Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

Lost, Saddness and in the same time happyness || Wie wil?

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

Everlong

Everlong

Everlong, een bruine kleine hengst danste door het bos. Zijn manen zwierde op het ritme van zijn pas, en zijn ademhaling ging snel. Everlong snoof, wat was het toch geweldig hier in het bos! Hij zou deze plek voor niks in willen ruilen. Alles hier was mooi, de bomen die met mos begroeid waren, het groene bladerdak, en het zonlicht dat door de kiertjes van de blaadjes scheen. Dat alles gaf een fijne en bovenal prachtige omgeving. Een goede leefomgeving ook trouwens. Everlong draafde, zijn benen gestrekt zodat hij het hoogste tempo van draf had bereikt. Een uitgestrekte draf, zoals de mens het noemde. Een grijns gleed over zijn gezicht. Het nadeel van de zon was dat je dan zijn littekens beter zag, maar dat deerde hem niet nu. De hengst liep steeds wat trager, de wind sneed in zijn ogen en zorgde voor een traan in iedere hoek. De wind was koud, het was vandaag bagger weer. De lucht was bewolkt, de zon was nergens meer te bekennen en een koude gure wind joeg tussen de bomen door. Het joeg op een prooi, in zijn geval het verplaatsen van zuurstof.


De kleine bruine hengst draafde nog steeds verder. Zijn lange manen raakte zacht zijn hals, iedere stap veroorzaakte een plof in de bodem van het bos. Iedere stap liet een spoor, een afdruk achter. Zodat je zag dat hij hier geweest was. Zijn adem werd sneller zodra hij het tempo weer opvoerde. Hij spande zijn spieren aan en zette een fikse maar veerkrachtige galop in. De eerste sprongen waren wat onregelmatig, maar met iedere stap werden ze regelmatiger en sierlijker. Zijn regelmatige gehijg samen met het klappen van zijn hoeven waren de enige geluiden die de ijzige stilte doorbraken. Zijn oren vlogen in zijn nek, hij hoorde wat. Was het wat hij dacht dat het was? Een ander paard dat bedacht had zijn rust te verstoren? Nou, zo mocht hij ook weer niet denken, maar zo voelde het wel. Het was hier prachtig en .. dat moest hij delen inderdaad. Everlong zuchtte maar. Hij kon moeilijk het paard dood negeren. En hij wist nog niet een sof het überhaupt een ander paard was! Zijn oren vlogen weer naar voren of er niks gebeurd was en hij galoppeerde rustig verder. Het rustige Ka-boem Ka-boem van zijn passen baande hem tot rust. Hij luisterde enkel naar zijn passen, maar hoe langer hij ernaar luisterde des te meer ging het op het ritmisch kloppen van een hart lijken. Hij schudde het van zich af, nee, hij ging niet denken aan het leven en dan automatisch uit komen bij de dood en dan … nee! Weer schudde Everlong heftig met zijn kop en manen. Het had echter totaal geen nut, die vreselijke herinnering kwam terug, hoe dan ook, keer op keer...


“Jazzlin!” Sneed mijn stem door de kille ruimte. “Waar ben je?!” riep ik. Waar was ze die kleine prachtige merrie? Waar was ze? Ik hoorde een soort ontzettend walgelijk gegorgel. Wat was dat? Mijn perfect geschapen oortjes draaide in de richting van het geluid. Een rauwe roestige geur drong zich mijn neus binnen, tastte mijn luchtwegen aan. Het deed pijn, het prikte. Het was de geur van druipend bloed langs het koude ijs. Een tikkend slijmerig geluid dat je hopeloos op je zenuwen werkt. Ik wist van die dat bloed afkomstig was. Ik wist het, een pijnlijke steek in mijn borst deed me beseffen dat ik haar nu echt kwijt was. Ik wist wiens bloed zou gaan vloeien, wiens geur van zijn bloed mijn en andermans dieren hun neusgaten zou prikkelen. Ik wist wiens leven hier ten einde kwam. Van de vreselijke wolf die zijn partner nota bene dit had aangedaan! Ik zou net als hij een einde aan een leven brengen, in dit geval zijn leven...


Een enigszins bedroefde uitdrukking gleed over zijn gezicht. Dat was iets wat hij zichzelf nooit goed zou kunnen praten. Tuurlijk, op dat moment voelde het absoluut goed om het beest zijn eind te laten begaan. Maar, hij was zo slecht geweest. Hij zou het zichzelf nooit vergeven, dat kon hij niet! Hij was dolgelukkig met het onbekende paard dat hem bij zijn verstand gebracht had, hij stond op het punt haar nek om te draaien toen zij de woorden uit sprak die hij nodig had. Een beetje gevoel lag verscholen in haar stem met een laatste smeek bede had ze me om weten te praten. Het was haar gelukt mij zover te krijgen dat ik een overgang beging van slecht naar neutraal/goed. Het was een niet al te grote palomino merrie die hij waarschijnlijk nooit meer zou zien, maar hij was haar zo ontzettend dankbaar. Het was niet in woorden uit te leggen hóé blij en dankbaar hij met haar was geweest. Hij had het haar niet kunnen vertellen, omdat hij te laat was met haar te redden. Maar het was een oude merrie en ze had haar mooie leven wel gehad. Ze zou toch niet veel langer geleefd hebben. En hij was zich van zijn schuld bewust, dus hij negeerde het knagende gevoel dat hem langzaam van binnen opvrat. Nee, hij zou nooit toegeven aan zijn schulden. Waarom? Dan moest hij het allemaal goed gaan praten en daar had hij geen zin in. En bovendien, de schulden die hij had aan paarden was de schuld van hun vermoorden, dus veel nut zou het niet hebben. Hij kon moeilijk tegen dioden gaan praten of wel? Daar was hij niet goedgelovig genoeg voor. Nee, hij geloofde niet in geesten en al die andere onzin. Net als van die paarden met bovennatuurlijke dingen, dat was niet mogelijk en er waren geen andere mogelijkheden. Neen. Als hij dat wel zou doen zou dat toch niet goed uitpakken trouwens. Dan zou hij helemaal doorslaan en uiteindelijk door ieder paard dat hem zag als gek worden verklaard, gewoon omdat het niet anders kon. Nee, dat zou niet gebeuren.


Everlong galoppeerde nog altijd door het bos, echter werd het voor hem steeds moeilijker om zich te concentreren. Hij zweette inmiddels en vooral op zijn hals en borst was het goed zichtbaar. Tijd voor een korte break dus. Everlong galoppeerde steeds langzamer en langzamer, tot hij uiteindelijk in een snelle draf zat. Weer ging hij steeds langzamer tot hij eindelijk stapte. Hij stapte een open weidje in met hier een daar wat boompjes. Het gras reikte tot zijn knieën en hier en daar schoten de knoppen van de komen bloemen omhoog. Narcissen en sneeuwklokjes stonden al vol in bloei evenals de madeliefjes en boterbloempjes. Alles bij elkaar was het een mooi gezicht. Ookal was het dan geen geweldig weer vandaag en was het best wel koud. Een vrolijke grijns gleed over het gezicht van Everlong. Midden in het weidje hield hij halt en begon te grazen. Lange sprieten trok hij uit de grond en ontdeed hen van hun leven. Hij at het met smaak op en om dat te bevestigen gaf smakte hij nog eens extra hard. Er hingen wat sprieten langs zijn mondhoeken naar buiten. Hij at langs de boterbloempje want die waren giftig. Everlong had wel even genoeg van het eten en liep toen naar een klein beekje dat aan de rand van de plek zichtbaar was. Hij boog zijn hoofd wat naar beneden en begon gulzig het verkoelende water naar binnen te slurpen. Hij voelde hoe het water door zijn slokdarm naar zijn maag werd gevoerd en hoe het zijn verkoelende werking uitoefende. Hij kneep zijn oogjes samen, heerlijk gewoon. Hij hief zijn hoofd weer wat op. Hij voelde zich hier wel erg op zijn gemak. Everlong richtte zijn blik op de lucht toen hij iets warms over zijn rug voelde glijden. Het was de zon die doorbrak, het kon gewoon niet beter worden! Misschien ook wel, een beetje gezelschap zou wel leuk zijn, niet waar? Nu mocht zijn rust best verstoord worden, hij grinnikte kort. Een grijns bleef op zijn gezicht staan toen hij een klein wit met bruin gevlekt konijntje over het pad zag hupsen. Het zocht zich een weg naar de begroeiing om een schuilplaats te zoeken voor de roofdieren. De hengst keek het beestje dat even zijn neusje in de lucht stook na. Everlong zijn grijns werd steeds breder. Hij voelde zich echt goed, zeker weten! Beter dan dat hij zich heeft gevoeld in jaren, na het incident had hij eigenlijk niks meer van zich laten horen. Hij wilde zichzelf laten leiden in de krochten van de hel, misschien dat het daardoor beter zou worden. Het had hem bijna zijn waardigheid gekost. Gelukkig had hij het eerder door, zo kon hij zijn fouten nog wel enigszins goed praten. Hij zou niet weer diezelfde fout begaan om weer naar de andere kant te stappen. Nee. Dat gebeurd nooit meer! Hij beloofde het zichzelf, nu op dit moment. Na een wat voor hem eeuwig leek te duren maar in werkelijkheid een korte seconde was leek hij te beseffen dat het een goede belofte was en ook zou blijven.


Everlong haalde zijn neus op, licht geïrriteerd door de zon die weer verdween hoorde hij nu het duidelijke geluid van hoeven op de grond.
Ka-boem Ka-boem Ka-boem Ka-boem .
Het ritmische geluid van de passen deed hem beseffen dat hij echt heel erg afgeleid was geraakt van het geen waar hij voor gekomen was. Ja, waarom was hij hier? Hij had niet echt een rede voor dit onverwachtse bezoek aan het bos. Het beviel hem wel, onverwachtse uitstapjes maken naar plaatsen waar het bezienswaardig was. Ja, hij was weer afgeleid. Een geurtje prikkelde zijn neus. Een geur van een paard, nu zeer duidelijk. Een vriendelijke glimlach sierde zijn gezicht. Hij wilde kennis maken met diegene van wie dit geurtje afkomstig was. Nu heel nieuwsgierig draaide hij in de richting van de geur en het geluid en wachtte met een glimlach op zijn gezicht op het komende paard. Vragen als 'Wie was dit? 'Was het goed of slecht?' 'Was het een hengst of merrie?' schoten ongestoord door zijn hoofd. Hij wilde, nee moest, antwoord op deze vragen.

1.686 Woorden dacht ik YaY Lost, Saddness and in the same time happyness || Wie wil? 983712
Wie vergezelt deze bruine hengst? :'D

Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum