Deamon, dat was zijn naam, gekregen van zijn ouders. Zijn vader, was groot sterk en ontzettend
gemeen. Hij vermoorde, verkrachte alles wat god verboden had deed hij juist. Zijn moeder had hij nooit gezien. Ja misschien in zijn eerste levens minuut. Maar daarna was ze met de horizon verdwenen. Uiteindelijk werd deamon oud genoeg om op zijn eigen benen te kunnen staan en is daarom ook vertrokken bij zijn oude kudde en is een nieuwe op gaan zoeken. Daar heeft ie ongeveer 5 maanden kunnen toeven, tot dat die kudde ook dankzij deamon een voor een uit elkaar gingen. Deamon hield er van om iedereen bang te maken. Waar hij vaak niet zoveel voor nodig had.
Deamon was ondertussen wat gaan dwalen door het gebied. Hij kwam ondanks dat het een groot gebied was verschillende paarden tegen. Grote, kleine, bruine, witte allerlei paarden. Hij wierp ze een ijzige koude blik toe. En ontblootte zijn tanden. Hij had helemaal geen zin om te comuniceren met een iemand vandaag. Deamon zijn stappen waren van verre te horen. Ondanks de sneeuw die zijn geluid sterk dempte. Hij had een hekel aan dit weer. En als het nog niet erger kon begon het opnieuw te sneeuwen. De sneeuwvlokken bleven in zijn manen zitten wat zijn manen zwaar maakte. Hij schudde zijn breede hengsten nek eventjes en versnelde zijn pas.
Eenmaal bij opnieuw een donker bos aan te komen snoof hij even diep de heerlijke geur inzich op. Zijn duistere blik gleed over de horizon die elke keer onderbroken werd door een boom. Máar deamon leek dit gebied hem wel. Omdat het bos hier toch op sommige plekken aardig dicht begroeid was, lag er weinig tot geen sneeuw, en zag de hengst een zandplek om even te rollen. Hij wou er heen maar zakte met een been iets door de grond. Het was drassig, maar dit was gewoon puur een moeras, en aangezien deamon niet een van de lichtste is in zijn soort besloot hij toch het rollen uit te stellen, en er omheen te lopen.
Deamon had al een paar keer gehoord van een deina. Het scheen een merrie te wezen. Een witte merrie die dus een leidster was van een van de kudde's. Of te wel de slechte kudde's deamon wou weten of zij al iets van deamon had gehoord. Maar a,d dat niet zo was zou deamon met plezier zich willen voorstellen aan haar. Maar deamon wou bij haar kudde, wou aansluiten bij de slechte. Deamon keek omzich heen, maar zag geen teken van leven. Logisch, dit was het gebied van de slechte paarden. En een verraderlijk gebied. Deamon beseft dat zoeken jn zo grote omgeving geen zin had dus besloot hij zijn stem te gebruiken. " Deina!!! " galmde nu door het gebied heen. De bomen nam zijn stem mee en weerkaatste het door naar de witte merrie. Deamon stond op haar te wachten. Hij was benieuwd hoe ze was. Zijn oren hingen er gewoon ontspannen bij. En zijn lichaam toonde respect. Hij kon denken wat hij wou, hij kon nog zoveel lef in zijn donder hebben. Maar deze merrie was het onderdaantje van de duivel. Kort om, de duivel zich zelf op aarde. Deamon hield zijn hals laag, en nam een onderdanige houding aan. Hij was totaal niet bang. Maar respect was op dit moment het minste wat je kon doen bij een leider.
X Deina