Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

It is... SO COLD!!

2 plaatsers

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1It is... SO COLD!! Empty It is... SO COLD!! za 19 jan - 7:36

Zigor Arrats

Zigor Arrats

Bwaaah. Dat was het juiste woord om zijn humeur uit te drukken. Het kleine hengstje van nog geen drie maanden was het al helemaal zat. Zijn tanden klapperden, zijn benen moesten bij elke stap door koude en natte sneeuw stappen en hij moest zijn ogen goed dichtknijpen door de sneeuw die tegen zijn ogen aanwaaide. Ja, het was vandaag niet zijn dag. Wiens dag het dan wel was moest wel heel erg van sneeuwstormen houden in dit vervloekte gebied. Het hengstje liep stug verder, totdat hij aankwam bij iets wat kon beschreven worden als een grot, maar eigenlijk een hoop opgestapelde grote stenen waren die als beschutting voor de sneeuwstorm dienden. Dat had hij nodig, een kleine pauze. Hij zuchtte terwijl hij ging liggen en keek op zijn gemak naar de razende storm. Hij had geen normale ogen. Een van zijn ogen was helderblauw die recht door zielen kon steken. Met sleutelwoord 'kan', want hij wist niet hoe. Zijn andere oog was gifgroen. In de schaduw leek deze een normale groen, het viel niet eens op. Als er licht op viel zag je het goed. Een gifgroen oog die misschien wel intimiderender was dan het blauwe oog. Als er licht op viel. Als het hengstje een paar meter groter was. Als hij leerde hoe intimiderend te kijken. Al die 'als'en waren verworpen, omdat dit hengstje nog een klein hengstje was. Het had een donkerbruine en pluizige vacht die hem grotendeels beschermde tegen de ijzige kou. De enige aftekening die echt uitstond was zijn linkerbeen. Die was net zo wit als de vacht van sneeuwwitte paarden. Bij hem viel dat door zijn donkerbruine vacht meer op. Hij sloot zijn ogen en dacht na. Toen hij in het gebied kwam, voelde hij iets. Alsof hij in één klein deel van een groot geheel terecht is gekomen. Maar als dit maar één deel van een groot geheel was, zouden er dan ook verschillende klimaten zijn in dit grote geheel? Hoe heette dit gebied eigenlijk? Hij sperden zijn ogen wijd open. Was dit gebied het gebied waar vele paarden over spraken? Dit gebied, met slecht en goed constant in gevecht, niet veroverd door de meesters van het kwaad, niet getemd door de puurste zielen, dit niet bezette gebied? Dreamhorses, zo heette dit dan. Dan moest dit het paradijs zijn, zo werd het vaak genoemd door paarden. Eindelijk had hij het gevonden! Vreugde vervulde hem, totdat hij er achterkwam: Het was nog steeds even koud als twee minuten geleden en die storm wilde maar niet gaan liggen. Hij duwde zijn neus in de sneeuw. Waarom dwong het lot hem hier te blijven? Waarom, lot? Het hengstje snoof gefrustreerd om de sneeuw uit zijn neus te krijgen.

Wat de plannen van het kleine hengstje waren, wist niemand. Waarschijnlijk omdat niemand hem kende. Niemand wist zijn naam, het was zelfs onzeker of hij zijn naam kende. Een ding wist hij zeker: Dat zou spoedig veranderen. Zijn naam... Zijn...naam...ehm... hij moest er nog eentje verzinnen. Vroeger werd hij altijd 'veulen' of 'miezerig ding' genoemd. Zijn naam... Hij dacht aan zijn achtergrond. Hij moest een goede naam uit zijn taal kunnen halen. Hmm, Zigor betekende straf. Ja, dat had hij vaak genoeg gekregen. Hij was een ondeugend veulentje. Arrats betekende avond. Dat was zijn favoriete deel van de dag. Goed dan, door hemzelf verklaard was hij voortaan: Zigor Arrats. Wat een geweldige naam, bewonderde hij zijn creatie, terwijl hij al een afkorting had bedacht: Ziar. Het hengstje stond op. Ja, hij was Zigor Arrats afgekort Ziar, en op een dag zou niemand zijn naam niet kennen. Dat was zijn enige doel, het enige wat hij wilde. Hij snoof en ging weer liggen. Hoe ging hij beginnen? Hoe zou hij verder moeten gaan? Aah, je wilt dus hulp? Ziar keek verschrikt om zich heen. "Wie is daar?" zei hij op de stoerste toon die hij kon uitbrengen, ook al was hij verschrikkelijk bang. Geen zorgen, ik ben hier om je te helpen je wens te vervullen. Ziar schudde met zijn hoofd, wat probeerde dat rare stemmetje te zeggen? Hij was gek geworden door alle kou en kon niet logisch nadenken, ja, hij had gewoon wat rust nodig. Hij merkte toen pas op dat de storm minder onverdraagbaar was geworden, dus besloot hij verder te lopen.

