk zacht, en begripvol. "Ja...Silvana heette ze..." Zei ze kalm en probeerde zichzelf in te houden om niet weer in tranen uit te gaan barsten. Ze moest haar beheersen! Chipsy kwam wat dichterbij de merrie en liep mooi naast haar om haar woorden goed te verstaan. "Amiya...Mooie naam." Zei ze en plakte een waterig glimlachje op haar gezicht. "Ik, vroeger was ik en mijn moeder alleen op de wereld. Mijn vader heeft mijn moeder laten zitten als ik geboren was. Ik haatte mijn vader en wilde hem nooit meer zien. Na een lange tijd, moesten we uit onze grot vertrekken omdat hij op instorten stond. Het was te gevaarlijk om daar te blijven....We gingen naar het noorden naar de sneeuwvlakte. Daar stak er een lawine op. Mijn moeder...Ik zag haar niet meer, ze was er niet meer, weg..." Zei ze zacht en voelde een kleine traan van haar wangen glijden. "En nu, nu is ze dood..." Zei ze en keek bedroefd naar de merrie die haar aandacht naar Chipsy toonde. Chipsy liet haar hoofd hangen en keek naar de grond, waar er allemaal beestjes op haar hoef wouden kruipen. "Rot beesten." Mompelde ze boos en trapte er woest op.

Nirvana

Nirvana
VIP

Nirvana liep door het bos. Diep snoof ze de geur op van de bladeren en het vochtige hout. Ze hield van deze plek. Haar neus hing net boven de grond. Plotseling hield ze stil. Hoorde ze daar nou wat? Doodstil bleef ze staan luisteren. Ja, ze hoorde duidelijk een paar paarden praten. Zonder veel haast stapte ze in de richting van het geluid. Tot ze plotseling haar oortjes spitste en van stap overging in galop. Ze herkende Chipsy's stem! Uiteindelijk hield ze weer in en betrad een kleine open plek, aan de oever van een rivier. Toen strompelde ze weer een stap naar achter. In het begin zag ze twee paarden. Eén daarvan was haar geliefde Chipsy, de ander een vriendelijke, maar nog onbekende merrie. Toen ze beter keek zag ze nog een paard. Het lag op de grond en vertoonde weinig levenskracht. Waarschijnlijk was het dood. Haar hart werd koud toen ze de dode merrie beter bestudeerde. Ze leek op Chipsy. Ze had niks van het gesprek tussen haar en de merrie kunnen opvangen, omdat ze enkel geroezemoes had gehoord. Haar grote ogen keken het veulen aan. "Wat..?" Toen ontspande haar blik toen ze het ongeveer begon te begrijpen. Ze deed een paar passen naar voren tot ze bij Chipsy was en liet haar hals zakken. "Ach meisje toch..." Ze zei het zacht, zo zacht dat het niet verstaanbaar was. "Wat is er gebeurd?" Ze keek van Chipsy even naar de merrie.

Amiya

Amiya
Administrator

Oprecht geïnteresseerd vestigde ze haar aandacht op het verhaal van de jonge merrie. 'De tijd kan je moeilijk terugdraaiden..' zei ze op een fluisterende toon toen ze klaar was. Haar honingkleurige voorpluk hing nu over één van haar ogen heen, aan de kant waar Chipsy liep, waardoor ze haar niet direct aan kon kijken. '..Al zou ik dat soms ook wel willen.' zei ze nu nog zachter en op een moeilijk verstaanbare toon. Voor de jonge merrie zou het slechts gemompel zijn, bedacht ze tevreden. 'Je kan er niets meer aan veranderen dus laat het achter je, is mijn advies.' Ze keek de witte merrie weer aan met haar meelevende, smaragdgroene ogen. Ze had haar hals gebogen zodat haar ogen die van haar kruiste. Ze was oprecht bezorgd over deze merrie. Vooral als ze hetzelfde zou doen als zijzelf gedaan had, de oorzaak zoeken. Ze schudde die gedachten hevig weg zonder haar blik te veranderen. Een onbekende geur dreef geheel onverwachts haar neusgaten binnen, en leek snel dichterbij te komen. Ze spitste haar oren en hief haar karamelkleurige kop omhoog, om vervolgens haar smaragdgroene ogen over hun omgeving te laten glijden. Zoekend naar de bron, toen er ineens nog een witte merrie uit de schaduwen stapte. Deze leek wat ouder en mompelde wat tegen Chipsy terwijl ze haastig dichterbij kwam. Waarschijnlijk kende zij elkaar al. Opeens voelde ze zich wat overbodig. Aan de oudere merrie te zien was ze écht bezorgd om het paard naast haar, zijzelf kende Chipsy slechts net, wist amper wat er in haar hoofd rond speelde.. Ze schok op toen Nirvana opeens wat duidelijker begon te praten, en vroeg wat er gebeurd was. Het leek Amiya beter als Chipsy dit zelf zou zegen. 'Ik denk, dat ik niet het juiste paard ben om je dat te zeggen,' en maakte een onopvallende hoofdbeweging naar Chipsy.

Chipsy

Chipsy

"Ach meisje toch..." Klonk er in Chipsy oren. Chipsy strekte haar nek uit en zette een waterig glimlachje op. "M'n moeder is dood..." Zei ze al op een iets kalmere toon. Het had geen zin om in tranen uit te barsten. Ze moest zich beheersen, ook al knaagde het verlies vreselijk aan haar hart. Een kleine traan rolde nog van haar wangen maar Chipsy schudde verontwaardigd met haar hoofd. De tijd van wenen is gedaan. Ze had Nirvana, nu was zij haar moeder. Chipsy streek zacht door haar manen en glimlachte zachtjes. "Bedankt voor de steun." Zei ze en sloot haar ogen even. Daarna draaide ze haar hoofd naar Amiya. "En ook...Bedankt voor alles. Je hebt me laten inzien dat er geen weg terug is, ookal is het hard." Zei ze en meende ook wat ze zei. Chipsy boog haar hoofd onderdanig en uit respect voor haar. Amiya had een kudde, dat rook Chipsy wel. Zelf zou ze niet vragen om in de kudde te komen. Daar was ze te beschaamd voor. Amiya zou het haar zelf moeten vragen. Dan zou Chipsy pas zeker weten dat ze toegelaten zou gaan worden....

(korte post...)

Nirvana

Nirvana
VIP

Nirvana bleef dicht bij de kleine merrie staan. Ze slikte, ze leefde ontzettend mee met Chipsy. Wat vreselijk, om je moeder zo te vinden..! Ze bracht haar hoofd naar beneden en brieste een keer zachtjes in Chipsy's manen, toen ze haar hoorde praten. "Ik ben er voor je," antwoordde ze met een verdrietige glimlach en luisterde toen welke woorden ze voor de merrie had. Het waren mooie, ware woorden. Nieuwsgierig bestudeerde Nirv nu de bruine merrie. Ze leek haar een vriendelijk paard. "Sorry," zei ze met een verontschuldigende glimlach. "Ik ben Nirvana." Ze sprak het niet hardop uit, maar met haar blik bedankte ook zij de merrie. 'Bedankt dat je er voor Chipsy was, toen ik er niet was...' Ze wist zeker dat ze de merrie nog wel een andere keer zou ontmoeten, en ze keek ernaar uit. Haar blik richtte zich weer op Chipsy. "Zullen we hier weg gaan..?" vroeg ze de merrie twijfelend. Ze stonden nog steeds maar een paar meter van het dode lichaam van Chipsy's moeder vandaan, wat voor een onaangename sfeer zorgde. En stank. Het zou Chipsy's eerste stap zijn om het achter haar te laten, als ze het nu haar rug kon toekeren. Medelevend keek ze haar aan.

Amiya

Amiya
Administrator

'Amiya.' Ze beantwoorde de blik van Nirvana met een bemoedigende glimlach. Ze had het niet erg gevonden om het jonge dier weer op de been te brengen. Meestal was het afscheid nemen moeilijker, maar niet voor haar. Ze had er al vaker mee moeten leren leven. Het deerde haar ook niet meer, al had ze wel nog altijd een vreemd gevoel in haar buik wanneer ze niet wist wanneer ze iemand weer zou zien, of tegenkomen. Het gevoel dat ze hier teveel was knaagde nog steeds aan haar. Ze had werkelijk geen idee wat ze zou kunnen zeggen. Toch vond ze dat ze iéts moest ondernemen. Half in gedachten hoorde ze vaagjes hoe Nirvana voorstelde het weer voor gezien te houden. Zijzelf zou straks ook weer terugkeren naar de bossen die grensden aan de heuvels, wat ze zelf nu haar thuis noemde. Ze zag dat de twee paarden alweer aanstalten maakte weg te gaan. 'Chipsy,' begon ze uiteindelijk na kort maar intensief nagedacht te hebben. 'Je mag me komen opzoeken wanneer je wilt.' Ze glimlachte bemoedigend naar de merrie. 'Ik ben meestal rond het bos te vinden, vlakbij het ontmoetingspunt van de "Eagles"...' ze begon zich af te vragen of ze daar überhaupt wel vanaf wist, of wist wat ze bedoelde, '... mijn kudde.' plakte ze er daarom snel achteraan met een trotse ondertoon in haar stem. 'Óf als je lid wil worden.' Ze grijnsde hartelijk naar de merrie. Ze was sowieso welkom, lid of geen lid. Haar grijns veranderde weer in een glimlach. 'Tot kijk.' Ze stapte in een rustige stap naar het Oosten, waar het zilverkleurige bos plaats zou maken voor de normalere roodgroene tinten. Nog een laatste keer keek ze om naar de twee witte paarden, om daarna haar passen over te laten gaan in een soepel drafje, weg van het meer, van het lijk en van Nirvana en Chipsy.


[Zo, hé. Geen inspi :"3 topic uit btw x)]

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum