Visioenen deden vaak de ronde in haar hoofd. Haar dromen waren gebaseerd op het echte leven, en vaak werd ze bij haar moeder geroepen. Zelf nu. Duisternis vormde zich rond het jonge dier. Een woedende stem was hoorbaar. "En ik maar denken dat jij mijn waardige dochter waart." In tegendeel van de woedende trust stond Djuna daar heel chill. "Wat is er moeder. Zo kwaad?" Trust kwam in het zicht van de zwarte merrie. "Wat ben je van zin samen met Anaïs?" Djuna draaide haar ogen. Hier had ze al helemaal geen zin in. "Dingen oplossen die al lang moesten opgelost zijn. Mij bewijzen en mijn plaats vinden in de wereld. Dat is mijn doel. Mijn rang verhogen en zorgen dat ik word geaccepteerd door Zephyr. Iets wat jij niet hebt kunnen bereiken." Trust sloeg haar hoeft hard op de grond. "Deina heeft je opgevangen. Deina is een vriendin. En jij gaat haar verraden?" Djuna zette een stap naar voren. "Deina heeft niets meer te betekenen in deze wereld. Ze gaat haar bij jou voegen. Nu, vandaag nog. En jij gaat ons niet tegen houden. Je moest trots zijn op mij, dat ik daar dapper genoeg voor ben. Dat ik niet onderdoe. En dat ik iemand dien die veel sterker is dan haar." Trust liet haar tanden zien. Maar toen kwam er een gemene grijns op haar lippen. Ergens was er trotsheid te vinden in die valse grijns. "Ik kan niet ontkennen dat ik trots ben. Maar laat Anaïs Deina doden. Jij hebt geen reden haar maar met 1 hoef aan te raken. Anaïs zal er een duidelijker reden voor hebben, en dat is niet mijn dochter. Deina had strenger moeten zijn. " Djuna antwoordde met een gewoon knikje. Trust opende haar mond. "Verdwijn.'" Zei ze streng en keek Djuna streng aan. Djuna draaide haar om en begon te draven in de duisternis. Ze zag niks maar vertrouwde op de trillingen die ze had leren gebruiken door Zephyr.
Haar geest voegde zich weer in haar lichaam en snel stond ze op. Ze schudde haar uit en zocht met haar ogen iets wat ze niet kon waarnemen. Een ruwe hinnik ging over het gebied. En meteen zette ze haar lichaam in beweging. Niet dat ze perse naar Anaïs ging om naar haar te luisteren, nee, nooit zou ze onderdoen voor haar zus. Maar haar zus zou haar ook nooit onderdoen voor Djuna...en dat wist Djuna ook. Maar Djuna was sneller volwassen geworden dan Anaïs, sneller serieuzer en sneller op haar eigen benen gaan staan. Maar Djuna had geen keuze om sneller volwassen te worden dan Anaïs. Anaïs was groter dan Djuna, maar Djuna was weer iets steviger dan haar. Breed... dat wist ze niet. Djuna werd heel fel getraind, en die trainingen maakte haar gewoon zeer breed. Maar 1 ding hadden beide gemeen, zeer slecht bloed en ouders die gefaald hadden. Anaïs en Djuna waren vroeger ook niet van elkaar af te slagen, en Djuna stond nu nog steeds klaar voor Anaïs als er iets scheelde. Maar zoveel contact hadden beiden niet, ondanks ze wel in dezelfde groep geraakt zijn. De groep van de machtige Cobrazarao. Maar eigenlijk boeide cobra weinig voor Djuna, vooral Zephyr boeide haar veel. Ze wist niet wat er gebeurde. Maar ze voelde haar verbonden met hem. Toch trok ze haar eigen er niet veel van aan. De zwarte Rocky mountain x Mustang galoppeerde stevig en snel door het gebied. Haar blonde manen krulde en haar blonde staart werd als een vlag in de lucht gesmeten. Ze remde af en begon gewoon te draven toen ze de merrie zag. Ze draafde rustig tot Anaïs en de andere merrie. Ze schudde haar even uit en keek de merrie aan. Och god, kende ze haar? Ze keek naar Anaïs en knikte. Nu zag ze dat Anaïs toch vele groter was. Djuna was een 1 meter 48 misschien als ze geluk had groeide ze nog iets. Waarschijnlijk wel. Maar ze wist dat ze niet echt heel groot zou worden. Maar dat hoefde niet, echt niet. "Anaïs." En weer keek ze naar de andere merrie. Ze probeerde op de naam te komen, maar kon er niet opkomen. Ach ja. Er achter vragen? Nee, dat maakte haar echt niet veel uit. Ze knikte gewoon naar de merrie maar voor de rest bestede ze er geen aandacht aan. "Wat is nu eigenlijk het gehele plan, Anaïs?"