Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

Sound of Silence ~Ividanara.

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1Sound of Silence ~Ividanara. Empty Sound of Silence ~Ividanara. ma 30 mei - 7:14

Jack Sparrow

Jack Sparrow

De mist zwoof over de wilde rivier. Twijfelend tussen hemel en aarde. Maar die keuze zou nooit gemaakt worden. Het zou altijd in een eeuwige cyclus blijven rond zweven. Totdat het vervaagd, maar snel wordt het dan weer zichtbaar. Het is raar: De mist die zijn weg wilt kiezen maar het lukt hem niet. Ongetwijfeld ook niet wetende dat het nooit een keuze zou maken. Dat het gewoon onmogelijk zou zijn om die keuze te maken.

Een schim daar in de verte. Met zijn borst tegen de wind in gekeerd. Zijn manen dreigend wapperend, en dansend op het ritme van de sterke wind. Gemaakt door de wilde ongetemde rivier. Als een gek dat de weg kwijt was geraakt, en wist dat het nooit meer de weg zou kunnen terug vinden. Verschijdende paarden hebben en zullen proberen het water, de rivier te temmen. Ze willen er de baas over zijn, maar nooit zal ze dat lukken. Nooit zullen ze nog levend terug komen. Nooit zal de rivier, of het water geleid worden. Plots trekken de mondhoeken van de schim omhoog. Zijn lippen bewogen langzaam en er kwam geluid uit: ’’Nooit. Nooit zal iemand de baas zijn over dit hier.’’ De stem weergalmde terug door het bos. Zijn bebloede lippen, stonden weer op elkaar. En de woorden die hij uit spuwde, warden meegevoerd met bloed dat hij evengoed uitspuwde. Night Dancer was de naam van de hengst. Zijn manen wapperde dreigend mee met de wind. En zijn fier en trots de lucht in geheven staart sloeg tegen zijn flanken aan. Langzaam hief de hengst zijn hoofd, met de oren plat tegen het schedel aan gedrukt omhoog. Hij bekeek het amarantrode bloed dat door de rivier stroomde. Het lijk van een vis, het slachttoffer van een moordlustig wezen, waarvan de soort onbekend was. Het lijk zou nu vergaan, de diepte in van de zee. Voor altijd verloren. Veel verdriet en vreugde achterlatend. Verdween het langzaam.

Night Dancer bleef stok stijf staan. Zijn neusgaten vingen een geur op. Hij greens eenmaal. Niet meer, niks voor nodig. Zijn staart was fier en trots de lucht in geheven. Zijn oren plat tegen zijn schedel, en zijn ogen kil en emotieloos rondzoekend op zoek naar het paard dat hij rook. Zijn tong gleed eenmaal langs zijn mond, het heerlijke bloed op likkend.

Ividanara alleen dank u!

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

Woest kolkte het water tussen zijn oevers. Wit schuim sierde het wateroppervlak. Dit was nog niks vergeleken bij de rivier in de herfst. Dan kon je zelfs bijna niet meer oversteken. Nu was dit niet het geval. Een dik pak wolken zweefden in de lucht boven en aan de zijkanten van de rivier. Het maakte het geheel van de rivier compleet, het maakte hem zoals de meeste hem kenden, zoals de meeste hem gewend waren. Ook zorgde de mist ervoor dat details minder goed te zien waren. Je kon nét de grond nog onderscheiden tussen het witgrijze brouwsel. Maar de mist belemmerde wel het zicht op de plantjes die langs de waterkant groeide van het water dat soms over de randen heen liep. Hier en daar waren in de mist lichtere plekken te zien waar de zon door de mistbank probeerde te trekken. Onvermoeibaar woei de nog zachtjes door de bladeren en plantjes. Soms brak een zonnestraal door het bladerdak en verwarmde het aardoppervlak.
Haastig trok een zwarte, pure merrie haar benen van de grond los. De souplesse van haar passen was ronduit geweldig, perfect. Iedere spier, iedere kreukel zat op de juiste plek op haar lichaam gebonden. 4 Lange, ranke voerde gemakkelijk, lenig & vlot haar lichaam mee naar de plekken waar zij naartoe wilde. Ditmaal wilde ze de wilde rivier oversteken, ze moest wilde ze naar een ander gebied trekken. Lippen krulde vastberaden in een ijzige greins. Iedere detail van haar goed gevormde hoofd was perfect uitgewerkt. Deze ongenaakbare merrie wist zeker dat ze deze rivier met gemak zou kunnen oversteken, maar ze voelde er niet echt veel voor om verschrikkelijk natte en vieze benen te krijgen. Een zucht verliet het keelgat van de fries toen ze haar eerste been het water in zette. Ijskoud water spatte aan weerszijde van het been omhoog. Toch nam de merrie hier geen notitie van, ze zou zich door het water niet laten wegjagen. Veerkrachtig gooide ze haar lichaam de lucht in. Ookal was de rivier niet al te diep , stroomde deze wel erg snel en toch wist ze zich nog verekt goed overeind te houden. Zelfs voor een merrie die net een veulen geworpen had. Door de mistbank kon ze niet al te veel onderscheiden; haar ogen moesten ook nog even wennen aan het witte vloeisel om haar heen. Nog enkele stappen en ze had probleemloos de overkant bereikt. 4, 3 , 2 , 1 telde ze langzaam af. Toen stond de friese merrie op de kant. Gevoelige oortjes stonden iets wat op omhoog uit haar manenbos zodat ze nogsteeds geluiden goed kon opvangen. Maargoed ook wat een paar seconden later hoorden ze het knarsen van takken. Nog een wonder dat ze dit kon horen met de krachtige rivier naast haar. Flexibel draaide ze zich om naar het geluid. Moeiteloos en ongedwongen bewoog ze zich richting de plaats waar het geluid vandaan kwam. Door begroeide bomen en struiken kon ze een schim ontdekken. Een greins golfde over haar gelaat. `Wie is daar ?!´ moest ze roepen om boven het geluid van de rivier uit komen. In de ogen van de merrie ging de hengst helemaal op in zijn eigen wereldje samen met de natuur. Maar natuurlijk kon dit evengoed een valstrik zijn. Ze besloot maar af te wachten. Toch was het vlezige bundel in haar lichaam, de spieren, aangespannen. Niemand op deze wereld kon de gitzwarte merrie nog vertrouwen.

Jack Sparrow

Jack Sparrow

‘Wie is daar?!’ Night Dancer keek op, wie verstoorde hem uit zijn gedachte? Wie riep naar hem, en stoorde hem? Dancer zwiepte met zijn staart. En bracht zijn sterk en zwaar gebouwde lichaam tot beweging. Langzaam, maar steeds sneller. Krachtig met grote passen liep hij op de merrie af. Dancer keek rond. Uiteindelijk viel zijn blik op een zwarte merrie. Hij hoorde wat takjes kraken. Maar dat negeerde hij. De rivier kolkte wild tegen zijn rand aan. Night Dancer stopte even. En wachtte af. Uiteindelijk liep hij door. Hij stopte voor de merrie. Zijn oren bevonden zich in zijn manen bos. En zijn staart was fier en trots een stukje in de lucht geheven. En zijn hals sierlijk gekruld. Night Dancer zuchte en begon maar: ’’Waar ben je bang voor merrie?’’ Vroeg hij rustig, Dancer laste even een kleine pauze in en vervolgde: ’’Ik ben het maar.’’ Waren zijn valse woorden. Een klein grijnsje sierde voor even zijn mond hoeken. Night Dancer zwiepte met zijn staart. Even richte hij zijn blik achter zich. Zijn hoef stappen hadden zich gevormd in de harde grond. Night Dancer slaakte een zucht. Gewoon een simpele zucht. Dancer wachte af op antwoord. Zijn benen zaten vol met littekens, maar ook bloedspetters waren erop te bekennen. Dancer vond het zelf totaal niet mooi als iemand vol zat met littekens en bloed. Nee, hij walgde ervan. Ja, Night Dancer had zelf ook de adrenaline door zijn aderen te pompen. Maar altijd maar littekens krijgen en maken. Nee, dat was niks voor hem. Zo had Night Dancer zelf ook maar enkele littekens. Behalve zijn benen. Nou ja, tot zijn koot, was het littekens en bloed spetters maar ook modder. Maar die plek deerde hem niks. Dancer fronste zijn wenkbrauwen toen de merrie nog steeds niets zei. ’’Wat is je naam?’’ Night Dancer keek haar aan, zonder enige schaamte keek hij recht in haar ogen. Recht in haar ziel bij wijs van spreken.

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

Een gure wind streelde haar kaaklijn, liet haar manen bij elke pas opkomen. Het tikken van hoeven kwam dichterbij, nog steeds had het paard voor haar, haar nog niet ontdekt. Ze richtte haar ontoegankelijke blik op de tracerende hengst. Expres stapte ze op enkele takjes om te laten weten waar ze was. Ja ze nam een risico, maar zonder risico's was het leven niet leuk meer. Risico's hoorde nou enkel bij haar leven. Ivi had een dominante aangenomen maar toch stond ze er enorm imponerend bij. Manen dansten als een trots vaandel op haar schouder en enkele verdwaalde gitzwarte lokken belemmerde haar zicht. Een lange voorpluk hing voor één van haar ogen en werd soms even opgetild door de wind. Majestueus krulde ze haar hals op waardoor de spieren in haar hals werden aangespannen en onder haar vacht vandaan bolden. Langzaam kwam de hengst tot stilstaand voor haar. De hengst zuchtte, waarom kon ze niet concluderen. Blijkbaar dacht deze rocky mountain hengst dat hij wel heel wat was met zijn staart in de lucht geheven. Dat was helemaal niet kenmerkend voor zijn ras. `Waar ben je bang voor merrie? Ik ben het maar.´ Tussen de twee zinnen hield hij even een pauze. Ieder woord liet hij vals klinken. Na deze woorden greinste hij lichtjes. Vanbinnen was Ivi allang in een spottende lach geschoten maar van buiten was haar houding onveranderd. Alleen sierde een spottende greins haar mondhoeken nu en liet ze even omhoog krullen. `Inderdaad; jij bent het maar. Ik kan wel ietjes meer verwacht dan alleen 'jij'. Teminste een behoorlijke tegenstander. Maargoed je kan niet alles krijgen wat je wil hé. Ik geloof trouwens dat jij wel helemaal weg bent van jezelf. Nou ik kan je vertellen; je bent idoot. In iedergeval daar gedraag je je naar.´ Deze woorden sprak ze nuchter en toch met een zachte stem uit. Afwijzend draaide ze even haar hoofd van hem weg en zwiepte nonchalant haar staart in zijn richting. Hierna richte ze haar donkere ogen weer op hem, enkele fonkelingen waren te zien in haar ogen maar voor de rest droeg ze een masker en was haar blik ondoorgrondelijk. Teminste bíjna dan, er was ook een kwade glans in te zien en de trekken van haar gezicht waren een beetje spottend samengetrokken. Rustig wiegde ze haar gitzwarte staart heen en weer. Tussen de begroeiingen van de rivier was Ivi vrij moeilijk te onderscheiden met haar donkere kleur. Toch had ze net zoals de meeste friesen een paar puntjes haar die zomers in een donkerbruine kleur overliepen en als de zon op haar vacht scheen was haar vacht nét niet helemaal zwart. Maar hier in de shaduw was ze bijna niet te zien, een soort van ontzichtbaar was ze dan. Wel hoefde ze hier geen gebruik van te maken, ze was toch voor niemand bang. Het oplettende oog van de merrie zag hoe de hengst zijn wenkbrauw optrok. `Stoer doen, stoer doen´ neuriede ze spottend. Ze keek hem aan en grimaste kort. Toen trok de hengst zijn grote mond weer open en Ivi haar oorschelp ving ieder woord perfect op. `Wat is je naam?´. Nogmaals neuriede ze hetzelfde als toen de hengst haar zo doordringend aan keek. Hierna stak ze weer sirieus haar hoofd in de lucht en keek hem statig aan. `Ik vertel niks zolang jij de jouwe nog niet hebt verteld. Jij eerst´. Deze woorden beet ze hem toe. Ze kwamen krachtig aan, net als de beet van een adder. Haar donkere ogen bleven hem aanstaren en probeerde zonder woorden ervoor te zorgen dat hij ging praten.

Je kan niet zomaar beslissen of Ivi niks zegd of niet hea ;P

Jack Sparrow

Jack Sparrow

’’Als ik jouw ‘praatjes’ hoor. Merk ik er toch wel duidelijk op dat jij helemaal weg bent van jezelf weetje.’’ De hengst greens sinister, en zei: ’’Ach. Aangezien jij idioot bent, met je praatjes en ‘gedachtes’ is het begrijpelijk dat je me idiot vindt. Ik neem het je niet kwalijk hoor.’’ Zei hij bijna meedelevend, je zou het geloven als het niet kort Daarna veranderde in een sinister vermakelijke blik. Hij schudde zich uit, bloed stroomde uit zijn mond. En vormde een vaag plasje bloed. Dat verlicht werd door een licht flits. Vlak Daarna Gevolgd door een oorverdovend gedonder. En regen druppels die machtig uit de lucht vielen. ’’Ik zie het al. Alleen en verlaten door haar kudde en familie.’’ Sprak hij sinister en vermakelijk. Een vermakelijk glimlachje sierde zijn donker bruine mond. ’’Jammer, maar begrijpelijk. Aangezien zelfs een kip meer hersens heeft dan jij.’’ Sprak de hengst rustig. Zijn manen waaiden dreigend mee met de wind terwijl hij op antwoord wachtte.

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

Even krulden haar mondhoeken omhoog in geamuseerde greins. Ze genoot van het aanzien van de hengst. Het zetten haar hersens aan het denken. Het denken aan de Friese hengst wiens naam zeker bij hem gepast had. Hij en deze hengst waren zo verschillend. Vanzelfsprekend kon deze hengst niks beginnen tegen Unreal. Ze had hem niks voor niks uitgekozen als de vader van haar eerste veulen. En ze had de juiste keuze gemaakt, de god van de oorlog was geboren. En zij, zij had het geluk dat de duivel haar dit wezen had gestuurd. Thor, haar zoon, zou het evenbeeld van de duivel zijn. Wie weet, zou hij zelfs geen onderdaan meer zijn van het het machtigste wezen ooit, zou zijn ziel niet meer bestuurd worden door deze krijger wiens naam ookwel bekend stond lucifer of Satan. Degene die zij , toen zij geschapen werd door dit wezen , ontmoet had. Door hem was zij uitgezonden deze wereld vrij te maken van degene die hem vreesde. Degene die na hun dood naar de hemel zouden trekken, maar dan was het te laat. Ivida's lichaam had enkel de vorm van een paard aangenomen , maar haar ziel werd bestuurd door de duivel. Thor zou ,wanneer hij volgroeid was, de duivel kunnen verslaan in een gevecht. Een gevecht tussen vader en zoon, een gevecht tussen de twee machtigste paarden die de wereld ooit maar had kunnen aanschouwen. En omdat haar gitzwarte zoon god van de oorlog was zou hij het winnen. Zou haar ziel tevens niet meer bestuurd worden door de duivel maar door haar zoon, wiens ziel nog slechter was.
Ivida knipperde met haar lange wimpers rechtte haar blik en keek hem met dezelfde nonchalance als altijd aan. Zoals altijd straalde de gitzwarte merrie iets duivels uit, iets dat niet veel te omschrijven. Iets dat eerst met het blote oog bekeken moest worden voordat het te begrijpen viel. Een merrie die niet zou terug deinsden voor het kwaad, voor wie men bang zou zijn wanneer ze ook maar een stap dichter naar het kwade toezetten. Iedere zet van haar leven was perfect uitgedacht, verzonnen door een geniaal brein en uitgewerkt in een merrie van vlees en bloed. Terwijl ze haar blik rechtte kon ze niet verkomen dat ze een walgend geluidje maakte toen haar blik weer op de hengst gericht was. Hij was klein, wat niet meer dan normaal was voor het ras dat door zijn aderen stroomde. En dan wanneer hij, net zoals nu, zichzelf groot had gemaakt, dominant, zag het er allemaal erg klein uit omdat het gewoon een ukkepuk was. Hoewel zijzelf ook redelijk klein was voor haar ras , was ze zeker groter dan hem. Was ze ook wat breder gebouwd, maar had ze toch een slank en rank lichaam. `Als ik jouw ‘praatjes’ hoor. Merk ik er toch wel duidelijk op dat jij helemaal weg bent van jezelf weetje. Ach. Aangezien jij idioot bent, met je praatjes en ‘gedachtes’ is het begrijpelijk dat je me idiot vindt. Ik neem het je niet kwalijk hoor.´ De hengst leek zichzelf enorm grappig te vinden, want hij greens bij ieder woord. Een karaktereigenschap dat hem niet sierde. Als het wezen nou eens goed bij zijn hoofd was , had hij bedacht dat hij eerst eens de reactie van het andere paard moest afwachten voor hij het stond uit te lachen. Maarja dit was natuurlijk weggelegd voor zo iemand als hem. Het was dan ook niet gek dat ze haar wenkbrauw omhoog had gehaald en hem nog eens doordringend had aangekeken. Hem laten weten dan fout bezig was, maar dat was haar zaak niet. Hij kon doen en zeggen wat hij wilde zonder dat het haar ziel raakte. Haar ziel kon geen gevoelens vatten, leek allergisch voor alles wat daarmee te maken had. `Niet anders te verklaren voor een beauty als mij´. Haar stem was zo aangenaam , zo zoet maar tegelijkertijd zo intens koud en nuchter dat het duidelijk was dat een hier een geniaal brein achter zat verscholen. `Tevens heb ik geen zin een ja/nee strijd aan te gaan. Iets waar jij je blijkbaar wel tot toe hebt laten verleiden, maar zo diep zal ik niet zakken´. Iedere hengst zou wel betovert moeten worden door de manier waarop Ivida met haar ogen een hengst vasthield. Het zou ook niet de eerste keer zijn dat ze de aandacht van een hengst getrokken had , waarna ze deze weer als een stuk vel had achtergelaten. `Ik zie het al. Alleen en verlaten door haar kudde en familie. Jammer, maar begrijpelijk. Aangezien zelfs een kip meer hersens heeft dan jij.´ Meteen was het voor de friese merrie al duidelijk wat voor een bizarre gedachte er rondspookte in het binnenste van de hengst. Ook een feit was dat de hengst dacht dat hij gedachte kon lezen. Ze had nooit of de nimmer in een kudde gezeten en blijkbaar was ze opeens door haar kudde verlaten? Apart, om het zo maar te zeggen. Haar vader was de duivel, wie haar ziel nog steeds aanstuurde en waar ze dus zeker niet door verlaten was. En haar moeder? Tja dat paard kon ze zich niet meer herinneren. De merrie zou waarschijnlijk alleen maar voor de duivel het veulen gedragen hebben, want Ivida was al vroeg verlaten door haar moeder. Daardoor was ze op proef gesteld. Moest een jong veulen zien te overleven zonder iemand die haar daarbij holp. Het was dan ook niet al te gek dat ze al het lof van de duivel kreeg. Ze had overleefd in de meest onbegrijpelijke toestanden. Moest ze steeds nadenken of ze niet was beland in een andere dimensie, maar telkens was het niet het geval. `Juah, maak de duivel maar uit voor een kip zonder kop. Later zal hij je ervoor straffen. Ook zal ik je vertellen dat je zoals je misschien wel denkt geen gedachten kan lezen. Nog nooit heb ik een kudde gediend. Mijn moeder heeft me als jong veulen gedropt, waardoor mijn vaardigheden op proef zijn gesteld. Mijn vader is een hele andere kwestie, een die jij niet zal snappen. Daarvoor moet je de ziel van een werkelijk slecht paard hebben. En het blijkt maar weer dat je die niet hebt, want je weet niks over dit persoon´. Het was voor haar zwart op wit geschreven dat dit een van de domste wezen was die ze ooit had ontmoet. Maar niet meer dan logisch want hij was niet door hetzelfde brein ontwikkeld als haar.



~Wtf? Waar zijn nacht ballerina's puntjes ?

Jack Sparrow

Jack Sparrow

Night Dancer keek de merrie achterdochtig aan, blijkbaar vond ze haar zelf heel goed. Aan de manier waarop ze praten te horen, Night Dancer trok zijn wenkbrauwen op en rolde met zijn ogen. ’’Dat betwijfel ik me.’’ Zei hij kil en duister. Hij schraapte met zijn hoef over de grond en keek de merrie aan. Hij deed net of hij de laatste zin van de merrie niet hoorde, en hield zijn blik in haar ogen, hij keek ook maar geen fractie van een seconde ergens anders naar toe. Zijn spieren rolde even onder zijn chocolade kleurige vacht, toen hij zijn been even bewoog. Maar zijn ogen bewogen geen millimeter ergens anders heen. De grijns was alweer van Night Dancer zijn gezicht getrokken. Hij keek de merrie doordringen en venijnig aan, met zijn hoofd fier en trots de lucht in geheven. ’’Blijkbaar weet jij ook niet alles over dit persoon genaamd ‘de duivel’. Tevens noemt iedereen zich de laatste tijd een duivel.’’ Night Dancer grijnsde niet, hij deed niks, geen enkele emotie was te herkennen. Dancer wist dat de merrie wisat wat hij bedoelde, het was geen merrie zonder hersens evenmin als Night Dancer die heus wel een stel hersens in zijn kop had, hij vond het alleen grappig om te zien hoe erg paarden zich aan Night Dancer ergeren, en hoe hij ze tot denken maakt dat hij geen hersens heeft, noch wil of kan hij gedachte lezen. ’’Blijkbaar, voel jij je veel te goed voor mij, maar toch zal ik je vertellen dat ik zeker wel een stel hersens heb, noch dat ik gedachte wil of kan lezen, aan jou de keuze tot hoever mijn hersens gaan. Maar ik zal je ook zeggen dat ik niet zo diep zou zinken als de hengsten die zich door jou blik laten verleiden.’’ Night Dancer snoof schamper. Stampte even met zijn hoef op de grond om een vlieg te verjagen die er aanzienlijk minder kwamen. Goed vond Dancer aangezien hij zich behoorlijk begon te ergeren aan het feit dat ze altijd maar op je zaten.

[ik haal het lang niet bij jou, maar hoop dat je hier wat mee kan.]

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

Slierten mist dansten rond haar gitzwarte gezicht en belemmerden haar voor een deel het zicht. Gretig snoof ze de zilte geur van het water op. Langzaam maakte de grafietzwarte merrie zich los uit de mist en nam ze een vaste vorm aan. Een straal zonlicht, die het gelukt was door het bladerdak boven de rivier door te dringen, viel over haar glanzende vacht heen om het een mysterieus uiterlijk te laten geven. Prestigieus krulde ze haar hals op en boog haar edele hoofd strak gespannen tegen haar borst aan waardoor haar oog in het strook licht belandde en er een uitdagende blik in haar cyaan blauwe ogen werd vast gelegd. Haar krullende wimpers wierpen lange schaduwen over haar neus heen, als lange strepen. Elke spier in haar lichaam wees erop dat er slecht bloed door haar lichaam werd vervoerd, voort gepompt door haar hart, zo zwart, dat enkel het geniale brein van de duivel en de dood , volgens Ivi zelfs één persoon, ontwikkeld kon zijn. Iedere detail was met zoveel perfectie uitgewerkt dat men niet anders kon doen dan met open ogen en open hangende mond toe kon kijken hoe zij voortbewoog over deze eeuwige vlakte, de vlakte van het leven. Een nog donkerdere schaduw als kort tevoren viel over haar minstens even gitzwarte lichaam heen, als een doek waardoor het leek of haar achterste in het niks verdween, als een soort dekmantel die hier, in de schaduw, áltijd in haar voordeel werkte. Haar gezicht was vlak als marmer, geen enkel gevoel werd getoond door haar perfect uitgewerkte gezichtstrekken. Zoals ze hier stond, geen enkele spier bewegend, leek ze net uit gehouwen uit het porselein. Breekbaar en gevoelig. Maar wanneer je beter keek zou je te weten komen dat dat júíst de twee slechte woorden waren waarmee je haar kon beschrijven. Het paste absoluut niet bij het paard wiens zaak het was overal en nergens dood en verderf te zaaien. Een wezen geschapen door lucifer, met een klein beetje hulp van Chaos. Het diepe gat wat je pas leerde kennen waarna je er zelf ingesprongen was. Ivi was een van deze personen geweest, zogezegd misschien wel het énige persoon dat het binnenste van griekse god tot op de bodem had uitgezocht. Enkel totale wanorde , een levenloze klomp ruwheid had ze hier gevonden. Uiteindelijk was dit uitgewerkt tot een bestaande materie, de sensationele merrie Ividanara was het gevolg ervan. Haar gezicht glom opgetogen wanneer ze haar hoofd eventjes fier omhoog tilde. Elk woord, elke beweging van de hengst tegenover haar werd door haar kritische oog opgevangen. `Blijkbaar weet jij ook niet alles over dit persoon genaamd ‘de duivel’. Tevens noemt iedereen zich de laatste tijd een duivel.´ Dit gesprek was écht énorm saai en ze stond op een soort slaapmood waarin ze elk moment in elkaar kon zakken. Niet dat ze dat zou doen, zo dom was ze nou ook weer niet. Haar scherpzinnige brein verwerkte elk van zijn woorden en creëerde een antwoord. Nu rolde dit over haar lippen: `Blijkbaar weet ik ook niet alles? Hoezo 'blijkbaar' ? Kom, ik weet tenminste wanneer ik de duivel beledig, en dát , bruine, zal ik nooit doen. Alleszins is er maar één duivel, één dood en één chaos, en ik ben het gene wat met hun samenwerking eruit kwam. Zo ben ik nog beter dan deze wezens, en ik zal een hengst zoeken om me mee voort te planten. Een die minstens even slecht is , en dán zal er nog een slechter wezen geboren worden´. Haar ogen blonken fel in het licht dat haar over haar hoofd gevallen was. Haar huid leek graniet, zo glad leek deze onder de kracht van de goudgele zonnestralen. Een onbuigzame kracht welde omhoog in haar spieren, en even bewoog haar spierenbundel van rechts naar links. De beweging aangezet door haar lichaam was niet automatisch, was enkel om haar kracht te tonen. `Blijkbaar, voel jij je veel te goed voor mij, maar toch zal ik je vertellen dat ik zeker wel een stel hersens heb, noch dat ik gedachte wil of kan lezen, aan jou de keuze tot hoever mijn hersens gaan. Maar ik zal je ook zeggen dat ik niet zo diep zou zinken als de hengsten die zich door jou blik laten verleiden.´ Ditmaal reageerde Ivi anders dan de voorgaande keren. Haar furieuze uitstraling was prachtig, prachtig voor wie de duistere kant aan eerde. Dominant waren haar schouders opgeheven, keek ze hem met haar onheispellende blik aan die gevuld was van duivels plezier. Ze bracht haar ijzersterke , pezige lichaam wat dichter naar hem toe. Zo dicht dat ze nét niet haar lichaam om hem heen kon krullen. Aan niets van haar lichaam was te zien wat voor een cruciaal plan er dit keer door haar heen spookte. Haar warme adem liet zich nu vallen achter zijn oor, wat aangaf dat ze haar hoofd had opgeheven en hem bij zijn oor hield. Ivi´s blik was geamuseerd en ze priemde haar ogen in de zijne. `Dat klopt, die hengsten kúnnen niet zinken want ze zijn dood. Dood verrot en slecht. Misschien kan je bewijzen dat je werkelijk slecht bent, ik zou je een opdracht kunnen geven. De duivel zal dan helpen bij de keuze of jij werkelijk slecht bent´ kalm was haar stem, evengoed barbaars en bloeddorstig.


Ik dacht; al onze paarden zijn vijanden dus ik geef ze een kans,

Jack Sparrow

Jack Sparrow

Zijn oren lagen roekeloos in zijn schedel, zijn hoofd had hij in de lucht geheven. Evenals zijn staart. Hij keek de merrie venijnig en sinister aan. Zijn mondhoeken krulden heel eventjes omhoog bij haar woorden. Daarna stonden ze weer als altijd sinister en kil. Terwijl zijn tong even langs zijn mond gleed. Verlangend naar het bloed dat hier voor hem stond, maar nog steeds was hij geen roofdier opzoek naar zijn prooi. Hij was de prooi van de vele roofdieren die dachten hem te vermoorden. De prooi van dit paard dat hem ook niet zou vermoorden noch ernstig verwonden. Zijn blik staarde de merrie bijna gefascineerd aan, opzoek naar iets wat zei wat voor wezen dit ongekende dier was. Hij wist nog steeds niet hoe de merrie heette. `Blijkbaar weet ik ook niet alles? Hoezo 'blijkbaar' ? Kom, ik weet tenminste wanneer ik de duivel beledig, en dát , bruine, zal ik nooit doen. Alleszins is er maar één duivel, één dood en één chaos, en ik ben het gene wat met hun samenwerking eruit kwam. Zo ben ik nog beter dan deze wezens, en ik zal een hengst zoeken om me mee voort te planten. Een die minstens even slecht is , en dán zal er nog een slechter wezen geboren worden´ Hij keek de merrie nog steeds aan, strak staarde hij je zou bijna kunnen zeggen gefascineerd door haar ziel heen. Alsof ze iets onzichtbaar was. Zijn hals werd gekruld en zijn spieren waren extra goed zichtbaar terwijl zijn neus sterk voor zijn borstkas hing met opengesperde neusgaten. Terwijl die langzaam dichtgingen of dunner werden bereidde hij een antwoord voor. ''Maar ik beledigde dé duivel niet, ik beledigde een van zijn volgelingen. Nou word ik liever bij mijn eigen naam genoemd grote zwarte slechtheid.'' Sprak hij kalm en kil uit. Hij voelde de adem van de merrie achter zijn oor, toen die bijna tegen hem aanstond. Zijn mondhoeken krulden even sinister op toen hij haar volgende woorden hoorde. Dus ze wou hem een opdracht geven. Night Dancer priemde zijn ogen strak in de hare, en trok even een wenkbrauw op. Maar toen hij begon te praten zakte die weer. ''Nou zwart paard, je kan me de opdracht geven. Maar nou voer ik hem niet uit zonder namen. Night Dancer is de mijne zeg me nou jouw naam, grote zwarte en laat me de roekeloze opdracht uitvoeren.'' Zei hij sinister met een dodelijke blik in zijn onheilspellende ogen.

