Het was behoorlijk makkelijk voor haar, ze hoefde geen rijtje langs te gaan met welke leden zich gemeld hadden, ze had geen leden. Ze hoefde niemand te verwachten, ze hoopte alleen dat er gewoon wat paarden zouden komen die graag in haar kudde zouden willen. Al snel volgde er een geur die haar vertelde dat er waarschijnlijk iemand aankwam. Ze was nieuwsgierig naar de geur; ze kende hem niet en het was waarschijnlijk een nieuweling die zich graag in haar kudde wou voegen. Een hengst met een karamel kleur naderde haar. Hij had ijsblauwe ogen. Ravena bekeek hem eventjes vluchtig, ze zou hierna wel ieder lid aanspreken. "Hallo, madame." Zei hij, Ravena knikte. Ze was misschien blijer geweest als hij gewoon simpel ‘Ravena’ had gezegd, dan dat slijmerige madame. De hengst grijnsde met al zijn tanden bloot. Ze trok bijna onzichtbaar en maar voor twee seconden haar wenkbrauw op toen ze dit schouwspel zag. Moest dit er vriendelijk of charmant uitzien? Het zag er namelijk meer uit als een spastisch iemand die zijn lievelingsmaaltijd zag. Echter was zij nu de lievelingsmaaltijd, wat haar enigszins bang maakte. " Ik hoorde dat ook ik welkom was, en zou met alle liefde in mijn lijf de Utopia bij willen staan in deze moeilijke tijd. Tenminste, van wat ik dan had gehoord." Ravena knikte eventjes hoewel ze de laatste zin niet helemaal snapte. De hengst boog voor haar en ze had eventjes de neiging om meteen naar hem te ‘sissen’ dat hij moest opstaan. ,,Je bent van harte welkom zelfs, ik zal nog eventjes wachten of er nog wat andere paarden komen voor ik mijn ‘speech’ begin.’’ Lichtte ze de hengst toe. Ze tuitte haar lippen eventjes. ,,Dan kan je me ondertussen wel eventjes je naam vertellen, niet?’’ Vroeg ze nieuwsgierig, licht spottend, aan de hengst. Misschien was dat wel handig als ze de rangen zou indelen. Daarbij zou het altijd fijn zijn als je de namen van je leden wist. Een nieuwe geur deed haar neusvleugels tintelen. Een geur die haar hart verwarmde. De geur van haar beste vriendin en zus. Ravena glimlachte eventjes toen haar spierwitte zus in beeld kwam. Ravena bekeek haar eens, ze zag er weer prachtig uit, na haar mislukte zelfmoord poging bij de drakenberg. Meteen begon Kai vrolijk te praten tegen haar. Natuurlijk gebruikte ze de haast onmisbare koosnaam van Ravena ‘Raaf.’ ,,Ik ben blij dat je er bent Kai!’’ Zei Ravena, haast net zo vrolijk terug. Haar humeur was vandaag geweldig groot. Of nee, ze had haar humeur omhoog gedwongen. Het zou vast niet bijzonder veel leden trekken als ze hier als een of andere zuurpruim ieder lid negatief zat af te keffen. "Zo wat staat er op de planning voor vandaag?" Het was een simpele vraag van haar witte zuster. Maar de vraag kwam hard aan, bracht Ravena terug naar realiteit. Ja, ze had wel het een en ander bedacht, natuurlijk, zo dom was ze nou ook weer niet. Maar om nou te zeggen dat ze voor iedere minuut iets had uitgestippeld? Dat was een veel gevraagd iets. Ravena was er van uit gegaan dat de mogelijkheden die ze had gemaakt ze vanzelf kon wegstrepen, als ze haar toekomstige leden eenmaal zag. ,,Eerst ga ik wachten tot er wellicht meer toekomstige leden komen, daarna zal ik een soort van ‘speech’- Licht sarcastisch werd ‘speech’ uitgesproken. ,,- houden. De rest blijft nog eventjes geheim.’’ Ravena knikte nog eventjes en zei daarna niets meer, wachtend tot de rest van de nieuwe leden – als er meer zouden komen – zouden komen. Een nieuwe geur deed haar neusvleugels tintelen. Eventjes dacht ze dat er weer een nieuw lid zou komen, maar de geur werd niet sterker, of zwakker. Hij bleef gewoon een lange tijd hetzelfde. In de verte zag ze uiteindelijk – na eventjes zoeken – een zwarte hengst staan. Blijkbaar kwam hij niet graag dichter bij. Eventjes dacht Ravena dat ze aan het hallucineren was, maar dat bleek al snel niet zo te zijn. Wou de hengst niet dichter bij komen? Wou hij zich bij haar kudde voegen, of niet en keek hij gewoon van een afstandje kijken? Was hij slecht, goed of neutraal? Duizenden vragen vlogen door haar hoofd. Ze wist niks van deze hengst, had nog nooit gehoord van een hengst die er zo uit zag. Ze had niet gehoord of hij een gevreesde vijand was of een geliefde vriend. Hij was zo goed als niets voor haar. Misschien zou dat terzijde tijd wel bijtrekken en leerde ze de hengst kennen. Nu besloot ze dat ze hem beter gewoon kon negeren, als hij niet dichterbij wou komen, als hij niet in haar kudde wou, dan was dat zijn probleem, niet het hare. Maar toch bleef die hengst haar bezig houden, waarom in hemelsnaam kwam hij niet dichterbij? Ze beet toch niet? Een nieuwe geur naderde, deze kwam gelukkig wel dichterbij. Een palomino merrie zigzagde tussen de gigantische bomen en kwam zo dichterbij. Eerst zag ze er wat onzeker uit, maar ze herstelde zichzelf en nu zag ze er tenminste was zekerder uit. Misschien iets te zeker, dacht Ravena met een lichte glimlach toen de merrie zich tot Kai richtte in plaats van tot Ravena. Ravena snapte het wel, Kai en zij leken erg op elkaar. En als je nog nooit gehoord had van ogen of bouw herkennen dan was het erg lastig natuurlijk. Ravena kuchte eventjes zachtjes om de aandacht te trekken en keek veelzeggend naar Kai en de merrie die haar met haar scherpe blik aankeek. Ravena mepte wat met haar staart om de aandacht nog iets meer te trekken. Aandachtsgier dat ze er was. ,,Bijna goed.’’ Zei Ravena plots, voordat iemand anders iets kon zeggen. ,,Ik vermoed dat je mij moet hebben? Complimentjes voor mijn zus komen later wel.’’ Grinnikte Ravena eventjes. Als de onbekende merrie zich ooit nog de ogen uit de kop wou schamen kon ze dat nu doen. ,,Als je me eerst nou eens je naam vertelt en waarom je naar deze opendag bent gekomen komt alles goed, neem ik aan?’’ Alweer volgde er een nieuwe geur er waren nu inmiddels drie of vier, met en zonder die rare hengst in de verte meetellend, leden die in haar kudde wouden. Deze nieuwe hengst, het was een hengst ja, kwam al gauw dichterbij. Nou, ze moest toegeven, ze was het meest onder de indruk van de hengst, die ondanks hij als laatste kwam samen met Kai wel de beste komst had. Hij slijmde niet bij zijn eerste woorden. Hoewel die buig voor Kai en Ravena nou ook weer niet gehoeven had, nee wacht, Ravena walgde ervan. Voor de rest was de hengst oké. "Ik ben Valtýr en ik geloof dat de hinnik van u komt? Ik zou me graag bij de kudde voegen." Daarbij zei hij tenminste wel zijn naam meteen. ,,Aangenaam Valtýr, de hinnik kwam inderdaad van mij, je bent natuurlijk van harte welkom in mijn kudde.’’ Ravena knikte eventjes en zette toen een klein pasje achteruit zodat ze alle ‘leden’ goed kon aankijken. ,,De opendag kan zo beginnen, eigenlijk wacht ik nog op een iemand die zojuist is weggevlogen.’’ Haar ogen speurde de lucht af. Menig paard had haar nu voor gek verklaard, waarschijnlijk iedereen hier behalve Kai. Die wel degelijk wist dat het om Amenia ging, verwachtte Ravena tenminste. Ze hoefde niet lang te wachten. Het geklapwiek van vleugels was haast tijdens haar woorden al te horen. Amenia kwam snel dichterbij, slim gebruik makend van de warme luchtdruk die hier heerste in de zomer. Langzaam en zachtjes lande ze tussen haar oren. ,,Dit is Amenia, de grote arend die je vaak met mijn aanwezigheid zult zien. Ze is niet te missen in de kudde. Ik verneem dat je eventjes aan de aanwezigheid van een gevleugeld dier moet wennen, maar het went snel genoeg.’’ Ravena begon haar speech wel degelijk met Amenia. Ze vond dat als er iemand was die met respect behandeld moest worden het Amenia was. Ravena gaf verschrikkelijk veel om de arend. ,,Ik zal zo dadelijk langs een ieder van jullie komen en wat vragen stellen. Ondertussen kunnen jullie bij praten, of kennis maken met elkaar.’’ Ravena knikte eventjes en liep op de cremello hengst af, de hengst die als eerste was gearriveerd. ,,Zeg eens, waarom de Utopia? Waarom neutraal, waarom niet goed of slecht?’’ Benieuwd keek ze de hengst aan.