Waar was hij? Waar was Crusade? Gelijk schoot ze in paniek, wie weet wat voor sinister ongedierte hier rond liep, zin in veulen hersentjes? Rustig aan nu sprak ze zichzelf toe, rustig nu, er is niets om bang voor te zijn, alleen maar spastische freaken die veulens vermoorde. En gelijk schoot de paniek weer naar boven toe. Ze was zo ver weg van huis, zo ver weg van alles wat haar vertrouwd was en bekend was. Ze was in een trein gestapt die haar naar het onbekende had gebracht. Ze duwde zich voorwaart in het onbekende, met pijn in de borst en een wazig zicht. Op wie probeerde ze indruk te maken? Een puinhoop achterlatend. De koude wind sloeg in tot haar huid. Ze kon niet geloven dat ze zichzelf in deze status gebracht had. Het was zo ver weg, zo ver weg. Haar grote zwarte ogen blonken onschuldig maar pijnvol in het licht van de zon. Traantjes blonken in haar te grote zwarte oogjes, ze mocht niet slap zijn. Niet nu, niet nu ze er eventjes alleen voor stond, Crusade kwijt zijnde. Ze was vooruit gelopen een heuveltje op en toen ze eraf ging draaide ze zich aan de voet om maar Crusade was nergens geweest. Ze had hem gezocht en gezocht tot ze hier belande moederziel alleen bij de reusachtige vulkaan. Een klein zuchtje verliet haar mond. Maar ze schudde haar hoofd al, ze mocht niet zo met haar emoties te koop lopen, ze had het geleerd van Crusade haar emoties in bedwang houden. Er ging heel wat om in dat koppie van de jonge merrie terwijl ze verder liep. Ze was met dingen belast waar geen enkel paard belast mee hoorde te zijn. Zonder Crusade was ze nu dood geweest, in het land van niks, zwervend tussen hemel en aard, mee reizend met de wind, ze was in de trein naar de dood gestapt zonder Crusade. Het maakt niet uit waar de trein heen gaat, het maakt uit of je er wel of niet in stapt.
~Sultan~
~Sultan~