Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

To give up was never an option ~ Fawn.

4 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

Nevaeh

Nevaeh

F A W N





Als vanuit het niets kwam het. Als vanuit het niets dwarrelde het vanuit de hemel naar beneden, om de aarde met haar koude vingers voor eens aan te raken en zich vervolgens op te hopen. Sneeuw. Wit als het was, zacht als het was. Toen de eerste vlok zich liet zien, haast twijfelend of hij wel op deze aarde thuishoorde, wendde de inktzwarte merrie haar hoofd omhoog. Ze liet haar blik over het dikke, haast zwarte wolkendek glijden, wetend dat het niet bij één vlokje zou blijven. Het zou gaan sneeuwen, en hard ook. Ze vond sneeuw altijd al fascinerend. Ze hield van de winter. Haar vacht, die de kleur van inkt had, was de laatste tijd dikker geworden, als natuurlijke reactie op de weersveranderingen. Hoe lang geleden was het dat ze de zon op haar vacht voelde schijnen? Dat de bosdiertjes vrolijk door het bos dwarrelden, niet wetend dat de winter voor de deur stond? Al een tijdje geleden, maar de merrie miste het alles niet. Wat ze wel miste was een kudde. Niet zozeer het geselschap van ander paarden om haar heen, maar de bondgenoten die ze zou hebben aan de andere leden. Eindelijk paarden met dezelfe ideeën, dezelfde gedachtes als die van haar. Krachtig stapte ze voort, soms vloekend vanwege de losbrokkelende ijsbrokken, die pijnlijk in haar hoeven prikten. Ondertussen was het harder gaan sneeuwen. De gure wind die er stond joeg de sneeuwvlokken in haar gezicht, waardoor die als kleine naaldjes aanvoelden. Ze snoof de koude lucht in. Haar adem ontsnapte als witte dampwolkjes uit haar opengesperde neusgaten. Haar spieren trilden van de inspanningen, haar ademhaling ging wat sneller dan normaal. Eigenlijk zwierf ze doelloos rond. Al dagen deed ze dat, en ze was nog geen levend wezen tegengekomen. Toen haar linkervoorbeen in de lucht hing, klaar om op het brokkelige ijs neer te komen, nam ze een vage schim waar, die haast onzichtbaar was door de sneeuw. Abrupt bleef ze staan, kneep haar helgroene ogen tot spleetjes en bekeek de schim, die duidelijker en duidelijker werd. Pas toen ze dichterbij kwam herkende ze de witte aftekening onder het oog van de zwarte merrie.