Het was toen dat hij aankwam bij het ijsmeer, het ijs reflecteerde de enige zonnestralen die probeerde door de lichtgrijze wolken van de liggende sneeuwstorm door te komen. Het sneeuwde nu alleen nog maar een klein beetje, maar er was een grote laag sneeuw gevallen. Ziar was alleen maar sneeuw gewend. Hij kwam uit het noorden, daar was eigenlijk alleen maar sneeuw. Maar stiekem vroeg hij af of er ook gebieden waren zonder sneeuw. Of was dat valse hoop? Hij spitste zijn oren en hoorde geluid. Het klonk als gekraak, en toen een hoop gehinnik. Het kwam van het ijsmeer terecht? Ziar stond even verstijfd, maar rende toen op het geluid af. Toen zag hij een paard dat door het ijs was gevallen. "Help me, pak mijn been vast!" riep het paard waarvan alleen nog maar een hoofd en zijn voorbenen te zien waren. Ziar wilde helpen, totdat hij plotseling dat stemmetje weer hoorde. Wat, ga je nu echt dat paard helpen? Die zal nooit jouw naam herinneren. Hij zal weglopen zonder er iets voor terug te doen. Maar als je hem zo laat, zal zijn hele familie je naam wel onthouden. "Maar dat is wreed!" riep Ziar terug naar het stemmetje. Het is de enige manier Zigor Arrats, het is de enige manier. zei het stemmetje bitter. Ziar keek naar de hengst, twijfelend of hij hem zou helpen of niet. "Hey, stop met praten tegen jezelf en help me, of ik verdrink!" Ziar's ogen knepen zich tot spleetjes. "Neem mijn naam, Zigor Arrats, mee in je dood." Toen galoppeerde hij terug naar de kant, zonder terug te kijken, tranen in zijn ogen. Het laatste gehinnik schalde nog na, maar verdween toen Ziar bij de kant was aangekomen. Waarom hij het had gedaan, wist hij niet. Waar het stemmetje vandaan kwam, wist hij ook niet. Wel wist hij dat het stemmetje zijn naam wist en dat die meer respect voor hem had dan de paarden die het niet wisten. Dan zou hij de keuzes van het stemmetje dus zwaarder in overweging moeten nemen, voordat hij verder ging. Maar het had hem geraakt. Alsof er een grote steen naar zijn hart is geworpen. Hij kon net het leven van iemand redden, en koos ervoor dat niet te doen. Hij had net zijn eerste slachtoffer vermoord! "Wacht eens even, waarom moest ik die hengst verdrinken? Nu kan hij aan niemand mijn naam vertellen, zijn familie zal denken dat het een tragisch ongeluk was!" zei hij beduusd tegen het stemmetje. Oeps, niet aan gedacht. antwoordde het stemmetje, geamuseerd en op het punt om in de lach te schieten. Ziar hield zijn hoofd schuin, maar besloot het te negeren. Er was toch niet zo heel veel dat hij er aan kon doen. Er rolde een paar tranen over zijn wangen, maar die verdwenen al snel door zijn wollige vacht. Toen besloot hij verder te lopen, rondom het ijsmeer om te zoeken voor het zuiden en dus plekken waar geen sneeuw was. Er moesten toch plekken zijn waar het niet koud was. Toch?

[Open Yay ]

2It is... SO COLD!! Empty Re: It is... SO COLD!! ma 21 jan - 8:30

Gwenn

Gwenn

Strijdlustig gooide Gwenn haar kopje in de lucht. Puh, die sneeuw kreeg haar niet klein. Al was ze gelukkig dat het sneeuwen eindelijk een beetje was opgehouden; er dwarrelden enkel nog een paar kleine, donzige vlokjes naar beneden. Ze schudde het dekentje van sneeuw dat op haar rug had verzameld van zich af en snoof eens al haar lucht uit haar longen. Tot haar genoegen ontstond er een grote wolk voor haar neus. Ze slaakte een verrukt kreetje uit en haar donzige oortjes sprongen naar voren. Haar amberkleurige ogen keken met een ondeugende twinkeling naar het beeld dat voor haar roze neusje was ontstaan. Daarna snoof ze haar longen zo vol mogelijk met de ijzige lucht, en brieste toen zo hard als ze maar kon. Een tweede, grote wolk ontstond voor haar ogen. Enthousiast draafde ze door de wolk heen, maar de witte wolk loste algauw weer op in het niets.
Teleurgesteld keek ze even om zich heen, maar ze vond het de moeite niet waard om nogmaals een wolk te produceren, al hij toch weer zou verdwijnen. Ze schudde haar kopje een heen en weer, waarbij haar korte maantjes vrolijk bij heen en weer slingerden. Daarna stapte ze voorwaarts door de glinsterende sneeuw, waarbij deze een vrolijk, krakend geluid onder haar smalle hoefjes maakte, en je je zou afvragen wat een echt witte sok op haar benen zou zijn, of het bedekt zou zijn met een laagje sneeuw.

Gwenn had een paar dagen het stemmetje niet meer gehoord, en dat maakte haar blij. Waarschijnlijk omdat hij een grote opdracht van hem niet had opgevolgd. Ze had zich laten helpen voor het leven, voor heel lang. En ze wist dat het goed was, ze zou een gouden hart krijgen. Niet zuiver goud, maar in ieder geval weer een stukje gouder. Ze glimlachte blij bij de gedachte. Ze was gelukkig dat ze een pleegvader had. Hij zou haar nooit in de steek laten. Nooit. En zij zou hem nooit laten vallen. Ze zou nooit meer naar dat verdomde stemmetje luisteren. Die zou waarschijnlijk voorstellen dat ze moest rennen, en haar pleegvader ongelukkig en heel ongerust achter moest laten. Dat deed ze dus mooi niet. En by the way, ze kon zich prima zelf redden. Alleen een beetje hulp van een ander, was nooit teveel gevraagd, toch? Hij had het immers zelf aangeboden. En om eerlijk te zijn: ze wilde die hulp. Zonder hem kon ze nooit normale dingen leren, dan zou ze dat in haar eentje moeten uitzoeken. En ze kende zichzelf wel, dat ging geheid fout.

Haar donzige oortjes sprongen naar voren toen ze het geluid van een ander paard hoorde. Op een rustig drafje maakte draafde ze richting het geluid van de stem van het andere paard. Ze hoorde alleen vage klanken van zijn stem, ze kon geen duidelijke woorden onderscheiden. Toch wist ze precies waar hij zich moest bevinden. Ze had oren, haar neus, en haar ogen!
Een schim werd op haar netvlies getekend. Haar oortjes sprongen nóg verder naar voren en ze brieste zachtjes. Ze tekende een vrolijke glimlach op haar gezicht. Nu was het stemmetje er niet, dus hij kon vandaag haar vrolijke humeur niet verzieken, óf de ontmoeting met een ander paard. Toen ze duidelijker keek zag ze dat het een wel erg klein paard was. Wacht, een veulen! Opgewonden hinnikte ze, en maakte een overgang naar galop. Haar kleine hoefjes vlogen over de witte grond. Eindelijk, een leeftijdsgenoot! Nu kon ze eindelijk dingen doen die twee veulens samen hoorden te doen. Ze konden vrienden worden, en spelletjes spelen, en álles samen doen. En dan werden ze Best Friends Forever. Ze hoopte dat het een merrie was die haar pad zou kruizen. Dan konden ze als ze ouder werden het over merrie-dingen hebben. Gewoon dingen die hengsten nooit zouden begrijpen. Ze had geen moeder, enkel een pleegvader. En ja, daar zou ze ook niet mee kunnen praten over merrie-dingen.
Ze zag het al helemaal voor zich. Maar helaas spatte haar droom in duigen toen ze de controle over haar benen verloor op de opeens heel gladde ondergrond.
Ze was vlakbij het donkerbuine veulen. Ze wist nog: ‘Kijk uit!’ uit haar strot de schreeuwen. Maar ze gleed recht met haar voskleurige lichaam over het ijs, naar het donkerbruine hengstje toe. Ze kneep haar ogen tezamen. Bij de hoeven van het hengstje ging het ijs over in sneeuw, en dat zou vast een behoorlijke klap worden. Al helemaal nu ze erover nadacht dat ze waarschijnlijk recht tegen de beentjes van haar toekomstige BFF aan zou knallen.

[ hij is af Nanananaaaa ]

3It is... SO COLD!! Empty Re: It is... SO COLD!! di 22 jan - 8:33

Zigor Arrats

Zigor Arrats

Ziar spitste zijn oortjes. Wat was dat nou weer voor een geluid? Een licht tikkend geluid, toen hoorde hij het aan een stuk door. Hij draaide zijn hoofd op het geluid af en tot verbazing zag hij een veulen net zoals hij op hem af glijden. En niet op de vaart waarvan iemand kon zeggen dat die het onder controle had. Nee, dat veulen vloog recht op hem af! Hij wilde opzij duiken maar was veel te laat, de kleine merrie botste tegen zijn benen op, waardoor hij in de sneeuw viel. Hij stond verschrikt weer op en snoof de sneeuw uit zijn neus. Met zijn tong smolt hij de sneeuw die hij in zijn mond had gekregen toen hij was gevallen. Hij schudde zich nog even goed af, totdat hij zeker wist dat merendeel van de sneeuw verdwenen was. Toen keek hij nieuwsgierig naar het merrieveulen. "Gaat het wel?" vroeg hij, eerder nieuwsgierig dan verbaasd en geïrriteerd. Hoho, dat veulen viel je aan, zei het stemmetje stribbelend. Dat mormel is vast familie van dat paard van daarnet. Ze komt wraak nemen op je en gaat je verdrinken als ze erachter komt dat jij hem verdronken hebt. Dit maakte Ziar bang voor het veulen. Als ze hem al met zo'n kracht in de sneeuw kon duwen, dan zou ze hem makkelijk in het ijsmeer kunnen verdrinken. En het was al zo koud! Maar wat moest hij dan doen? Probeer het gesprek zo snel mogelijk af te kappen en als dat niet lukt, val haar dan aan. Als jij haar eerst aanvalt, heb je een voordeel over haar. zei het stemmetje alsof het zijn gedachten kon lezen. Ziar stemde er maar mee in en stond meteen op zijn hoede voor het merrieveulentje. Maar hoe zou hij een gesprek zomaar kunnen afbreken met zo'n vaag entree als waarmee de merrie binnenkwam? Stiekem was hij nieuwsgierig naar het leeftijdsgenootje. Zijn ogen stonden op nieuwsgierig, maar alleen van het helderblauwe oog was dat te zien. Door de sneeuwwolken die langzaamaan aan het wegtrekken waren, viel er geen licht op zijn gifgroene oog, alleen een grijsgroen oog was te zien die haast vanuit de duisternis leken te kijken naar het andere veulen. Maar hoe moest hij dit aanpakken? Hij zou langer willen blijven, maar als het stemmetje gelijk had, was hij er geweest wanneer hij te lang bleef.
Hij had nog nooit tegen een leeftijdsgenootje gepraat. Nooit echt tegen een paard. Er werd tegen hem gepraat, hem werd iets bevolen en hij moest het maar opvolgen. Wat moest hij zeggen, wat moest hij zeggen? Ah, misschien kon hij zijn naam zeggen! Misschien startte dat geen gesprek! Ja, zijn sociale skills waren geweldig. "Eh, ik heet Zigor Arrats, maar Ziar is makkelijker te onthouden." glimlachte hij, wat eruit zag als een verlegen glimlach, maar eigenlijk een gespannen glimlach was. Wanneer kon hij onopgemerkt weg? Nooo, zeg je naam niet, dan gaat zij haar naam zeggen en dan kom je in een te lang gesprek! zei het stemmetje in een toon die leek op een half verveelde half paniekerige toon. Als die tegenovergestelde termen samen konden smelten wel. Goed, zeg dat je weg moet omdat het hier gevaarlijk is. "Wat doe je trouwens hier bij het ijsmeer? Het is een beetje te gevaarlijk, dus ik was al van plan weg te gaan." zei hij, op de meest overtuigende toon die hij kon opbrengen. "Ik heb gehoord dat hier paarden zomaar verdrinken omdat ze door het ijs zakken en dan niet worden geholpen!" Het stemmetje kon wel facepalmen, zelfs al was het maar een stemmetje. Ziar keek alleen naar het merrieveulen om te wachten op antwoord.

Tenminste, dat was hij van plan te doen, totdat hij afdwaalde door zijn geweldige concentratie. De koude wind gleed zelfs harder door zijn vacht heen dan eerst, maar daardoor schoven de wolken een beetje op, waardoor er een paar stralen zonlicht over het ijsmeer trokken. Het zorgde niet voor warmte, maar het was nog steeds een mooi gezicht. Een van de stralen verschoof al snel naar zijn gezicht, waardoor zijn groene oog zelf het licht begon te reflecteren, en even helder was als het blauwe oog. Dit feit boeide Ziar niet, want nu was het nog steeds koud, en een van de weinige zonnestralen die in de herfst schenen, schenen nu in zijn ogen. Hij had alleen nog maar een klein deel van de zomer meegemaakt, en uiteraard nu, de herfst. Zou het weer warmer worden, of zou het altijd koud blijven zoals nu? De sneeuw was voor hem geen groot wonder meer, maar een plek zonder sneeuw, als hij in de sneeuw groef, en dan naar de grond keek. Dat was hetgeen dat hem interesseerde, dat bruine spul. Het was nog steeds koud, maar het voelde zo vertrouwd aan. Hoorde de aarde zo te zijn? Maar dat betekende dat er geen sneeuw hoorde te liggen. Bwaaah, hij dacht weer te veel na. Hij zuchtte en een grote wolk van mist ontsnapte uit zijn mond. Wat was die grote wolk eigenlijk? Hij was er wel eens doorheen gerend, maar was er nooit achtergekomen wat het precies was. Stop met dagdromen, dat merrieveulen staat nog steeds voor je. Oh ja! Hij richtte zijn blik tot het veulen en probeerde al haar bewegingen te volgen. Wat zou hij kunnen doen? Ze had al bewezen dat ze veeeeeeel sneller was dan hij, en ze was ook nog eens sterker. Waarom moest hij nou wegrennen voor een merrieveulen? Het was een merrie, hij was een hengst, hij was toch de dominante hier? Hij was toch sterker? Maar als hij zou rennen, zou het merrieveulen hem hoogstwaarschijnlijk stalken. Hij zat hier waarschijnlijk wel nog een tijdje vast, als hij zijn opties bekeek. Weet je, je kan ook dat mormel bevechten. Meh, stiekem wist hij niet eens hoe hij moest vechten, en al helemaal niet tegen iemand die sterker was dan hij. Misschien, heel misschien als het niet anders kon. Jep, dat was het plan! Hij keek naar het merrieveulen en wachtte op antwoord.

[WOESJ Yay Een supahsnellah post :3 Als ik meer ging schrijven zou er niets bijzonders in staan XD ]

4It is... SO COLD!! Empty Re: It is... SO COLD!! za 26 jan - 12:25

Gwenn

Gwenn

Ze kneep verschrikt haar ogen dicht toen beentjes van het andere veulen vervaarlijk dichtbij kwamen. Ze bereidde zich voor op een grote klap, en kromp zichtbaar iets ineen, hopend dat dat misschien de klap een beetje zou breken. Maar het deed verrekte veel pijn toen ze met haar lichaampje tegen de beentjes van de hengstenveulen aan botste. Daarbij kwam ook nog eens de klap van de besneeuwde "oever" van het meer, wat nog extra veel pijn deed. Van het ijs ging ze verder in de sneeuw. Ze rolde door de sneeuw heen - mogelijk ook het lichaam van het hengstenveulen - en eindigde besneeuwd en ijskoud een eindje verderop. Snel krabbelde ze weer overeind en kwam op haar vier eigen benen te staan. Ze schudde zoveel mogelijk sneeuw van haar lichaam af, en keek toen beschuldigend naar het hengstenveulen.
‘Uhm, sorry,’ zei ze verontschuldigend, terwijl haar amberkleurige oogjes speels twinkelden. Ze hief haar hoofdje weer vorstelijk en keek het hengstenveulen een beetje speels aan. Jammer dat het een hengst was, maar het was de enige leeftijdsgenoot die ze ooit had gezien, dus deze kans zou ze echt niet laten schieten! Ze toverde een glimlach op haar gezicht.
‘Gaa-’ Net toen ze wilde vragen hoe het met het hengstenveulen zou gaan, keek de hengst haar nieuwsgierig aan en vroeg of het met haar ging. Ze giechelde even en haar oogjes keken de hengst weer recht aan, een nieuwsgierige blik twinkelde in haar ogen. Toch was nog steeds die speelse twinkeling in haar ogen zichtbaar.
‘Ja met mij is het prima hoor, met jou ook, hoop ik?’ Vroeg ze met een snoezig stemmetje, die honingzoet klonk en wonderbaarlijk melodieus en welgevormd voor een veulen van haar leeftijd. Ze wilde zo graag vrienden maken, ze had nog nooit vrienden gehad. Haar hoofd kantelde een beetje, en keek het veulen voor haar onderzoekend aan. Hij had een donkerbruine vacht, en een witte bles sierde zijn gezicht. Hij had een meelsnuitje, en zwarte manen en snuit. Zijn beentjes hadden ook een zwartige kleur, en hij had aan een been een sokje. Zij had aan elk voetje een witte aftekening: Al haar benen hadden hoge sokken, die schuin opliepen. En dan had ze natuurlijk die brede bles op haar voorhoofd. Ze schudde haar springende maatjes eens heen en weer. Toen merkte haar iets bijzonders op aan de hengst: Hij had twee verschillende ogen. De ene was helder blauw, en de andere was.. een beetje groen/grijzig.
‘Wooowww!’ schreeuwde ze verrukt. ‘Jouw.. Jouw ogen! Ze zijn verschillend van kleur!’ Haar stem klonk alsof ze nog nooit zoiets bijzonders had gezien. Haar ogen werden als schoteltjes en ze bestudeerden de kleur ogen van de hengst eens grondig. Ze zette een paar kleine pasjes dichterbij het veulen. ‘Ik wist niet eens dat dat kon!’

"Eh, ik heet Zigor Arrats, maar Ziar is makkelijker te onthouden."
Stelde hij zichzelf voor. Ze kantelde haar hoofd een beetje, nog steeds was ze beduusd van het feit dat hij twee verschillende kleur ogen had. Ze probeerde weer wat "normaler" te kijken en keek het hengstje toen weer wat nieuwsgierig aan. Hij zag er wat terughoudend uit, alsof hij zichzelf eigenlijk niet wilde voorstellen. Haar oortjes stonden strak naar voren gespitst. Toen glimlachte ze vriendelijk.
‘Oke, uhhmm-’ Ze wist niet zeker of ze hem nou bij zijn gehele, moeilijke naam zou noemen, maar of toch zijn gemakkelijke afkorting. Ze koos toch maar voor de tweede optie. ‘- Ziar. Ik ben Gwenn.’ Haar stem was weer snoezig, zoals die gewoonlijk was. Toch had het weer die melodieuze ondertoon.
Toen opeens begon hij weer lange zinnen te praten. Dat het IJsmeer gevaarlijk was. Ja, pfffft. Was hij nou zo'n mietje, of lag dat aan haar? Ze rolde duidelijk met haar ogen en keek het hengstje koppig aan.
‘Wil je zeggen dat je soms bang bent? vroeg ze uitdagend aan Ziar. Ze zette nog een paar stappen dichter bij hem en keek hem uitdagend in de ogen. ‘Wij zijn veulens, we zijn niet zo zwaar en dik zoals die volwassen paarden, wij zullen heus niet door dit ijs zakken,’ sprak ze op dezelfde toon. Het was toch logisch, zij twee zouden echt niet door het ijs door zakken. Ze draaide zich toen een kwart slag en sprong op het ijs. Ze draaide een soepel rondje en keek de hengst toen weer uitdagend aan. Ze sprong zelf op het ijs, en je hoorde niets kraken. Koppig hief ze haar hoofd in de lucht, alles straalde in haar: Zie-je-wel. Ze draafde voorzichtig, om niet uit te glijden, weer naar het hengstenveulen. Ze bekeek het hengstje uitdagend.
‘Mietje,’ was het plagende woord die soepel uit haar mond gleed.

5It is... SO COLD!! Empty Re: It is... SO COLD!! di 29 jan - 9:46

Zigor Arrats

Zigor Arrats

Het merrieveulen bleek oké te zijn, en dus niet gewond. Dit gaf Ziar de kans eens het merrieveulen goed te bestuderen. Het was een veulen met een lichtere kleur vacht dan hij had, en ze had een witte bles op haar gezicht. In plaats van één wit been zoals hij had, had zij er vier. Ze had één paar donkere ogen waarmee ze hem vol verwondering aankeek toen ze er achterkwam dat hij twee verschillende kleur ogen had. ‘Wooowww!’ schreeuwde die verrukt. ‘Jouw.. Jouw ogen! Ze zijn verschillend van kleur!’ Ziar knipperde een paar keer, en deed toen haastig een paar pasjes naar achteren toen het veulen hem probeerde te naderen. Waah, straks doet ze me pijn! dacht hij een beetje paniekerig. Nadat hij zich had voorgesteld, stelde het andere veulen zich voor als Gwenn. Gwenn. Dat paste wel bij het schattige uiterlijk, en het was korter dan zijn naam. Ga weg, snel! fokte het stemmetje hem op. Oh ja, hij was vijandig tegen het veulen. Maar toen Gwenn vroeg of hij bang was, kwam er een klein steekje los bij zijn angst voor haar en zijn geweldige plan gesmeden met het stemmetje. Nee, hij moest zich houden aan het plan of hij zou zelf ook verdrinken. Ja, dat was het. Toch? Ze legde uit hoe veulens veel lichter waren dan grotere paarden, en stapte toen zelf het ijs op. ‘Mietje,’ Toen knapte hij helemaal. Het stemmetje leek tijdelijk verdwenen te zijn. "Mietje?! Ik ben geen mietje!" Hij zette zijn kleine beentjes in beweging en glibberde het ijs op naar Gwenn toe. Het was glad, dus hij schoof een beetje heen en weer met zijn hoeven, in plaats van normaal te lopen, om vooruit te komen. Waa, dat werkte niet. Hij moest iets anders verzinnen. Er moest een soort van ritme te vinden zijn. Hmm. Eerst zijn linkerbenen naar voren schuiven, dan zijn rechterbenen naar voren. Toen hij dat probeerde in de praktijk ging dat iets makkelijker en natuurlijker dan eerst. Hij voelde wel de controle over zijn evenwicht licht verminderen, en het was ook niet sneller. Misschien moest hij langere streken maken. Toen hij dat probeerde, verloor hij al snel zijn evenwicht en vloog hij onderuit op zijn mond op het gladde koude ijs.
"Auw." zei hij kort, terwijl hij weer overeind kwam, deze keer uitkijkend of hij wel stevig stond op het ijs. Jeez, wat voelde hij zich nu stom. Wie had hem laten uitglijden terwijl hij zich zo goed aan het concentreren was? Ow... wat je ook doet, laat dat mormel niet naar jouw links kijken. fluisterde het stemmetje snel. Ziar had het zelf ook al opgemerkt. Dat was het wak waarin dat paard net verdronken was, daar, verderop het meer. Waarom het stemmetje Gwenn nog steeds niet bij haar naam noemde, was voor het veulen een raadsel, maar hij kwam uit zijn 'veulenroes' en verschoof zich zo subtiel mogelijk een paar passen naar rechts, dichterbij de kant.
"Het is nog steeds heel koud, of het nou gevaarlijk is of niet." snoof hij eigenwijs, zijn hoefjes gespannen het ijs strelend. Strelend was daar het goede woord niet voor, het was eerder krassend, hij maakte kleine kerven in het ijs, kleine witte streepjes. Onder het ijs was het donkerblauw, bijna zwart. Wat was het een deprimerende plek. Maar de schaduw van de sneeuw was niet grijs of zwart. Het was lichtblauw, en dat zag er wel mooi uit.

Maar nog steeds, na zijn geweldige bevindingen, was het ontzettend koud! Hij rilde, ondanks zijn wollige veulenvacht. Het leek heel warm, maar warm was het niet. De koude wind sneed gewoon er doorheen en leek hem haast kaal te scheren. De kale bomen leken zijn voorgangers te zijn in deze metafoor. Maar hij was ook niets anders gewend dan kale bomen. Waren bomen anders, wanneer het warmer was? Hij kwam uit het noorden, hij had het alleen maar koud gehad, het was niet iets om aan te wennen. Hij zou naar het zuiden gaan, en dat was zijn koers.
"Trouwens die bomen..." zei hij tegen niemand in het bijzonder. Toen richtte hij wel zijn vraag op Gwenn. "Zijn die als het warmer is ook zo leeg en kaal?" Hij keek haar vragend aan. Hij wist het niet, hij was ook maar drie maanden jong, en hij...wist het gewoon niet. Argh, verschrikkelijk frustrerend, om iets NIET te weten. He, stop met denken en ga naar het zuiden als je zoiets zo graag wilt weten. zei het stemmetje licht geïrriteerd. Hmm, hij had wel gelijk, dacht Ziar, en keek toen naar Gwenn. "Ik wilde net hier weggaan omdat ik wilde weten hoe het was in het zuiden, waar het warmer is..." zei hij wat zachter, wat voor normale paarden een beetje een awkward gesprek maakte. Maar dit waren twee veulens tegenover elkaar, reacties waren onvoorspelbaar, zelfs Ziar wist niet goed hoe Gwenn zou reageren, of hoe hijzelf zou reageren. Voor hem was het een groot raadsel. Wat hij wel wist, was dat hij iets meer op zijn gemak was, zolang het merrieveulen maar niet het wak zag, was hij buiten levensgevaar. Ze had in zijn ogen nog niets door van het verdronken paard, waar hij heel blij mee was. Hij zuchtte even, een grote wolk van adem ontsnapte uit zijn mond. Hij was het gewend dat zijn adem zo was. Zou dat in het zuiden anders zijn? Wat zou er allemaal anders zijn? Hij verlangde ernaar de warme gebieden met zijn eigen ogen te zien, hopelijk was het iets anders. Het was een klein lichtpuntje in de koude wereld van Zigor Arrats.

Gesponsorde inhoud



Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum