Hmmz, dus dit was de zogenaamde… Dreamhorses? De naam verraadde het al. Dit zou het niet worden. Of wellicht wel. Wie weet. Een oog staarde strak vooruit, niet iets ziend. Droog, gepijnigd en wat kon je er nog meer bij verzinnen? Het littekenweefsel stak af en zijn oog was compleet blauw.
Een elegant zwart lichaam verplaatste zich langzaam, zonder enige haast. Zijn glanzende vacht straalde en zijn manen deinden kalm op en neer. Een klein kolletje maakte het wel af. De oren waren licht naar achteren gebogen, toch klaar om geluiden van voren op te vangen. Nadeeltje, als oren plat in de nek lagen, tja, dat was te… teveel van het goede. Twee voorbenen stapten fier en wat omhooggetild. Zijn neus was wat wit van wat sneeuw en zijn achterbenen… tja, die hadden ook een rol in elegant zijnde. Oscuro, betekenis; duister. Duister in het spaans wel te verstaan. Al kon hij geen ene meter spaans. Oscuro behoorde niet tot de dikken van de paarden, zijn lichaam was slank maar gespierd met voren een brede hals en fijn maar groot hoofd. Natuurlijk ook weer zijn brede borst. Aan zijn zeide stonden een paar groeps lidjes. Al waren ze allemaal onnozelaars; hij had er een paar kunnen uitvinden die toch wel… tja. Beter waren dan de andere minkukels. Wie hij zocht? Deina. Draagster van zijn veulen. Voortzetster van zijn bloed. Al wou ze het of ze wou het niet.
Oscuro keek door zijn goede oog om zich heen, wellicht dat er iemand was van zijn kudde die Deina had gestolen. Waar hij zich razend over kon maken. Maar ach, een gevecht zou komen. Een grootse of een minuscuul kleintje. Niemand wist het. Niemand.
Oscuro keek nogmaals door zijn kijkers, alle details in zich opnemend. Langzaam zette hij zich sneller in beweging en draafde door het gebied dat voor hem redelijk onbekend was. Hij, als nieuweling. Als geweldige nieuweling. Als slechte nieuweling. Woehj. Hier stond hij stil, op een goed plekje. Een goed plekje om bijeen te komen, zijn kudde of hij en Deina. Die witte merrie.
[iedereen van de verhaallijn ]
Een elegant zwart lichaam verplaatste zich langzaam, zonder enige haast. Zijn glanzende vacht straalde en zijn manen deinden kalm op en neer. Een klein kolletje maakte het wel af. De oren waren licht naar achteren gebogen, toch klaar om geluiden van voren op te vangen. Nadeeltje, als oren plat in de nek lagen, tja, dat was te… teveel van het goede. Twee voorbenen stapten fier en wat omhooggetild. Zijn neus was wat wit van wat sneeuw en zijn achterbenen… tja, die hadden ook een rol in elegant zijnde. Oscuro, betekenis; duister. Duister in het spaans wel te verstaan. Al kon hij geen ene meter spaans. Oscuro behoorde niet tot de dikken van de paarden, zijn lichaam was slank maar gespierd met voren een brede hals en fijn maar groot hoofd. Natuurlijk ook weer zijn brede borst. Aan zijn zeide stonden een paar groeps lidjes. Al waren ze allemaal onnozelaars; hij had er een paar kunnen uitvinden die toch wel… tja. Beter waren dan de andere minkukels. Wie hij zocht? Deina. Draagster van zijn veulen. Voortzetster van zijn bloed. Al wou ze het of ze wou het niet.
Oscuro keek door zijn goede oog om zich heen, wellicht dat er iemand was van zijn kudde die Deina had gestolen. Waar hij zich razend over kon maken. Maar ach, een gevecht zou komen. Een grootse of een minuscuul kleintje. Niemand wist het. Niemand.
Oscuro keek nogmaals door zijn kijkers, alle details in zich opnemend. Langzaam zette hij zich sneller in beweging en draafde door het gebied dat voor hem redelijk onbekend was. Hij, als nieuweling. Als geweldige nieuweling. Als slechte nieuweling. Woehj. Hier stond hij stil, op een goed plekje. Een goed plekje om bijeen te komen, zijn kudde of hij en Deina. Die witte merrie.
[iedereen van de verhaallijn ]