De zwarte hoeven van de jonge hengst denderde snel over de ondergrond. Het was hier nog vast maar hij wist zeker dat het later meer modder werd. En hij had gelijk niet lang daarna stond hij met zijn hoeven in een slurpende laag modder. Hij keek er even naar. Zijn vaart verminderde onwillig en hij vond het moeilijker worden om zijn hoeven uit de modder te trekken. De modder hield zijn hoeven bijna vast, en elke keer als hij zijn hoef optilde maakte de grond onder hem een slurpend geluid, bijna alsof het smeekte zijn hoef terug te stoppen. Hij grijnsde, hij was hier pas net hij wist bijna zeker dat hij van dit gebied zou gaan houden. Hij stapte verder met een soort van sprongen. Hij zwaaide met zijn hoofd terwijl hij hinnikte. Na hij dacht een half uur kwam hij vijf kilometer verder uit de modder. Hij keek even om zich heen. Hij wist niet waar hij was maar dat maakte hem niets uit. Hij steigerde even, dit zou zijn gebied worden. Hij voelde modder van zijn hoeven vallen toen hij steigerde. Hij draaide zich om en keek allert rond. Zijn oren draaide rustig rond. Zijn staart stond dominant hoog. Maar dat was hij altijd. Midnight keek naar de modder waar hij net had gelopen. De modder zoog nog een kleine beetje na. Hij brieste en begon te lopen. Hij wist niet waar hij was en waar hij heen ging maar dat maakte niets uit. Hij draaide zijn oren naar achter waar hij andere hoeven hoorde. Hij rook de geur van een merrie. Hij draaide zich om. ,,hey meisje wat doe je hier"vroeg hij op een nogal valse toon.
[wie wil! ]
[wie wil! ]