Normaal kwam de hengst hier niet. Het was geen plek voor hem. De zee was een plek voor goede paarden. Goedzakken dus. Watjes die niet eens naar hun eigen spiegelbeeld durfden te kijken. Van goede paarden moest hij altijd walgen. Het enige wat je ermee kon doen, was vermoorden. Dat was het enige leuke er ook aan. Voor Nahor was alles een spelletje. Eentje waar hij zijn eigen regels had. Iedereen was een pion in zijn spel. Hij bepaalde de zetten die er gezet zouden worden door de pionnen. Als hem iets niet beviel, deed hij er wat aan. Het leven was gewoon één grote game. DH was zijn speelbord waar alles gebeurde. Een duivelse grijns sierde Nahors gezicht. Zijn leven was nog maar pas begonnen. Hij was nu drie en een half jaar. Een leeftijd waarop de meeste paarden nog vrolijk als veulens rond dartelden. Nahor was anders. Volwassener. De jonge hengst had grootste plannen. Allemaal stuk voor stuk perfect uitgedacht. Dat kon je dus doen met vrije tijd. Die had Nahor veel gehad. Daardoor verveelde hij zich ook erg snel. Een tijdje geleden was niks boeiend voor hem geweest. Zelfs de oorlog tussen Horcrux en Quiet Sparkle had maar voor even afleiding geboden. Na die oorlog was de verveling weer komen aanwaaien. Alsof het hem nooit met rust liet. Toen was er die ene dag dat het gebeurde. De dag dat zijn leven volkomen was veranderd. De dag dat hij voor een tijdje uit DH was vertrokken. Om de wereld te verkennen. Eerst had Nahor er niet veel van verwacht. Maar, toen was zijn mening volkomen veranderd. Toen hij haar ontmoette. Die speciale merrie die zijn hart in vuur en vlam deed staan. De enige merrie die Nahor ooit had liefgehad. Ze hadden een fijne tijd samen gehad. Helaas moest het noodlot toeslaan. Er was een grote brand uitgebroken. Nahor kon zijn merrie niet redden. Ze werd opgeslokt door de vlammen. Nahor dacht niet graag terug aan die tijd. Het deed hem pijn. Erg veel pijn. Hij was een merrie verloren, een speciale merrie. Nahor kon met niemand zijn verdriet delen, want dan kwam zijn reputatie op het spel te staan. En dat wilde Nahor absoluut niet. Hij had zo hard moeten werken om zo ver te komen als hij nu was. Veel paarden in DH kende zijn naam. Ze rilden als ze zijn naam hoorden. Daar ging het hem om. Paarden angst aanjagen. Nahor was diep in gedachten. Hij merkte niet eens dat een ander paard aanwezig was. Hem bekeek. Toen kreeg Nahor het door. De zwarte hengst draaide zich vliegensvlug om en keek in de twee kijkers van een merrie. ''Hoe durf je je hier te vertonen? Aan mij te tonen? Alleen de meest dappere paarden durven dat,'' sprak Nahor op een angstaanjagende toon. Hij keek de merrie duister aan. Hij wachtte op haar antwoord.
&Verdiana.
&Verdiana.