Fawn

Fawn

Een koude ijzige wind blies in haar gezicht, speelde wat de zwarte klitterige manen van een zwarte merrie terwijl de kaken sloompjes ronddraaide, het nodige gekraak producerend. De twee pisgele ogen Zoals ze normaal bezig zou zijn geweest met haar maaltijd, stond haar blik dit keer afwezig, nadenkend. Lag er een lichte waas over de pisgele ogen heen alsof haar gedachtes alles behalve op aarde waren.
Ze wist wat ze deed, zorgde ervoor dat alle puntjes met elkaar verbonden werden, de weg waar ze aan werkte gebruiksklaar werd gemaakt. Er miste niks, had alles wat ervoor nodig was... dacht ze. Waarom die bepaalde ontmoeting dan bleef hangen was voor haar een raadsel, een onnodig, onlógische gebeurtenis. Misschien was het de twijfel die ontstaan was terwijl ze wegliep. Hmzz... Ondertussen waren haar kaken gestopt met werken, bleven half open hangen met de half verteerde smurrie van bladeren en hout zichtbaar, langs haar kin druppend. ‘Ben ik dan toch onredelijk geweest?’ Haar blik stond nog altijd als verdoofd op het oninteressante sneeuwgebied gericht, oren zonder enige betekenis stijf naar voren gefloept. Net als haar hele houding klonken de klanken van verder weg dan het zou moeten komen. ‘Was ik fout?’ Alsof ze plots ontwaakte draaide ze zich om naar haar twee metgezellen. ‘Oi, had ik haar aan moeten nemen?’ Het was niet per se dat ze er een probleem van wilde maken, maar ze hield nou eenmaal van panische momenten, blijkbaar. ‘Ze was niet dom dat komt niet vaak voor want hersenen zijn moeilijk te vinden tegenwoordig ben ik kieskeurig?’ Onnozel gebrabbel rolde als een wirwar van onzin over haar tong, direct daarna bewust wordend van haar gedrag. ‘Argh, sorry.’ Damn. Waar kwam in godsnaam het spreekwoord 'je hoofd koel houden' vandaan? De bedenker ervan zou ze in ieder geval persoonlijk komen opeten. Met een verbeten trek en een lichte frons in haar voorhoofd rekte ze haar hals. ‘Het zal de kou en het tekort aan fatsoenlijk voedsel wel zijn.’ Yapyap, ze was werkelijk waar toe aan een vette naaktslak. Er was geen gebied waar ze een grotere hekel aan had dan dit verdoemde met gletsjers gevuld gebied. ‘Huhw~’ Een klein wit vlokje dwarrelde op haar neus, smolt door de warmte van haar lichaam weg. ‘Het ziet eruit alsof de winter eindelijk gaat beginnen, mijn beste Ravens.’ Een conclusie die ze zelf ook prima hadden kunnen trekken. De winter... Haar mondhoeken krulden zich op tot een lichte glimlach en de gouden ogen kregen een vermakelijke glans. Hehe. Een plotse nieuwe geur deed de zwarte gescheurde oren spontaan als een stal licht spastische antennes rondraaien, zoekend naar de bron van de naderende hoefslagen, de hartslag van een nieuw wezen, deed haar omkijken.
Alhoewel... Fawn's ogen vonden die van het paard. Nieuw?
‘HwaazzZ?~’ Een verast toontje verliet haar keel terwijl haar linkerwenkbrauw omhoog schoot. ‘Navaeh,’ Een merkwaardige gedachte kwam in haar op. ‘Wat een bijzonder toeval dat ik jou hier net tref. Ik dacht net aan je~.’ Ze had nooit heel intensief over het 'lot' nagedacht. Misschien omdat het denken aan de logica die een oneindigende cirkel maakte, haar irriteerde. Bovendien draaide het altijd op hetzelfde uit waardoor het haar interesse snel verliezen zou. - Niet dat ze er vanuit ging dat deze ontmoeting er ook maar iéts mee te maken had, tenslotte was toeval veel waardevoller, veel interessanter dan iets waarvan je al wist wat er ging gebeuren. Met een typisch enthousiaste ondertoon in haar stem rees ‘Hoe gaat het met je? Heb je je waardigheid als Mogelijkheid-van-paard-met-brein al teruggevonden?’ Haar ooghoeken draaide kort naar achter, maakte voor een luttele seconde contact met haar metgezellen: Looklook! 03Õ DIT IS HET PAARD IN KWESTIE. <- en dat is wat ze duidelijk probeerde te maken met één blik, één moment van contact. Amen. v.v


Yapyap, Ven en Kya zijn er ook. 8D Maar je hoeft niet op hun te wachten hoor. 8D

Nevaeh

Nevaeh

Sneeuwvlokjes werden als naaldjes in haar inktzwarte velletje gedrukt. Haar ietwat krullende manen werden naar achteren geblazen en ze moest haar hoofd laag houden voor de gure wind. De scherpe brokstenen onder haar gevoelige hoeven waren ook niet al te prettig. Ze snoof en hief haar linkervoorbeen op vanwege die ellendige brokstukken met scherpe punten. Ze plantte haar hoef zorgvuldig op de plek waar het ijs niet scherp was. Daarna wierp ze een blik op de merrie tegenover haar. Haar fijn gevormde oorschelpen bewogen zich naar voren, waar nog twee andere schimmen duidelijk werden. Ze wierp een blik op de twee. Een licht-en donkergekleurde hengst. Oké, het voelde alsof ze voor het gerechtshof moest komen. Een nieuwsgierige uitdrukking weerscheen in haar smaragdgroene ogen. Had Fawn het over háár? Over de 'arrogante', 'domme', en bovendien 'degene met teveel zelfvertrouwen'? Verbaasd vloog een wenkbrauw omhoog. "Euh, het verbaasd me dat je aan me dacht. Ik bedoel, ikhebonzeeersteontmoetingnogalverprutst" Het laatste brabbelde ze snel, zonder de zwarte merrie met de opmerkelijke ogen recht aan te kijken. Haar staart ging geprikkeld heen en weer. Het was koud, dat was het zeker. Even liep er een rilling over haar ruggegraat. Vol verbazing hoorde ze de woorden aan. FAWN VROEG HOE HET MET HAAR GING T.T Een paar stotterende klankjes verlieten haar keelgat. "Nou, het eigenlijk best goed. Behalve het feit dat ik gek word van dat prikkende spul in mijn hoeven... Daarbij wierp ze een zuchtende blik op de ondergrond ....Én dat ik nog steeds kudde-loos ben" Ze wierp een glimlachende blik op de merrie voor haar. Ze twijfelde lichtjes of ze die laatste woorden nou wel had moeten uitspreken, maar er was een kans dat ze Fawn pas weer over een lange tijd weer tegen zou komen. Uiteindelijk sprak ze haar laatste zin helder uit. Ze bewoog even haar hoofd en wierp een vriendelijk glimlachje richting de beide hengsten.

Vengeance

Vengeance

De spierwitte hengst volgde in een gestaag tempo de zwarte merrie; hij liep ongeveer een meter schuinachter Fawn met Kyanos aan de andere kant. De merrie voor hen mompelde er op los, en af en toe kon Ven flarden opvangen; het maakte echter weinig uit wat ze zei. Vens taak was om háár te beschermen, en dus gaf hij zijn ogen en oren goed de kost. Geen vogel of grasspriet ontging zijn aandacht. Hij had dus ook al snel door dat ze een ander paard naderden; een merrie, eentje die hij niet eerder gezien had. Naarmate ze dichterbij kwamen werd ze duidelijker. Zwart, zoals zovelen; een Fries, zoals zovelen; niet noemenswaardig sterk of slap, zoals zovelen. Eigenlijk heel gemiddeld. Fawn begon meteen te praten, over een bijzonder toeval en wist Ven waar ze het over had. Fawns vluchtige blik naar achteren deed hem kort fronsen, evenals haar woorden; blijkbaar hadden ze elkaar eerder ontmoet, en vanaf daar was de conclusie makkelijk te vinden: Deze merrie had eerder geprobeerd toe te treden tot de Valkyrie maar was afgewezen. Aha. Met wat meer interesse nam hij deze merrie op, precies op het moment dat ze begon te praten. Al na de eerste paar woorden schudde de hengst lichtjes, bijna niet waarneembaar, zijn hoofd. Zo onzeker. Fawn had een doel, híj had een doel. Deze merrie duidelijk niet. Helemaal toen ze begon over 'prikkend spul in haar hoeven' begon Vens mondhoek te trekken, met moeite een minachtende grimas onderdrukkend. Aanstelster. Wat Ven betrof, zou ze niet toetreden tot de Valkyrie. Voorlopig zweeg hij echter en liet Fawn het woord voeren. Hij was nieuwsgierig naar haar mening, maar betwijfelde of die erg zou verschillen met de zijne.

[Niks persoonlijks hoor :'D Ven houdt er gewoon van anderen af te kraken x3]

Kyanos

Kyanos
VIP

Woopie nog een opdracht. Gezellig samen met Fawn en Ven op bezoek bij de levenloze paardjes die graag lid willen worden van de Valkyrie. Hij zuchtte even verveeld en wierp een blik opzij naar Ven. Die leek in zichzelf verkeerd te zijn, had zijn blik strak vooruit gericht en bleef telkens op dezelfde afstand van Fawn en hem lopen. Een driehoeksformatie. Verhouding. Formatie. Formatie dus. Fawn mompelde voort in zichzelf, over een of ander wezen die al eerder lid wou worden van de Vaklurie. Puur toeval, puur toeval. Of ze fout was, hij had geen flauw idee. Over welke knol had ze het eigenlijk. Was ze kieskeurig. Ja. Volmondig zou hij toegeven dat Fawn een compleet kieskeurig paard was. Tuurlijk ze gunde ze een tweede kans, maar dan moesten ze zich ook zeker wel bewijzen. Hij rilde kort toen een flinke vlaag wind langs zijn vacht streek. Ja de winter kwam eraan, moest ze hem daar nou aan helpen herinneren. In tegen stelling tot vele andere badeenden hield hij niet bepaald van de winter eerder van het voorjaar wanneer het langzaam weer warmer aan het worden was. Zijn staart klapte eens tegen zijn flank een nutteloze actie maar wat moest hij anders doen. Hier simpelweg voor zich uitstaren. Navaeh.. Klonk vaag bekend. Waarschijnlijk toch ook niet, hij liet zijn blik over de zwarte merrie glijden. Weer een fries, en weer niet bijzonder. Ze leek niet bepaald standvastig te zijn, eerder twijfelachtig wist niet zeker wat ze zeggen moest. Hij kuchte even zacht, en keek opzij naar Ven. Die was zijn hoofd zeer zacht aan het schudden. Zelfde mening, iets wat niet vaak voorkwam. De merrie in kwestie begon al stotterend te praten. Hoe bedoel je niet sterk voorkomen. Waarom glimlachde ze eigenlijk de heletijd. Kom op zeg. Zag je hem glimlachen, zag je ven glimlachen? Nee.. Hij wou er bijna achteraan denken zag je Fawn glimlachen maar dat was een apart geval. “ dit is dé merrie ? “ vroeg hij maar ter bevestiging aan Fawn. Ze zouden hier toch niet voor bullshit zijn. Enkel maar stom staan en stil wezen?. Hij wist het niet misschien zou ze zijn vraag wel niet op prijs stellen. Dat deden de meeste niet. Bij zijn eigen gedachte verscheen er een klein strak grijnsje. Die al snel ook weer verdween.

~lalalala

Fawn

Fawn

Of het er werkelijk toe deed dat ze niet had verwacht dat ze aan haar had gedacht had haar niet geboeid, het was dat ze er zélf van had opgekeken, zélf niet had gedacht dat dit paard langer door haar hoofd rond bleef spoken dan het normaal zou doen, hoorde te doen. Maar desalniettemin wiegde hun laatste ontmoeting nog altijd in een onrustige slaap door haar geheugen. Zelfs al waren er zoveel andere dingen die haar het idee gaven dat er meér moest zijn, gaf dit paard hetzelfde gevoel. Alsof ze meer in petto had dan ze hier nu vóor haar liet zien: De onzekerheid die in haar ogen straalde, de wankele klanken in haar stem, het zinloze gebrabbel. Wat was de bedoeling van dit allemaal? Was het de vorige keer niet heel anders gegaan? Wat wilde ze haar hiermee laten zien? Dat ze geen vast karakter had? Kon ze haar mind niet opmaken over wié ze nou precies wilde zijn of wíst ze niet wie ze was, wat haar bedoeling was in dit leven? Wat was haar doel? Wat zocht ze in de Valkyrie? Wat wilde ze vinden door lid te worden van de kudde?
Fawn's kop kantelde lichtjes, haar pisgele ogen bedachtzaam en ondoordringbaar. Ze had enkel gevraagd hoe het met haar ging, niet om een hele uitleg. Niet dat het per se overbodig was. Gewoon onverwachts, dat was alles. Terwijl Nevaeh doorging over het prikkende spul waarmee ze blijkbaar de geslepen stenen doelde, ving ze de subtiele hint van Ven op- ‘Ah, juist ja. Dat kan ik helaas niet ontkennen, mijn beste Nevverd.’ -Gevolgd door de wat mínder subtiele hint van Kyanos waarop haar achterbeen aan de kant van de zwarte hengst zich in een flits optrok en een spastisch gestuurde stomp op de hengst zijn buik richtte en uiteindelijk desondanks lichtjes ongedirigeerd zijn lichaam raakte. ‘Huhw... Dus je bent nog altijd geïnteresseerd in de Valkyrie?’, vervolgde ze ongestoord en nog altijd geconcentreerd op het gesprek. ‘Juist ja.’ Ervanuitgaand dat ze het niet zomaar op zou geven, voor een ronde twee zou gaan. ‘Het feit dat je je... ánders gedraagt dan eerst kan evengoed in je nadeel als in de voordeel werken. Hoe verwarrend dat ook misschien voor je klinkt.’ Onopvallend bestudeerde ze de uitdrukking op het gezicht van de merrie. Alhoewel de dikke roze tong die zich een weg baande in alle altijd onmogelijk geleken gaten van haar tanden, sowieso alle aandacht al naar zich toe trok. ‘Je bent een vaag geval jij.’ Waren de woorden die tussen haar lippen ontsnapten nadat ze haar tong weeral op de plek waar een normale tong thuis zou horen had geïnstalleerd. ‘Hummz~’ Met een vragende blik keek ze eerst om naar Ven en vervolgens naar Kya, zijn afkeuring negerend, waarop ze weer omkeek naar Nevvie. ‘Als je dáár even wacht-’ met haar kop wendde ze haar kop op ietwat autistische wijze naar een hoopje brokken 50 meter verderop. ‘- plegen wij even een kort overleg.’ Met een elegante draai keerde ze de andere merrie de kont toe. ‘Ik roep je wel wanneer we klaar zijn.’
Met Nev eenmaal buiten gehoorafstand trok ze een wenkbrauw op, bevestiging vragend voor haar eerder gemaakte conclusies. Nieuwsgierig naar wat de Ravens dachten van dit wezen. ‘Op onze laatste ontmoeting gedroeg ze zich heel- maar dan ook heel anders dan ze zich nu voordoet.’ Het tegenovergestelde… ‘Fufu~ Just to let you know...’ Toch had ze het gevoel dat ze een aantal puzzelstukjes mistte. Iets wat wellicht de reden was voor haar twijfel. Ze haatte het: Een onafgemaakte puzzel, net geen zicht hebbend op het hele plaatje.

Kyanos

Kyanos
VIP

Waarom besloten ze toch altijd om in die freaking koude gebieden hun bijeenkomsten te doen. Kon ze niet op een warmere plek gaan staan en daar naar Fawn hebben geroepen. Hij zuchtte even diep, en dan nog voor zo’n merrie ook. Ze wist niet eens wat ze wou, kwam over als een bang haasje die niet durfde te zeggen wat ze dacht in de angst om niet tot de kudde toegelaten te worden. Hij schudde met zijn hoofd en richtte zijn blik weer op fawn. De merrie brabbelde er vrolijk op los en had naar zijn idee niet eens door hoe ze bezig was. In zijn ooghoek flitste het achterbeen van Fawn dat zacht tegen zijn buik aan tikte. Zijn mond vertrok zich tot een kleine grijns, oké hij was dus niet zo subtiel geweest en zijn opmerking werd niet op prijs gesteld. “ juist “ mompelde hij nog even voor hij zich weer richtte op was Fawn te zeggen had. Ze begon wel over het feit dat ze zich anders gedroeg als normaal maar of het nou echt uitmaakte. Fawns manier van denken ging hem te ver boven zijn idee van denken. Tuurlijk dacht wel eens uitgebreider na over dingen die er waren gebeurd of wat er nou precies in zijn hoofd omging maar op haar manier zou hij niet kunnen. JA, het was een opspattende gedachte die eindelijk bevestigde wat hij dacht. Zie je.. Ook fawn vond haar maar een vaag geval. Zijn blik vond die van Ven, en even probéérde hij althans een blik te wisselen. Waarschijnlijk zaten ze wel op dezelfde hoogte, ze was vaag en leek nú niet echt een toevoeging aan de kudde. Maar misschien zou ze dat wel zijn als ze eenmaal in de kudde zat. Hij zuchtte even diep en keerde toen ook de zwarte merrie zijn kont toe net als Fawn en Ven. “ dus.. “ Zijn ogen richtte zich op die van Fawn in een poging uit te vinden wat ze nou echt zou denken maar die poging mislukte nogal. Het moest wel zeker zijn dat die Nevaeh niet wist wat dr overkwam zo met dit overleg tussen andere kudde leden. Het was niet normaal als een leider zijn leden meenam om samen te besluiten of diegene goed genoeg zou zijn. “ lijd ze aan schizofrenie ofzo? Ze komt niet bepaald over als een goede aanvulling. Nogal onzeker. “ jup zoals altijd sprak hij zonder erbij na te denken. Maar dít was wel de manier waarop hij over haar dacht. Ze had zelfs naar hun geglimlacht.. GEGLIMLACHT. Dacht hij geschokt. Come on. “ máár.. Misschien.. Heel..misschien.. Zou ze beter worden als ze in de kudde toegelaten werd. “ hij sprak telkens met een zelf voor hemzelf irriterende korte tussenpoos.

~ wauws.. heel kort.

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum