Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

Raindrops on roses and whiskers on kittens [open]

4 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

Magnifico

Magnifico
Administrator

Een kleurenpalet van oranje tot violet. Van donkerrood tot knalgeel. Dat was waar het bloemenveld uit bestond. En zeker in de lente - dan was het wonderschoon. Ze hield van het bloemenveld. Ze had er altijd al van gehouden. De geur van de zoete nectar. De wind die met haar manen speelden. De bijen die zochten naar voedsel en vrolijk om haar oren heen zoemden. Ze was er dol op.
Ondanks dat kon de merrie niet helder nadenken. Ze kon er niet van genieten. Ze hoorde enkel de wind constant in haar oren foeteren. De wind fluisterde haar kwetsende woorden toe. De wind leek haar te haten. Ze begreep het niet. Voor geen ene kant. Waarom mocht ze het bloemenveld van de wind niet liefhebben. Vroeger had hij er nooit problemen mee gehad. De merrie kon niet meer helder nadenken. En de prachtige kleuren van de felgekleurde bloemen, werd een oceaan van grauwe tinten.
‘Hou op!’ schreeuwde opeens haar stem over het veld. De echo kon je horen, maar de merrie luisterde niet naar haar eigen stem. Enkel naar de wind. De wind, de wind, de wind. Het kwelde haar. Het pijnigde haar. Woorden ontstonden in de kleurloze oceaan. Letters in neon kleuren die haar brein niet meer aankonden. Ze flitsten voorbij, ze kon ze niet meer lezen. Langzaam vormden de woorden in iets anders. Ze kon er niet helden uit worden. Ze kneep haar ogen samen. Starend in de beelden van haar eigen gedachten - voor een buitenstaander die haar gedachten niet kon zien, leek ze in het niets te staren. Toen werd het opeens duidelijk wat er op haar netvlies vormde.
Vissen.
‘Nee nee nee!’ gilde ze wanhopig. Ze probeerde haar ogen dicht te doen, en ze duwde haar neus tussen haar knieën. ‘Nee!’ gilde ze nogmaals. Ze trilde van top tot teen. De beelden werden steeds erger. De vissen schoten om haar oren heen. Ze zwommen tussen haar benen door. Ze sneden met hun vlijmscherpe vinnen in haar huid. Ze gilde nogmaals wanhopig. Dit keer was het een schel, klankloos gehinnik. Ze zakte in elkaar. De pijn werd ondraaglijk. De pijn in haar hersenen kon ze niet meer aan. Haar knieën begaven het trillend, en ze stortte ten aarde. In de grauwe oceaan. Tussen de vissen. (In feite landde ze veilig tussen de bloemen) Ze kreeg geen lucht meer naar mate ze dieper wegzonk in de oceaan. Haar trommelvliezen leken wel te knappen, zo'n pijn deden haar oren. Alles werd een waas. Het beeld werd eerst onscherp. Toen enkel een kleurenpalet van vage tinten. Toen werd het zwart.
‘Oh mijn god!’ Alsof ze niets had meegemaakt werd ze ‘‘wakker’’ in het bloemenveld. Feitelijk had ze niet geslapen. Enkel haar gedachten waren met haar op de loop gegaan. Ze trilde nog helemaal na. Ze zuchtte eens diep. ‘Het is niks Magnifico, enkel de gevolgen dat je drachtig bent,’ probeerde ze zichzelf toe te sussen. Maar het hielp niet. Het werd alleen maar erger. Wat had ze gedaan! Ze was weer drachtig. Hoe hard had ze nog tegen zichzelf gezegd: Magnifico, dat wíl je niet nog eens meemaken. En wat deed ze. Ze deed precies datgene waar ze zichzelf nog zó voor had gewaarschuwd. En nu veranderde ze in een wrak. Ze was niet meer meester van haar eigen gedachten. En dat maakte haar zo machteloos. Als je niet meer helder kon nadenken. Dat deed haar pijn.
Eigenlijk durfde ze niet te kijken, echter deed ze het toch. Ze draaide zo met haar hals, dat ze zich had over haar eigen buik. En die was duidelijk toch wat boller. Het was serieus. Er zat iets in. Er ontwikkelde weer een foetus in haar baarmoeder. Oh god, wat had ze zichzelf weer aangedaan! Wat was ze ook weer een ongelooflijke súkkel!

http://www.dreamhorses.actieforum.com

Ravena

Ravena
VIP

De wind speelde met de goudkleurige blaadjes die op de grond lagen, de blaadjes vlogen omhoog en dan weer omlaag, ze maakte kleine cirkeltjes om elkaar heen alsof ze een dansje deden rond een kampvuur. De witkleurige merrie stond midden op het pad, haar ogen gesloten en haar neus een beetje in de hoogte gestoken. De wind speelde met haar manen en staart, ze danste als het ware in de lucht. Paarskleurige ogen kwamen tevoorschijn, ogen die weer vol levenslust de wereld inkeken. Alweer, ze moest toegeven dat ze er blij mee was, want damn wat was ze een tijdje levenloos geweest. Ze grinnikte eventjes toen ze eraan terugdacht, eigenlijk was ze toen maar een zielig stukje witkleurig paard geweest dat vol met zelfmedelijden ronddwaalde. En dat moest dan ook nog eens Ravena voorstellen. Yeah, súre. Ravena schudde haar hoofd.

Er was eigenlijk ook veel gebeurd het afgelopen jaar. Ze had een partner gehad, écht een partner. Iemand om van te houden, ze was gelukkig geweest, één jaar lang in elk geval. Tot die ó zo geweldige hengst van haar, doodleuk vertelde dat een of andere merrie hem verleid had en dat hij haar gedekt had. Alsof het totaal niet zijn fout was dat hij haar gedekt had en dat hij er dan ook niks aan kon doen. Dat hij gewoon een of andere op hol geslagen feestbol was die zich door de eerste de beste merrie liet verleiden. Yeah, súre. Dus was ze weggegaan.

Hij was eigenlijk ook de enige reden dat ze gebleven was, ze had een hekel aan de andere paarden daar, ze waren allemaal even arrogant, stuk voor stuk waren ze egoïstisch. Ze waren dan ook een hoopje liegbeesten bij elkaar. Zelfs het gebied was de moeite niet waard om te blijven, er was amper eten te vinden en water was er ook schaars. Geen haar op haar hoofd die er dan ook uiteindelijk aan dacht om te blijven. Dus was ze teruggekomen naar Dream Horses. Niet eens met de gedachte om echt hier uit te komen, ze was hier gewoon teruggekomen. Punt.

Maar nu ze er was had ze meteen een doel. Ze wou Vasilisa terugvinden. Ze was een verschrikkelijke moeder geweest voor haar lieve dochtertje. Ze zag Vasilisa bijna nooit en ze was zomaar zonder pardon vertrokken. Nu wou ze teruggaan en het weer goedmaken met Vasilisa, als haar dochter haar tenminste nog wou zien. Ze wist niet hoe ze het aanging pakken, maar ze zou het aanpakken op een of andere manier. Misschien kon ze Daesha vinden, de vriendin van Vasilisa, of die ouders van Daesha. Ravena wist het niet, maar er moest toch een manier zijn? ,,Er is er vast wel een Ravena, dat moet wel.’’ Mompelde ze verbitterd.

Ze zette haar witte lijf tot een lopen, daarna tot draven en vervolgens tot galopperen. Het bos veranderde langzaam in een uitgestrekte prairie. Haar manen en staart wapperde wild achter haar aan. Damn, ze had dit gemist, gewoon de wind in haar manen, het gevoel dat ze weer gelukkig was. Misschien wel alleen, maar gelukkig. Een geur bereikte haar neus, een geur die vermengd was met de mierzoete geur van bloemen. En de geur van een kudde. Ze veranderde haar richting en naderde uiteindelijk de merrie in een rustige stap, het zweet was intussen al op haar lijf gebroken. En de bloemen kietelde haar buik. Ze bekeek de merrie rustig. ,,Ken ik jou niet ergens van?’’ Vroeg ze na ongeveer 15 seconden. ,,Ik zweer dat ik je eerder gezien heb. Wat is je naam?’’



OOC De comeback van Raaf :'D

Damn ik heb in geen eeuwen meer een post gemaakt xD

Magnifico

Magnifico
Administrator

Haar hoofd leek zo leeg. Wie was ze? Wat deed ze hier? Ze wist opeens niks meer. Wat was er met haar aan de hand?
Oke, laten we alles op een rijtje zetten - dat was het enige heldere wat haar brein kon verzinnen op het moment. Punt één: Ze was drachtig. Punt twee: ... Shit! Daar liep het al dood. Ze wist niks meer. Waarom was ze zo'n extreem leeghoofd. Jeetje, het was gewoon ernstig. Ern-stig. Ze wist niks meer. Niet eens haar familie, naam of partner. Had ze wel een partner? Of was ze op een andere mysterieuze wijze drachtig geworden. Misschien deed het universum het. Het universum pijnigde haar. Voor de lol, voor de grap. Het universum haatte haar misschien. Maar wat had ze dan verkeerd gedaan? Ze had zo rein geprobeerd te leven. Ze was zo'n geweldig schatje geweest. Het universum wist alles en het universum wist dat ze drachtig zijn haatte. Daarom deed het universum dat. Daarom!
Nee. Nee. Nee. Dat kon niet. Er bestond geen universum, evenmin dat er een god bestond. Het bestond niet, het was niet mogelijk! Daarom móést er iemand zijn geweest die het had gedaan. Haar drachtig gemaakt. Oeh wat haatte ze die vreselijke My Fair Lady Koffiekopje van een hengst. Hengsten.
Opeens was er een wit boegbeeld in haar vizier. Ze kneep beide ogen tot spleetjes samen en bekeek het paard dat voor zich ontstond. Wie was dat? Slimme vraag Magnifico. Je weet niks meer, dus de naam van dit waarschijnlijk onbekende paard zal ook wel een raadsel zijn. De ladekasten van je herinneringen zijn weg. Weg weg weg. Weg!
,,Ken ik jou niet ergens van? Ik zweer dat ik je eerder gezien heb. Wat is je naam?’’
Het duurde een poosje voordat het tot haar doordrong. Toen opeens leek een soort knop in haar om te gaan. En haar tot vreselijke wartaal dwong uit te kramen.
‘IK WEET HET OOK NIET MEER OKE!’ schreeuwde ze met een extreem hese en verwarde stem uit. Wanhopig was haar stemgeluid. Ze schudde peinzend haar kop heen en weer. Ze keek de witte merrie met grote ogen aan. ‘Ik weet niks meer,’ jammerde ze. Alles kwam er opeens uit. Tranen van wanhoop ontstonden in haar ooghoeken.
Opeens toverde een brede, angstaanjagende grijns tevoorschijn. ‘Maar laten we niet bij de pakken neer zitten,’ kirde ze met een eng vrolijk stemmetje. ‘Positief blijven hè, positief blijven.’ Ze keek een paar keer schichtig om zich heen, alsof er iets achter haar zat. Ze stapte een paar passen naar voren, keek de witte merrie diep in haar ogen en fluisterde toen in haar oor: ‘Zie jij ze ook?’

http://www.dreamhorses.actieforum.com

Nar

Nar
Moderator

Plain talking
Making us bold
So strong out and cold
Feeling so old

Nar bewoog, knarste met haar tanden, hapte naar alles wat bewoog. Half verwilderd, een dikke bos manen piekte voor haar donkere ogen langs. Haar lijf was wonderbaarlijk veel magerder geworden en ze was nu warempel een iel diertje, niet mager, slechts iel. De schedel blonk rond haar roetzwarte kop als een straal maanlicht in een geheel verduisterde ruimte.
Zoals ze al had verwacht nadat Fether haar kudde haar had afgenomen, werd Nar weggehoond en vernederd. Haar ego had daarentegen geen deuk opgelopen: Nee, dat zou wel nooit gebeuren, hoeveel daar ook naar zouden verlangen.
Nar had op haar beurt een keiharde opmerking terug gemaakt, maar daar werd enkel met spot op gereageerd. De kleine zwarte merrie had haar hele aanzien verloren, haar naam die angst bij menig dier losliet. Nar schudde haar kop, ratelend met haar schedel, likte langs haar droge mondhoeken en vroeg zich af of dit ook was hoe Deina er aan toe was geweest. Meteen schoof ze die gedachte weg: Het interesseerde haar eigenlijk ook geen malle moer.

Kabbelend water, vredig, langzaam. Te vredig. Te langzaam. Geen dorst. Nar liep verder, bewoog haar hoeven loom verder, zei niets, maar liep verder. Een vettige pluk manen stond eigenwijs omhoog zag ze toen ze uiteindelijk stilstond en haar spiegelbeeld in het water zag. Waardeloos. Niet bijpassend. Of misschien klopte dat wel niet en stond die enkele lok manen wel voor wat zij eerder was geweest: Buiten de rest, een buitenbeentje, maar haarzelf. Haarzelf. Nar. Nar bekeek haar naam sinds kort op een andere manier dan menigeen waarschijnlijk had gedaan, maar zag nog steeds niet in waarom haar ouders haar deze verachtelijke naam gegeven hadden. Ten tekene van de grote grap van de familie? Het mislukte geval? Het zielige monster? Nar snoof direct daarop snibbig: Zelfmedelijden wilde ze niet mee opgezadeld worden: Er lag genoeg op haar rug en zelfmedelijden hoefde er niet nog eens bovenop gebonden te worden. Was er überhaupt wel iets om medelijden mee te hebben? Nar bekeek nogmaals haar spiegelbeeld: Nee, ze was een schim van wat ze geweest was. Een Schim.

Nar brieste en hervatte haar nietszeggende tocht langs het water. Ze merkte dat de grond drassiger werd, vruchtbaarder en keek uit over een geheel met bloemen bedekt veld. Boven het vredige gekabbel het beekje dat rechts aangehouden had, klonk nu de stem van een pony uit. Nieuwsgierig als ze was geworden, liep Nar richting het geluid en hield halt achter de bruine merrie. Magnifico. Dit was haar ongetwijfeld: De merrie was rank gebouwd en had een fijn hoofd vergeleken bij de ruwe contouren die Nar rond haar kop had door de schedel. Het leiderschap was niet van haar houding af te lezen, maar Nar kon zien dat Magnifico toch ergens wel een zekere dominantie moest bezitten. De witte merrie tegenover wat waarschijnlijk Magnifico was, negeerde Nar: Ravena had ze genoeg van, hoefde ze niet te spreken, draaide ze liever haar rug toe.
'Geef me één goede reden om niet bij de pakken neer te gaan zitten, Bruine,' zei Nar met een ijskoude stem: Wat voor reden had ze nog een opgewekt door een weitje te lopen, joelend dat het zo fantastisch was in Dream Horses? Wel? Welke reden had ze daar in godsnaam toe?

Moby - Lift me up

Ravena

Ravena
VIP

De merrie was gek geworden, Ravena kon zich niets herinneren van een halve gare bruine merrie die op een klein kind leek die zich niets kon herinneren van wat er de afgelopen dagen afgespeeld had. Eerlijk gezegd leek de merrie een beetje op een gehandicapte. Ravena wist echter zeker dat ze deze merrie eerder ontmoet had, toen ze nog in normale 'staten.' Het was dat Ravena het net wist: van de bruine merrie zou ze toch geen fatsoenlijk antwoord krijgen. Dit was dus Magnifico, de moeder van de vriendin van haar dochter Vasilisa. En kudde leider van de Quiet Sparkle. Dus dit moet een kudde leider voorstellen? Een merrie die schreeuwde dat ze het niet meer wist? Zomaar, in eens, uit het niets? Waar ging het heen met Dream Horses de laatste tijd. Ravena keek de merrie droog aan en besloot dat het verstandig was maar niet op haar woorden in te gaan. Ze bekeek de merrie van top tot teen. ,,Voor de rest weet je zeker dat alles goed gaat?'' Vroeg ze de merrie nieuwsgierig. Toen veranderde de merrie weer compleet.Van een of andere creapy spastische aanval veranderde ze in een optimistisch en kalm wezen. ‘Ik weet niks meer,’ Zei Magnifico. ,,Dat blijkt ja.'' Mompelde Ravena zachtjes. De merrie begon door te kramen. Iets over positief blijven en bij de pakken neer te gaan zitten. Voor Ravena het wist stond de merrie plotseling dicht bij haar diep in Ravena's ogen te kijken. ,,Ik uh... Ik zie ze denk ik, als ik weet wat ik zie.'' Haar woorden sloegen om tot een fluistering zonder dat het echt haar bedoeling was. Ze keek de merrie bedenkelijk aan, haar wenkbrauwen gefronst keek ze de merrie aan alsof ze haar niet helemaal vertrouwde.


Een andere geur, nog een paard. Een bekende geur, een paard, een merrie. Ergernis en vervolgens geïrriteerdheid. Nar. Zij weer. Wat moest een merrie als Nar hier: in het bloemenveld. Ravena rolde met haar ogen toen ze de merrie zag aan lopen, nog steeds met dat schedel van der. De arend tussen Ravena's oren kraaide eventjes, ze kende Nar niet, maar voelde de ergernis van Ravena piekfijn aan. ,,Nee hé, niet jij weer.'' Mopperde Ravena geërgerd. Ze luisterde naar de woorden van Nar, - met de nodige tegenzin - die Ravena geen een blik waardig gunde. Ravena snoof eventjes, maar hield wijs haar mond, het enige wat ze terug zou krijgen was toch een of andere botte opmerking van mevrouwtje schedel hoofd. Iets waar Ravena vandaag geen behoefte aan had. Ergens was het best ironisch, eerst was het Nar die de Horcrux had, die was niet bijzonder geliefd bij Ravena, nu had Fether de Horcrux. Ravena knarsetandde al bij de gedachte aan die witte ijdeltuit die dacht dat ze heel wat was.

~AF~

Pearl

Pearl
Moderator

Twee bruine oren staken boven een haast precies opgestelde rij van boomtakken uit, terwijl twee ogen tussen de spleetjes keken en het gebied observeerde. Achter deze opgebouwde balustrade was geen gevaar te bekennen. Het kon immers zo zijn dat dit gebied met een reden afgezet was door paarden of misschien zelfs de tweevoeters: De mensen. Dit leek haar ergens onlogisch, want mensen verkeerden zich niet al te snel in een gebied waar wilde dieren voorkwamen. Alleen als ze die langwerpige apparaten bij zich hadden waaruit vuur kwam. Of iets anders, maar wat er dan ook uit mocht komen: Het ging te snel om te kunnen zien wat het was. Een keer, toen ze jong was, had ze dit toegekeken hoe een hertje hierdoor vermoord werd. Toen had ze nog niet de intelligentie gehad om te beseffen wat het was en wat het deed. Nu wist ze het ook niet precies, alhoewel ze er wel van op de hoogte was dat dit spul gevaarlijk was. Het zou hun kunnen uitroeien. Ze had naar eigen ervaring weten te ontcijferen dat een deel van deze mensen hun geen kwaad deden, maar er ook een deel - misschien wel veel en veel groter - was dat hun kwaad wilde doen. Hun wilde vermoorden. En waarom? Nee, dat wist ze niet.
Door haar gedachten die uiteindelijk een minuut of vijf in beslag hadden genomen, was ze geen stap verder gekomen. Aandachtig bestudeerde ze de bruine, houten stengels nog eens en schatte de hoogte in. Ongeveer een meter. Het was hoog, maar te redden. Geconcentreerd zette ze een aantal stappen naar achteren totdat ze een goede afstand had gecreëerd, bewoog haar oren naar achteren en sprong aan in galop. Door de lange, grote passen had ze het eindpunt enorm snel bereikt en ze zette af. Dit moest het uitgerekende, goede punt zijn, anders zou ze het niet halen. Gelukkig was dit wel het geval: Haar twee voorbenen vlogen net over de bovenste tak en enkel haar rechter achterhoef tikte zachtjes tegen de wegversperder. Ja, ze had het obstakel succesvol gepasseerd. Of eigenlijk besprongen, om precies te zijn. Waar daarnet nog niemand te vinden was, had zich er in de tussentijd een klein groepje gevormd. Het enige wat haar met de andere drie paarden scheidde was een gevallen boomstronk. Twee van de drie paarden kende en herkende ze. Magnifico - de merrie de lid was van de kudde destijds en die een onverklaarbare hekel aan haar had - en ook Nar. Nar had de slechte kudde Horcrux geleid en zou eigenlijk tot een vijand moeten behoren. Ze kende de merrie te slecht om er een oordeel over te vellen, maar ze zou haar zeker in de peiling houden. Het andere paard, uitgerekend ook een merrie, had ze nog nooit gezien en kon ze zo ook geen naam aan koppelen. In eerste instantie had ze geen zin zich in een gesprek als deze te vermengen, maar er was een grote kans dat de drie haar sprong en haar aanwezigheid hadden opgemerkt. Hierbij verminderde ze de afstand tussen hun meter bij meter, stap bij stap. Ze knikte als een soort teken van begroeting in de richting van de drie. ‘Iedereen lijkt een hekel aan je te hebben, Nar,’ reageerde ze op de beledigende woorden van de onbekende merrie, die bedoeld waren voor Nar. De toon waarop Pearl sprak klonk noch vriendschappelijk noch vijandig.

http://www.dreamhorses.biz

Magnifico

Magnifico
Administrator

Ze vond de wind die langs haar lichaam streelde gewoon beangstigend. Het voelde niet als wind in haar hersenspinsels. Het voelde als water. En sinds ze drachtig was geworden, had ze geen voet in het water meer durven zetten. Bang voor de beesten die erin zouden kunnen leven. Haar oren waren naar achter gericht wat bang en wantrouwend over zou komen aan de merrie voor haar. Maar dat maakte haar niet uit. Haar trots had nu toch al een enorme deuk geleden om een bolbuikje te hebben voor andere beesten. En om eerlijk te zijn; ze maakte zich nergens druk om. Alleen om haar herinneringen terug te krijgen stuk voor stuk als bellen weg waren gevlogen in de lucht, om daarna uit elkaar te knappen en de verdwijnen. Foetsie. En je zou ze ook nooit meer terug komen. En dat maakte haar ook vreselijk bang. Bang dat ze nooit meer helder zou kunnen nadenken.
Wie was ze? Wat deed ze hier?
‘Voor de rest weet je zeker dat alles goed gaat?’ Dit sloeg de spijker op zijn kop. Het ging niet goed. Echt niet. Ze had heus het sarcasme in de stem van de witte merrie wel gehoord. Zo dom was ze nou ook weer niet. Maar inderdaad: Ze had gelijk. Ze wist niet meer wat ze deed. Het ging niet goed. Wild schudde ze haar hoofd, om de merrie te tonen dat het álles behalve goed ging. Het ging ook alles behalve goed. Waarom was ze zo doorzichtig. Was het allemaal zo duidelijk?
Als een reflex draaide ze haar hoofd, haar gezicht op haar buik gericht. Zo vreselijk stak het toch niet uit? Of was zij gek. Waarschijnlijk zou het haar eigen schuld zijn. Zoals gewoonlijk.
‘Ik uh... Ik zie ze denk ik, als ik weet wat ik zie.’ Ja, ze was compleet gek geworden. Vissen konden niet in de lucht zweven bij een boompje. Ze was inderdaad compleet de weg kwijt geraakt. Ze draaide haar hoofd nog eens om. Ja, een paar regenboog gekleurde vissen hingen daar. Ze knipperde een paar keer. Nog steeds, en ze lagen op de loer, klaar om haar aan te vallen. Ze schudde haar hoofd een paar keer. Gewoon bedenken alsof ze er niet zijn, dan zijn ze er niet. Ze zijn jouw verbeelding. Ze keek nog eens om. Ze hingen er nog wel. Geen waarde aan geven.
Vervolgens keek ze recht in de ogen van een paardenschedel.

Geschrokken deinsde ze een paar passen achteruit. Was dit weer een verbeelding van haar? Daarna kwam ze erachter dat achter het schedel een leven hoofd zat, met een roetzwarte pony eraan vast. Opgelucht haalde ze weer adem - die ze geschrokken had ingehouden. Ze knipperde haar donkerbruine ogen een paar keer en liet al haar ingekopte spanning even gaan door diep uit te ademen. 'Geef me één goede reden om niet bij de pakken neer te gaan zitten, Bruine.' Oké, nu was er dus een wit en een zwart paard. Ze moest ze goed uit elkaar halen, voordat het een warboel van gedachten zou worden en ze straks één ging zien, of drie, vier vijf paarden.
Een reden om optimistisch te blijven? Goed punt. Ze was zelf ook helemaal wanhopig, geen idee van hier en nu. Dus hoe moest ze haar brein actief in staat zetten om een argument te bedenken. Toen liet ze teleurgesteld haar hoofd hangen. ‘Ik weet het niet. Ik weet het niet..’ Steeds herhaalde ze hetzelfde korte zinnetje, in zichzelf gekeerd. Ze prevelde het zacht, bijna niet verstaanbaar. Een gemurmel van klanken, geen woorden.
‘IK WEET HET NIET!’ schreeuwde ze toen voor de tweede keer opeens uit. Nu tegen het zwarte paard - waarvan ze geen idee had wie het was. Al knaagde er in haar achterhoofd dat ze bekend was. Ze begon te ijsberen, steeds weer hetzelfde zinnetje te herhalen. Ze keek naar haar hoeven, naar de grond. Ze probeerde haar gedachten op een rijtje te zetten, echter lukte het niet. Het wilde niet. De grijze massa in haar hoofd was zo onduidelijk, zo'n warboel. Ze begreep zichzelf of een ander niet meer. Ze kon niets meer onderscheiden. De paarden leken allemaal hetzelfde.
En de vissen lagen nog altijd op de loer.
‘Nee hé, niet jij weer,’ klonk het klagelijk gezang van - volgens haar - de witte. Want een ander paard was niet afwezig. Even keek ze schichtig vanuit haar ooghoeken of er wel dergelijk twee paarden op een rijtje stonden.
‘Iedereen lijkt een hekel aan je te hebben, Nar,’
Geschrokken gooide ze haar hoofd opzij. De stem was onbekend, maar ook weer juist wel bekend. Een zwart-wit paard was aan komen zetten. Of zag ze de zwarte én de witte nou door elkaar heen. Het was niet zo. Het was een ander paard, en ze herkende de duivel. Pearl... Ging er door haar hoofd. Opeens viel alles op z'n plek. Alles. Poef. Als puzzelstukjes die opeens in elkaar viel.
Als bevroren stond ze daar. Tegenover Pearl, Nar en Ravena. Ze herkende alle drie nu. Haar dip leek weg te zijn, en woede borrelde omhoog.
Er waren twee dingen te doen: Het hazenpad nemen of aanvallen. En niet Nar, zeker niet Nar, zij had haar niks misdaan. Maar die vreselijk smiecht van een Pearl. Haar oren draaiden in haar nek. Nog altijd stond ze als bevroren met haar adem ingehouden. Toen liet ze al die lucht gaan.
Met een geweldige oerkreet stortte ze zichzelf op Pearl. Iets wat de bonte waarschijnlijk - hoopte ze - niet zou verwachten. Ze was zo ongeveer met haar geest er nog bij, en fysiek werkte ze prima. Ze schoot als een kanonskogel op Pearl af, haar oren in haar nek en haar tanden ontbloot. Een verrassingsaanval. Eindelijk kon ze die trut pakken. Eindelijk kon ze haar kapotmaken en in stukjes scheuren. En daarom probeerde ze met haar tanden en hoeven al het Pearl te pakken te krijgen wat ze te pakken kon krijgen.
Ze kon haar aan. Ze kon haar aan. Maar een vervelend stemmetjes achterin haar hoofd piepte dat ze er nog niet klaar voor was. Je bent drachtig... wreef hij er nog even in.

http://www.dreamhorses.actieforum.com

Nar

Nar
Moderator

Cracked eggs, dead birds
Scream as they fight for life
I can feel death, can see its beady eyes
All these things into position

Nar wierp een bitterkoude blik op Ravena.
'Het lijkt me duidelijk dat jij wel de laatste bent met recht van spreken, Ravena.' Meer zei de kleine, zwarte merrie niet. Geen woord. Niets. De witte merrie was volkomen oninteressant. Ravena was nooit interessant geweest, nooit, al leek zij de subtiele hints die Nar elke keer haar toekende niet te zien, blind ervoor te zijn, ze te willen ontlopen. Misschien was Ravena psychologisch zo onderontwikkeld dat ze Nar niet begreep. Het zou de schedelmerrie niets verbazen als dat het geval was met haar.
De bruine merrie die Nar had aangezien voor Magnifico, leek lichtelijk in paniek geraakt te zijn, hoewel lichtelijk hier niet op zijn plaats was. Nar fronste, likte langs haar lippen. De bruine merrie keek recht door de priemende blik van de schedel heen, stapte geschrokken achteruit. Prevelend dat ze het niet wist. Ze wist het niet. Wist het niet. Wat viel er te weten? Niets. De hele wereld bestond uit niets dan leugens die Nar niet eens wilde weten.
Was Magnifico bang voor haar? Nar deed vertwijfeld een stap achteruit, gunde haar fysieke en mentale ruimte. Fysieke ruimte door haar dreigende aanblik op afstand te houden. Mentale ruimte door achteruit te stappen en Magnifico toe te staan in haar schulp te kruipen, al kon Nar niet benoemen waarom. Het was één van de eerste paarden waarbij ze daadwerkelijk een zweem van medelijden voelde toen ze Magnifico geschokt naar haar had zien kijken. Joeg haar uiterlijk zoveel angst aan? Nar ademde gekalmeerd in en uit. Langzaam. Uiterst langzaam
'Wat weet je niet, merrie?' vroeg ze bijna fluisterend zachtjes aan de Magnifico, Ravena compleet negerend. Die bestond niet, deed er niet toe, was niet belangrijk.
Nar liet de adem ontsnappen die ze onbewust had ingehouden toen ze zag dat de bruine merrie ontspande.
'Zie? Er is niets eng, niet vandaag in ieder geval.'

Vanuit haar ooghoeken zag Nar nog een merrie naderen die ze direct het etiketje "Pearl" erkende. Ongetwijfeld was dit Pearl, ondanks het feit dat ze de merrie nog nooit gezien had.
Mistroostig draaide Nar langzaam haar kop richting het geluid van de bonte merrie. Een sombere glimlach kroop over haar mondhoeken heen.
'En dat terwijl ik de meesten nooit wat aan heb gedaan. Ik denk dat het iets is waar ik mee zal moeten leren leven: Ik ben en blijf degene die ooit de Horcrux heeft geleid, niet?' zei ze melancholisch tegen de merrie, Ravena weer geheel buiten haar gesprek houdend. Ravena was niet interessant.
Nar was enigszins verrast geweest toen ze de toon van de oud-kuddeleidster ( of was het nog steeds een ware leidster van een kudde? ) opving. Door de neutrale klank in het klonk het bijna alsof ze sympathie voelde voor Nar na de woorden van Ravena. Bijna. Niet helemaal. Bijna. Maar bijna was een begin.
Nar draaide haar kop richting Magnifico.
'Kennen jullie elkaar?' vroeg ze weifelend aan Magnifico toen ze deze merrie's onrust toe zag nemen: Haar oren lagen plat in de nek, aanvallend, waarschuwend.
Nar reageerde direct door haar houding dominanter te maken en haar kop op te richten, haar staart trots als een vandaal. Pas op. Je waagt het niet.
Nar snoof nog eens en draaide zich net om toen ze Magnifico's denderende hoeven hoorde. Vrijwel meteen had Nar zich om haar as gedraaid en zag dat Magnifico in galop op Pearl en haar af kwam. Nee, niet op haar. Op Pearl. Pearl.
Ogenblikkelijk had Nar haar lijf tussen Pearl en Magnifico ingezet, ving de klap met de daverende snelheid van Magnifico op door iets mee te geven.
'Stoppen. Nu. Je maakt jezelf gek! Er is niets,' siste Nar tussen twee tanden door terwijl ze haar schedel tegen de hals van de merrie zette.
Magnifico trapte. Magnifico trapte hard. Maar Nar beet niet terug: Ze was verbijsterd, stomverbaasd. Ze onderging de klappen, maar zakte ineen toen Magnifico haar een onverwacht harde trap tegen één van haar knieën gaf. Auw.


Radiohead - Street Spirit


Pearl

Pearl
Moderator

Pearl moest zeggen dat ze bijzonder verrast was door de open opstelling en manier van spreken van de roetzwarte merrie. Ergens had minstens op een aantal botte woorden gerekend, maar voor vandaag leken deze uitgesloten. Dit zorgde ervoor dat ze ze zich tegenover de kleine Nar wat meer op haar gemak voelde: Ze ontspande iets. Een diepe zucht borrelde op en verliet niet veel later haar mond, gevolgd door een blik naar beneden.
Een aantal gekleurde bloemetjes waren van hun leven ontdaan door de voor hen enorme paardenhoeven die ze zojuist hadden fijngestampt. 'Wanneer je zonder problemen je leven voortzet, ben ik ervan overtuigd dat je die stempel ooit kwijt zult raken, Nar,' sprak ze de merrie op een haast vriendelijke en begripvolle manier toe.
Het andere gezelschap zou vast verbaasd zijn over de manier van communiceren tussen de twee paarden die van nature vijanden zouden moeten zijn. Alhoewel... Magnifico leek behoorlijk in een eigen wereldje rond te zweven die allesbehalve realistisch leek. Ze kraamde onzinnige woorden uit en leek zich niet bewust van de drie om haar heen. Wanneer haar ogen die van Magnifico ontmoetten, zag ze dat ze nu pas op scheen te merken dat er ondertussen een nieuwe indringer was verschenen. De haast rustige en ontspannen sfeer veranderde binnen een aantal seconden. De onzichtbare waas voor de ogen van de Quarter Horse leken plotseling verdwenen te zijn. Het was natuurlijk niet op die manier te zien, maar het leek net alsof haar gedachtegang normaal begon te werken en de fantasiebeelden van zonet waren verruild voor de echte wereld.
Op het moment dat haar oren in haar nek draaiden en haar nuchtere blik plaats maakte voor een uitdagende en waarschuwende, spande Pearl haar lichaam aan. De twee lichtbruine oren waren naar achteren gekanteld en de blik in haar ogen spraken boekdelen. Alsof ze wilden zeggen: Hier is helemaal geen reden voor. De verwachting dat de ondertussen woeste merrie zou kalmeren en in zou zien dat dit inderdaad de waarheid was, bleek niet veel later onjuist te zijn. Een enorm schel geluid bereikte haar trommelvliezen en in de tijd dat ze zich überhaupt had kunnen realiseren dat Magnifico een poging deed haar aan te vallen, had Nar met een luid gebonk de knal opgevangen. Pas toen werd een knopje in haar hoofd omgedraaid. Juist, dit was totaal niet goed. Ten eerste had Magnifico totaal geen reden om haar aan te vallen, en ten tweede was het feit dat Nar de trappen onderging iets wat niet alleen onverwachts maar ook schokkend was. Het ergste was dat ze niets kon doen. Om Nar heen lopen was geen optie, want zelfs vanachter het lichaam van de schedelmerrie werd ze zo nu en dan geteisterd door een klap van een hoef. Pearl hinnikte waarschuwend en toen Nar op de grond neerzakte was de maat vol. De bonte merrie zette zich af op haar achterbenen, steigerde en gooide haar linkerhoef in de richting van Magnifico om hopelijk haar borstkast te raken. Dit was echter totaal geen aanval, maar was enkel om de merrie tot bedaren te brengen en haar te laten inzien dat dit voor nu klaar was. Met dit geintje was ze echt te ver gegaan. 'Magnifico, stop met deze waanzin! Vertel mij wat er aan de hand is, want dit is geen oplossing,' siste Pearl door haar kiezen door, haar ogen tot spleetjes geknepen. Na deze woorden richtte ze zich op Nar, die hoogstwaarschijnlijk hard geraakt was. Omdat ze het risico niet kon lopen om een heel dankgebed uit te spreken (Magnifico kon namelijk een onverwachtse stoot uitdelen), liet ze haar hoofd voor een enkele seconde zakken en lieten haar groene kijkers de dankbaarheid blijken.

http://www.dreamhorses.biz

Ravena

Ravena
VIP

Ravena snoof eventjes verontwaardigd na de opmerking van Nar maar besloot dat het verstandig was om de merrie te negeren. Ze dacht precies hetzelfde als Nar dacht over haar. Ze was een oninteressant individu. En als er ooit een oorlog zou komen tussen Nar en de goede kudde en Ravena moest een kant kiezen dan wist ze het al wel voor haarzelf. De goede natuurlijk. De bruine merrie begon dingen uit te prefelen en Nar nam zorg over de merrie. Dit was iets wat Ravena niet helemaal had zien aankomen. Zoals zij Nar kende had de merrie hooguit een paar arrogante blikken of stekende opmerkingen gemaakt. Ravena hield zich maar op de achtergrond, ze had het niet zo op dit soort situaties en had ook geen zin om de held gaan lopen uit te hangen. Dat was gewoon niks voor haar. Een andere merrie naderde. Het bonte gestalte van het dier verscheen in haar zicht. Uiteindelijk ging alles heel snel. De bruine was weer normaal en viel de bonte aan. Juist ja. Ravena snapte er geen ruk meer van. Om alles nog beter te maken ging Nar zich ermee bemoeien. Ravena hield zich nog altijd op de achtergrond. ,,Ik laat het jullie lekker uitvechten oké?'' Mompelde ze zachtjes. Er zou toch niemand zijn die haar zou horen. Magnifico was in haar 'moordmachine' wereld. Pearl was druk bezig met zichzelf te verdedigen tegen Magnifico en Nar tja. Die bemoeide zichzelf ermee. Ravena voelde bijna een steek van medelijden opkomen toen ze zag hoe Nar een flinke klap tegen haar knieën kreeg. Maar deze werd al gauw weer weggespoeld toen ze dacht aan haar haat voor de merrie. En het enige wat ze nog voelde was leedvermaak. Ze schudde haar hoofd en drukte ook deze gevoelens weg. Ze draaide zich om en liep achteloos weg. Ze had hier niks meer te zoeken.

~Flutje maar ze is toch het topic uit.~

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum