Voorzichtig stapte Kai over de dik bevroren ijslaag die op het ijsmeer ruste. Het was verraderlijk glad hier. Een merrie zoals Kai moest dan uitkijken. Ze was namelijk nogal onhandig. Als ze niet uitkeek zakte ze zo door een wak. Dat had haar al vaak problemen opgeleverd. Ze keek nu wel uit als ze zich op het ijsmeer bevond. Zoals nu. Eigenlijk kwam Kai hier nooit. Ze vertoefde meestal in de kuddegebieden of in de vallei. Bovendien vond ze het hier levensgevaarlijk. Het probleem was dat Kai soms nog wel eens werd aangetrokken door gevaarlijke situaties en plekken. Dan kreeg ze een adrenalinekick. Op de één of andere manier vond ze dat fijn. Ze voelde zich daardoor onvermoeibaar. Door zo'n adrenalinekick kon ze soms wel urenlang galopperen zonder ook maar tekenen van vermoeidheid te tonen. Maar, als een adrenalinekick over was, viel ze doodmoe op de grond. Een paar maanden geleden was dat haar nog overkomen. Toen was voelde ze zich door de adrenaline zo onvermoeibaar dat ze de hele dag langs de rivier had lopen stuiteren. Op een gegeven moment was ze haar evenwicht verloren en in de rivier gevallen. Ternauwernood was ze toen aan de dood ontsnapt. Een paard die toen in de buurt was, had haar gehoord en gered uit de kolkende rivier. Sinds die dag was ze nooit meer in de buurt van de rivier geweest. Kai had een angst voor rivieren en sloten ontwikkeld. Ze probeerde er alles aan om van die angst af te komen en weer normaal naar een rivier te kunnen kijken zonder ook maar een gevoel van angst te krijgen. Tot op de dag van vandaag was het Kai niet gelukt om van die angst af te komen. Het was weliswaar minder geworden, maar nog steeds aanwezig.
Gekraak deed Kai wekken uit haar daggedroom. Een vlaag van angst gierde door de aderen van de witte merrie. Ze had het idee dat het ijsmeer onder haar wakker was geworden. Of ze was op een wak terecht gekomen en daar dacht ze liever niet aan. Want, als ze erin zou vallen dan was er niemand om haar te redden. Ze was hier helemaal alleen. Dit was ook geen territorium van een goede kudde. Dus Kai zat weer eens goed in de problemen. Ze probeerde zo min mogelijk te bewegen, om te voorkomen dat het ijs nog verder scheurde. De bruine ogen van de merrie keken angstig naar beneden. Ze zag diepe scheuren in het ijs. Dit werd haar dood als ze hier bleef staan. Het ijs kon haar niet eeuwig houden. Maar, als ze zou gaan bewegen, was de kans groot dat het ijs alsnog zou openrijten. Dan zou Kai er ook in vallen. Het water was onder het nulpunt. Binnen een paar minuten zou ze onderkoeld raken. Een kleine traan biggelde over de wang van de merrie. Zou ze zo jong al sterven? Wat ze ook zou doen, het ijs brak toch wel. Toen hoorde ze een zwaar gekraak in het ijs. Ze werd te zwaar om te dragen. Een paard van vijfhonderd kilo was ook amper te dragen voor een dunne ijslaag van amper tien centimeter. Kai moest een beslissing maken. Zou ze hier blijven staan en wachten tot ze in het ijskoude water zou vallen of zou ze vluchten met een kleine overlevingskans. Kai koos voor dat laatste. De merrie voelde opeens adrenaline door haar lijf gieren. Het voelde prettig. Ze was nu minder bang. Kai spande haar spieren en begon als een gek te galopperen. Even leek ze het te halen, maar toen gleed ze uit. Kai kwam hard terecht op het ijs. Ze was nog bij bewustzijn. Ze zag wat er gebeurde. Het ijs om haar heen brak. Kai kwam terecht in het ijskoude water. Ze was zo overdonderd door alles wat er om haar heen gebeurde, dat ze niks kon doen. Ze wachtte tot de dood zijn intreden zou maken.
Plotseling besefte Kai dat ze niks deed. Ze wilde niet dood! Ze zou niet sterven zonder iets te hebben gedaan. De merrie begon te trappelen om haar hoofd boven water te houden. Ze voelde de snijdende kou niet. Het enige waar ze aan dacht, was overleven. Kai hield het tien minuten vol. Toen voelde ze de pijn van haar doodvermoeide spieren. Ze kon dit niet eeuwig vol blijven houden. Net toen ze het op wilde geven, kreeg ze door dat iemand in de buurt was. ''HELP!'' schreeuwde Kai zo hard als ze kon. Ze hoopte dat diegene haar gehoord had en haar zou helpen. Anders wist Kai niet hoe het zou aflopen met haar.
&Saronse.
Gekraak deed Kai wekken uit haar daggedroom. Een vlaag van angst gierde door de aderen van de witte merrie. Ze had het idee dat het ijsmeer onder haar wakker was geworden. Of ze was op een wak terecht gekomen en daar dacht ze liever niet aan. Want, als ze erin zou vallen dan was er niemand om haar te redden. Ze was hier helemaal alleen. Dit was ook geen territorium van een goede kudde. Dus Kai zat weer eens goed in de problemen. Ze probeerde zo min mogelijk te bewegen, om te voorkomen dat het ijs nog verder scheurde. De bruine ogen van de merrie keken angstig naar beneden. Ze zag diepe scheuren in het ijs. Dit werd haar dood als ze hier bleef staan. Het ijs kon haar niet eeuwig houden. Maar, als ze zou gaan bewegen, was de kans groot dat het ijs alsnog zou openrijten. Dan zou Kai er ook in vallen. Het water was onder het nulpunt. Binnen een paar minuten zou ze onderkoeld raken. Een kleine traan biggelde over de wang van de merrie. Zou ze zo jong al sterven? Wat ze ook zou doen, het ijs brak toch wel. Toen hoorde ze een zwaar gekraak in het ijs. Ze werd te zwaar om te dragen. Een paard van vijfhonderd kilo was ook amper te dragen voor een dunne ijslaag van amper tien centimeter. Kai moest een beslissing maken. Zou ze hier blijven staan en wachten tot ze in het ijskoude water zou vallen of zou ze vluchten met een kleine overlevingskans. Kai koos voor dat laatste. De merrie voelde opeens adrenaline door haar lijf gieren. Het voelde prettig. Ze was nu minder bang. Kai spande haar spieren en begon als een gek te galopperen. Even leek ze het te halen, maar toen gleed ze uit. Kai kwam hard terecht op het ijs. Ze was nog bij bewustzijn. Ze zag wat er gebeurde. Het ijs om haar heen brak. Kai kwam terecht in het ijskoude water. Ze was zo overdonderd door alles wat er om haar heen gebeurde, dat ze niks kon doen. Ze wachtte tot de dood zijn intreden zou maken.
Plotseling besefte Kai dat ze niks deed. Ze wilde niet dood! Ze zou niet sterven zonder iets te hebben gedaan. De merrie begon te trappelen om haar hoofd boven water te houden. Ze voelde de snijdende kou niet. Het enige waar ze aan dacht, was overleven. Kai hield het tien minuten vol. Toen voelde ze de pijn van haar doodvermoeide spieren. Ze kon dit niet eeuwig vol blijven houden. Net toen ze het op wilde geven, kreeg ze door dat iemand in de buurt was. ''HELP!'' schreeuwde Kai zo hard als ze kon. Ze hoopte dat diegene haar gehoord had en haar zou helpen. Anders wist Kai niet hoe het zou aflopen met haar.
&Saronse.