Vanita draafde door het moeras. Haar smalle hoefjes bleven plakken in de modder, telkens een paar centimeter weg zinkend in het natte spul. Ze brieste luid en schudde met haar bruine hoofd, haar manen zwaaiden wild in haar ogen, om daarna weer terug naar hun vaste plekje op de witte nek van Vanita terug te vallen. De kleine, maar pittige merrie snoof eens luid. Tjee, wat was er leuk hier? Het had er allemaal wel spannend uit gezien vanaf de buitenkant, hier in het moeras. Maar eigenlijk was het een behoorlijk saaie boel. Alleen maar een paar eenzame mistvlagen, wat verrotte bomen en een hele lading vieze drap, waar je je hoeven elke keer uit moest trekken. En niet eens een geinig, boos, groot paard om een streek mee uit te halen. Pfft, paarden die dachten dat ze beter waren dan zij omdat ze zo klein was, die kwamen behoorlijk haar keel uit. Altijd maar dingen zeggen zoals; ‘Rot op, parasiet!’ en ‘Ga weg, dwerg.’ Maar Vanita was allesbehalve hulpeloos; Snelle wendingen, lenige (en soms roekeloze, gevaarlijke) toeren, strategieën en natuurlijk haar volle shet-kracht. Daarmee wist Vanita zich prima te weren. Bovendien had ze een nogal optimistische instelling; Lol in het leven houden, en shetlanders rule! Dâh.
De kleine merrie brieste nog eens luid, en een korte, schelle hinnik klonk uit haar keel. Niet om een bijzonder iemand, eerder om gewoon gezelschap. Maakte niet uit wie, Vanita vond het hier maar saai en een ander paard bracht daar vast wel verandering in. Ze bleef doordraven tot ze een zompig geluid hoorde; Hoeven die uit de modder getrokken werden, keer op keer, en een snuivende ademhaling. Vanita grijnsde, daar was haar bezoek! Nu nog maar eens kijken of het paard slecht of goed was. Haar oren spitsten zich, en ze draafde het paard alvast tegemoet, haar hoeven in rap tempo uit de modder trekkend en verwachtingsvol met haar staart heen en weer zwaaiend.
( Vanita, Mysterio, Sadira, Adonia)
De kleine merrie brieste nog eens luid, en een korte, schelle hinnik klonk uit haar keel. Niet om een bijzonder iemand, eerder om gewoon gezelschap. Maakte niet uit wie, Vanita vond het hier maar saai en een ander paard bracht daar vast wel verandering in. Ze bleef doordraven tot ze een zompig geluid hoorde; Hoeven die uit de modder getrokken werden, keer op keer, en een snuivende ademhaling. Vanita grijnsde, daar was haar bezoek! Nu nog maar eens kijken of het paard slecht of goed was. Haar oren spitsten zich, en ze draafde het paard alvast tegemoet, haar hoeven in rap tempo uit de modder trekkend en verwachtingsvol met haar staart heen en weer zwaaiend.
( Vanita, Mysterio, Sadira, Adonia)