Maybe it’s time to change, to leave it all behind
Ze luisterde naar de bomen. Hoe zij met elkaar spraken, onopvallend, maar toch duidelijk genoeg om elkaar te verstaan. Hun takken wuifden, terwijl hun bladeren ritselden. Zachtjes, haast geruisloos, maar niet volledig stil. Geroezemoes weerklonk tussen hen in, alsof bosnimfen ook een plek hadden gekozen in de vergadering en hun mening deelden. En zij allen spraken in een taal die niet verstaanbaar was voor het reguliere oor. Schijnbaar zwijgend. Informatie delend die op het eerste gezicht niet boeiend of interessant leek te zijn. Hun reacties, echter, gaven blijk van het tegendeel. Hetgeen wat door hen gezegd werd, was boeiender en belangrijker dan ooit. En Zij was het middelpunt. Zij zorgde ervoor dat er aandacht besteed werd aan alles wat te bespreken was. Zwijgend wist zij het commando op te leggen. De macht die zij had, was ontzagwekkend. Ze luisterde naar allen en gaf haar oordeel met zorgvuldig gekozen woorden. Een luid gejuich galmde door het bos heen, toen het oordeel werd geveld.*Krak* Niet echt in stilte gehuld baande ze zich een weg door het donkere woud. Op zoek naar de plek die ze in haar dromen had gezien. Haar geest leek een diep verlangen te hebben naar de absolute macht, en deelde dit verlangen dus met haar brein. Echter, het was in de hedendaagse termen onmogelijk om te heersen over anderen. Niemand wilde gedomineerd worden. Noch zij. Zuchtend schudde ze haar hoofd, zich niet bekommerend over het feit dat elke dwaas haar kon aanschouwen op dit moment. Haar dagen leken geteld te zijn. Binnen nu en enkele ogenblikken kon er iemand voor haar springen en haar van het leven beroven. Het kón. Ze zou het niet laten gebeuren. Haar verzet zou groter zijn dan ooit. Niet nu zou ze de aarde vaarwel zeggen. Er was nog teveel om voor te leven. Een glimlach sierde haar lippen, terwijl ze haar groen fonkelende ogen bewoog om haar blik over het pad dat voor haar lag te laten glijden. Haar lichaam was in schijn en nonchalance gehuld. Bijna niemand zou in staat zijn haar geest te ontcijferen. Voor een – wellicht enkel goede- bekende, echter, was haar nonchalante en onwettende houding slechts een signaal voor gevaar. Toch voelde ze de drang niet om iemand te verwonden. Haar dag was zonnig begonnen. Een frisse wind waaide vanuit het westen. De zilte zeelucht was op de open gebieden te ruiken, tot zo ver wist de wind de geur van het water te dragen. Haar oren bewogen toen ze bladeren hoorde ritselen- van haar lichaam was niets af te lezen dat ze de onbekende had opgemerkt.