Zij was niks voor niks Ravena, zij was vernoemd naar het machtigste paard dat ooit in hun gebied had geleefd. Die heette ook Ravena, en haar raaf was vernoemd naar de raaf van dat paard Amenia. De merrie liet een klein spoor achter in de lichte modder die er lag, niet echt veel. Maar door al de regen lag het er nu wel. Toch hoorde je de blaadjes knisperen en kraken als ze erop stond. Gras was er weinig, en als het er was, zat het onder de modder, en was het compleet vies, en/of nat geregend. Dan maar even geen eten, dat hield ze vast wel uit. Even zou toch geen kwaad kunnen? Of wel, vast en zeker niet. Ze ging er heus niet dood aan ofzow. Nu even verder met oefenen, wat zou ze nu gaan oefenen? Hmm.. Misschien, mijn raaf? En mijn naam? Ja, ja dat was een goed idee. Om te beginnen met mijn. Het ging natuurlijk al iets sneller en gemakkelijker. Maar ze deed meestal maar per dag een of twee woordjes. Nu nam ze er wel drie. Ze zou er zeker ook veel langer over doen. Maar ach, dat hoorde bij Ravena. Ze zou altijd doorzetten, nooit opgeven. Ze zou doorgaan tot dat ze het haalde. Ze zou ooit weer kunnen praten. Niet meer alleen die drie woordjes zeggen, als ze de afgelopen weken had gedaan. En ze had er ook zo hard voor geoefend. Nu kon ze het. En haar stemgeluid was werkelijk prachtig. Melodieus, puur, zuiver maar toch iets mysterieus met zich dragend. Net als haar lichtelijk mysterieus, veel aan haar was immers een mysterie, haar bloem, hoe kon die blijven zitten? Ja, daar had zij het antwoord op. En die veer hoe kon die dan blijven zitten? Hoe kon dat dan weer? Hoezo, kon zij niet praten? Slecht horen? Slecht zien? En waarom kon ze dan nog steeds een kudde leiden? Waarom leefde ze nog? Terwijl de meeste, dan dood zouden gaan? En maar ongeveer tien het zouden overleven? Waarom zij? Waarom werd zij verkozen? En de raaf, die altijd bij haar was. Haar zelfs hielp in gevechten? Kortom, zij. Ja, Zij, was misschien wel een geschenk uit de hemel. Net als al die andere negen paarden. Misschien wel. Wie weet.
Langzaam kwamen haar oren naar voren, hehe, het was nu al vijf dagen later dat werd tijd.
’’Mijn raaf, Amenia.’’ Ja, ja mensen, je hoorde het. Ze kon een zin zeggen! EEN HELE ZIN! Oké, nu nog die andere zin. Dit was wel echt bullshit. Crap… Waarom duurde dit zo lang, ze had gewoon vijf dagen gedaan over een zin. VIJF DAGEN ZEG IK JE! Dat is toch gewoon erg. En nu deed ze zeker ook vijf dagen over die andere zin, erg veel toon verandering had ze nog niet. Eigenlijk helemaal niks, niks noppes nappes. Maar goed dat deed er eigenlijk niks toe, hoe lang het ook duurde. Want zoals ze was, was ze ook. Eigenwijs, slim, charmant, en met een abnormaal hoog doorzettingsvermogen. Jep, dat was Ravena. Gewoon lekker zichzelf, altijd. Een beetje slecht, een beetje goed, een beetje neutraal. Alles door mekaar gegooid. Gewoon lekker anders, dat was wel leuk ook een keer iets anders. Niet dat eeuwige slecht, wat vol zat met wannabes, of dat eeuwige goed. Met die paardjes die altijd vrolijk deden, en nooit eens ruzie maken, nou ja zo dacht Ravena erover. En dan had je nog die neutrale, de paarden die geen kant kozen. Whahahaha, domme beesten. Natuurlijk koos je een kant, je koos de kant neutraal, hoe geniaal was dat. Ravena lachte even hard en hatelijk. Geen wonder dat ze een hekel had aan neutrale, geen wonder. Als je geen kant koos was je als Ravena, niet slecht, niet goed, niet neutraal. Gewoon alles door elkaar. Neutraal, was toch werkelijk een kant. Ja ja mensen, neutrale waren officieel dom verklaart door Ravena. Domme beesten, vond Ravena ze. Oké, dat was nu wel duidelijk gemaakt. Ravena galoppeerde aan, geklapwiek van vleugels werd hoorbaar, en steeds werd er een deel van haar lijf over meestert door de schaduw van de raaf. Het was een prachtig beest, met een raar mysterieus randje om zijn lijf. En net als Ravena, een geschenk uit de hemel. In ieder geval, zo dachten ze er in haar gebied over. Zo dachten ze er allemaal over. En bij Ravena moest je geen beloftes breken, zoals haar naïeve zus had gedaan, pfff. En nu… Nu zou ze boeten, voor alles wat ze gedaan had, en het meeste voor het breken van een belofte. Ravena zal haar legers trainen, en op haar kudde afsturen. Ja zeker, zij had ook een groot leger, groter dan die van Ravena. Maar zeg nou zelf, hoe wou zij haar verslaan? Als zij allerlei gespierde paarden had, die perfect getraind waren, die krachtig waren, allemaal wijze paarden. Allemaal paarden met veel ervaring. En zij, haar zus kwam aanzetten met dieren die nooit getraind werden? Zo ging het er immers aan toe in haar gebied, zo ging het eraan toe met de goede. Die trainde niet, anders was je raar. Was je eigenlijk gewoon neutraal, of slecht. Zonder kant, zonder kant was je vrij om te doen wat je wilt. Daarom koos Ravena daar ook voor. Daarom…
Langzaam kwam de schim in het zicht, de vogels lieten elkaar al met rust. En de raaf was weer tussen haar oren gaan zitten. Om even te rusten. Ze keek de pikzwarte hengst aan. Ze was haarzelf, charmant, mysterieus, en raar, ze was anders dan alle andere paarden. Zelfs als je de bloem zag. Dat was toch wel echt anders. En de veer dan, die was ook heel anders. Ze bekeek de arend van de hengst. Die haar raaf inmiddels ook al met rust had gelaten. Daarna liet ze de hengst maar spreken, liet hem uitpraten. Zo beleefd als ze was. Zo onbeleefd als ze kon zijn. Het was net in het bos, en blubberig. Haar prachtige, elegante benen zaten onder de modder. En vol afkeer keek ze erna. Aha, hoe heette deze hengst nou? Ze had zijn zin niet gehoord? Hoe moest ze dat nou weer uitleggen, ze probeerde.
’’Sorry, ik hoorde je niet wat zei je? Slechte oren weet je wel.’’ Floepte er opeens uit. Ravena steigerde hoog, hinnikte schel. Wel… Als ze iets heel graag wou kon ze het. Dat zeiden haar ouders altijd. Het had gewerkt, Ravena kon praten. Maar misschien was dat de andere keren niet. Wie weet. Ravena glimlachte breed.
’’Mijn naam, Ravena.’’ Zei ze uiteindelijk om de stilte te verbreken. Daarna dacht ze eens na, ja ze kon haar raaf ook beter even voorstellen.
’’Mijn raaf, Amenia.’’ Zei ze er achter na, met haar melodieuze, mysterieuze, pure, zuivere stem. Maar ook iets sinister zat erin.
~Alleen de laatste alinea gaat over haar ontmoeting met Sultan, de rest is ze in gedachte verzonken
~