Now's the time, unleash the chain
'cause hell awaits my name
Een donkere merrie wandelde over het zachte zand van het strand, kijkend vanaf de duinen, uit op de zee.
Ze hield er niet van om open en bloot te staan, iedereen kon zien wie ze was, tenminste, hoe ze eruit zag.
Dat was al genoeg, genoeg om te haten, ze wilde tussen de bomen schuilen, waar niemand haar zag, en dan plots, uit het niets aanvallen. Het zou nog wel komen.
Ze had alleen nog een slachtoffer nodig, iemand die zo dom was om zich net zo open te stellen als dat zij dat nu deed, of het leek alleen maar zo..
Alleen Cora zelf wist het, alleen zij wist wat er schuilde in haar hoofd, wat haar gedachtes betekenden, tenminste, bijna altijd.
De merrie was geschaafd, beschadigd, en sterk gemaakt. Op haar donkerbruine, slanke hoofd waren littekens getekend, met vaste verf. Haar rechterschouder droeg een groot litteken met zich mee, ze was het opgelopen tijdens het gevecht van de slechte goede tegen haar vader, zij zelf en hun vrienden. De kudde was niet groot, hooguit zes of zeven paarden, haar vader, zij en hun vrienden waren met z’n vieren, ze hadden gewonnen, hun vrienden waren dood..
Nadat al hun vrienden vrijwel waren vermoord, had Cora er vier neergehaald en één zwaar verwond, haar vader had het dier verder afgemaakt, samen met de rest van de paarden. Eén vriend was overgebleven, een veulen..
Twee geel- achtige kijkers schoten open en speurden het lege strand rond, de wind rukte woest aan haar manen en staart en haar blik stond op dood.
Maar één gedachte schoten door haar licht- gestoorde hoofd; deze wereld zal nooit voorbereid zijn op de krachten van de Horcrux, we zijn maar met weinigen, maar we zijn allen sterk.
Sorry voor het uitstel ;$