Het leven jaagt geen angst meer aan
ik heb al zo ver moeten kruipen
Het laatste stuk zal ook wel gaan
tot ik ga staan
~Racoon-oceaan~
ik heb al zo ver moeten kruipen
Het laatste stuk zal ook wel gaan
tot ik ga staan
~Racoon-oceaan~
Angst. Iets wat deze ruwe, verbitterde merrie nooit gevoeld had. Hoop. Hoop maakt zwak, was wat haar altijd verteld was. En liefde? Liefde was een fabel. Even had ze gedacht dat het dan heel misschien toch waar was. Dat ze even iets wat misschien liefde kon zijn gevoeld had. Maar dat hele kleine sprankeltje liefde is weg. Vertrapt als mieren onder dansende paardenhoeven. Het leven was meedogenloos, dat was haar al lang duidelijk geweest, en dat deerde haar al heel lang niets meer. Maar deze slag van het leven had haar wel degelijk geraakt. Het enige waar ze in haar hele leven ooit om had gegeven, al was het maar een heel klein beetje, was van haar afgepakt. Precies op het moment dat ze om dat eigenlijk zo waardeloze mormel was gaan geven. Gvd, ze had voor een moment van haar moeder gehouden, en ookal was ze er niet trots op, ontkennen was onmogelijk.
De vertrouwde, zilte zeelucht waaide door haar lange, witte manen. Fether was een prachtige merrie, daarvoor hoefde je niet goed te kijken. Een slank maar gespierd lichaam, lange benen, en een elegant hoofdje met licht arabische trekken. Haar bewegingen pasten precies bij de bouw van haar lichaam: sierlijk en vederlicht. Een uiterlijk dat je absoluut niet zou verwachten bij een karakter als dat van haar. Zo licht als haar vacht was, zo zwart was haar binnenkant. Niets dan woede en verdriet verschool zich onder haar glanzende, sneeuwwitte vacht.
Een golf spatte op de kust, en de opspattende druppels verspreidden zich over haar vacht. Met haar oren plat naar achter en haar tanden ontbloot schoot ze een aantal meter op de zee af, en klapte haar tanden vervolgens woest een aantal keer op elkaar. Haar been maaide wild door de lucht, niets dan pure woede was te zien in haar ogen, ookal was de zee geen ziel die controle had over wat hij deed. Ineens, een dreunend gevoel door haar hoofd, een zwarte schim flitste voor haar ogen langs. Geschrokken deinsde ze even terug, waarop de schim gelijk verdween. Verdwaasd schudde ze haar hoofd wat heen en weer. Ze liet haar hoofd weer naar normale positie zakken. Even was ze overrompeld door het gevoel dat iets in haar het overnam, een gevoel dat ze totaal niet kende. Ze bedacht zich dat ze zich daar maar bij neer zou moeten leggen en probeerde het verder uit haar hoofd te zetten. Een tijdje stapte ze nog langs de branding, haar oren in haar nek en haar neus fier in de lucht gestoken. De lichte fonkeling van het helse vuur dat binnen in haar laaide was zoals altijd ook aanwezig.
Wat er zojuist ook gebeurd was, it felt good to be back!
De vertrouwde, zilte zeelucht waaide door haar lange, witte manen. Fether was een prachtige merrie, daarvoor hoefde je niet goed te kijken. Een slank maar gespierd lichaam, lange benen, en een elegant hoofdje met licht arabische trekken. Haar bewegingen pasten precies bij de bouw van haar lichaam: sierlijk en vederlicht. Een uiterlijk dat je absoluut niet zou verwachten bij een karakter als dat van haar. Zo licht als haar vacht was, zo zwart was haar binnenkant. Niets dan woede en verdriet verschool zich onder haar glanzende, sneeuwwitte vacht.
Een golf spatte op de kust, en de opspattende druppels verspreidden zich over haar vacht. Met haar oren plat naar achter en haar tanden ontbloot schoot ze een aantal meter op de zee af, en klapte haar tanden vervolgens woest een aantal keer op elkaar. Haar been maaide wild door de lucht, niets dan pure woede was te zien in haar ogen, ookal was de zee geen ziel die controle had over wat hij deed. Ineens, een dreunend gevoel door haar hoofd, een zwarte schim flitste voor haar ogen langs. Geschrokken deinsde ze even terug, waarop de schim gelijk verdween. Verdwaasd schudde ze haar hoofd wat heen en weer. Ze liet haar hoofd weer naar normale positie zakken. Even was ze overrompeld door het gevoel dat iets in haar het overnam, een gevoel dat ze totaal niet kende. Ze bedacht zich dat ze zich daar maar bij neer zou moeten leggen en probeerde het verder uit haar hoofd te zetten. Een tijdje stapte ze nog langs de branding, haar oren in haar nek en haar neus fier in de lucht gestoken. De lichte fonkeling van het helse vuur dat binnen in haar laaide was zoals altijd ook aanwezig.
Wat er zojuist ook gebeurd was, it felt good to be back!
-*Navayo*-
I know, flut post :$