- Spoiler:
- Een zeer kleine verhaallijn :') Maar nu moet zijn verhaal echt wel eens een punt hebben. (Nee hij gaat niet dood... om miss wel) Lezen dan kom je der achter xD Kennissen mogen aan het eind van het verhaallijn ook posten. (Wanneer dat mag staat bij mijn post als hij terug keert :')
Saronse zijn ogen gleden rustig om zich heen. Zijn laatste uren in Dream Horses waren bijna ten einde. Saronse zal een lange tijd uit Dream Horses zijn. Hij heeft alleen maar twee verwittigt voor zijn vertrek. Kai en de wolvenpup Iki. Hij wilde de rest niet van streek maken. Kai zal hen wel verwittigen dat hij een tijdje weg zal zijn. Saronse ademde rustig. Hij richtte zijn ijs blauwe ogen naar het lange gras dat danste in de wind. De zon scheen aangenaam. De wind blies lekker rustig. Ze speelde met zijn zwarte manen. Dream Horses is er zo mooi. En groot, genoeg ruimte voor iedereen en voedsel genoeg. Ja, Saronse heeft van dit makkelijke leventje genoten. En hij leerde vele kennen. Die vreugde in zijn leven brachten. Visual, de taaie kleine merrie. En Kai, rustig en ontzettend lief. Dat gold ook voor voor Merle en Ravena. Saronse sloot zijn ogen en glimlachte even toen hij de paarden voor zich zag verschenen. Ieder had zo'n leuke persoonlijkheid. Het was beter voor ze dat ze veilig in Dream Horses blijven. De vorige keer liep het bijna mis. Saronse wist dat het niet zo slim was. Hij had ze verdomme in gevaar gebracht. En dat hadden ze alleen maar voor hem gedaan. Saronse liet zijn hoofd even zakken en slikte even om zijn droge keel te verlichten. "Ga Saronse, maar zonder je vrienden..." Dwaalde door zijn hoofd. Gahana had Saronse een lichtje doen oplichten. Door haar heeft hij besloten om door te gaan. Het was beter zo. Ze had gelijk. Saronse nam een grote hap adem en ging verder. Saronse keek op naar de plek waar hij en zijn vrienden bijeen waren gekomen. Saronse glimlachte even teder bij de verrukkelijker herinneringen. "Wij zullen er altijd voor je zijn!" Saronse klemde zijn tanden op zijn kaken. Het voelde alsof iets hem tegen wou houden. Het leek of hij voor het ene deel niet weg wou. Saronse schudde de domme gedachten weg. Neen, hij kon niet blijven! Het is tijd voor de waarheid. Saronse zal niet terug keren totdat hij nu eindelijk weet wat er nu gebeurt is. Saronse keek nog één keer achter zich. Daarna keek hij voor zich uit. Hij verliet Dream Horses.
(Een paar uur later)
Het landschap om Saronse heen was ondertussen veranderd. De zachte sompige grond was nu hard en gestrooid met scherpe stenen. Saronse keek voor zich uit. Het is nu zo stil. Hij kneep zijn ogen voor heel even dicht. Het was natuurlijk fijner om het gezellige gebabbel van zijn vriendinnen te houden. Nu was er alleen maar de stilte die hem gezelschap hield. Maar iedereen was tenminste veilig. Dat was het belangrijkste. Saronse voelde hoe de scherpe stenen in zijn hoef prikten. Hij moest voorzichtig zijn, of hij loopt nog fatale scheuren op. Zijn lange zwarte manen vielen voor zijn stoere ogen. Die zelfzeker waren. Ze gleden naar de kleurige hemel. Het begon te schemeren. "Verdomme!" Vloekte Saronse tegen zichzelf. Hij zal nu tijdens het donker in de bergen moeten gaan klimmen. En het werd nog erger. Saronse kon de vochtige lucht opvangen. Regen was op weg. Net het zelfde op de dag dat Saronse verdwaald was. Uitgehongerd, uitgeput, totaal verward en wanhopig. Die dag toen zijn kudde verdween tijdens de aardbeving. Die een grote verwoesting in zijn territorium achter liet. Saronse liet zelfzeker door. Maar hij moest nu eenmaal verder gaan. Geen tijd om te wachten totdat het dag werd. Saronse begon krachtig te draven. Zijn spieren zijn stevig en groot. Zijn gitzwarte manen dansten als wilde golven. Hij moest zijn krachten besparen. Saronse had al een gevoel dat hij het straks nodig zou hebben. Zijn hoeven knetterde op de kiezeltjes. Hij liet een grote stofwolk achter. Het leek hem te achtervolgen.
(Na nog enkele uren later)
Het was laat in de nacht voordat Saronse eindelijk bij de gesleten rots muren kwam. Het was donker, Saronse kon de roofdieren hongerig schreeuwen. Het liet hem herinnerend toen hij en zijn vrienden vluchten voor de roofdieren. Saronse werd gek om steeds maar herinnerd te worden aan de naarste dingen te denken. Grommend wurmde Saronse zich in de zeer smalle spleet van de rots. Daarna moest hij door een eindeloze lange gang. Het was er verschrikkelijk smal en donker. Het leken wel twee lange grote muren. Maar Saronse voelde echter geen angst. Het enige waar hij aan dacht is aan diegene die hij lief had. En zij wachten op hem. Saronse liep door. Opeens hoorde hij de donder al. Regen viel met bakken uit de lucht. Zijn gevlekte nat werd binnen enkele minuten al doorweekt. Saronse liep gehaast door. Probeerde zo min mogelijk lawaai te maken. Onder Saronse zijn hoeven stroomde een klein riviertje. Vanwege de regen was er nu zoveel water dat nergens kon ontsnappen. Het werd gevangen door de glibberige koude rotsen. Saronse moest iets hoger klimmen om verder te kunnen. Opeens verloor hij zijn grip met zijn achterbeen en viel vooruit op de grond. Saronse kreunde even van pijn. "Grr wat ben ik toch ook zo lomp!" Mopperde hij. Saronse bleef nog even op de grond liggen. Nu had hij hier en daar modder vegen. Saronse rook iets onheilspellend. Saronse richtte zijn blik naar de kleine opening in de rots. Te klein voor Saronse om in te gaan. Maar dat was hij al niet van plan. Die geur kwam daarvandaan. Saronse zette zich recht. Ineens scheurde een bliksemschicht dicht in de buurt van de opening. Opeens zag Saronse een wolf, dat net ten aanval schoot. Saronse ontweek die grote scherpe tanden nog maar op een haartje. "Sh*t" Vloekte Saronse. Hij had zich rotgeschrokken toen hij plots de gedaante zag verschijnen. De hongerige wolf draaide zich al gauw om om de volgende aanval te plegen. Hij ontblote zijn griezelige lelijke mond. Slijmen blunderde uit zijn stinkende bek. Er zat vieze groene snot rond zijn neus. Dit dier was duidelijk heel ziek. Deze plek was dan ook altijd koud en veel te vochtig. Het was ook ontzettend graad mager. Saronse nam het beest niet kwalijk. Het wilde alleen maar eten en overleven. Maar het was HIJ of de wolf. En het was Saronse's tijd niet. Nog niet. De regen begon nog harder. Saronse blies het water regelmatig uit zijn neus. Opeens voelde hij een ferme beet in zijn achterbeen. Saronse kon zijn evenwicht niet houden en werd neer gehaald. Met een smak viel Saronse de harde grond op. De wolf deed zijn best Saronse neer te houden. Maar zonder succes. Saronse mikte zijn tanden in de rug van de wolf. Het dier liet jankend los waardoor Saronse het dier de muur op smeet. Opeens was Saronse omsingeld door echt een stuk op 8 wolven. Die op de bergen en rond hem op de grond stonden. Ze joegen hem tot hij tegen de muur gedrukt werd. De wolven keken hem verlangend aan. Ze hadden ontzettend veel zin om zijn lichaam te verscheuren. Saronse zocht haastig naar een uitweg. De tijd tikte. Net op het moment dat alle wolven op hem af schoten sprong Saronse over de muur van wolven heen en galoppeerde met veel snelheid weg. Saronse klemde zijn tanden pijnlijk op zijn kaken. Zijn verwonde achterbeen deed pijn. Die is goed beschadigd. Saronse zakte bijna door zijn benen. Hij kon de opgewonden wolven vlak achter zich horen. Saronse keek om zich heen. Hopend dat hij een idee kreeg om te kunnen ontsnappen. Want als hij zo door gaat zouden ze hem inhalen en pakken.
De donder dreunde heftig. Bliksem raasde voorbij Saronse. In de regen plassen vormden er duizenden kleine kringetjes door de druppeltjes. Saronse lag languit op de grond. Hij brieste vermoeid. Zijn ijs blauwe ogen staarden naar boven. Naar de donkere hemel dat regelmatig op lichte. Hij klemde zijn tanden op zijn kaken van pijn. Zijn lichaam deed pijn en was oververmoeid. Hij voelde de scherpe tanden in zijn lichaam drukken. Steeds dieper en dieper. Was dit het einde? Saronse sloot vermoeid zijn ogen. Vermoeid van die pijn. Even zag hij Minty voor zich. Het huppelde vrolijk naar Saronse. Het werd wazig. Opeens.... hoorde Saronse gerommel. Het was niet de donder. Saronse hief verbaast zijn hoofd omhoog en keek achter zich. Daar zag hij een grote golf van regenwater op hem afkomen! De wolven lieten Saronse van schrik los en probeerde uit de greep van de woeste golf te ontsnappen. Maar helaas! Saronse sprong wankelend recht en probeerde aan die wilde golven te ontsnappen. Maar hij was gewoon te zwak en te langzaam. Ze kreeg hem te pakken. Saronse werd meegesleurd. De krachtige golven trokken hem dieper en dieper. Saronse vocht tegen het water. Probeerde zo lang mogelijk boven te halen. Hoe gaat hij ooit uit deze wilde zee ontsnappen? Saronse kon niet meer vechten en zakte dieper het water in. Bloed van zijn wonden dansten om Saronse heen. Saronse zag een vage bliksemschicht boven het water scheuren. En toen werd alles zwart.
Saronse lag wijd op de grond. Zijn wonden waren nog steeds heftig aan het bloeden. En even leek het of hij overleden was. Doodgebloed, verdronken of onderkoeld. Opeens knipperde hij verward met zijn ogen. Zijn omgeving was even wazig en hij voelde zich nog een beetje verdoofd. Voor even voelde hij niets... Saronse opende zijn ogen nu volledig. Zijn ijs blauwe ogen schitterden levenslustig. Hij hief verzwakt zijn hoofd op en voelde pijn schuiten door zijn gehele lichaam schieten. Saronse kneep zijn ogen toe van pijn en klemde zijn tanden op elkaar om die helse pijn nu uit te schreeuwen. Saronse probeerde de omgeving in zich op te nemen. Mist... Overal mist. Hoe was hij hier nou weer terecht gekomen? Saronse was nog kletsnat. En hij had het verrekt koud. Maar Saronse stapte dapper op. Even liet hij zijn hoofd hangen om op adem te komen. Zijn lange zwarte manen vielen over zijn mooie ijs blauwe ogen. De wind likte aan zijn verse vleeswonden. Hoe lang zou hij nog leven? Saronse moest snel genezend planten extracten zoeken om te voorkomen dat zijn wonden niet ontsteken. Helaas moest hij hopen dat het bloeden spoedig zou stoppen. Saronse voelde zich rot. Hij was uit geput en had overal pijn, En koud, en zijn hoofd bonkte wild. Saronse keek achter zich en zag de muren rotsen vaag. In die rots zat een grote zwarte opening. Waarschijnlijk kwam hij daarvandaan. Misschien dat hij aangespoeld was of zo :'). Saronse wist het niet. Het maakte ook niet veel uit. Hij moest nu verder gaan. Saronse deed zijn best om de pijn te negeren. Helaas kon hij niet voorkomen om de bloedsporen achter te laten. Saronse mankte heftig en wist maar heel moeilijk zich in evenwicht te houden. De mist was ontzettend dik. Saronse kon niets zien. Saronse beet op zijn lip. Er was niets te zien. Alleen mist. Hij kon zelfs de grond niet zien. Waar was hij in godsnaam? Toch niet in de hemel of zo? Vast niet, want hij voelde de pijn en de vermoeidheid. In de hemel ging dat toch niet zijn?
Uren later
Uren gingen voorbij. Saronse had het gevoel dat hij rondjes aan het lopen was. Hoe langer hij stapte hoe moeilijker hij het had. Saronse leek ook te hypnotiseren. Hij zag dingen die er niet zijn. Saronse had koorts en was in kritieke toestand. "Saronse, hier zo. Hier moet je zijn...." Weerklonk een geestachtige stem. Het herhaalde steeds en veranderde steeds van plek. Saronse probeerde het te volgen. Hij hoorde gelach en zag vage paarden in de mist die hem aankeken. Was het nou echt? Of verbeelde hij het zich maar allemaal? "W... Wa...t?" Plots zakte Saronse oververmoeid op de grond. Hij hijgde uitgeput. Probeerde nog zijn benen te dwingen hem terug recht te zetten. Maar zonder resultaat. Alles begon rond hem te draaien. Saronse ging op zijn zei liggen. Hij mocht niet opgeven! Hij moest doorgaan! Saronse kon zijn ogen niet open houden. Ze werden dicht gedrukt. Bizarre dromen vergalde zijn vredige rust. Nachtmerries, over wat hij allemaal had meegemaakt. Ze flitsten allemaal voorbij hem. Van zijn geboorte tot nu.
Een dagje later. :')
De zon scheen fel in de ogen van de roerloze hengst. De mist leek verdwenen te zijn. Grote gieren vlogen nieuwsgierig rond Saronse. De hongerige aaseter wilden zeker zijn dat dit een dood lichaam was. Maar het leek ernaar uit dat dit dier dood is. Het heeft al eindeloze lange uren geen enkele beweging gepleegd. De vogels landen met een plof op de grond en sprongen op Saronse om zijn vlees er af te rukken. Opeens vlogen zijn ogen wild open en sprong hij wild overeind. "Wat krijgen we nou?! Zie ik er dood uit of zo?! Ik zal jullie *%/SKZ02@@@" Riep Saronse woest. De vogels waren verschrikkelijk hard verschoten en maakten dat ze weg waren. Saronse keek ze beledigd na. "Vervloekte beesten!" Mompelde hij nog even. Saronse keek verward om zich heen en wilde zich omdraaien. Opeens voelde hij nog een pijnlijke steek in zijn buik en achterbeen. Waardoor Saronse door zijn voorbenen zakte. Hij kreunde even van pijn en beet op zijn lip. Hij moest nu verder gaan. Saronse ving het gebied op. Nee maar! Hij was er bijna, dit was het MoerasWoud. Een heel groot gebied met heel veel moerassen. Een zeer gevaarlijke plek. Als hij dit gebied overstak was Saronse eindelijk in zijn geboorteland. Saronse voelde zijn verse vleeswonde klagen. Saronse moest nu heel voorzichtig zijn. Die moerassen waren heel vuil en deden zijn wonden niet veel goeds. Saronse begon weer verder. Hij dacht alleen maar aan één doel. En dat was zijn kudde vinden! Saronse had het gevoel dat hij ze dit keer zal vinden. En dat hij nu heel het verhaal weet. Hoe is het ten einde gekomen? Maar diep van binnen wist Saronse dat hij niet blij zijn. Saronse had een sterk gevoel dat hij dingen gaat zien die hij helemaal niet wou zien. Saronse kneep zijn ogen dicht. Hij moest volhouden. Hij moest dit gewoon doen!!
Een klein uurtje later
Bijpassend liedjeSaronse keek alert om zich heen. De grond was sompig. De bomen zagen er vreselijk uit. Het stonk naar van alles dat rotte. Saronse beet heftig op zijn lip. Zijn wonden klaagden heftig. Saronse voelde zich vreselijk zwak. Maar hij voelde de adrenaline. Hij zette door tot het einde. Saronse hoorde een grommende geluid. Saronse wierp een blik achter zich. In het moeras zat een grote dikke krokodil hongerig naar Saronse te loeren. Saronse wist dat hier heel veel sterke krokodillen leefden. Hij heeft dit gebied al vaker in getrokken. Hongerige ogen werden op hem gericht. Saronse kon het voelen. Zwarte kraaien volgden Saronse. Hun ogen werden aandachtig op Saronse gericht. Saronse negeerde ze en richtte vooral zijn aandacht op waar hij zijn hoeven plaatsten. Zolang dat hij op de vaste gronden liep had hij een voordeel om de krokodillen voor te blijven. Maar het was niet altijd simpel. Het moeras had de zelfde kleur als die moerassige grond. Groen en bruin. Saronse zwiepte met zijn lange zwarte staart. Zijn prachtige vlekken patroon waren verstopt onder modder en bloed. Na een tijdje moest Saronse plots stoppen. Hij zag alleen maar moeras water. Nergens een hard stuk om over te steken. Saronse zijn ijs blauwe ogen gleden nadenkend om zich heen. Er moest hier toch een oplossing zijn? Zijn oog viel plots naar een grote stamboom dat over het moeras lag. Het was groot genoeg voor Saronse om er op te lopen. Het zag er wel heel gevaarlijk uit. De boom was glibberig. De kans bestond dat hij er van af zou glijden. Zou hij het risico nemen? Saronse keek nadenkend om zich heen. Als hij voor de omweg koos kon hij wel eens weer nog langer onderweg gaan. Saronse besloot maar voor de korte weg. Saronse sprong de boomstam op. Even kraakte het bij het voelen van Saronse's gewicht. Saronse bleef roerloos staan en hoopte dat de boom verder geen nare kuren toonde. Na een lange tijd deed Saronse nog enkele dappere stappen. De stam deed verder niets dus ging Saronse weer verder. De boom was best groot. Heel groot. Saronse was nu zeer alert. Voor het minste geluid stond hij stil en bekeek hij de situatie. Saronse zijn recht voorhoef slipte even over de glibberige boomstam. Saronse stuntelde een paar passen verder en vocht tegen de zwaartekracht. Het lukte Saronse stil te staan. Saronse zuchtte opgelucht. Nou had hij toch wel geluk gehad. Hij was bijna het moeras in geslingerd! Saronse ging weer voorzichtig verder. Na een goeie stukje kwam de lange grote boom aan zijn einde. Saronse kwam aan bij zijn verrotten takken. De zwarte kraaien vlogen lachend over Saronse heen. Saronse keek ze chagrijnig aan. "Wat is er zo grappig?" één van de vogels ging voor Saronse op de boomstam zitten. Het keek Saronse aan met zijn ijs blauwe ogen en grinnikte vals. ,, Als je beter kijkt zie je dat de boom eindigd in het moeras. Nog een klein stukje en je had de vaste grond gehaald. Wat ga je nu doen? Omkeren en je verspilde tijd proberen in te halen? Of je gaat een heeeeel klein stukje in het moeras?'' Zijn stem klonk gespeeld en gemeen. Het diertje keek Saronse duister aan. Benieuwd naar wat Saronse voor zou kiezen. Saronse liep naar het laatste stuk van de boom tot hij niet meer kon. De vogel vloog weg toen Saronse op het afliep. Het ging in de tak zitten en keek vermakelijk toe. Saronse staarde voor zich uit. Hij zat in een dilemma. Het was inderdaad nog een klein stukje in het moeras. En hij zou heel veel tijd verspillen om terug te keren. Misschien was het dom. Saronse wist dat het veel te gevaarlijk was. Maar hij had geen keus. Saronse zijn ogen gleden alle kanten uit en zag de krokodillen gespannen wachten. Saronse moest gewoon zo snel mogelijk galopperen. Misschien had hij dan nog een kans. Saronse wachtte even gespannen af. Hij moest onverwachts springen. Het was doodstil. Opeens sprong Saronse het moeras in. De modder kwam juist tot over zijn onderbuik. De vuiligheid deed zijn wonden totaal niet goed. Maar Saronse had geen tijd om daar aandacht aan te schenken. Hij zag de krokodillen in de aanval schieten. Het was te verwachten dat ze dat gingen doen. Alles leek wel in slowmotion te gaan. Saronse zag langzaamaan hoe de dieren hem omsingelden. Het moeras water uitsprongen en hem op een haartje miste met hun enorme muilen. krokodillen hun bijt kracht is 5 maal sterker dan die van een rotweiler. Dus Saronse wilde zeker niet door zo'n beest gepakt worden! Saronse zag plots een krokodil voor hem springen. Hoog in de lucht in zijn richting. Saronse remde heftig en ontweek hem nog maar net. Hij sprong op een krokodil en lande veilig op land. Een krokodil sprong nog naar Saronse's richting in de hoop Saronse toch mee terug het water in te sleuren. Maar Saronse sloeg het terug enkele meters in het water door met zijn achterhand te schoppen. Saronse hijgde heftig door de inspanningen. Zijn lichaam was heel warm en hij voelde nog steeds de adrenaline. Saronse keek heftig achter zich toen hij de krokodillen hoorde grommen en uit het moeras klom. Saronse schoot in de galop. Op naar huis. Hij hoopte op antwoorden.
Een dagje later
Saronse stapte moedig verder. Ondanks de helse pijn dat hem achterna liep. Zijn wonden waren zwaar ontstoken. Soms moest Saronse even stilstaan om even de pijn weg te werken. Wat het was echt ondragelijk. Saronse zat in een zeer kleine grot. Opeens zag hij een vaag licht voor zich. Saronse vergat even de pijn en liep verder. Het licht werd feller en feller. Voor hij het wist stond hij op een afgrond. Saronse keek triest voor zich. Hij zag een verwoest landschap voor zich. Zijn thuis, dat eens verschrikkelijk prachtig was. Een grote eindeloze groene vlakte met hier en daar wat bomen en struiken. Voor de rest waren de heuvels gevuld met gras en bloemen. En een stralende blauwe hemel. Enkele zuivere rivieren passeerden het gebied. Maar nu.... Het enige wat nu te zien was waren rotsen. Je zag dat hier verwoesting was geweest. Er was alleen maar wat rotsen te zien. Hier en daar zag je al wat groen. Het herstelde maar langzaam. De wind streelde Saronse strelend. Zijn enige troost. Saronse bleef er uren staan. Kijkend en nog steeds niet gelovend van wat er gebeurd was met zijn prachtige geboorteland. Maar uiteindelijk dwong hij zichzelf het los te laten en nu de zoektocht te starten. Saronse had totaal geen idee waar hij zou moeten beginnen.
Uren, uren, uren later :')
Uren waren verstreken. Saronse heeft nog steeds niet gevonden. Saronse was uitgeput. Maar hij wilde niet opgeven. Niet nu hij zo dichtbij was. Saronse keek naar de lucht. Ineens vielen er regendruppels naar beneden. Verrukt ging Saronse even genietend staan. Al het vuil dat in zijn wonden plakten werden weg gewassen. En het deed verrassend goed. Het regende steeds harder en harder. Saronse zocht naar een schuilplaats. Saronse vond een opening in een rots. Daar kon hij voorlopig in schuilen. Saronse draafde haastig naar binnen en schudde zich eens uit. Saronse probeerde enkele wonden te bekijken aan zijn billen. Hij zag de etter er uit druipen. ''Verdomme! Dit kan mijn dood nog eens worden!!,, Vloekte Saronse tegen zichzelf. Saronse keek toen dieper de grot in. Iets trok hem aan. Wat dat wist Saronse niet. Zonder te aarzelen ging Saronse dieper de grot in. Het werd donkerder en donkerder. Waarom verspilde hij zijn tijd eigenlijk? Hij hing maar wat rond en deed maar wat. Maar Saronse had echter geen idee wat hij moest doen. Waar zocht hij eigenlijk naar? Naar antwoorden? Hoe gaan deze beantwoord worden?
Na enkele uren later
[url=Brand X Music - Innocence of Youth ( Female Voice )]Bijpassend liedje[/url]bijpassend liedje
Na een tijdje liep het plots dood. Saronse keek zoekend om zich heen. ''En wat nu Saronse?,, Saronse zijn oog viel op wat licht dat ontsnapte tussen de stenen. Saronse bekeek het goed. Het leek wel dat dit pad ingestort was. Misschien dat hij... Saronse nam een goede aanloop en knalde tegen de stenen muur aan. Het bewoog maar een klein beetje. Saronse gromde krachtig en sprong woest achteruit. Waarom had hij zo'n sterk gevoel dat zijn vragen achter die muur beantwoord zou worden? Saronse sprong nog eens tegen de muur en nog eens en nog eens. Steeds harder en harder. Saronse nam nu een grotere afstand en ramde zo hard hij kon tegen de muur. Hij schreeuwde het krachtig uit. Saronse brak door de muur. Hij knipperde met zijn ogen omdat zijn ogen nog aan het plotselinge licht moest wennen. Saronse rook een stank. Iets rottend. Hij keek op. Plotseling verstrakte zijn hoofd heftig. Hier en daar lag een levenloos paard op de grond verspreid. Graad mager, totaal uitgehongerd. Saronse bewoog even niet. Zijn ogen gleden geschrokken om zich heen. Opeens zag hij tussen de lijken een kleine witte veulenlichaampje. Saronse galoppeerde er ongelovig naar. "Minty?! Nee lieve god nee!!" Saronse drukte hartverscheurend zijn gezicht tegen het hare. Zijn zwarte haren vielen over haar gezicht. Haar ogen waren nog wijd open. Haar glinstering was weg. Saronse huilde met veel verdriet. Het kleine levenslustige diertje was omgekomen. Ze was aan hongersnood gestorven. "Het spijt me verschrikkelijk Minty... Ik was diegene die je had moeten beschermen..." Fluisterde Saronse hees in haar oor. Saronse gleed met zijn neus over haar ogen en slot ze dicht. Hij ging bij ieder paard langs en deed hetzelfde. Hij sloot de ogen dicht. Er waren veel slachtoffers gevallen. Saronse keek om zich heen en zag een muur van rotsen om zich heen. Ze konden er niet uit. Saronse schreeuwde kwaad. Zijn kudde vond hier een gruwelijke dood. En dit was allemaal zijn schuld. Hij was de leider. Hij had hier moeten zijn. Waarom is hij nog verdomme in leven? Dit wilde Saronse niet. Iedereen die hij lief had, iedereen die hij koesterde ligt hier. Jonge en oude paarden. Door de honger overleden. Saronse liet verloren zijn hoofd zakken. Misschien moest hij hier ook zijn rust vinden. Saronse weet nu wat er gebeurt is. Saronse zou toch waarschijnlijk doodgaan aan zijn verwondingen. Saronse ging tussen de dode paarden liggen. Zijn lichaam deed verschrikkelijk pijn. En zijn hart, die deed het meeste pijn. Zijn ogen waren waterig, hij sloot ze langzaam. Opeens zag hij een beeld van Arontay. Glimlachend naar hem. Achter haar stonden enkele leden van zijn kudde. Saronse zijn ogen vlogen verbaast open. Saronse grabbelde overeind. "Arontay?" Saronse zocht naar het lichaam van Arontay. Maar na een paar keer iedereen onderzocht te hebben merkte hij dat ze er niet was. En hij miste nog enkele leden. Waar zijn ze? Saronse bekeek de muren. Hij volgde enkele hoef afdrukken. Plots zag hij een smalle doorgang. Zou Arontay en de anderen hebben kunnen ontsnappen? Saronse stond voor de ingang. Zou hij achter ze na gaan? Herenigd worden met diegene die hij zo lief had. Saronse keek achter zich en zag de lichamen. Saronse stapte achter uit. Neen, hij kon ze beter laten gaan. Ze waren beter af zonder hem. Hij hoorde hier... Saronse rauwe nog dagenlang om diegene die hij verloren had. Zijn beste vrienden die jaren aan zijn zijde vochten. De merries die altijd in hem hadden geloofd en hem blind volgden. De veulen die hem zagen als hun held. Hij die ze altijd uit de nood zou redden wanneer dat nodig zou zijn. En nu zijn ze hier geëindigd....
Terug naar huis
Strompelend liep de bonte hengst naar huis. Hij zag er beroerd uit. Zijn manen hingen griezelig over zijn ijs koude gezicht. Zijn uitstraling zelf was grimmig. Zijn warmte was weg. Al zijn liefde, al zijn heerlijkheid, onschuld, zachtheid was weg. De hengst was gebroken. Zijn ziel was nu echt weg. En zonder een ziel kon je niet leven. Saronse's wonden waren verergerd. De etter droop er uit. Saronse zijn huid gloeide heftig. Hij had hoge koorts. Saronse was weken afwezig geweest. Saronse had echter geen idee waarom hij terug gekeerd was in dream horses. Nja, hij was ook erg in de war. Saronse wilde het liefste van alle pijn af zijn. Saronse zag de bekende heuvels. Het lange groene gras. Het was nacht toen hij in Dream Horses aankwam. Het was doodstil en de hemel was helder. Saronse ging op de heuvel staan en liet zich doodop vallen in het gras. Hij keek naar de heldere hemel. Je kon de sterren tellen. En het was volle maan. Helaas genoot Saronse niet. Hij kreunde van pijn. Je kon alweer zijn ribben zien. Zijn glanzende vacht was dof. Als zijn vrolijkheid was weg. Geen wonden. Saronse had dode lijken terug gevonden van zijn kudde. Hij heeft er dagen bij gelegen. Het moet raar zijn maar Saronse rauwe verschrikkelijk om ze. Bijna de helft van zijn kudde lag daar te rotten. Ieder paard was heel speciaal in zijn leven. Het had Saronse nu echt kapot gemaakt. Saronse ademde moeizaam. Hij moest van die waanzin af! Opeens herinnerde hij zich Gahana nog. Ze had hem gezegd als hij terug in Dream Horses was haar te roepen. Zo snel hij kon. Saronse liet een zwakke hinnik horen. Hij had niet zo veel kracht om het uit te roepen. Zijn gezichtsveld werd wazig. God, wat voelde hij zich zo raar....
Klaar!! Al zijn kennissen mogen reageren als ze willen.