[Doe jij dat maar eens grote zwarte slechtheid Sound of Silence ~Ividanara. 11631]

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

Haar onheilspellende blik was hem op gevestigd. Ivi was verdoemd, een paard van het ras dat men ook wel demonen noemde. Zij die god de rug had toegekeerd. De duivel had haar zo gecreëerd dat haar hart zwarter was dan vele op deze wereld, en dát moesten de andere zogenaamde slechtzakken maar eens leren acepteren. Ze wisten nog niet waar Ivi tot in staat was maar dit maal had de jonge hengst, wie beweerde dat hij tot hetzelfde slechte ras als haar behoorde, helemaal gelijk. Een grote zwarte slechtheid was beschrijving die wel eens goed bij haar zou kunnen passen. Haar lippen trokken omhoog in een donkere , geamuseerde greins. En ja, deze grote, zwarte slechtheid was onvoorspelbaar en exentriek. Een en al spier, een groot brok zwarte materie. Nee geen brok, daar was deze merrie veel te elegant gebouwd voor. Haar lichaam was een combi van slechtheid en pure perfectie wat haar zo prettig voor het oog maakte. Rustig bewoog ze met haar krachtige, vloeiende passen om haar blikpunt heen -de hengst-. Nog steeds lag daar die geamuseerde greins in haar speelse ogen, want ja ze speelde met de hengst. Ze reageerde op zijn énorme, onnodige kilheid die alles van zijn lichaam uistraalde. -Whahahahaha, héél grappig. Werkelijk, dat er gewoon van die lijpo's waren dat ze dachten bij haar wat uit te kunnen halen door heel sneaky een kwade blik te trekken. Éérst zien dan geloven. Ze trok sexy haar wenkbrauw(voor zover paarden die hebben xd) omhoog en ze richtte haar intermitterende blik naar hem toe. Venijnig zwiepte haar staart door de lucht en wervelden dan weer achter de merrie aan of het aangewakkerde vlammen waren. Enkel de kleur verried dat dit haar staart was, maar verder was het niet te zien. `VOLGELING?´ schaterde ze `Ik ben wel héél wat meer dan een simpele volgeling´. Haar stem , waarmee ze bevelen al gecommandeerd had, drong tot de meeste paarden wel door. Misschien was het zelfs de melodie , zo prachtig, die ze nooit zouden vergeten. Velen hadden zich er al door laten verleiden en wanneer dat gebeurd was zou je pas enkele seconden later de betekenis van haar woorden, of de inhoud zelf, snappen. En dan was het te laat, want dán had ze je als haar prooi gemerkt en was er geen ontkomen meer aan. Dan zou je voorgoed naar de hemel- of hel, maar dat leek niet erg logisch voor hen die in haar streken trapten- vliegen ,schoppen was een beter woord. Langzaam werden de passen van de merrie langer en driftiger. Of een bepaalde woede die van binnen aanwakkerde er voor zorgde dat haar hele lichaam deze emotie uiten op een fysieke manier. De friese merrie was mentaal sterk, en dat was altijd in haar voordeel. Maar ze was er altijd van overtuigd geweest dat je fysiek evengoed moest zijn, en haar langdurige trainingen waren dan ook nog láng niet voorbij. Soepel schoot ze langs de hengst, was haar snelheid in een enkele , vurige streep veranderd. Temperamentvol schoten haar benen langs de oever van de rivier tot haar brein haar vertelde dat ze genoeg afgekoeld was. Geluk, had deze hengst dat haar emotie's dit keer niet op zijn lichaam afgevuurd waren. Rustig, alsof er niks aan de hand was geweest, koel of het de normaalste zaak van de wereld was. Ze sloot zich weer naast zijn flank en wachtte even zodat de hengst kon nadenken over wat er gebeurd was. `Hè?´ een sterke geur drong door tot haar neusvleugels die nu wijd opengesperd waren `Pefect! Perfecte timing´ . De merrie had iets opgemerkt dat de meeste andere niet eens opviel. Een groot luipaard was dicht in de buurt. En dat maakte de hengst zijn eerste opdracht. Een greins trok over haar smoel, dat moest een makkie worden. Helaas, want het liefst wilde ze dat hij de aanval niet zou overleven en ze de laatste stukken vlees van zijn lichaam kon scheuren. Dit deed ze altijd, om te laten zien dat ze ab-so-luut geen respect had voor de ziel die binnen in het paard had gezeten. `Nou zwart paard, je kan me de opdracht geven. Maar nou voer ik hem niet uit zonder namen. Night Dancer is de mijne zeg me nou jouw naam, grote zwarte en laat me de roekeloze opdracht uitvoeren.´ Bwah, dat was een stom tegenvoorstel, daar kon ze wel mee leven hoor. Een naam was niks in het miezerige leven van dh, hoewel de paarden er toch enorm veel druk op lette. Het ging toch werkelijk alleen om wat er diep van binnen in zat? Whatever. `Ividanara. Opdracht1: Gebruik je zintuigen Night dancer, vind uit wat je opdracht is. Iemand die werkelijk op zijn hoede is weet wat er aankomt. Hiermee word je brein getest en het tweede deel van deze opdracht zal gemakkelijker -tenminste dat hoop ik voor je want het is een eitje- voor je zijn. Breng het naar me toe, zodat je , wanneer je dit overleefd hebt, samen met mij het vlees van zijn lichaam kan scheuren´. Nog voor haar zin was afgelopen was de merrie al verdwenen. Ze zou hem in de gaten houden, maar zonder dat hij dat merkte, al zou hij weten dat ze er ergens was. In ieder geval was ze nu totaal aan het oog onttrokken, onzichtbaar vanuit het blikveld van de hengst.

Jack Sparrow

Jack Sparrow

Night Dancer liet Ividanara maar even uitbrabbelen, liet haar maar even haar zegje doen. Met iet wat meer oor luisterde hij naar haar opdracht, terwijl hij glazig voor zich uit staarde. Een grijns trok even rond Night Dancer zijn smoel. Hij wist dat Ividanara hem in de gaten hield. Night Dancer deed niet alsof hij diep nadacht, in tegen deel, dacht hij ook niet diep na, nee hij stond gewoon daar helemaal alleen. Roekeloos voor zich uit starend. Alleen al de gedachte, aan wat hij wist dat er zo dadelijk zou komen maakte het voor hem aantrekkelijk, het aanzicht zelf nog meer. Zijn oren waren naar achter gericht, en wel degelijke emoties waren er te zien in zijn gezicht, ze waren alleen niet te omschrijven. Zijn ogen straalden een sinistere gloed uit, abrupt draaide hij zich om toen hij een takje hoorde kraken. Dancer had een sinistere emotie op zijn gezicht staan, eentje die echt niet te omschrijven was. Hij keek het beest dreigend aan, zijn hoofd laag. Night Dancer ging mee in de bewegingen van het dier, die nu rondjes om hem heen liep. Opeens schoot het dier naar voren. Night Dancer ook, net voor de sprong van de poema, de scherpe nagels van het beest kraste langs zijn nek. Night Dancer steigerde hoog en maalde met zijn benen, terwijl hij het beest in de lucht gooide, die met een plof weer op de grond kwam. Nogmaals steigerde Night Dancer hoog. Dit keer kwam zijn hoef, op de staart van de poema, die machteloos overeind probeerde te krabbelen, maar het niet lukte, doordat Night Dancer op zijn staart stond. Met een vermaakte glimlach op zijn gezicht, tilde Night Dancer zijn andere voet op, die genadeloos op het hoofd van het dier knalde, waardoor je verschillende botten hoorde kraken, gevolgd door een luide 'plof.' Night Dancer had het bloed nog door zijn keel stromen, toen de poema neer viel. Daarna draaide hij zich om. ''Dat.'' Begon hij. ''Was leuk.'' Zei hij moordlustig met zijn rauwe stem. De snee in zijn hals prikte akelig, maar Night Dancer trok zich er niks van aan, weer staarde hij verveeld voor zich uit. Wachtend op Ividanara.

---Ben niet de beste in vecht posten schrijven---

Ividanara

Ividanara
The Beautiful Nightmare

De geur van het gore wezen, ookwel de poema, drong nu diep door tot haar neusvleugels. Night Dancer wist heel goed dat ze naar hem keek, en het kon haar niks schelen. De duisternis van de planten die haar omringden zorgden dat ze niet zichtbaar was maar ieder met een goede neus wist waar ze stond. De hengst stond klaar, klaar om de strijd aan te gaan met het wezen. Een zwartgele streep schoot langs zijn lichaam maar de hengst was sneller, maar het ging net goed. Ze keek hoe hij steigerde op het beest belandde en er een einde aan maakte. Toen draaide de hengst zich om. `Dat. Was leuk´ waren ze woorden, hij leek het allemaal erg saai te vinden. En toen volgde een lange stilte, enkel de wind met het eeuwige geruis stoorde nu en dan rustige atmosfeer. Ivi schudde ze haar barokke lichaam en plaatste dan haar hoef met een zware plof naar voren. Langzaam schreed zij de bosjes uit, elegant, sierlijk en toch met een tred van een duivel. Nu waren haar hoeven het geluid dat de stilte had verstoord. Een lange , donkere schaduw volgde haar lichaam, deed precies wat zij deed. Net of het haar ziel was die haar lichaam volgde, want soms leek het werkelijk of de merrie geen ziel beheerste. Dan leek ze enkel een gespierd, beeldschoon stuk vlees. Maar ze was meer dan dat, Ivi was een paard met een brein, een superieur brein zo nog wel gezegd. Het gelaat van de friese merrie was zo glad als marmer. Een boom wierp een uiterst donkere schaduw over haar lichaam. Haar wimpers krulden omhoog en haar fonkelende , diepe ogen waren goed te zien. Hier zag ivi er even adembenemend mooi uit als bloeddorstig en barbaars. Het waren de beelden van een paard die je alleen in je allerergste dromen tegenkwam, zij was het kwaad zelve. `Night Dancer, je bent geslaagd, maar dat wist je zelf ook al. Ik vertrek, maar roep mij als je iets weet over de voortgang van de strijd tussen goed en kwaad, we zullen elkaar spoedig weerzien´ waren haar formele, toch dodelijk woorden. Haar blik rustte op hem, noch haar gezicht, noch haar ogen verraadde wat zij voelde. Geen emotie nam de overhand. Er was enkel één ding wat er op haar gezicht speelde...
De blik van een duivel.

&& En dan loopt ze dus weg zegmaar :') Je kan nog wel een keer posten maar dan is het topic uit oké?

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum